FACTCHECKER
In een interview op de Deense tv-zender DR2 dat op het internet circuleert, veegde Hans Rosling onlangs Deense journalisten de mantel uit. ‘Als je de wereld wilt begrijpen, kun je dat niet via de media’, zei hij. ‘Het aantal kinderen in de wereld neemt niet langer toe. Omdat de meeste mensen contraceptiva gebruiken. De Deense journalisten wisten dat niet, toen ik hen dat vroeg.’ Rosling (Karolinska Institutet, Stockholm) is een Zweedse arts, statisticus en de bezieler van Gapminder, een non-profitorganisatie die inzichtelijk internationale statistieken en evoluties visualiseert.
Is de groei van het aantal kinderen gestuit? En zo ja, waarom zijn we volgens de VN dan met 11,2 miljard mensen in 2100, tegenover 7,3 miljard vandaag?
Als bron verwijst Rosling naar ‘statistieken samengesteld door de VN en de Wereldbank’. Dat zijn schattingen, zegt demograaf Patrick Deboosere (VUBrussel). ‘Betrouwbaar genoeg om de grote tendensen te taxeren.’
De VN-cijfers dekken naar de letter evenwel niet wat Rosling zegt. Bekeken vanaf de jaren 1950 nam het aantal geboorten toe, van jaarlijks 97 miljoen tot 140 miljoen in 1990. Daarna zit er inderdaad een neerwaartse knik in de curve, maar vanaf 2000 stijgt ze weer. Volgens de prognose piekt het aantal geboorten in 2050 (142 miljoen) en neemt het daarna gestaag af.
Hans Rosling is gewezen adviseur van de Wereldgezondheidsorganisatie en Unicef. Overspeelt hij hier zijn hand? ‘Ergens wel misschien’, reageert Ola Rosling, zoon van, en medeoprichter van de Gapminder Foundation. ‘Hij gebruikt die eenvoudige uitdrukking om het contrast te beklemtonen tussen de op feiten gebaseerde verwachtingen (de VN-statistieken, nvdr) en het wijdverspreide misverstand dat het aantal geboorten simpelweg blijft stijgen. Veel mensen denken foutief dat het aantal geboorten de motor is van toekomstige bevolkingsgroei.’
En dat is inderdaad maar een deel van het verhaal, beamen drie demografen die we contacteren. ‘Veel belangrijker is het gemiddelde aantal kinderen per vrouw’, zegt Jan Van Bavel (KU Leuven). ‘De teneur van wat Rosling altijd verkondigd heeft, is dat een aantal trends in de goede richting wijzen en dat klopt. Om te weten of je scholen bij moet bouwen, is het aantal geboorten een nuttig cijfer. Maar om te zien welk demografisch proces er bezig is, is het vruchtbaarheidscijfer belangrijker.’
Dat cijfer daalt wereldwijd al decennialang, van gemiddeld 4,7 kinderen per vrouw in 1970 tot 2,5 vandaag. De vervangingsratio van 2,1 – het aantal kinderen per vrouw dat de bevolking op peil houdt – bereiken we volgens de VN-projecties wereldwijd pas rond 2100.
Intussen blijft de wereldbevolking stijgen, omdat er jaarlijks eenvoudigweg minder mensen sterven dan er nieuwe bij komen. ‘Het aantal geboorten hangt af van het gemiddeld aantal kinderen per vrouw, maar ook van hoeveel jonge vrouwen er zijn, natuurlijk’, verduidelijkt Karel Neels (UAntwerpen). ‘Doordat de wereldbevolking naar leeftijdsstructuur vandaag nog zo jong is – ongeveer 35 procent is vandaag jonger dan 20 – duurt het nog verschillende decennia voordat de lage vruchtbaarheidscijfers de groei zullen afvlakken. Pas als die jonge leeftijdsstructuur eruit is gegroeid, valt ook de bevolkingsgroei stil.’
Conclusie:
Knack beoordeelt de stelling als grotendeels onwaar. Naar de letter is wat Rosling zegt onjuist, want de laatste jaren worden er niet minder maar opnieuw meer kinderen geboren. Zijn punt en het goede nieuws is echter dat het aantal kinderen per vrouw al decennialang daalt, benadrukken demografen.
GROTENDEELS ONWAAR
Jan Jagers
”Het aantal kinderen in de wereld neemt niet langer toe’ HANS ROSLING, op de Deense tv-zender DR2.