Sinds 1 januari is Bart De Wever (N-VA) burgemeester van Antwerpen en Marc Van Peel (CD&V) opnieuw havenschepen. In de verkiezingscampagne viel Van Peel nochtans op met een filmpje waarin hij De Wever buiten de deur van het stadhuis hield. De bedenker was zijn eigen zoon Bart Van Peel, freelancejournalist en documentairemaker: ‘Ik beken: ik had Patrick Janssens graag als burgemeester.’

Bart Van Peel (°1975) is de oudste van de vier kinderen Van Peel: twee broers (Bart en Frederik), twee zussen (Griet en Karen). Hoewel hij sinds de voorbije verkiezingscampagne de weg wel kent naar het statige bureau van de havenschepen, één etage hoger dan het ‘Schoon Verdiep’, is het politieke bedrijf niet aan hem besteed. Bart Van Peel ziet zichzelf als ‘een creatieveling’. Hij is freelancejournalist, schrijft fictie, maakt documentaires, tot in Congo toe, en doceert aan de Karel De Grote Hogeschoolschool in hartje Antwerpen. In de aanloop naar 14 oktober voelde hij een onweerstaanbare drang om de campagne van zijn vader wat creatiever in te vullen. Dat leidde tot twee opmerkelijke filmpjes: eentje waarin Marc Van Peel een Nederlander (acteur Manou Kersting, bekend van de tv-series Matroesjka’s en Crimi Clowns) in de Schelde duwt. En eentje waarin een joggende Bart De Wever de deur van het stadhuis wil openduwen, wat hem wordt verhinderd door Marc Van Peel, die met één arm de deur dichthoudt. Het werd een instanthit op internet.

Bart Van Peel: ‘Ik vind verkiezingen héérlijk. Plakken en bussen, meegaan naar de markt… Geloof het of niet, maar een politicus wint stemmen met handjes schudden. Maar we zouden er natuurlijk nog veel meer uit kunnen halen. Kijk naar de VS, met die geweldige partijconventies, de polarisering van het land tijdens de campagne, de verzoening achteraf. Dat zijn toch momenten waarop een natie zichzelf definieert? Ik hou er dus echt van. Terwijl hij verkiezingscampagnes haat.’

Marc Van Peel: ‘Het is sterker dan mezelf. Ik word er letterlijk ziek van, als ik mijzelf als de beste en de knapste moet presenteren aan mensen die ik niet ken. Ik denk altijd: wie mij goed vindt, zal wel voor mij stemmen. Maar zo werkt het natuurlijk niet.’

En dus moet u zich onderwerpen aan de wetten van ‘het genre’.

Marc Van Peel: Ik wist wel dat het met de grote tweestrijd tussen Patrick Janssens en Bart De Wever niet makkelijk zou zijn om aandacht te krijgen. En dus hebben we gebrainstormd. Ik, Bart, zijn vrienden Stijn en Erik, mijn medewerkster Caroline. Omdat ik lijstduwer was, stelde Bart voor om iets te doen met ‘duwen’. Zo van: Van Peel loopt in de supermarkt, er dreigt iets op een klant zijn hoofd te vallen en hij duwt die dan nog net op tijd weg. Ik bespaar u de onnozel-heden.

Bart Van Peel: Het meest gewaagde was: iemand in de Schelde duwen. Opeens zegt papa: ‘Doen we. Ik wil nen Hollander in ’t Scheld duwen.’ En zijn ogen begonnen te blinken.

Marc Van Peel: In het filmpje moet Manou Kersting honderduit praten, en ik mag hem alleen in het water duwen. Dat is alles. Ik wilde graag iets zeggen, maar ik mocht niet. Ik moest zwijgen en duwen. Hadden ze me mijn zin laten doen, dan had natuurlijk geen mens gekeken. Dan hadden we een variant gemaakt op die typische filmpjes van lokale bestuurders: ‘Dag allemaal. Ik ben burgemeester van deze gemeente, en ik hecht veel belang aan goed bestuur.’ En vervolgens klikt iedereen weg, net zoals iedereen al die folders weggooit.

U hebt ook geluk dat Kersting met zichtbaar plezier acteert, anders had u mogelijk de Nederlandse publieke opinie over u gekregen.

