Zoe Blyau, burleske danseres: ‘Een lichaam is niet gelijk aan seks’
Met haar burleske acts strijdt danseres Zoe Bizoe tegen de seksualisering van het vrouwenlichaam. Maar naast het podium voelt ze schroom.
‘Ik ben alleen maar bezig met lichaam en geest’, zei ze aan de telefoon en ook de schoudertas die ze tijdens onze wandeling door het ochtendlijke Gent draagt, laat weinig twijfel bestaan over haar drijfveren: ‘Ik wil dansen’, schreeuwt die uit.
Onder de artiestennaam Zoe Bizoe danste Zoe Blyau zich de voorbije jaren een leven bij elkaar. Ze begon bij de dansgroep The Retronettes en treedt sinds 2018 solo op als burleske danseres. In Londen werd ze zelfs wereldkampioene in deze sensuele vorm van dansen, die de vrouwelijkheid volop en in fiftiesstijl viert.
De nacht voor onze ontmoeting legde Blyau de laatste hand aan een nieuwe act, vertelt ze. Zoals wel vaker was haar brein niet meer te stoppen en dus werkte ze tot in de vroege uurtjes door. Het resultaat: een dragkingact, waarbij Blyau – als man verkleed – danst op Toxic van Britney Spears, maar dan gebracht door een strijkkwartet.
‘Het is toxisch om je als iemand anders voor te doen, dat is het idee erachter’, zegt Blyau. ‘Dus ontdoe ik me van al mijn kleren tot ik puur, bijna helemaal bloot ben. Dan verandert de muziek opeens in uitbundige Balkanmuziek, alsof ik bevrijd ben en eindelijk mijn lichaam kan vieren zoals het echt is.’
Als mijn borsten dan toch zo gevaarlijk zijn, zet ik ze graag als wapen in.
De politisering van het vrouwenlichaam lijkt centraal te staan in alles wat u doet. Klopt dat?
Zoe Blyau: Helemaal. Dat is ook het hele idee achter burleske. Het is ontstaan als een tegenbeweging, door vrouwen die een einde wilden maken aan het misbruik van hun lichaam door de mannelijke samenleving. Ze wilden hun lichaam voortaan alleen op hun eigen voorwaarden gebruiken. Humor was daarbij altijd belangrijk: het woord ‘burleske’ komt van ‘burla’, wat Italiaans is voor ‘grap’. Het was een commentaar op wie aan de macht was, mannen vooral.
En eigenlijk doe ik nog altijd hetzelfde. Mannen beslissen dat vrouwenborsten geseksualiseerd worden. Dat ze een lustobject zijn en niet gewoon borsten, een van onze zovele lichaamsdelen. Daarom mogen we onze borsten niet tonen, al zeker niet online, want dan breekt er een groot schandaal uit. En dus speel ik met die seksualisering, steek ik de draak met de machtshebbers en hun meningen of regels. Het zijn gewoon mijn tieten, stop met ze altijd te seksualiseren: daar komt het op neer.
U verkleedt zich graag als man. Uit seksuele fluïditeit?
Blyau: Mijn allereerste personage heette Louis Lou. Ik begon als man, vaak zag het publiek niet dat ik eigenlijk een vrouw was. Dan stripte ik tot er op mijn kruis een opgestoken middelvinger tevoorschijn kwam. Ik speelde met het idee dat je als man wel probleemloos naakt kunt zijn en als vrouw nog altijd niet. Het publiek werd elke keer weer gek. Het was een welgemeende fuck you naar het establishment. Als mijn borsten dan toch zo gevaarlijk zijn, zet ik ze graag als wapen in.
En ja, als kind verkleedde ik me al als jongen. Ik voelde me lelijk en werd gepest, wellicht omdat ik wat groter en luider was dan andere meisjes. Maar als jongen voelde ik me wel knap. Nu nog, ik vind me nog altijd een mooie man. Als man heb ik een enorme aantrek van vrouwen, maar ook van mannen trouwens. Waarom zijn we ook zo gefocust op de verschillen tussen man en vrouw? Waarom mag een man geen rok aantrekken? Tenzij hij Schots is, dan mag het wel? Hoe leg je dat uit?
Merkt u na al die jaren een evolutie in hoe we kijken naar het vrouwenlichaam?
Blyau: Meer en meer mensen beginnen te beseffen dat ons lichaam van onszelf is, en niet van de maatschappij. Al hebben veel mensen wel nog altijd last van het heersende schoonheidsideaal van het slanke, fitte lijf. Ik vind dat zoiets raars: er zijn toch miljoenen verschillende lichamen? We hoeven toch niet allemaal wit en slank te zijn? Dan zeggen mensen dat ik gemakkelijk praten heb, omdat ik toevallig wit en slank ben, maar had je me twee jaar geleden geïnterviewd, dan had ik nog maatje 42. Mijn lichaam is een jojo. En dat is oké voor mij.
