Henry James is nauwelijks te verfilmen, maar cineaste en verwante ziel Jane Campion kreeg het toch voor elkaar. Het onuitgesprokene van ?The Portrait of a Lady? cinematografisch ?herlezen?.

De eerste film van de Nieuw-Zeelandse cineaste Jane Campion sinds het veelgeprezen ?The Piano? (1992) is een meesterwerk wat des te indrukwekkender is omdat het gaat om een adaptatie van een van de moeilijkst te verfilmen schrijvers uit de vorige eeuw : Henry James (1843-1916).

?The Portrait of a Lady? (1881) geldt als het beste boek uit de eerste periode van de Engelse romanschrijver van Amerikaanse afkomst. Al zijn favoriete thema’s en motieven zitten er al geraffineerd in verwerkt. Natuurlijk komt de spanning tussen de Oude en Nieuwe wereld uitgebreid aan de orde. Zoals meestal bij James gaat het om de botsing van het Amerikaanse zelfbeeld van zuiverheid en onschuld, met de complexiteit en vermeende corruptie van de Europese cultuur. Maar er is ook het thema van de fortuinjager, van de onbereikbaarheid van geluk, van de troebele schaduwzones die verborgen liggen onder de puriteinse dekmantel van het bourgeoisfatsoen.

?The Portrait of a Lady? is het verhaal van een jonge vrouw die zich vrijgevochten voelt, trots haar eigen weg gaat maar toch, tegen het gezond verstand in, een rampzalig huwelijk aangaat dat haar leven verwoest. Wanneer ze eindelijk beseft dat ze erin werd geluisd, is het al veel te laat en zit er kennelijk niets anders op dan haar zelfgekozen lot tot het bittere eind te dragen.

Isabel Archer ( Nicole Kidman) is een Amerikaanse wees die in de jaren 1870 in Engeland arriveert, er verblijft op het landgoed van een rijke bankiersfamilie, dankzij een onverwachte nalatenschap van haar oom ( John Gielgud) gefortuneerd geraakt en naar Italië reist. Van bij de aanhef van het subtiel vertakte verhaal worden de diverse mannen geïntroduceerd die haar, elk op hun manier, voor zich willen winnen. Er is haar tuberculeuze neef Ralph Touchett ( Martin Donovan) ; zijn vriend, de uitzonderlijk rijke Engelse aristocraat Lord Warburton ( Richard E. Grant) en de Amerikaanse bewonderaar die haar achterna reisde, Caspar Goodwood ( Viggo Mortensen).

Maar zoals gezegd trouwt Isabel in Italië met de verkeerde partij, Gilbert Osmond ( John Malkovich). Deze ontwortelde Amerikaan is een poseur en dilettant met kennelijk als enige ambitie het verfijnen van zijn smaak. Isabel is het volmaakte object om bijgezet te worden in zijn collectie. Het duurt niet lang of hij heeft haar fortuin ingepalmd en haar sterke geest gebroken. Isabel Archer is de paradoxale James-heldin in een notendop : op zoek naar absolute vrijheid heeft ze zichzelf in een situatie gewerkt van extreme gevangenschap. Als een spook schuifelt ze door de opulente kamers van haar Romeinse palazzo, woedend maar te bang om voor zichzelf op te komen.

STERKE VERTOLKINGEN

De vertolkingen zijn buitengewoon in deze literaire adaptatie die net als alle andere films van Campion (?Sweetie?, ?An Angel at my Table?, ?The Piano?) het portret is van een hartstochtelijke, naar vrijheid hunkerende vrouw. Ofschoon ze met ?To Die For? al bewees wat ze in haar mars heeft, is Nicole Kidman (de Australische echtgenote van Tom Cruise) een revelatie in een van de grote vrouwenrollen uit de moderne literatuur. De gelijke van Flauberts?Emma Bovary? of Tolstoi’s ?Anna Karenina?. Toch prachtig hoe ze de teerste zielenroerselen van haar persoon zo smachtend vertolkt. Met haar bleke huidskleur, zacht blauwe ogen en bedrieglijk kwetsbaar postuur hoort ze helemaal thuis in de verwelkte wereld van toen. Maar ze speelt haar slachtofferrol met een intense woede die meer bewondering dan medelijden oproept.