Bart Van Peel: Natuurlijk zat er een risico in. Achteraf bleek wel dat de Nederlanders er zelf mee konden lachen, maar dat weet je niet van tevoren. Maar humor moet altijd een beetje gevaarlijk zijn.

Marc Van Peel: En vooral: we hadden een thema dat in Antwerpen nog altijd tot de collectieve verbeelding spreekt. Weet u, een Antwerpenaar spreekt zijn politici niet zo gemakkelijk aan. We hebben een vakantiehuis in Stekene, daar praten ze veel sneller met mij over politiek. Behalve toen die Belgisch-Nederlandse discussie losbrak over de Schelde. Toen hield men mij ook in Antwerpen herhaaldelijk tegen op straat: ‘Laat u niet doen.’ Niet toevallig staan in deze stad nog zo veel monumenten over het tolvrij maken van de Schelde. Dat begint al bij Brabo. Wie de Schelde blokkeert, pleegt een aanslag op onze welvaart: die gevoeligheid leeft nog altijd.

Bart Van Peel: Pas toen dat filmpje met die Nederlander een groot succes was, zijn we beginnen na te denken over een tweede. We hebben samen een spaghetti gegeten bij Arte op de Suikerrui. Toen stelde ik voor: we gaan nog een stapje verder. (grijnst) Ik wilde iets doen met dat dieetboek van Bart De Wever.

Marc Van Peel: Ik heb hem gezegd: ‘Doe dat niet, jongen. Patrick Janssens zal dat nooit goed vinden. We moeten positieve boodschappen brengen, niets doen tegen een ander.’ Maar ik heb me dus laten overtuigen. Zo verloopt bij ons ‘de besluitvorming’: een uur een spaghetti eten, brainstormen, eruit raken.

Is het gezin Van Peel een politieke familie?

Bart Van Peel:Zeker niet. Thuis spreken niet we zoveel over politiek. Ook al omdat het dan niet altijd gezellig is. We zijn op een kerstdiner eens over po-litiek begonnen, dat duurde wel even voor de vrede terugkeerde. En bovendien is mijn vader er al de hele dag mee bezig.

Marc Van Peel: Ik kijk ook niet elke zondagvoormiddag naar elke aflevering van De Zevende Dag of Wakker op Zondag. Evenmin breng ik mijn avonden al zappend door van Terzake naar De Kruitfabriek tot Reyers Laat. Vandaag is er echt overver-zadiging: er zijn te veel soortgelijke programma’s met soortgelijke gasten voor een soortgelijk publiek. En om de halve minuut moet er op commando gelachen kunnen worden. Het moet allemaal toch zo feelgood zijn.

Felix De Clerck, zoon van voormalig minister Stefaan De Clerck, heeft onlangs beslist om zich toch bij CD&V te engageren. Overweegt Bart Van Peel die stap ook?

Bart Van Peel: Op dit moment zeker niet. Na enig zelfonderzoek ben ik toch tot de conclusie gekomen dat je voor politiek een paar vaardigheden moet hebben die ik mis. Ik leef me uit in culturele projecten, ik zit in het kunstenaarscollectief ‘Captain Boomer’, ik schrijf en maak muziek. Mijn talenten zijn niet die van een politicus. Je ziet het trouwens vaak bij mensen uit de culturele sector die zich toch eens in de politiek wagen: meestal loopt dat fout af. Tegelijk zie ik ook wel dat ‘zonen of dochters van’ het vaak wél kunnen. Ze hebben thuis meegemaakt wat het leven van een politicus inhoudt, ze weten welke kwaliteiten ze moeten hebben of ontwikkelen.

En welke kwaliteiten hebt u in de loop der jaren ontwikkeld, Marc Van Peel? Zoals Herman Van Rompuy: rustige vastheid?

