FRANS VERLEYEN
HONDERDEN INTERESSANTE VLAMINGEN laten hun naam in de krant zetten onder een advertentie met de kop De SP is nodig. Veel hoogleraren, journalisten, mensen van de omroep of het welzijnswerk en vrijwel al onze goede schrijvers willen blijven meehelpen aan de strijd tegen racisme, onverdraagzaamheid en egoïsme. “De keuze gaat tussen een ieder-voor-zich-systeem waarin alleen het recht van de sterkste geldt en een solidaire samenleving die iedereen gelijke kansen biedt en niemand uit de boot laat vallen. ” Wie het daarmee eens is, kan nog altijd “een kopie met handtekening sturen naar Louis Tobback, Keizerslaan 13, 1000 Brussel. “
In de gegeven omstandigheden lijkt de strategie een beetje onbescheiden. Ze sluit ook niet goed aan bij die andere boodschap van de burgemeester, lijsttrekker en partijvoorzitter : “Dit is het einde van een politieke generatie, mijn generatie. Ik voel mij verantwoordelijk voor een verleden dat gepaard ging met enveloppes en kontant geld. Diegenen die daar tientallen jaren in meegedraaid hebben, raken dat niet meer kwijt. ” Vice-premier Vande Lanotte : “We zijn besmet en zullen moeten uitzweten. ” De SP vraagt vergiffenis.
Vorige zomer mijmerden zowel Norbert De Batselier als Freddy Willockx luidop over een nakende afschaffing van hun partij, nog vóór het einde van de eeuw, dus binnen de vijf jaar. Ze zou zich oplossen in een brede progressieve aktie volgens het handboek van, zo bleek even later, Maurits Coppieters. Dat scenario is inmiddels opgeborgen. De partij roept zichzelf alweer uit tot bolwerk tegen de slechte anderen, van wie alleen de CVP van Dehaene iets minder zelfzuchtig is dan de parvenu’s en nieuwe rijken van de VLD “de hatelijkste”, zei de partijvoorzitter op zijn kongres. “Die VLD neemt het alleen op voor de sterken, voor wie macht, geld en talent heeft. De anderen krijgen bonnetjes. ” Zo simpel is het vijandbeeld. De SP blijft de beste keuze. Merk hoe de spiraal zich omhoog schroeft.
Na de komende verkiezingen wil Tobback opnieuw meeregeren met de kristen-demokraten om de sociale zekerheid en de werkgelegenheid eindelijk eens in goede banen te leiden. Indien de uitslag het nodig maakt, mogen ook de altijd wat onstabiele groenen meedoen, maar niet van harte. De voorzitter beseft wel dat “de anderen” hem zullen laten vallen wanneer hen dat goed uitkomt. “Maar als ze me toch nodig hebben, zal de prijs hoog liggen. ” De SP stelt haar eisen.
Het klinkt allemaal wat onwezenlijk maar het is klaar en duidelijk gezegd voor een geestdriftige zaal in Antwerpen, onder de neus van Filip Dewinter. En uiteraard weet Tobback wat hij doet, hij is de beste redenaar die het naoorlogse socialisme in België ooit had. Met zijn taktisch en intellektueel natuurtalent ziet zijn operatie er ongeveer als volgt uit.
Na de mislukte openingszet, eind februari, van voorgewende onwetendheid over de Agusta-korruptiezaak, neemt hij heel langzaam afstand van zijn “vrienden” in de gevangenis van Lantin. (Momenteel zijn het “internationale financiële gangsters”.) Dan gebruikt hij de maand maart om een golf van medelijden voor zijn argeloze, door een duistere “kliek” misleide SP op gang te brengen. Dat is aan het lukken, Vlamingen houden van geslagen honden zeker wanneer die een berouwvolle snuit opsteken. Nu suggereert hij, zo subtiel als een aartsengel, dat het wegstoppen van smeergeld voor de aankoop van Italiaanse helikopters eigenlijk “partijfinanciering” heet. Dat laatste omvat een vaag probleem in de breedte, de diepte en de tijd. Het moet ooit ergens vandaan gekomen zijn als een soort femme fatale, alleen weten we niet precies vanwaar. Men kende het allang, kon er niet veel tegen doen, was er beschaamd over, wou het de wereld uit. “Het kleurt op iedereen af. ” Vijftig miljoen, dat is onheil.
De eindfaze moet een zegevierende doorbraak worden. Tobbacks oude maar nu “gelouterde” generatie doet een oproep tot de jeugd. Zij dient het socialisme van het jaar tweeduizend te maken. In de verte straalt charismatisch licht, nieuw leven na de overwonnen ziekte. Eenmaal het onweer voorbij en onder een frisse regenboog neemt straks de roomsrode koalitie Dehaene II plaats, ten bate van de kleine man.
Die moet alvast leren leven met de gedachte dat hij jarenlang werd bezig gehouden met strijdtaal tegen het gulzige casino-kapitalisme, tegen kortzichtige bedrijfsbelangen en bazen. Achter de frontlinies bedreef de partij ondertussen haar stille ruilhandel met de vijand, “de sigaren rokende direkteurskoppen onder hun hoge hoed”. Achter de daartoe benodigde bankkluizen groeide ook de nood van het land : de schulden, het pensioengevaar, de nieuwe armoede, de straatverloedering, de werkloosheid, de mateloze opzwelling van het politieke bedrijf zelf. Wie daartegen in opstand kwam en iets nieuws durfde voorstellen, werd nota bene vorige zaterdag door Tobback voor nouveauriche uitgescholden. Gevolg : donderend applaus !
UITERAARD IS EEN SP NODIG, maar niet deze. Geen broedkamer voor al die elkaar opkwekende mannen en vrouwen die onverdiend rijk worden in teveel gekumuleerde, ook door de kleine belastingbetaler bekostigde kaderfunkties bij de door henzelf zo bezongen kollektieve sektor. Geen konservatieven die de linkse vlag aandragen als lijkwade voor misbruikte en stervende strukturen. Geen uit lef opgeschoten macht. Wel echte volksvertegenwoordigers die, in een voor de bevolking onveilige tijd, met hun hersens en hun wetgeving het openbaar belang behartigen. Let in dat laatste woord op het bestanddeel “hart”.