Paars maakt de asielprocedure ‘sneller en eenvoudiger’. Toch had SP.A-senator en priester Staf Nimmegeers gehoopt op een ‘moediger beleid’.

De Kamer geeft deze week normaal zijn fiat aan de hervorming van de asielwet, waarover minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael (VLD) een jaar geleden al zei dat de regering ermee rond was. Over de nieuwe wet is tot op het allerlaatste moment gebakkeleid. De hervorming moet ertoe leiden dat nieuwe asielaanvragen – de jongste twee jaar waren er dat telkens ongeveer 15.000 – binnen twaalf maanden behandeld zijn. De Dienst Vreemdelingenzaken registreert nog alleen de aanvragen. Het commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen beslist zowel over de ontvankelijkheid als de gegrondheid. Beroep tegen een afwijzing is mogelijk bij een nieuwe Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, die 32 magistraten telt. De Raad van State oordeelt nog enkel over cassatieberoepen tegen vormfouten in een procedure.

De asielwetwijziging is daarom gekoppeld aan een andere werking van de Raad van State. Dat rechtscollege krijgt zes nieuwe magistraten om de achterstand (37.000 zaken, waarvan 25.000 vreemdelingendossiers) weg te werken en binnen de Raad van State komt er een ‘filter’ of cel, die oordeelt of cassatieberoepen tegen beslissingen over asielaanvragen daadwerkelijk behandeld moeten worden.

In de nieuwe asielwet worden voorts enkele andere netelige punten geregeld. De leeftijd voor gezinsvorming wordt verhoogd naar 21 jaar. Voor asielzoekers uit andere (kandidaat-) EU-lidstaten is er een ultrakorte procedure van vijf dagen. Slachtoffers van mensensmokkel en vreemdelingen die niet zonder levensgevaar of andere zware bedreigingen terug naar hun land kunnen, krijgen aparte beschermingsstatuten.

Het asieldebat ging in de voorbije maanden echter minder over deze facetten dan over het lot van asielzoekers die wegens het door de vorige regering geïntroduceerde principe ‘first in, last out’al jaren wachten op een beslissing. Zij trokken naar kerken en universiteiten om met hongerstakingen en acties hun regularisatie-eis kracht bij te zetten. Hun vragen naar wettelijke criteria en een aparte regularisatiecommissie kregen de steun van de Belgische bisschoppen, een rist sociale organisaties en op het politieke vlak van PS, CDH en de groenen.

Maar minister Dewael gaf geen krimp. Illegalen hoeven niet op regularisatie te rekenen. Individuele asielzoekers die al vier jaar in de procedure zitten en asielzoekende gezinnen met kinderen die al drie jaar uitkijken naar een beslissing, komen daar wel voor in aanmerking. De minister let daarbij ook op de openbare orde, de integratiebereidheid en de werkwilligheid. Een ernstige ziekte (in de nieuwe wet is een ‘medisch verblijfsstatuut’ opgenomen) en ‘humanitaire redenen’ kunnen eveneens leiden tot een regularisatie. Wettelijke criteria en een commissie komen er niet. Volgens Dewael heeft een kortere asielprocedure als gevolg dat op termijn nog alleen regularisaties wegens ‘prangende humanitaire omstandigheden’ nodig zijn en om daarover te oordelen, houdt de minister de handen liever vrij.

Actievoerende ‘mensen zonder papieren’, vluchtelingencomités, vakbonden en andere betrokken organisaties, zijn niet enthousiast. Bij het eerste groot teken van protest – de manifestatie ‘Hoop Op Papieren’ (HOP) op 15 februari in Antwerpen, met de Sint-Egidiusgemeenschap als gangmaker – was ook SP.A-senator en priester Staf Nimmegeers aanwezig. ‘Ik heb goede contacten met de mensen van Sint-Egidius en ik was het ook grotendeels eens met de HOP-doelstellingen’, aldus Nimmegeers. ‘Overigens ben ik niet als enige SP.A-mandataris mee opgestapt. De partij had daar geen problemen mee, zolang we het low profile deden. Ik ben een loyale SP.A’er, maar ik heb Staf Nimmegeers niet begraven.’