Marc Van Peel:(Stapt op, stapt naar een ingelijste tekst aan de muur van het kantoor.) Dit is mijn meditatiehoekje. Twee Etruskische maskers: een lacher en een wener. En daaronder hangt dus wat al jaren mijn lijfspreuk is: ‘If’ van Rudyard Kipling. Een fantastisch, tijdloos gedicht. (Pakt de tekst van de muur en declameert:)

‘If you can keep your head when all about you / Are losing theirs and blaming it on you / If you can trust yourself when all men doubt you /But make allowance for their doubting too…

(Na drie volledige strofen te hebben voorgelezen.) En zo gaat dat voort. En het eindigt op zijn Kiplings, in koloniale stijl, met een vleugje Baden Powell: ‘Then you are a Man, my son.’

Bart Van Peel: Dat is in een notendop mijn opvoeding. To do what has to be done.

Hebben de klassieke Vlaamse partijen dat oude motto van The British Empire dat Kipling zo dierbaar was, niet te vaak verwaarloosd: stand your ground, je moetvoet bij stuk houden?

Marc Van Peel: De hele politiek laat zich nog altijd te fel opjagen door de laatste zucht van de publieke opinie. Neem het debat over de Antwerpse mobiliteit, het Oosterweeldossier op kop. Veel van de problemen zijn veroorzaakt omdat onvoldoende duidelijk is gezegd: ‘We hebben deze beslissing genomen en die zullen we dus ook uitvoeren. Vandaar de ongerustheid bij Kris Peeters toen hij hoorde dat de SP.A ineens Groen bij de onderhandelingen wilde betrekken, een intern compromis om hun eigen verdeeldheid te maskeren. Peeters heeft zich niet gemoeid met welke Antwerpse partij met wie in zee zou gaan. Hij heeft ons wel bezworen om geen avontuur te beginnen door ook het nieuwe Oosterweel-akkoord weer op de helling te zetten. Bij die gedachte sloeg zijn hart wél over. Hij heeft dat ook tegen De Wever gezegd: ‘Doe ons dat niet aan.’

Ik weet nog dat ik in 2000 tijdens een vergadering aan de technici van de BAM vroeg wanneer die verbinding er eindelijk zou liggen. Hun antwoord was ‘2010’. En toen antwoordde ik: ‘Enfin jongens, dat menen jullie toch niet? Nog eens tien jaar.’ Nu spreken we al over het Masterplan 2020. En het resultaat is dat iedereen steeds bozer wordt op ‘de’ politiek.

Toen Gène Bervoets u ervan beschuldigde een ‘postjespakker’ te zijn, verdedigde uw zoon Bart u in een opiniestuk in de krant: ‘Hij is de beste vader van de wereld en een steengoede politicus.’ Is die loyauteit onvoorwaardelijk?

Bart Van Peel: Ik hou natuurlijk van mijn vader. Hij is gewoon deel van mijn identiteit. Ik kan hem nooit anders zien dan mijn vader, en vandaar dat ik altijd ‘de zoon van Marc Van Peel’ zal zijn. Je leert daarmee leven. En verder vorm ik over politiek vooral mijn eigen mening.

Hebt u altijd CD&V’ gestemd?

Bart Van Peel: Ja. Tenminste als papa op de lijst stond. (lachje) Ik heb op 14 oktober op hem gestemd, en op Patrick Janssens. Op de eerste en de laatste van de Stadslijst. Zoals veel Antwerpenaren vind ik het spijtig dat Patrick Janssens geen burgemeester meer is.

Natuurlijk was Janssens’ nederlaag geen echte verrassing: alle peilingen wezen daar al op. Ik kijk met verwondering naar het fenomeen De Wever: iemand die zichzelf zo durft, kan en mag mediatiseren. Die brengt amper drie weken voor de verkiezingen een dieetboek op de markt, linkt daaraan zijn politieke slogan ‘de kracht van verandering’, en krijgt vervolgens nauwelijks kritiek in en van de media. Hij komt daar niet alleen mee weg, heel Vlaanderen loopt ook nog eens achter hem aan. Is dat niet (aarzelt) jammer? Ik ding niet af op de politieke kwaliteiten van Bart De Wever. Alleen verbaast mij de beate bewondering die hem ten deel valt. Vandaar dat ik ook best trots ben op ons filmpje. Er waren niet veel politici die de draak durfden te steken met De Wever. In dit kleine landje is hij stilaan immuun voor kritiek.

