Didier Reynders in de prijzen
Didier Reynders (MR) werd onlangs verkozen tot de ‘Taxman van 2011’. Met dank aan de grote bedrijven, want op zijn departement loopt de boel nog altijd grondig fout.
Het klonk als een flauwe witz, maar het bleek waar. Aftredend minister van Financiën Didier Reynders (MR) werd op 8 juni verkozen tot ‘Taxman van 2011’ vanwege ‘zijn verwezenlijkingen als minister van Financiën sedert 1999’, zoals de notionele-interestaftrek, de fiscale amnestie, de lancering van Tax on Web, en een lange lijst voor het grootkapitaal voordelige wapenfeiten. Reynders kreeg felicitaties voor de fiscale stimuli die hij toekende aan investeerders in de audiovisuele sector – een mogelijk lovenswaardig initiatief. Toch doen zijn verwezenlijkingen als minister van Financiën sinds 1999 de wenkbrauwen fronsen.
Een interne doorlichting, het zogeheten Business Review Managementplan 2010 dat dateert van 25 februari 2011, concludeert bijvoorbeeld dat twintig strategische projecten en informaticaprogramma’s ter waarde van 145,8 miljoen euro die ‘cruciaal zijn voor de realisatie van de strategie van de FOD Financiën’ nog altijd niet zijn uitgevoerd. Enerzijds gaat het om programma’s die al in het strategisch plan van 2003 waren opgenomen, andere zijn opgestart in 2006 en zullen in plaats van in 2009-2010 pas in 2013, 2014 of 2015 worden opgeleverd.
Op het kabinet van aftredend staatssecretaris voor Fraudebestrijding Carl Devlies (CD&V) heeft men blijkbaar geen weet van de vertragingen, of men doet alsof ze niet bestaan. Dat bleek toen Devlies, na zijn ontmoeting met onderhandelaar Elio Di Rupo (PS), zijn eisen voor de fiscalefraudebestrijding bekendmaakte. Een daarvan was het doorvoeren van de ‘enige rekening’, waarbij invorderingen van belastingen, fiscale boetes en verkeersovertredingen zouden worden samengeteld. De belastingplichtige krijgt daarbij alleen de eindafrekening in de bus. Geniaal, ware het niet dat het noodzakelijke informaticaprogramma niet operationeel is. Evenmin zijn de wettelijke voorwaarden om de uitvoering mogelijk te maken aangepast. Het voorstel daartoe ligt sinds 2006 bij de Taxman van 2011, die er niets mee deed.
Een fait divers, zou je kunnen zeggen. Maar ook het Rekenhof ergert zich behoorlijk aan de vertraging in de informatica. In een rapport van 26 mei 2011 over het beheer van de fiscale achterstand klaagt het hof de gebrekkige en niet altijd betrouwbare meting van de achterstand van de belasting-invorderingen aan. De reden: de informaticatoepassing is niet operationeel.
Het gevolg van de vertragingen is dat ook de ermee verbonden nieuwe organisatiestructuur hopeloos achteroploopt. Jammer, want recent werden nog 98 vacatures uitgeschreven die al op de nieuwe structuur zijn afgestemd. Jammer ook voor de kandidaten die voor kort nog slaagden voor de examens gestoeld op de oude structuur. Hoe dan ook wil het management de realisatie van Coperfin, het volledige hervormingsplan van financiën dat al minstens 900 miljoen euro heeft gekost, klaarblijkelijk voortzetten. Ook al weet niemand nog precies wat die som tot nu toe heeft opge-leverd.
Veel functies met nieuwe profielen zijn alvast nog niet ingezet. Daarnaast laten ook de opleidingen op zich wachten die in het kader van de strijd tegen de grote fiscale fraude door het parlement waren aanbevolen. Zijn er wel voldoende mensen die hun weg vinden in het onderzoek naar de fiscale paradijzen? Op sommige diensten vallen de lijken – dossiers die vijftien à twintig jaar lang lagen te rotten – bij bosjes uit de kast. Bij sommige van die dossiers zijn de belastingplichtigen die ooit bezwaar aantekenden en nooit een antwoord kregen al lang dood of zijn hun firma’s failliet. Een behandeling van die dossiers zou nochtans 25 miljoen euro of meer kunnen opleveren. Geen nood, ze vertegenwoordigen slechts een klein aandeel van de schuldvorderingen als het gaat om directe belastingen, schrijft het jaarverslag van de FOD Financiën van 2009. En de meeste zijn jonger dan negentien jaar.
Toch zijn er in 2009 nog altijd ruim 600.000 lopende geschillen. Vooral de hangende zaken voor de hoven van beroep noemt de administratie ‘verontrustend’. Het aantal zaken neemt elk jaar toe: van 1537 in 2008 naar 1627 in 2009. In dat tempo is men nog tien jaar volop bezig met zaken uit de vorige eeuw.
Ingrid Van Daele