U verdedigt een menselijk asielbeleid, met een korte en rechtszekere procedure, waarbij geluisterd wordt naar het verhaal van de asielzoeker. Komt de hervorming van de asielwet daaraan tegemoet?

STAF NIMMEGEERS: Voor een deel. Paars zit gewrongen. Enerzijds is er het legalistisch standpunt van minister Dewael over een strikte toepassing van de wet. Anderzijds is er een wonderlijke evolutie bij de publieke opinie, die gevoed wordt door kerkasiel- en andere in het oog springende acties. Uit peilingen blijkt dat 57 procent van de bevolking voor een humaan asielbeleid is. Dat kan tellen in een periode van maatschappelijke verharding en toenemend racisme. Maar of de uitweg die de regering gezocht heeft, echt een oplossing is?

U twijfelt?

NIMMEGEERS: Ja, omdat een ruimere visie op asiel en migratie ontbreekt. Dat moet bovendien een Europese visie zijn, maar Europa is daarvoor momenteel te zwak. Toch is er beweging in verschillende EU-lidstaten. In Italië en Spanje is beslist om tot een collectieve regularisatie over te gaan. In Frankrijk is de discussie daarover volop aan de gang. Er is een groeiend besef dat de migratiestroom – via asielaanvragen of onder de vorm van economische migratie – niet te stuiten is. Ik druk het soms zo uit: ijzeren gordijnen en wachttorens zullen migranten niet tegenhouden, desnoods komen ze langs de riolen en in feite kun je hen geen ongelijk geven.

Houdt de nieuwe asielwet dan helemaal geen verbetering in?

NIMMEGEERS: Toch wel, maar ik had gehoopt op een moediger beleid. Kijk naar Spanje. Dat land heeft eerst de illegalen die er wonen en werken en die geen misdrijven hebben gepleegd collectief geregulariseerd en gebruikt nu de harde hand tegen een nieuwe instroom.

In 2001 heeft de paars-groene regering een collectieve regularisatie doorgevoerd. Pleit u voor een herhaling?

NIMMEGEERS: Ik zeg niet dat iedereen geregulariseerd moet worden. Zonder criteria kan dat niet. Maar een tweede collectieve regularisatie is volgens mij nodig omdat de situatie nu eenmaal is wat ze is.

De regering was naar eigen zeggen al in juni 2005 klaar met de hervorming van de asielwet. Het debat is daarna snel over de regularisaties gegaan. Hoe komt dat?

NIMMEGEERS: Daar heeft de weerklank van de kerkbezettingen veel mee te maken. Maar in plaats van een positief effect te hebben zodat er iets zou veranderen, is de asielwethervorming lange tijd bevroren geweest. Dat is een typische reactie van de Belgische politiek. Als er iets in het land gebeurt, kiest men voor stilstaan en afwachten.

Minister Dewael heeft al die tijd zijn bevoegdheid verdedigd om zelf over individuele regularisatiedossiers te kunnen beslissen, zonder wettelijke criteria. De SP.A heeft zich steeds achter die opstelling geschaard.

NIMMEGEERS: Individuele regularisatiebeslissingen zijn arbitrair. Daarom steunde ik samen met andere SP.A-politici de HOP-eis ter zake. Er is dus niet altijd volledige overeenstemming tussen wat individuele SP.A-mandatarissen denken en wat de SP.A-leiding opportuun vindt.

De voorzichtige houding van de SP.A moet de indruk wegnemen dat de partij de deuren van ons land voor iedereen zou willen openzetten. De enige uitleg is de SP.A-vrees voor bestendig electoraal bloedverlies aan het Vlaams Belang.