Hebt u altijd al vrede gehad met uw eigen lichaam?
Blyau: Ja, natuurlijk. Mijn lichaam is een instrument. Veel mensen zijn geobsedeerd door ‘het perfecte lijf’, maar wat is dat in godsnaam: perfect? De norm verandert zo dikwijls, volgens de tijd waarin je leeft en de plek waar je geboren wordt. Het is zinloos om eraan te willen voldoen. (op dreef) Wie beslist ook wat de norm is? Als je gezond kunt leven en alles kunt doen wat je wilt, dan heb je toch het perfecte lijf?
U leeft met een gebalde vuist?
Blyau: Nogal, ja. Ik wil mijn mond niet houden, zeker niet als een groep mensen onderdrukt wordt door een andere groep. Ik ben een vurig mens, ik laat niet op mijn kap zitten.
Mannen zouden zelfs bang zijn van u.
Blyau: En terecht. (lacht) Oneerbiedige vragen of voorstellen, ik krijg ze zelden. Ik denk dat ik iets uitstraal waardoor mannen zich snel bedenken als ze me zouden willen lastigvallen. Zeker op het podium, daar heb ik de macht in handen en creëer ik een sfeer waarin ik de volledige controle heb. Bij burleske gaat het trouwens niet om mannen. Dat is een van mijn stokpaardjes: stop met alles altijd rond mannen te laten draaien. Burleske gaat om het brengen van een verhaal, een dans, een miniatuurtoneelstuk, waarbij er toevallig iemand zijn kleren uitdoet om het publiek mee te krijgen en wat spanning in het verhaal te brengen, zoals een ballerina een grand écart of een pirouette uitvoert.
Als u uw lichaam louter als een instrument ziet, schat u uw geest dan hoger in?
Blyau: Niet noodzakelijk, nee. Mijn lichaam weet meestal beter wat het wil dan mijn kop. Als ik een nieuwe choreografie moet maken, luister ik in de eerste plaats naar mijn lijf. In mijn hoofd komt een idee op, daar begint het mee, maar mijn lichaam beslist uiteindelijk hoe het zal dansen. Veel denkwerk komt daar niet aan te pas. Het is continu zoeken naar een balans tussen de twee. Als mijn hoofd het overneemt terwijl ik aan het dansen ben, gaat het gegarandeerd mis. Dan blokkeer ik.
De geest is vaak een blokkade. Zeker tijdens het dansen. Als we dansen en we merken dat iemand naar ons kijkt, stoppen we dikwijls met dansen. Dat is toch raar? We hoeven ons toch niet te schamen omdat we dansen?
Ik las wel dat u niet snel naar de sauna zult gaan en dat uw eerste vrijages zich in het donker afspeelden.
Blyau: Dat komt omdat ik niet in een naakt huis ben opgegroeid. Het naakte lijf was in mijn jeugd privé en seks was taboe. Ik kwam uit een bloemkool, of was gebracht door de ooievaar, dat ben ik nu even vergeten. (lacht) Tot mijn achttiende is er nooit over seks gepraat. Mijn schroom komt daar nog altijd uit voort. Op het podium kruip ik in de huid van een personage, ernaast heb ik niet graag dat mensen naar mijn naakte lijf kijken. En op het podium ben ik ook nooit helemaal naakt: ik draag meestal juwelen, een broekje of tepelhoedjes. Zelfs als ik alleen een string aanheb, voelt het alsof ik een volledig kostuum draag.
Wanneer hebt u het bevrijdende gevoel van dansen voor het eerst ervaren?
Blyau: Ik heb dat altijd al gehad. Ik heb nog een video van toen ik nauwelijks een jaar oud was: we waren in Parijs met de hele familie en ik sta in een geel jurkje te dansen terwijl ik iedereen nootjes aan het voederen ben. ‘Ze stond toen al met haar gat te draaien’, zegt mijn ma altijd. Mijn lichaam wist blijkbaar al wat het moest of wilde doen, zodra er muziek speelde. Ik heb er niet veel over te zeggen, mijn lijf beslist. (lacht) Het heeft alleen lang geduurd voor ik mijn schaamte kon loslaten. Pas na mijn twintigste lukte dat, dankzij goede vriendinnen en door er complexloos over te praten. Me samen met andere vrouwen omkleden bij The Retronettes hielp ook enorm. Ik zag plots zo veel verschillende vrouwenlichamen en we konden er zonder schaamte over praten. Een lichaam is niet gelijk aan seks, dat heb ik daar geleerd.
Hoe verzorgt u uw lichaam?
