Zou het kunnen dat de SP.A-kiezers in de aanloop naar de verkiezingen plots in de gaten kregen dat ze al die tijd achter het vaandel liepen van een – naar het woord van de vorige week overleden Nederlandse academicus en columnist Bart Tromp – imaginaire Socialistische Partij. Anders (of is het nu Sociaal Progressief. Alternatief?)? Een imaginaire SP.A die in weinig lijkt op de werkelijke SP.A. Zou het kunnen dat zij daarom, omdat de kloof tussen de imaginaire en de werkelijke SP.A te groot werd, een andere, populistische richting kozen?

Het resultaat van het socialistische debacle is in elk geval dat Vlaams minister-president Yves Leterme binnenkort, wellicht na voorbereidend werk van veteraan Jean-Luc Dehaene, wordt uitgestuurd om een vuurvaste rooms-blauwe meerderheid bijeen te brengen.

Intussen begint Antwerps burgemeester Patrick Janssens in opdracht van de SP.A-top een onderzoek naar de oorzaak van de electorale ontsporing van zijn partij.

Zo’n rapport, gestoffeerd met diagrammen allerhande die de verschuivingen moeten illustreren, is voor een partij die de verkiezingen verloor altijd een moment van introspectie en zelfkastijding. Destijds al maakte de Leuvense socioloog en fellow traveller Luc Huyse een analyse van wat er in november 1991 op die beruchte Zwarte Zondag misliep voor de toenmalige SP. Al bleef dat van die zelfkastijding toen wel binnen de perken.

De voorbije jaren is politiek bedrijven er voor socialisten niet makkelijker op geworden. De verzorgingsstaat waaraan de voorlopers van de SP.A meebouwden, wordt gaandeweg afgetuigd. En de partij staat erbij en kijkt ernaar.

Sterker nog: vandaag moeten socialistische bestuurders burgers op hun verantwoordelijkheden wijzen. Een vakbondsman zal nu komen uitleggen dat er maar beter niet kan worden gestaakt om de economische bedrijvigheid niet te hinderen. Werklozen moeten ‘geactiveerd’ worden – met andere woorden: ze worden onder dwang aan het werk gezet.

De overheid, waar de socialisten na al die jaren in de regering mee geassocieerd worden, toont nog weinig clementie. De uitspraak is van de Nederlandse prof arbeidsbeleid Erik de Gier.

Decennia geleden trachtte wijlen Frank Van Acker de toenmalige SP aandacht bij te brengen, niet alleen voor arbeiders doch ook voor de middenklasse, de zelfstandige, de kleine neringdoende. Daar kwam toen groot verzet tegen van geleerde proffen die graag, zoals Frank Van Acker dat uitdrukte, ‘als arbeider verkleed’ op partijcongressen en 1 meistoeten verschenen.

Onder het voorzitterschap van Steve Stevaert weigerde de SP.A zelfs nog langer de partij van het miserabilisme te zijn. De partij brak gaandeweg niet alleen met haar syndicale achterban, ze verwaarloosde ook haar eigen afdelingen, als ze die al niet op non-actief zette.

Veelzeggend waren de televisiebeelden van het spontane feestje vorig jaar, op zondagavond 8 oktober, van de culturele beau monde op de Antwerpse Grote Markt, na de overwinning van burgemeester Patrick Janssens.

Als die beelden al iets aantoonden, dan wel dat de SP.A allengs een paarse partij is geworden – de droom, de hereniging van liberalen en socialisten, die sommige SP.A’ers graag koesteren. Alleen is dat nieuwe kiespubliek veel minder van stavast dan de oude, nu ontgoochelde achterban.

Niets is leerrijker, en tegelijk pijnlijker, dan de namen van enkele SP.A-kopstukken door de databank van Graydon te jagen en het aantal bestuursmandaten dat daar dan uitrolt samen te tellen.

Vorige week nog nam Limburgs provinciegouverneur Steve Stevaert het voorzitterschap op van de verzekeringsmaatschappij Ethias. Onbezoldigd. Uiteraard. Zitpenningen en kostenvergoedingen worden vanzelfsprekend niet als bezoldiging beschouwd.

De huidige SP.A wordt geleid door een generatie die, naar de oneliner van Steve Stevaert, het socialisme gezellig maakte. Gezellig, voor zichzelf.

door Rik Van Cauwelaert

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content