Maar ook de bijrollen zijn van hoog niveau : met name Martin Donovan als de zwaarmoedige neef die langzaam wegkwijnt, maakt een sterke indruk. Het meest memorabel is Barbara Hershey als de omfloerst sinistere Madame Merle, die zich bij de niets vermoedende Isabel in de gunst weet te werken en samenzweert met ex-minnaar Osmond om Isabels lot te beslechten. John Malkovich is misschien een betwistbare keuze. Er is niets fout met zijn vertolking, maar zijn personage roept te veel herinneringen op aan een soortgelijk manipulerende figuur in ?Dangerous Liaisons?. Misschien hebben we zijn bruuske schommelingen tussen geveinsde zachtaardigheid, theatrale emfase en harteloze vijandigheid iets te veel gezien.

Bovenal is ?The Portrait of a Lady? echter een triomf van mise-en-scène : het is puur daardoor dat Campion de roman voor onze tijd ?herleest?. Precies omdat de essentie van Henry James niet in de plot schuilt maar in de subtiele beschrijving van de psychische toestand van de personages (een aanzet tot de later door James Joyce ontwikkelde?stream of consciousness? techniek), is een filmische interpretatie vereist om dit ook in beelden te doen spreken.

Campion brengt de verstikking van haar heldin in langoureuse taferelen in beeld. Fotografieleider Stuart Dryburgh (die ook ?The Piano? belichtte) hult de Florentijnse tuinen en kerken in een bijna verblindende schoonheid. Hij werkt op een spectaculaire manier met licht en schaduw om te suggereren hoe de heldin de grond onder haar voeten voelt wegzakken en verdwaalt in een doolhof van frustratie, misleiding en verraad.

RELEVANT VOOR ALLE TIJDEN

Campion vindt vooral ook een mooi evenwicht tussen de stilistische eisen van een kostuumdrama en een moderne lezing van het materiaal. Van bij de prelude zet ze de toon van haar feministische interpretatie : een groepje hedendaagse Australische meisjes die in het gras over hun romantische verlangens liggen te mijmeren. In het verhaal dat volgt kunnen de personages hun verlangens niet openlijk uiten. Ze dragen oubollige en verstikkende kostuums. In een van de vele betekenisvolle maar bevreemdende shots toont Campion alleen het over de grond schuivend kleed dat Isabel als een overtollige huid achter zich aan sleept. Maar mits enige transpositie zijn de gevoelens, de conflicten, de dilemma’s en het motief van de (zelf)begoocheling relevant voor alle tijden.

In een latere scène wordt ons langzaam de fantasie onthuld van Isabel die op bed met haar drie aanbidders ligt te stoeien. Bij James moest je Isabels hang naar sensualiteit nog tussen de regels lezen. Het camerawerk is vaak onrustig, geconcentreerd op details die op het moment geen speciale betekenis krijgen, maar waarvan het belang middels visuele rijmen wordt onthuld. Campion vergast ons op reusachtige close-ups die ons als het ware fysiek bij de handeling betrekken, terwijl ze daarnaast een koele afstandelijkheid bewaart wat aan haar hele film een rare en zelfs hypnotiserende spanning schenkt.

De hele film wemelt van de visuele ideeën misschien niet allemaal even geslaagd, vaak zelfs een tikkeltje zwaarwichtig. Maar ze beletten in ieder geval dat dit de zoveelste stijve, decoratieve en in het verleden vastgeroeste kostuumfilm wordt. Dankzij deze stijlbewuste aanpak sluit ?The Portrait of a Lady? dan ook meer aan bij de Martin Scorsese van ?The Age of Innocence? (naar de roman van Edith Wharton), de Werner Rainer Fassbinder van ?Effi Briest? (naar Theodor Fontane) en de Harry Kümel van ?Eline Vere? (naar Louis Couperus) dan bij al die recente kostuumfilms die nu zo goed scoren. De Jane Austen-films ?Sense and Sensibility? en ?Emma? zijn schattig om naar te kijken, maar verbleken bij ?The Portrait of a Lady?. Omdat er hoe dan ook een hemelsbreed verschil is tussen een propere illustratie en een filmische interpretatie.