Blyau: Niet altijd even goed, moet ik toegeven. Ik slaap vaak te weinig en eet onregelmatig: soms te weinig, soms veel te veel, twee weken aan een stuk elke dag frieten. Ik ben bovendien een rugpatiënt, ik heb veel last van lumbago, dus moet ik mijn core trainen. Maar op dat vlak ben ik lui. Ik maak snel spieren aan en als ik voldoende dans – maak ik mezelf wijs – is het in orde. Ik dans sowieso elke dag. Soms sta ik zelfs al dansend op. Mijn lijf is niet gemaakt om stil te zitten.
Ik wist al als kind dat ik op een podium zou belanden. Ik had er heel levendige dromen over. Er zijn bepaalde paden die zodanig verhard zijn dat je ze wel móét nemen, denk ik.
Dat is een van mijn stokpaardjes: stop met alles altijd rond mannen te laten draaien.
Bent u gelovig?
Blyau: Ik geloof in de natuur. We praise a God we don’t see en we kill a God we see, dat vind ik een juiste uitspraak. Natuur is God. Mijn mama is supergelovig, maar ik geloof niet in een boek dat door mannen geschreven is. (lacht) We zijn wel spirituele wezens, dat is duidelijk, we zijn op zoek naar de zin van ons bestaan.
Wat is die voor u?
Blyau: (denkt na) Leven. De zin van het leven is leven. Ervaren. Ervaringen opdoen en daardoor een slimmere en rijkere persoon worden. Maak het gewoon mee, het leven, we are here to dance, fuck and enjoy. Maar neem ook verantwoordelijkheid op voor je eigen leven. Als iedereen één iemand zou helpen, dan was iedereen geholpen. Het gewicht van allen draagt allen. We zijn hier om lief te hebben, doe dat dan ook.
Uw vader is vroeg gestorven. Heeft zijn dood u anders naar het leven doen kijken?
Blyau: Waarschijnlijk wel, al was ik nog te jong om het bewust te beseffen. Ik was amper vijf toen hij stierf aan kanker. Jammer genoeg heb ik nog maar weinig herinneringen aan hem. Ingrijpender was het auto-ongeval dat mijn moeder twintig jaar geleden had en waardoor ze volledig verlamd is geraakt. Ik zat bij haar in de auto toen het gebeurde, ik was twaalf. Van de ene dag op de andere moest ze verder in een rolstoel. Zij heeft me wel geleerd dat je je leven zo veel mogelijk in eigen handen moet blijven nemen. Ze wist zich altijd te redden. Maar in mijn puberteit, een periode waarin het normaal allemaal rond jou draait, moest ik moeder spelen voor mijn eigen moeder. Ik moest haar aankleden, haar wassen, haar eten geven. Dat deed me beseffen dat ik geen kinderen wil. Ik wil die verantwoordelijkheid niet meer, dat je elke dag voor iemand moet zorgen.
Vier jaar geleden bent u tijdens de Gentse Feesten aangevallen met een bierglas. U hield er een posttraumatisch stresssyndroom aan over. Hoe gaat het nu?
Blyau: (zwijgt lang) Ik voel het meteen opnieuw, ik kan bijna niet meer ademen. (ademt diep in en uit) Het blijft pijn doen. Omdat we ze niet zien, snappen we nog altijd niet hoelang het duurt voor mentale wonden genezen. Ik heb veel gehad aan EMDR-therapie, waarbij ik afwisselend de linker- en rechterhelft van mijn hersenen activeer. En als ik echt overprikkeld ben, neem ik een lange douche. Gelukkig heb ik geen paniekaanvallen meer op straat.
Ik ben altijd erg gevoelig geweest, als kind al. Ik had altijd alles gehoord en gezien, voelde alles zoveel intenser dan de meeste mensen. Als ik verdriet heb, voelt het alsof ik het verdriet van de hele wereld op mijn schouders draag. Dat is soms erg vermoeiend… ‘Miss 10.000 volt’ noemde mijn ex-schoonvader me, en hij had gelijk. Een rustig, kleurloos leven is niets voor mij. Af en toe springt de plon eens, dan trek ik me enkele dagen op mezelf terug, maar daarna kan ik weer de hele wereld aan.
Bio Zoe Bizoe
1988: geboren als Zoe Blyau, in Athene
1994: verhuist van Griekenland naar België, waar haar moeder een café opent in Parike, bij Brakel
2008: gaat in Gent studeren en wonen
2012: begint te dansen bij dansgroep The Retronettes
2018: gaat solo als burleske danseres
2019: wordt wereldkampioene burleske in Londen, wint internationale prijzen
2022: woont in Gent, werkt deeltijds bij een castingbureau, en is cabaretier/comedian/actrice en model