Deze week legt een delegatie van de Raad van Europa een tweedaags bezoek af aan ons land. Die komt uitzoeken of Vlaanderen goede redenen heeft om drie Franstalige burgemeesters in de Vlaamse Rand van Brussel niet te benoemen, dan wel of dat een aanfluiting is van de lokale democratie.

‘In naam van de democratie!’ staat deze maand in grote letters boven een foto van drie sip kijkende burgermeesters op de voorpagina van Perspectives francophones, het partijblad van het militant francofone FDF. Onder de foto, gemaakt tijdens een druk bijgewoond persnummer van het drietal in de Kamer, staat te lezen dat Vlaanderen met de weigering de burgemeesters in de faciliteitengemeenten te benoemen ‘heel Europa CHOQUEERT’.

Of Europa echt geschokt is, valt te betwijfelen, maar Franstalige verkozenen in het Congres van lokale en regionale overheden van de Raad van Europa (meer bepaald in de Kamer van de Lokale Besturen), aangevoerd door delegatieleider Jean-Claude Van Cauwenberghe (PS), zijn er wel in geslaagd hun Europese collega’s te doen geloven dat er in de Vlaamse Rand mogelijk iets niet pluis is.

Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden Marino Keulen (Open VLD) – en met hem de voltallige Vlaamse regering – weigerde zoals bekend na de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 de kandidaat-burgemeesters Arnold d’Oreye (FDF, Kraainem), Damien Thiéry (FDF, Linkebeek) en François van Hoobrouck (MR, Wezembeek-Oppem) te benoemen. Keulen baseerde zich daarvoor op een kritisch advies van gouverneur Lode De Witte van Vlaams-Brabant, waarin de gouverneur van socialistische signatuur voorbehoud maakt bij de benoeming van de kandidaat-burgemeesters. Redenen daarvoor zijn herhaalde inbreuken op de taalwetgeving, zoals het versturen van de oproepingsbrieven voor de verkiezingen in het Frans (tot tweemaal toe en ondanks uitdrukkelijke waarschuwingen van de hogere overheden) en het in het Frans laten verlopen van de gemeenteraad.

Maar daarmee gaven de opstandige burgemeesters zich niet gewonnen. Per aangetekende brief hebben ze zich in april opnieuw voor het ambt kandidaat gesteld, zichtbaar genietend van het mediacircus dat hun strijd tegen de Vlaamse voogdijoverheid teweegbrengt. De gouverneur buigt zich nu opnieuw over de dossiers van de burgemeesters, maar minister Keulen liet al weten dat die wat hem betreft niets nieuws bevatten en dat hij dus geen reden ziet om zich te bedenken.

De Raad van Europa, die veeleer in verband gebracht wordt met het onderzoek naar geheime CIA-gevangenissen of martelpraktijken in Turkse gevangenissen, komt nu op Franstalig verzoek de zaak ter plaatse bekijken. Een Fransman, delegatieleider Michel Guégan, een Serviër, Dobrica Milovanovic, mogelijk de Zweed Anders Knape, en een vooraanstaande Duitse hoogleraar maken de dienst uit.

POLITIEKE AFWEGINGEN

Het Palais de l’Europe in Straatsburg huisvest vandaag de zetel van de Raad van Europa. Het gebouw, waar tot midden jaren negentig ook de plenaire vergaderingen van het Europees Parlement plaatsvonden, ligt langs de brede en chique groene lanen van de Europese wijk van Straatsburg. Ondanks zijn ronkende naam oogt het Palais de l’Europe bescheiden in vergelijking met het verderop gelegen ultramoderne nieuwe Europees Parlement, dat als een grote glazen boot imposant aan het water ligt te glimmen.

Toegang krijgen tot het Palais de l’Europe is een koud kunstje en persmedewerkers van de Raad van Europa staan met plezier belangstellende journalisten te woord. De Raad van Europa geniet bij het grote publiek immers (te) weinig bekendheid en wordt vaak verward met de Raad van de Europese Unie (de staatshoofden en regeringsleiders van de EU).

