Goede bedoelingen en een bijbehorend marshallplan moet Charleroi van de verdoemenis redden. Maar van liefde rookt de schoorsteen niet.

255.000 euro voor een charmant kasteeltje, torentje inbegrepen en op een ruime 14 are? Er zijn qua vastgoed nog zaken te doen in Charleroi. Alleen ligt dit kasteeltje in Mont-sur-Marchienne ten zuiden van Charleroi. Aan de noordkant, naar Brussel toe, zou zoiets dubbel zoveel kosten, voor zover daar nog kasteeltjes en villa’s voorradig zijn. De nieuwe Henegouwers, diegenen die uit Brussel en Waals-Brabant naar het noorden van Henegouwen zijn afgezakt, hebben daar alles al opgekocht. Daardoor wordt de tweedeling van de provincie nog scherper zichtbaar.

Dat is ook de Waalse regering niet ontgaan, die op 23 februari 2010 samen met de Franse Gemeenschapsregering in het Expogebouw van Charleroi de nieuwe versie van het marshallplan voorstelde, dat onder de benaming ‘Plan Marshall 2. Vert’ gaat – dan is Ecolo ook gesust. Met de Franse Gemeenschap heeft dit weinig of niets te maken. Beide regeringen treden hier op als de ene regering Wallonie-Bruxelles die ze willen worden. Het plan wordt later ook in Brussel voorgesteld, ongetwijfeld in het bijzijn van de Brusselse minister-president en zijn regering.

Dit nieuwe marshallplan lijkt vooral op de stad Charleroi te zijn gericht, en op het zuiden van de provincie. Het noorden kan het met de luchthaven en het wetenschapspark Aéropôlis blijkbaar met minder openbare steun doen.

De stad heeft deze extra inspanning nodig. Uit een rondgang door het centrum van de bovenstad (de benedenstad met de stationsbuurt is helemaal een ramp) blijkt snel hoezeer de stad Charleroi lijdt. Er staan meer handelspanden leeg dan er in bedrijf zijn, en uit achtergelaten berichten of affiches blijkt dat zelfs nachtwinkels en dergelijke hier failliet gaan. Klassieke handelspanden zijn er niet meer, en ook vanuit het Achturenhuis, al decennialang het centrum van het sociale en commerciële leven in de bovenstad, wordt somber naar buiten gekeken. De klanten blijven weg, werkloze arbeiders verteren niet veel. Er zijn geruchten dat de enorme staalfabriek FAFER, die net buiten de stadsring al maanden stilligt, opnieuw in bedrijf zou worden gesteld maar niemand kan of wil dit bevestigen.

Nooit eerder, in geen honderden jaren sinds de hoogovens hier begonnen te roken en te stinken, nooit eerder waren de luchten boven Charleroi zo zuiver. Alleen wordt dat hier niet als positief ervaren. Geen rook is geen werk.

Toch laten ze hier de moed niet zakken. Zo schreef journalist Marcel Leroy een aardig boek over de staat van zijn stad en zijn streek (*). Leroy bezocht beide met de ogen van een buitenstaander, zoals hij zelf eerder op reportage trok naar Oekraïne: ook daar lijkt alles op het eerste gezicht kommer en kwel, maar wie niet enkel cynisch constateert, ziet inspanningen en een begin van resultaat. Zo ook in Henegouwen, en zelfs in Charleroi. Leroy bezocht een groot aantal bedrijven waar het beter gaat. Hij bevestigt met zijn reportages wel weer dat de groeizones in het noorden liggen: Seneffe, Le Roeulx, Bois d’Haine, Zinnik, Heppignies, Gosselies. Helemaal in het zuiden redden de trappisten van Chimay de eer. De stad zelf wordt herleid tot de luchthaven en de Aéropôlis.

(*) VOYAGE DANS CE HAINAUT QUI OSE. CARNET DE ROUTE. MARCEL LEROY. UITGEGEVEN DOOR HAINAUT DéVELOPPEMENT, BERGEN (MONS).

Guido Fonteyn

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content