Sinds een week werden in Italië de officiële kiescampagnes gelanceerd. Dat gebeurde op zijn Italiaans, in een opperste staat van verwarring. Toch een poging tot overzicht.
HALF FEBRUARI GAF de Italiaanse formateur Antonio Maccanico er de brui aan om tot ?een regering van breed akkoord” te komen. Hij wond er geen doekjes en schoof de schuld voor het mislukken van de regeringsvorming naar de centrum-rechtse Vrijheidsalliantie. President Oscar Luigi Scalfaro koos vervolgens voor de ontbinding van het parlement en voor verkiezingen. Die komen er op 21 april eerstkomend. Sinds een week is de kiescampagne officieel van start gegaan. Maar in de voorgaande weken tot op de dag dat de kieslijsten moesten worden afgesloten, volgde de ene coup op de andere, zodat zowel het aantal onbeslisten steeg als het aandeel kiezers dat zegt niet te zullen stemmen.
Voor de algemene verwarring zorgt onder meer het kiessysteem zelf. Het huidige stelsel schippert nog altijd tussen het meerderheids- en het proportioneel systeem. Het gros van de parlementszetels wordt volgens de meerderheidsregel verdeeld. Per kiesdistrict wint slechts die kandidaat die het meeste stemmen heeft gehaald. Volgens de filosofie van de kieshervorming van 1993 gepromoot door de invloedrijke christen-democraat Mario Segni, die zich onverwachts geen kandidaat meer stelt in de huidige kiesronde zouden slechts twee blokken met elkaar in het strijdperk moeten treden, een zogenaamd rechts-conservatief blok tegen een zogenaamd links-progressief blok. Daarvoor was het politiek establishment toen echter nog niet klaar. Dus werd er een correctie aangebracht, waarbij 25 procent van de parlementszetels verdeeld wordt in verhouding tot de behaalde stemmen, op voorwaarde dat een 4-procent-drempel wordt gehaald. Vooral deze correctieregel biedt de mogelijkheid om op te komen voor lokaal gebonden belangen of geeft een kans aan persoonlijke ambities. Het is dus niet verwonderlijk dat er meer dan 250 lijstsymbolen werden ingediend.
TECHNISCH.
Tot de categorie van ambitieuzen mag zeker uittredend premier Lamberto Dini worden gerekend. Het technisch karakter van zijn regering en de steun die hij daarom kreeg van de Olijfboomcoalitie (zie grafiek), fragmentpartijtjes (?andere”) en meestal ook van de Lega Nord van Umberto Bossi, zorgden ervoor dat de voormalige voorzitter van de Italiaanse Nationale Bank en de schatkistminister van de regering van Silvio Berlusconi het langer uitzong dat het voorgaande kabinet. Reden waarom Gianfranco Fini, voorzitter van de neofascistische Nationale Alliantie (AN) van geen Dini-bis wilde weten. Van de ontslagnemende eerste-minister eiste Fini bovendien dat hij zijn technisch mandaat niet zou compromitteren door zich kandidaat te stellen. Wat niet wegnam dat zowel vertegenwoordigers van de Olijfboom als van de Vrijheidsalliantie ondertussen de achterdeur van Dini’s ambtswoning platliepen om te proberen hem naar hun kamp te lokken. Aanvankelijk schudde de premier de pretendenten van zich af. Maar het was al langer een publiek geheim dat hij de smaak van de macht te pakken had gekregen.
Uiteindelijk koos hij voor centrum-links maar met een eigen lijst, Rinnovamento Italiano (Italiaanse Vernieuwing). Daarin duiken enkele van zijn ministers op. Dini haalde zich even het ongenoegen van de Olijfboom op de hals door op het allerlaatste moment ook Vittorio Dotti, de Kamerfractievoorzitter van Forza Italia (FI), te willen binnenhalen nadat Berlusconi die aan de deur had gezet. Volgens opiniepeilers kostte dit laatste manoeuvre aan de premier enkele punten geloofwaardigheid, maar een doortastende indruk op de EU-top van Turijn deze week zou het gevaar om onder de 4 procent te duiken, kunnen afwentelen.
