Naar goede gewoonte: het jaarlijkse overzicht van de binnenlandse pers.
Ook in 1999 waren de oneliners niet uit de lucht. Menige Bekende Vlaming ontblootte zijn ziel. Wat is er blijven hangen? Wie zei wat ook alweer? Test uw (mensen)kennis.
1. “Als er zich in België een catastrofe voordoet en men doet een beroep op mij kom ik wel terug.”
a) Jean-Luc Dehaene
b) Branko Strupar
c) Leo Tindemans
d) Wilfried Martens
2. “Hij houdt haar vast zoals een coureur zijn velo.”
a) Roger De Vlaeminck
b) Guy Verhofstadt
c) Jan Becaus
d) Herman Liebaers
3. “Mijn job is moeilijker dan die van Dehaene.”
a) Georges Leekens
b) Guy Verhofstadt
c) Etienne Schouppe
d) Pieter De Crem
4. “Je kan beter vallen van de hoogste trap dan van de laagste.”
a) Karel Pinxten
b) André Leysen
c) Leo Delcroix
d) Willy Claes
5. “Ik vrees een beetje dat het behoud van de macht voor Guy Verhofstadt belangrijker wordt dan het behoud van zijn ideeën.”
a) André Denys
b) Geert Versnick
c) Paula D’Hondt
d) Stefaan De Clerck
6. “Ik vind kogelstootsters heel mooie vrouwen. Hun vetpercentage ligt ver beneden dat van de gemiddelde Vlaamse vrouw.”
a) Dokter Luc Beaucour
b) Ivan Sonck
c) Reddy De Mey
d) Hugo Camps
7. “Ik hield niet echt van de job van partijvoorzitter. De mensen doen moeilijk in een partij: ze zijn ongeduldig en ambitieus. De domsten willen de beste plaatsen. De eerste dag dat ik geen voorzitter meer was, was een zalige dag.”
a) Mark Van Peel
b) Fred Erdman
c) Karel Van Miert
d) Antoinette Spaak
8. “Ik ga niet naar de receptie van Filip en Mathilde.”
a) Johan Sauwens
b) Yves Desmet
c) Jan Bucquoy
d) Patrik Vankrunkelsven
9. “De CVP komt over als een oubollige, extreem katholieke, prekerige partij.”
a) Marianne Thyssen
b) Noël Slangen
c) Leo Tindemans
d) Wim Schamp
10. “Als ik burgemeester word, komen er na tien uur ’s avonds geen jongeren meer op straat.”
a) Luc Van den Brande
b) Filip Dewinter
c) Ward Beysen
d) Johan Demol
11. “Ik ben een voorstander van immigratie. Aangezien ikzelf een migrant ben, moet u dat niet verwonderen.”
a) Fatima Bali
b) Gino Russo
c) Alexandra Colen
d) Fred Erdman
12. “Den beer heeft bier nodig.”
a) Celie Dehaene
b) Luk Alloo
c) Luc Van den Bossche
d) Jean-Luc Dehaene
13. “Ik ben niet in de politiek geboren. Ik zal er niet in sterven.”
a) Mia De Schamphelaere
b) Marcel Colla
c) Karel Pinxten
d) Jean-Luc Dehaene
14. “Gij zult het geknakte riet niet breken.”
a) Professor Piet Thomas (in zijn polemiek met Benno Barnard over Guido Gezelle)
b) Marc Van Peel
c) Paul Tant (bij de verkiezing van de eierkoningin in Kruishoutem)
d) Herman Brusselmans
15. “Eigenlijk verliezen we niet zoveel kiezers, ze sterven gewoon uit.”
a) Louis Tobback
b) Steve Stevaert
c) Patrick Janssens
d) Paul Marchal
16. “Ik vind politiek te belangrijk om er amateuristisch mee om te springen.”
a) Patrick Janssens
b) Luc Huyse
c) Tom Lanoye
d) Jef Sleeckx
17. “Ik zie niemand anders die het kan. Klinkt dat pretentieus?”
a) Margriet Hermans
b) Patrick Janssens
c) Frank Vandenbroucke (de wielrenner)
d) Jean-Marie De Decker
18. “Ik had Dutroux allang vermoord.”
a) Marc Verwilghen
b) Michel Nihoul
c) Douglas De Coninck
d) Bert Anciaux
19. “Ik zal nooit – laat dat duidelijk zijn – beschikbaar zijn voor een scenario dat mij verplicht vadermoord te plegen.”
a) Johan Van Hecke
b) Bruno Tobback
c) Peter Van Velthoven
d) Christian Van Thillo
20.De zes koningen die we hebben gehad, waren fantastische mensen.
a) Jacques van Ypersele de Strihou
b) Luc Van den Brande
c) Mathilde d’Udekem d’Acoz
d) Henri d’Udekem d’Acoz
Oplossing: 1d, 2b, 3a, 4d, 5a, 6b, 7d, 8abcd, 9a, 10b, 11c, 12d, 13d, 14b, 15b, 16c, 17b, 18b, 19a, 20d.
