FACTCHECKER
‘Een krachtige winterstorm heeft de Noordpool tot het vriespunt gebracht, vijftig graden hoger dan het gemiddelde voor deze tijd van het jaar’, schreef The Washington Post net voor de jaarwisseling. Ook in sommige Vlaamse media verscheen dat duizelingwekkende cijfer. Klopt het? En zo ja, wat kunnen we daaruit concluderen?
De Noordpool is hier de geografische noordpool, het punt waar de denkbeeldige aardas uit de top van onze planeet steekt. Uitgedrukt in graden Fahrenheit – de meeteenheid die de VS en de Amerikaanse krant gebruiken – is het statement volgens Vlaamse deskundigen juist. Een temperatuursprong van 50 graden Fahrenheit stemt overeen met 27,7 graden Celsius (°C). En zo’n warmteopstoot is er grofweg geweest.
‘De temperatuur op de Noordpool schommelt eind december normaal tussen -20°C en -30°C’, zegt weervrouw Jill Peeters (VTM). ‘Maar op 30 december heeft de monsterstorm Frank er evenaarslucht van boven de Atlantische Oceaan naartoe gebracht. Met enorme rukwinden, gemeten nabij IJsland. Daardoor is de temperatuur kort, hooguit enkele uren, gestegen tot rond het vriespunt.’
De Noordpool is geen vasteland zoals Antarctica, maar oceaangebied waarop zee-ijs drijft. Op de top van de aarde staat geen landmeetstation.
‘Het temperatuurverschil steunt niet op een meting op exact dat punt’, benadrukt Noordpoolonderzoeker en emeritus Louis Beyens (UAntwerpen), van wie later deze maand het populairwetenschappelijke boek Het hoge Noorden. Een encyclopedie van de Arctis verschijnt. ‘De uitspraak stoelt op voorspellingen van een Amerikaans weerkundig model, en op berekeningen met gegevens van satellieten en boeien, verderop in de Arctische Oceaan.’
Een boei van de Wereldorganisatie voor Meteorologie (WMO), een instelling van de Verenigde Naties, registreerde op 300 kilometer van de geografische noordpool +0,7°C. Andere bakens, op respectievelijk 550 en 1608 kilometer, zagen het kwik stijgen tot -0,1°C en +0,5°C.
‘Overdag in de zomerperiode, van pakweg juni tot september, komt de temperatuur op de Noordpool geregeld boven het vriespunt uit’, zegt weersvoorspeller Tom Elegeert (KMI). ‘Maar in december zijn zulke temperaturen een grote uitzondering. Dit is de vierde keer sinds 1948, en voor het eerst zo diep in de winter.’
De andere metingen dateren van 1 december 2014 en van decennia geleden (4 en 5 december 1959).
Niet de klimaatverandering, noch warme oceaantemperaturen door El Niño kunnen de uitzonderlijke temperaturen verklaren, weet Elegeert. ‘Het fenomeen is uitsluitend toe te schrijven aan de weerkundige situatie van die dag. Als het de afgelopen dertig jaar almaar vaker was gebeurd, konden we het toewijzen aan de klimaatverandering. Maar vooralsnog niet, dus.’
Toch is de plotse temperatuurstijging een teken aan de wand. Als we niets veranderen, zegt klimatologe Nicole Van Lipzig (KU Leuven), is er volgens projecties van het klimaatpanel IPCC in 2050 ’s zomers in het hele noordpoolgebied geen zee-ijs meer. ‘Dat beïnvloedt uiteraard het ecosysteem. Maar het zou de opwarming van de aarde ook nog versnellen. Zee-ijs kaatst zonlicht terug. Hoe minder dat gebeurt, hoe meer de aarde warmte absorbeert.’
Conclusie:
Op de geografische noordpool schommelt het kwik eind december normaal tussen -20 en -30°C, maar rond de jaarwisseling zijn er kortstondig maximumtemperaturen van om en bij het vriespunt gemeten. Omdat de stelling klopt op voorwaarde dat je Fahrenheit en Celsius niet verwart, beoordeelt Knack ze als grotendeels waar.
GROTENDEELS WAAR
Jan Jagers
‘Op de Noordpool was het vijftig graden warmer dan normaal’ THE WASHINGTON POST