Laat de SP.A daarom ook alleen maar backbenchers zoals Dalila Douifi en Magda De Meyer het woord voeren in het asieldebat in het parlement?

NIMMEGEERS: De kopstukken verbranden hun vingers liever niet. Maar ik wil hier niet het proces van de SP.A maken, want ik voel me als een vis in het water in die partij. Alleen mag ze over belangrijke maatschappelijke thema’s duidelijker kleur bekennen. Ze doet dat nu te weinig en te fragmentarisch.

Is de regularisatiediscussie niet zonder voorwerp? Minister Dewael heeft vorig jaar 11.630 mensen geregulariseerd. Het aantal asielzoekers dat jaarlijks erkend wordt, is bijna tien keer kleiner.

NIMMEGEERS: De politieke discussie draait vooral rond de vraag of men geen toevloed van migranten krijgt als men meer zou doen en hoe de buurlanden en de eigen publieke opinie dan zouden reageren. Maar zelfs indien de minister elk jaar tienduizend mensen regulariseert, maakt dat alleen het topje van de ijsberg zichtbaar. Het is genoegzaam bekend dat een belangrijk deel van onze economie draait op het werk van illegalen, terwijl werkgevers klagen over een tekort aan werkkrachten omdat zich te weinig geschikte kandidaten melden en omdat Belgische mensen kieskeurig zijn en niet alle werk willen doen.

Ik erken dat er een aanzuigeffect kan zijn. Daarom kan een collectieve regularisatie ook nooit op zich staan. Die moet gepaard gaan met andere ingrepen: een strenge controle op nieuwe instroom, een zo kort mogelijke behandeling van asielaanvragen en een systeem om elk jaar een vooraf bepaald aantal migranten – en niet alleen mensen met hersens – toe te laten, naar het voorbeeld van de VS en hun green cards. Zo krijg je een beleid met een langetermijnvisie en een samenhangende houding op wettelijk, humaan en economisch vlak.

Ook de bisschoppen hebben zich gemengd. In Gent, Namen en Antwerpen steunden ze de kerkasielacties en op 11 mei was er hun verklaring over ‘de signaalfunctie’ van de kerkbezettingen.

NIMMEGEERS: Dat ze gezondigd zouden hebben tegen de scheiding van Kerk en Staat, is in elk geval nonsens. De bisschoppenconferentie is een opiniegroep zoals ook de vakbonden dat zijn, met het recht om een standpunt in te nemen. Ze vinden het hun plicht om op te komen voor mensen in nood. Ik denk ook dat Rome daarop heeft aangedrongen, want voor dat deel van de moraal zijn ze daar heel gevoelig. Bovendien: noblesse oblige, zeker in een jaar dat de Vlamingen pater Damiaan hebben uitgeroepen tot de grootste Belg.

Het sleutelwoord in de bisschoppenverklaring was ‘edelmoedigheid’. Is het Belgische asielbeleid edelmoedig?

NIMMEGEERS: Soms wel, soms niet. Ik kan minister Dewael tijdens het wekelijkse vragenuurtje in de Senaat kwaad krijgen met een interpellatie over wat hij en zijn administratie níét gedaan hebben in een concreet asieldossier. Hij legt dan uit wat hij voor andere gevallen wél ondernomen heeft. Maar dat wijst opnieuw op het arbitraire karakter van zijn beslissingen. Net daarom ben ik voor een wettelijke regeling die meer houvast biedt.

Edelmoedigheid is een vaag begrip voor de politiek. Rechtvaardigheid past beter. Los daarvan worden in Vlaanderen, ondanks het electoraal succes van het Vlaams Belang, veel uitgeprocedeerde asielzoekers opgevangen en geholpen. In Wallonië geldt een benadering van la terre d’accueil. In Vlaanderen zijn de mensen pragmatischer. Voor een asielzoeker of illegaal die ze goed kennen en sympathiek vinden, willen ze graag iets doen. Die mentaliteit hebben zelfs mensen van het Vlaams Belang, zoals Kamerlid Guido Tastenhoye die een gezin uit Kazachstan wilde helpen.