Na de grote hal met een kamerbrede wenteltrap onder een fraai houten gewelf, maken de gangen en de kantoren van het Palais de l’Europe een sjofele en uitgewoonde indruk. Werknemers klagen over een te krappe personeelsbezetting. De Raad van Europa, die 47 leden telt en 800 miljoen Europeanen vertegenwoordigt, houdt zich dan ook bezig met uiteenlopende zaken, zoals de rechten van kinderen en de strijd tegen het internationale terrorisme.

Maar wij zijn hier om te informeren naar de beweegredenen van het onderzoek naar wat in dit gebouw gemakshalve ‘l’affaire des bourgmestres’ wordt genoemd. Op het eerste gezicht lijkt het namelijk om een typisch Belgisch juridisch dispuut te gaan. De Franstaligen betwisten de rechtsgeldigheid van de omzendbrief-Peeters van de Vlaamse regering, op grond waarvan het versturen van Franstalige oproepingsbrieven niet kan. De Vlamingen betogen dan weer dat die omzendbrief een correcte invulling geeft aan de taalwetgeving en voelen zich gesterkt door een arrest van de Raad van State uit 2004. Een conflictueuze situatie zonder meer, maar is hiermee de democratie of de rechtsstaat in gevaar?

De Fransman Jean-Philippe Bozouls, ‘secrétaire-exécutif’ van de Kamer van de Lokale Besturen en degene die in Straatsburg de zaak van de burgemeesters volgt, legt uit dat de Raad van Europe dit toch anders ziet. ‘Om te beginnen: wij komen niet om België met de vinger te wijzen, wij willen alleen een beter inzicht krijgen in de situatie, zonder dat wij de pretentie hebben alle subtiliteiten van het Belgische systeem te vatten.’

Daar gaat het de delegatie van de Raad van Europa ook niet om, legt Bozouls uit. Het draait hen alleen om de vraag of Vlaanderen het ook door België ondertekende Europese Charter voor lokaal zelfbestuur uit 1985 al dan niet wordt geschonden.

‘Volgens dat charter mag een uitvoerende macht een verkiezing alleen ongeldig verklaren als ze daar zwaarwegende juridische argumenten voor heeft. Dan denk ik bijvoorbeeld aan een burgemeester die een misdrijf heeft gepleegd’, zegt Philippe Bozouls. ‘Maar u bevalt me niet is geen voldoende reden om een democratisch verkozen burgemeester niet te benoemen. En wij hebben toch de indruk dat er op de eerste plaats politieke afwegingen aan de basis liggen van dit conflict.’

Hebben jullie niets beters te doen, vragen we hem. De corruptie in Azerbeidzjan, de persvrijheid in Rusland? ‘Democratie is nooit verworven en moet ook in westerse landen constant bewaakt worden’, aldus Bozouls, die deze week ook in Brussel verblijft. ‘En ernstige mensen zeggen ons dat er bij jullie op het vlak van de lokale democratie misschien een probleem rijst.’

Volgens Jan Devadder, Belgiës permanente vertegenwoordiger bij de Raad van Europa, moet de impact van dit bezoek toch worden gerelativeerd. ‘Het is dagelijkse praktijk dat vertegenwoordigers van de Raad van Europa worden uitgestuurd om na te gaan of verdragen en charters worden nageleefd. In feite komt men gewoon een paar vragen stellen, meer niet.’

Ook Luc Van den Brande (CD&V), Belgisch delegatieleider in de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa en volgens de persjongens in Straatsburg ‘ a very important guy‘, tilt niet zwaar aan de komst van de delegatie. ‘Democratie is kijken met de ogen van de ander. Hoe absurd het in dit concrete geval ook mag overkomen: wie in een club zit, moet de andere clubleden toelaten om een blik in de keuken te komen werpen. Ook al hebben de Franstaligen mijns inziens geen been om op te staan.’