Zijn tegenstanders schuwen de aanval toch niet? Zie de bitse de discussie over het Pieter-dan-wel-Herman-De Coninckplein.

Marc Van Peel: Ik vond het nogal pathetisch hoe die culturele elite zichzelf overtrof in politieke correctheid, en bovendien met het idee leeft dat ze een buitengewone bijdrage levert aan de democratie door De Wever te bashen. Het politieke niveau van de Kristien Hemmerechtsen van deze wereld is toch… merkwaardig.

Bart Van Peel: Eigenlijk bewijzen ook zij dat in dit Vlaanderen Bart De Wever de maatstaf is van alle dingen. Nieuws is maar relevant in de mate dat De Wever erbij betrokken wordt. Dat was zo met ons filmpje, dat was opnieuw zo met de discussie over het De Coninckplein. Heel Vlaanderen hing ook vol met affiches met N-VA’ers die zo hard mogelijk op De Wever wilden lijken.

De Wevers ‘grondstroom’ is dan ook erg breed. Zelfs een ACW’er als Marc Van Peel staat inhoudelijk misschien dichter bij hem dan hij zelf toegeeft. U propageerde de ideeën van Theodore Dalrymple toch al lang? Alleszins vele jaren voor Bart De Wever dat deed.

Marc Van Peel: Monica De Coninck (SP.A) en Cathy Berx (CD&V) hadden mijn aandacht op Dalrymple gevestigd. En ik blijf erbij: zijn eerste boek, Leven aan de onderkant, blijft erg leesbaar. Hij maakte daarin als eerste het punt dat de sukkelaars ook zélf verantwoordelijkheid dragen voor hun ongeluk. De overheid kan voor mishandelde vrouwen wel in vluchthuizen voorzien en so-ciale assistenten inschakelen, maar ze moeten zelf de stap zetten om hun huis te verlaten of een klacht in te dienen als hun man hen slaat. Dat was dus een eyeopener. Maar toen verscheen Dalrymple plots in alle media. Dat komt natuurlijk omdat er zo weinig rechtse intellectuelen zijn, en hij was de uitzondering op die regel. Alleen botste Dalrymple redelijk snel op zijn intellectuele grenzen. En nu moet hij dringend stoppen met zijn opiniestukken in De Standaard: elke week is dat cafépraat waarin hij zijn eigen ding uitmelkt. Dalrymple is een karikatuur van zichzelf geworden.

Bart Van Peel: Dalrymple was dus ook deel van mijn opvoeding. Ik heb zijn boek ook moeten lezen. Toen al vond ik dat hij zéér polemisch was en in één moeite de hele culturele elite de schuld gaf van wat er fout liep in de welvaartsmaatschappij. Los van de paar terechte punten die hij maakte, ergerde ik me eraan dat hij zo gretig vijanden zoekt. Misschien is hij daarom ook de favoriete auteur van Bart De Wever. Die roept ook ‘idioot’ naar wie kritiek heeft.

Patrick Janssens wilde vooral burgemeester zijn van zo veel mogelijk Antwerpenaren. De Wever moet oppassen dat hij het ene Antwerpen niet opzet tegen het andere.

Marc Van Peel: We zullen zien hoe hij zich gedraagt als burgemeester. Tijdens de onderhandelingen hebben we uren en uren samen gezeten en van gedachten gewisseld over alle mogelijke onderwerpen. Hij heeft echt zijn best gedaan om te streven naar een breed akkoord dat in een ‘verstandig midden’ moest eindigen. Over het sociale hoofdstuk hebben we wel stevig moeten doorpraten. Niet omdat ik moest van het ACW, maar omdat ik zelf vond dat een aantal passussen gewoon niet konden. Het mocht niet worden van ‘eigen schuld, dikke bult.’ Of die bereidheid tot overleg zich ook in het beleid zal doorzetten, weet ik nog niet. En we zullen moeten afwachten hoe De Wever zal reageren bij meningsverschillen, of als het tegenzit. Hoe de N-VA’ers daarmee zullen omgaan, is moeilijk te voorspellen. Het is voor Bart De Wever en Liesbeth Homans de eerste keer dat zij besturen. Maar la fonction fait la conviction, dat zal ook wel voor hen gelden. Zelfs Bart De Wever kan maar een goede burgervader zijn als hij zich een ‘vader’ toont voor heel Antwerpen.