De beste manier om een geïnspireerde romanverfilming als ?The Portrait of a Lady? naar waarde te schatten, is die te vergelijken met de bejubelde films van de kampioen literatuurverfilmingen James Ivory.

Het label Merchant-Ivory groeide met de jaren uit tot een garantie voor o zo luxueuze literatuurverfilmingen. Wanneer het oorspronkelijke boek niet al te veel problemen stelt als plot en narratieve constructie overheersen is het duo tot mooie dingen in staat. Het werk van E.M. Forster bleek dan ook het ideale materiaal en verschafte het tweetal unieke kansen om hun decoratieve wellust tentoon te spreiden. ?Room With a View?, ?Maurice? en ?Remains of the Day? zijn schoolvoorbeelden van academische eerbiedwaardige romanverfilmingen, pareltjes van goede smaak en het vereren van cultureel erfgoed, maar puur cinematografisch scheren ze geen hoge toppen.

Voor Merchant-Ivory met Forster hun ware roeping vonden, waagden ze zich echter ook aan twee Henry James-films : ?The Europeans? (1979) en ?The Bostonians? (1984). Dat waren zielloze, logge en ploeterende kostuumdrama’s. Zonder veel drama overigens, maar ook zonder de fijnzinnige ironie uit het werk van James, dat altijd begint als sociale komedie om steevast in tragedie te eindigen.

INTELLIGENTE ADAPTATIES

Campion is nu ook weer niet de eerste die James intelligent weet te adapteren. Zonder dat het om een regelrechte verfilming ging, haalde François Truffaut voor ?La Chambre Verte? (1978) zijn morbide bespiegeling over de cultus van de doden zijn inspiratie in een novelle van James, ?The Altar of the Dead?. (Ook zijn nouvelle vague-collega Claude Chabrol is een groot bewonderaar van James ; voor de Franse televisie adapteerde hij in de jaren zeventig twee novellen, ?De Grey? en ?Le Banc de la désolation?.)

?Daisy Miller? van Peter Bogdanovich (1974) werd destijds op beleefde onverschilligheid onthaald, maar het zou best kunnen dat deze film beter is dan zijn reputatie laat vermoeden. De allerbeste James-film blijft ?The Heiress? (1949) van William Wyler, naar ?Washington Square?. Deze roman werd onlangs opnieuw verfilmd, het resultaat moet later op het jaar in de bioscoop te zien zijn. We houden ons hart vast, want achter de camera stond Agnieszka Holland, de Poolse cineaste die niet meteen bekend staat voor haar lichte toets. Hoopgevend is dan weer dat de hoofdrol wordt gespeeld door Jennifer Jason Leigh.

Toch is de kans gering dat deze nieuwe versie kan tippen aan het meesterwerk van Wyler, overigens een van de vele films die Scorsese en scenarist Jay Cocks citeren als inspiratiebron voor ?The Age of Innocence?.

De wijze waarop in ?The Heiress? de vader ( Ralph Richardson) zijn dochter ( Olivia De Havilland) duidelijk maakt dat ze het kan vergeten dat een man ooit in de ban zal raken van haar charmes en bijgevolg alleen haar fortuin haar begerenswaard maakt, is van een zelden geziene emotionele wreedheid. Te vergelijken met een soortgelijk schokkende scène in ?The Portrait of a Lady?, waarin Nicole Kidman aan de diabolische Barbara Hershey vraagt wat zij in hemelsnaam met haar leven te maken heeft en als antwoord krijgt : ?Everything?. Het begin van het besef dat ze in haar huwelijk werd gemanipuleerd en haar hele leven op een leugen berust.

En dan is er natuurlijk het ijselijke einde van ?The Heiress?, waarin de afgedankte aanbidder-fortuinjager ( Montgomery Clift) radeloos op de deur blijft beuken, voorgoed uitgesloten uit de wereld die hij wilde veroveren.

Patrick Duynslaegher

Nicole Kidman in Portrait of a Lady : een slachtofferrol vol intense woede.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content