Weigeren om Europees bezoek te ontvangen kan in principe, maar dan lijkt het alsof je iets te verbergen hebt. Voorts is een goede voorbereiding erg belangrijk als je internationaal niet voor aap gezet wilt worden. De voorbije jaren heeft Vlaanderen zichzelf soms in nesten gewerkt door slordig en ongeïnteresseerd buitenlandse bezoekers te woord te staan, meent Luc Van den Brande. ‘Je moet een sterk dossier voorbereiden – en dat doet Marino Keulen ook -, en niet de houding aannemen: die jongens en meisjes van de Raad van Europa, who the hell are they?

Toch hebben sommigen ernstige twijfels bij de deskundigheid van de jongens en meisjes. Sven Gatz, Open VLD-fractieleider in het Vlaams Parlement, riep enkele jaren geleden de hulp in van de Raad van Europa om de taalsituatie in de Brusselse openbare ziekenhuizen onder de loep te nemen. Maar hij was, ondanks het ‘vrij evenwichtige’ eindrapport, niet kapot van het niveau. ‘Amateurisme is er troef. De Raad van Europa is een politiek samengesteld orgaan. Met een beetje geluk sturen ze iemand met wat voorkennis en ervaring. Maar evengoed is het een onwetende onbenul, die zich dankzij de Raad van Europa ineens belangrijk waant omdat hij met een internationaal mandaat ergens mag neerstrijken. Platte dorpspolitiek is het vaak, maar dan met een Europees sausje.’

Menigeen herinnert zich ook nog de Zwitserse rapporteur Dumeni Columberg, die in de Vlaamse Rand kwam onderzoeken of de rechten van Franstaligen er worden geschonden. Na een bezoek van nauwelijks 36 uur stelde Columberg voor het Belgische federale bouwwerk op de schop te doen en het hele land tweetalig te maken.

De Franstaligen doen via internationale instellingen als de Raad van Europa aan stemmingmakerij, zegt Jef Gabriels (CD&V), burgemeester van Genk en een van de weinige Vlamingen in de lokale Kamer van de Raad van Europa.

Vlaams minister Keulen is het daar volmondig mee eens en beschouwt dit als een gebrek aan federale loyauteit. ‘In verband met de Vlaamse wooncode, een door en door sociale maatregel, heb ik de Europese Commissie en de Verenigde Naties aan mijn been’, zegt een boze minister. ‘En nu weer de heisa met de burgemeesters. De Franstaligen bekladden systematisch het imago van Vlaanderen op internationale fora. Men geeft bewust een verkeerde voorstelling van zaken om Vlaanderen als een onverdraagzame regio neer te zetten.’

De Raad van Europa is eigenlijk één grote lobbymachine wordt weleens gezegd, en lobbyen doen de Vlamingen bijzonder slecht. ‘De FDF’er Georges Clerfayt is destijds in de Raad van Europa met die propagandaoorlog begonnen, en heeft daar een vergiftigde sfeer rond Vlaanderen geschapen. Uitzonderingen als Luc Van den Brande daargelaten, bieden de Vlamingen weinig weerwerk’, zegt Open VLD’er Sven Gatz. ‘Overtuigd als we zijn van het eigen gelijk, blijken we niet in staat om ons in te leven in de vragen die ons beleid bij buitenstaanders oproept. Voeg daarbij al die Oost-Europese nieuwkomers in de Raad van Europa, die er als de kippen bij zijn om eens een westerse democratie op haar nummer te zetten – want zo onnozel is het vaak.’

Gezeten in de koffiebar van Raad van Europa lijkt Agnus McDonald, woordvoerder van de Parlementaire Vergadering, dit soort redeneringen behoorlijke nonsens te vinden. ‘Natuurlijk lobbyen verkozenen hier’, zegt hij. ‘Maar onze procedures zijn fair en objectief. Als de Vlamingen geloven dat de Raad van Europa zich voor het karretje van de Franstaligen laat spannen, dan zien ze spoken. Het gaat ons alleen om het respect voor een aantal gedeelde democratische waarden. Politieke spelletjes zijn niet aan ons besteed.’