De politieke opkomst van Dini werd zwaar bekritiseerd door centrum-rechts : de premier zou misbruik kunnen maken van zijn positie om zijn kandidatuur onrechtstreeks te promoten door goedliggende politieke beslissingen te nemen en veelvuldig in de media te komen. Van rechts kwam dan ook protest aanwaaien na de aankondiging van de regering dat de ambtenaren een gratis maaltijd krijgen ?zoals voorzien in de nieuwe CAO.” Tegen andere ?cadeautjes” werd daarentegen veel minder bezwaar aangetekend, noch door rechts noch door links. Alleen Rifondazione Comunista de communisten van Fausto Bertinotti en de Groenen veroordeelden de zoveelste gratiemaatregel inzake belastingontduiking, het zoveelste uitstel op toepassing van een Europese richtlijn uit 1994 in verband met de veiligheid op het werk (Italië kent dagelijks een dodelijk arbeidsongeval), de verlenging zonder aanpassingen van het chaotische immigrantendecreet van Dini dat humanitaire en liefdadigheidsorganisaties al van bij de aanvang hadden gecontesteerd, of de afzwakking van de verplichte sociale bijdrage voor zelfstandigen, niettegenstaande de formele afspraak hierover in de hervormingswet van het pensioenstelsel van 1995.
Officieel juicht Romano Prodi de toetreding van Dini tot zijn Olijfboom toe, maar helemaal gerust is hij niet. Na zijn marginale rol tijdens de formatiegesprekken van Maccanico hebben alle Olijfboompartners de Bolognese professor opnieuw bevestigd als leider van centrum-links en bijgevolg als kandidaat-premier, maar Dini slaagt er nauwelijks in zijn ambitie voor een nieuw premierschap te verbergen.
POKERSPEL.
Het valt trouwens op dat de Vrijheidsalliantie in de kiescampagne veeleer Dini viseert dan de leider van de Olijfboomcoalitie. Of beter : vooral Fini laat geen kans voorbijgaan om de man aan te pakken. Ondanks zijn op het gezicht gegraveerde glimlach is Berlusconi overbezorgd over die eersteplansrol van de AN-leider, nog meer nadat de neofascistische voorzitter onomwonden zei dat de leidende partij binnen de centrum-rechtse formatie zijn AN is en dus niet FI. De naald van de applausmeter liep op het eerste kiescongres van de Vrijheidsalliantie inderdaad ook merkelijk hoger op voor Fini dan voor Berlusconi.
Met medeplichtigheid van de FI-partijsecretaris, de havik Cesare Previti, heeft Fini een stevige greep gekregen op het centrum-rechtse blok. Enkele vooraanstaande gematigde figuren van FI hebben zich daarom geen kandidaat meer gesteld. Andere parlementaire FI-duiven werden uit de kieslijsten geweerd, onder wie Vittorio Dotti. De Fininvest-advocaat werd niet alleen slachtoffer van de politieke verrechtsing, maar vormde voor Berlusconi en Previti (eveneens advocaat van de holding) stilaan een onbetrouwbare figuur inzake de juridische onderzoeken die tegen de onderneming van de Cavaliere blijven lopen. Het duo Fini-Previti probeerde de gematigde vleugel binnen de Vrijheidsalliantie nog verder te fnuiken door het aandeel kiescolleges voor de christen-democratische partners te verminderen. Alleen de dreiging van Pierferdinando Casini van de CCD en Rocco Buttiglione om op te stappen, deed Berlusconi tussenkomen om de plooien glad te strijken. Daarentegen mislukte het pokerspel van het dubieuze Europarlementslid Marco Pannella voor meer verkiesbare plaatsen binnen de Alliantie. Zijn marginale lijst komt nu alleen op.
Ook de Lega Nord gaat alleen de kiesstrijd aan, maar vanuit een bewuste keuze. Pogingen van de Olijfboomcoalitie om stembusafspraken te maken met Bossi liepen op niets uit. Om gestalte te geven aan zijn federalistische doorzetterij heeft de Lega-leider al aangekondigd na de verkiezingen met zijn verkozenen een ?Grondwetgevende Vergadering van het Noorden” te vormen. Die moet de basisorganisatie voor een zelfstandig Noorden uitwerken.
TALKSHOWS.
Ondanks de familieruzies kan (centrum ?-)rechts alles bij elkaar als een overzichtelijk blok worden herkend. De relaties binnen centrum-links liggen ingewikkelder. Ook de Olijfboomcoalitie had het moeilijk om hoogoplopende conflicten over het kiesaandeel van de verschillende partijen bij te leggen. En niet overal verteerde de basis de door de top opgedrongen kandidaten. Het kwam wel tot een stembusakkoord tussen de Olijfboom en Rifondazione om rechts te bekampen : waar een sterke communist opkomt voor een meerderheidszetel, steunt de Olijfboom die kandidaat en omgekeerd. Voor Bertinotti geldt die afspraak niet, waar het om een kandidaat uit de Dini-lijst gaat.
