Peppillen en sloten koffie: voor de studenten breekt de examenperiode weer aan.
De tijd van blok en examens is een periode van hoogspanning in het studentenleven. Die kun je goed doorstaan als je de studieperiode tijdig bekijkt en plant en de eigen capaciteiten niet over- of onderschat. Wie tijdig begint te studeren, hoeft tijdens de examens de leefgewoonten niet te veranderen. Zorg voor voldoende nachtrust en ontspanning. Isoleer je niet en onderhoud je sociale contacten zodat je een goed vangnet hebt wanneer er iets niet goed lukt.
De gemiddelde student zou moeten rondkomen met ongeveer 55 uur studie per week. Voor de meesten is dit perfect haalbaar zonder risico op overbelasting. Het is natuurlijk een gemiddelde en kan individueel variëren naargelang intelligentie, concentratievermogen, stressbestendigheid en verstoring door studie- of kotgenoten.
Vooral eerstejaarsstudenten aan universiteiten en hogescholen lopen risico op problemen. Ze oriënteren zich op ervaringen uit de middelbare schooltijd die evenwel drastisch verschillen van wat men aan de universiteit of hogeschool meemaakt. De periode van intensief studeren is nu immers veel langer en vereist studieplanning en zelfstandig werken. Veel eerstejaars weten niet wat hun overkomt. Een specifieke risicogroep zijn diegenen die spelenderwijs het middelbaar onderwijs doorkwamen en geen methode hebben om grote stukken leerstof te blokken.
Een andere groep zijn de studenten die te laat beginnen te blokken, daardoor onvoldoende slapen en onder hoge stress staan.
De voornaamste problemen waar studenten tijdens de blok- en examenperiode mee kampen, zijn vermoeidheid en concentratiestoornissen. Vermoeidheid is meestal gewoon te wijten aan te weinig slaap – al kan ze ook een andere lichamelijke oorzaak hebben. Een tweede belangrijke klacht zijn concentratieproblemen of te veel stress om goed te studeren. Ook hierin kunnen tal van redenen meespelen. Het is noodzakelijk die grondig met de arts te bespreken. Spanningen kunnen toenemen door een slechte leermethode, te hoge verwachtingen, de vrees de stof niet aan te kunnen, twijfels over de juiste studiekeuze. Door de spanning kunnen ook sluimerende psychologische problemen ineens oplaaien. Klassiek zijn de ruzies met het lief, de twijfels over de professionele toekomst, faalangst en vragen omtrent het doel van het leven.
Met een pepmiddel kun je een korte moeilijke periode overbruggen, maar dat moet steeds met de nodige voorzichtigheid en in overleg met de huisarts gebeuren. Het is aanbevolen alleen lichte middelen te gebruiken en voor een zeer beperkte tijd, bijvoorbeeld om het laatste of de laatste twee examens te halen. Sterke pepmiddelen, op basis van amfetamines, raden de studentenartsen af. Ze kunnen ongewenste effecten veroorzaken. Bij overmatig of wat langer gebruik wordt men agressiever, onhandelbaar, lastig en brutaal. Sommige mensen raken helemaal over hun toeren en beseffen niet eens meer waar ze mee bezig zijn.
Studenten die alleen tijdens de examenperiode last hebben van slaap- of inslaapstoornissen kunnen soms geholpen worden met een licht inslaapmiddel. Ook dat moet in samenspraak met de huisarts gebeuren. Bij foutief gebruik kan het voor sufheid zorgen de dag nadien en er is ook het risico van gewenning. Stop het gebruik na de examenperiode.
WAT IS EEN BLACK-OUT?
Bij een zogenaamde black-out lijkt het geheugen plots dicht te klappen. Men kan zich nauwelijks of zelfs helemaal niets meer herinneren van de gestudeerde stof. Veel studenten vrezen dat je zomaar, zonder de minste aanleiding kan blokkeren, maar dit is slechts uiterst zelden het geval. Het dichtklappen tijdens een examen is doorgaans het gevolg van een extreme opstapeling van spanning en vermoeidheid. Ook een zeer sterke prestatiedruk kan ertoe bijdragen. En overmatig gebruik van pepmiddelen.
door MARLEEN FINOULST