Dat neemt niet weg dat de komst van een rapporteur van de Raad van Europa politiek wordt uitgebuit om de tegenstander in diskrediet te brengen. ‘We beseffen dat we soms gebruikt worden in een binnenlandse propagandastrijd’, zegt McDonald. ‘Maar dat zal onze verkozenen niet tegenhouden om gewoon hun werk te doen.’

Toch zal minister Keulen zijn besluit om de drie burgemeesters niet te benoemen met solide juridische argumenten moeten onderbouwen, wil hij de schijn van een politiek gemotiveerde weigering wegnemen. Die argumenten heeft hij naar eigen zeggen ook. Om te beginnen werden drie andere Franstalige burgemeesters in de overige faciliteitengemeenten wél benoemd. ‘Ik heb dus niets tegen Franstaligen. Vreselijk dat ik dit moet zeggen, maar vooruit: ik heb géén etnische agenda’, aldus Keulen.

Daarnaast zijn de gewraakte kandidaat-burgemeesters niet bij de Raad van State in beroep gegaan tegen de beslissing van Keulen. Dat hoeft strikt genomen niet, maar het is een vreemde volgorde om meteen een buitenlandse onderzoekscommissie aan te roepen zonder eerst in eigen land de bestaande rechtsmiddelen te hebben uitgeput.

Ook zal de minister betogen dat overtredingen van de taalwetgeving niet iets zijn om licht overheen te gaan. ‘Het gaat hier niet om 63 rijden waar je maar 60 mag. De taalwetten zijn wetten van openbare orde en zijn bovendien met een tweederdemeerderheid en een meerderheid in elke taalgroep in Kamer en Senaat goedgekeurd. Wie de taalwetgeving met de voeten treedt, ondergraaft met andere woorden een hoeksteen van dit koninkrijk.’

IMAGOSCHADE

Wat kan er nu gebeuren? Ofwel besluit de rapporteur van de Raad van Europa dat er niets aan de hand is. Ofwel komt er een aanbeveling, waarna België binnen de Raad van Europa mogelijk onder speciaal toezicht kan worden geplaatst. Maar permanent vertegenwoordiger Jan Devadder legt uit dat eventuele berispingen alleen een morele lading hebben. ‘België wordt dan geacht zijn wetgeving aan te passen, maar juridisch afdwingbaar zijn die aanbevelingen niet en in sancties is evenmin voorzien.’ Zo heeft de Raad van Europa ons land al drie keer aangemaand om het minderhedenverdrag te ratificeren. Voorlopig zonder resultaat.

Gewezen Vlaams minister-preident Luc Van den Brande is dit keer redelijk gerust op de goede afloop. Hij denkt dat de Vlamingen ‘l’affaire des bourgmestres’ wel uitgelegd krijgen. Sven Gatz is minder optimistisch. ‘In het beste geval krijgen we een rapport dat slaat en zalft, in het slechtste geval een veroordeling. Maar sowieso komen we in een politiek delicate situatie terecht.’ Het eindrapport van de Raad van Europa wordt pas eind mei verwacht.

Geen benoeming, geen staatshervorming. In het communautaire opbod dat ook aan Franstalige kant heerst, hebben alle Franstalige partijen zich achter dat standpunt geschaard. Maar minister Keulen heeft altijd volgehouden dat het benoemingsvraagstuk geen politieke maar een juridische kwestie is. De burgemeesters mogen zeggen dat ze bij Brussel willen, of ze mogen – zoals François van Hoobrouck van Wezembeek-Oppem – de spreekwoordelijke oorlog verklaren aan de Vlaamse voogdijoverheid, zolang ze de gemeenteraad netjes in het Nederlands houden is er geen vuiltje aan de lucht. Als de Vlaamse voogdijoverheid op een gegeven moment toch zou plooien onder de federale politieke druk, dan zou de imagoschade voor minister Keulen en de Vlaamse regering dan ook vele malen groter zijn dan het mogelijke gezichtsverlies veroorzaakt door gemopper uit Straatsburg.

DOOR HAN RENARD

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content