Bart Van Peel: Hij moet ook de burgervader zijn van de Antwerpenaren die niet voor hem hebben gestemd. En omgekeerd: ook de Antwerpenaren die niet voor hem stemden, moeten hem het voordeel van de twijfel geven. Maar ik hou niet van zijn harde taalgebruik, en dat is meer dan semantiek. Ik hou er niet van dat hij zo hamert op ‘respect’. Respect is geen liefde. Respect komt uit een cultuur van eer. Ik heb les gegeven aan allochtone jongeren. Bij hen is ‘respect’ erg belangrijk. Respect voor hun vader: ze kennen het allemaal. Er hoort enige afstand bij. Een slagzin als ”t Stad is van iedereen’ was zachter, meer omarmend. Dat is een verschil in toon en teneur met het oude stadsbestuur. En ’toon’ is belangrijk. In Gent surft Daniel Termont op een gevoel van volkse bonhomie.

Je kunt Patrick Janssens moeilijk van volkse bonhomie beschuldigen.

Bart Van Peel: Het is spijtig dat Patrick Janssens in zijn persoonlijke optreden niet de warmte kon uitstralen die wel in zijn beleid zat.

De aftredende coalitie kreeg het minste aantal stemmen in de zogenaamde ‘buitengebieden’. U woont beiden op Linkeroever. In zekere zin is dat ook een ‘buitengebied’.

Marc Van Peel: Toen ik tien jaar was, verhuisden mijn ouders naar het allereerste Amelinckx-blok (tot Bart: ‘Gebouw, moet ik van oma zeggen’) dat op Linkeroever werd gebouwd. Ze zijn 84 en wonen er nog altijd, in een appartement dat over de Schelde uitkijkt op de Suikerrui.

Bart Van Peel: Linkeroever is speciaal. Het lijkt er altijd vakantie. Er hangt een kustsfeer, een zekere weidsheid. De wind waait er wat vrijer. Bovendien kijkt Linkeroever naar de Schel-de. Dat in tegenstelling tot Antwerpen zelf: het stadscentrum ligt met zijn rug naar de rivier.

Marc Van Peel: Ik heb er nog poëzie over geschreven. Zal ik het citeren?

Bart Van Peel: Het Linkeroever-rijm! (kreunt) Mail dat liever ineens door naar Knack, dan hoef ik het niet nog eens te horen.

Marc Van Peel(onverstoorbaar, in plat Antwerps): ‘Wij wonen aan de juiste kant van ’t Scheldt/ En dat kost echt veel minder geld / Dan de lofts van de rechteroever-rijken / Die naar onze blokken moeten kijken.’

Ook in de politicus schuilt een kunstenaar?

Marc Van Peel: Ach, de geschiedenis bewijst dat artiesten meer het eeuwige leven hebben dan politici. Ik maak me geen enkele illusie dat binnen veertig jaar nog iemand zou weten wie havenschepen Van Peel was. Bart Van Peel daarentegen…

Bart Van Peel: Dank u zeer. Maar ik mik dan ook op de eeuwigheid. Jij op de waan van de dag. (hartelijke lach)

DOOR WALTER PAULI, FOTO’S FILIP VAN ROE

Marc Van Peel: ‘Kris Peeters bezwoer ons het nieuwe Oosterweel-akkoord niet weer op de helling te zetten.’

Bart Van Peel: ‘In dit Vlaanderen is Bart De Wever de maatstaf van alle dingen.’

‘Het is voor Bart De Wever en Liesbeth Homans de eerste keer dat zij besturen. Maar la fonction fait la conviction, dat zal ook wel voor hen gelden.’

‘Het Linkeroever-rijm! Mail dat liever ineens door naar Knack, dan hoef ik het niet nog eens te horen.’

Bart Van Peel: ‘Ik wilde iets doen met dat dieetboek van De Wever.’

Marc Van Peel: ‘Ik heb hem gezegd: doe dat niet, jongen. We moeten positieve boodschappen brengen, niets doen tegen een ander.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content