Ook de opvang van asielzoekers wordt gewijzigd. Voortaan krijgen ze alleen nog materiële – en dus geen financiële – steun. Daardoor zouden ze volgens minister van Sociale Integratie Christian Dupont (PS) meer in de toegewezen gemeenten blijven en niet langer door die gemeenten in de grote steden gedumpt worden. Is dat geen ijdele hoop? En zal de sociale ellende in de grote steden niet nog groter worden, want tot nu toe namen die asielzoekers tenminste nog het geld van hun financiële steun mee naar Brussel of Antwerpen?

NIMMEGEERS: Voor vluchtelingen die enkel in de stad gedijen, bestaat dat risico. Maar in het algemeen ben ik het eens met minister Dupont, die een wijs man is. Zijn nieuwe aanpak verhoogt de kans dat ze in een toegewezen gemeente blijven. Daar hebben ze meer mogelijkheden om een normaal leven uit te bouwen, de taal te leren en aanvaard te worden.

In een grootstad komen ze vaak terecht in een getto. Een groot aantal is economisch vluchteling en verwacht dat het goud hier aan de bomen hangt. Eenmaal hier, willen ze zich graag allerlei dingen aanschaffen. Maar daarvoor moeten ze eerst werken en als dat om diverse redenen niet lukt, wenkt de criminaliteit om snel geld te maken.

Bij de opvang van asielzoekers wordt ook gezocht naar alternatieven voor kinderen die nu in gesloten centra verblijven.

NIMMEGEERS: De sfeer in een gesloten opvangcentrum is voor niemand bevorderlijk en al helemaal niet voor kinderen. Maar hen alleen daar weghalen, lost het probleem niet op. Eigenlijk moeten die gesloten centra volledig verdwijnen. Dat kan als we een beter terugkeerbeleid voeren.

Directeur Bob Pleysier van het federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers spreekt over een ‘constructieve terugtocht’ voor mensen die uitgeprocedeerd zijn.

NIMMEGEERS: Moeten terugkeren is altijd pijnlijk, hoe menselijk dat ook wordt geregeld. Zeker nodig zijn een financiële handdruk en betere akkoorden met de landen waar uitgeprocedeerde asielzoekers naartoe gebracht worden, zodat ze niet van de regen in de drop raken.

Maar kan een terugkeerbeleid zonder doortastend te zijn? Bevelschriften om het land te verlaten, halen weinig uit.

NIMMEGEERS: Dat is juist. Maar wie hier onwettelijk is, moet het land zo vlug mogelijk verlaten. Dat vergt een besliste en kordate overheid, ook uit respect voor de mensen die op een regelmatige manier een statuut en papieren verwerven.

De asielwet legt de lat zo hoog mogelijk voor immigranten. Een ‘actieve migratiepolitiek’ legt die lat zo laag mogelijk omdat ze nodig zijn om de bevolking jong te houden en de economie te doen draaien. Is dat geen cynische houding?

NIMMEGEERS: De lat moet vooral op een eerlijke manier gelegd worden. De fout van de jaren zestig van de vorige eeuw mag niet herhaald worden. Toen zijn mensen met platvloerse propaganda naar hier gehaald en sprak niemand over gezinshereniging of religieverschillen. Zo is de mythe ontstaan van ’tout est permis et tout est possible en Belgique’. Zo is veel van de miserie begonnen die intussen Belgen en migranten raakt. Anderzijds mogen we niet vergeten dat ook veel Vlamingen niet eens zo lang geleden zijn uitgeweken en in onder meer Frankrijk, Canada en de VS met dezelfde moeilijkheden en vooroordelen geconfronteerd werden als de migranten nu bij ons. De geschiedenis herhaalt zich altijd weer. Met dat inzicht kunnen we veel van de huidige problemen relativeren.

DOOR PATRICK MARTENS

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content