Maar wat doet Antonio Maccanico op de eerste rij van de Olijfboomkopstukken ? Ook de ex-formateur heeft zich laten verleiden om zijn kortstondige politieke hoofdrol uit te buiten. De politicus uit de Republikeinse Partij komt niet op met een nieuwe lijst maar heeft een constructie opgezet die binnen de Olijfboom de kleintjes verenigt om tegengewicht te vormen tegen de dominante positie van de progressieve PDS van Massimo D’Alena. Maccanico vertegenwoordigt nu de socialistische, liberale en andere niet-confessionele partijtjes.
De huidige kiescampagne verschilt vrij opvallend van die van 1994. Het meest opmerkelijke is de afwezigheid van kiesspots op de tv-schermen. Eerlijk gezegd bleef er daarvoor maar weinig tijd over tussen de afsluiting van de kieslijsten en de periode van dertig dagen vóór de stembusgang waarin dergelijke propaganda verboden is. Maar twee jaar geleden wachtte Berlusconi niet op de definitieve samenstelling van zijn alliantie en van de kieslijsten om zijn omroepen vol te proppen met zijn beeld en hymne ; in de mate van het mogelijke probeerden zijn partners en rivalen toen enig weerwerk te leveren. Voor de huidige verkiezingen nam de Cavaliere opnieuw het voortouw, maar in omgekeerde zin. Fininvest zag volledig af van spots voor gelijk wie dan ook. Enerzijds loonde het geld noch tijd om voor zo’n korte tijdspanne het normale reclameschema overhoop te gooien. Vorige keer moesten FI en de Vrijheidsalliantie bovendien bekend gemaakt worden ; dat is nu niet meer het geval.
Dat neemt niet weg dat de omroepen een rol blijven spelen. Behalve de geijkte politieke tribunes op de RAI, zorgt de zogenaamde par condicio de gelijke toegang tot de media ervoor dat zowel de staats- als de privé-zenders de aanwezigheid van politici inperken tot enkele politieke talkshows waarin de presentatoren zich soms moeten forceren om elke vertegenwoordiger op eenzelfde, neutrale manier te behandelen. Daarentegen zijn de politieke gasten niet verplicht om zich in te tomen. De toon die ze daarbij gebruiken, verschilt eveneens van de vorige verkiezingscampagne. Vooral de centrum-rechtse haviken, maar ook Berlusconi zelf, kunnen het vooralsnog niet nalaten hun tegenstanders venijnig aan te pakken. Meestal spelen ze daarbij op de man in de plaats van de programma’s van commentaar te voorzien. Tot de gezworen tegenstanders behoren ook het gerechtelijk apparaat en in het bijzonder het Milanese Schone Handen-team dat meer dan één appeltje te schillen heeft met de Fininvestbaas. Centrum-links pareert die aanvallen met veel ironie en concentreert zich voor het overige hoofdzakelijk op de beleidsintenties.
PROGRAMMA.
De programma’s zijn één van de weinige elementen die overeenkomsten vertonen met de kiesronde van 1994. De Vrijheidsalliantie blijft zich zeer liberalistisch opstellen tegenover alle facetten van de maatschappij en vindt dat het individu aan zo weinig mogelijk regels gebonden moeten zijn. Zoals het miljoen arbeidsplaatsen dat Berlusconi vorige keer beloofde, voorspelt centrum-rechts op korte termijn opnieuw een hemel op aarde indien zij aan het bewind komt : een aanzienlijke vermindering van de belastingdruk. Nieuw is het eerste punt op haar verlanglijstje : de rechtstreekse verkiezing van het staatshoofd dat over ingrijpende bevoegdheden beschikt. Hier is de beslissende invloed van Fini te merken die anderhalve maand geleden het formatieberaad van Maccanico op de klippen deed lopen omwille van het te voorzichtig compromis over deze materie. Het corruptiedossier wordt niet vergeten : zoals in 1994 wordt de oplossing gezien in een amnestiemaatregel, terwijl het gerechtelijk apparaat aan striktere regels (!) moet worden gebonden om onderzoeken te kunnen doorvoeren.
De vele schakeringen van de Olijfboomcoalitie maken dat niet alle thema’s uitgewerkt zijn. Dat wordt eventueel delicaat werk na 21 april. De invalshoek is wel duidelijk een evenwicht tussen het welzijn van de gemeenschap en van het individu, gekoppeld aan gelijke kansen voor iedereen en aan solidariteit. Centrum-links blijft daarbij realistisch. In verband met het thema van de belastingdruk voorziet Prodi gedurende minstens twee jaar geen mogelijkheid om die te laten dalen zonder op een ander vlak schade te berokkenen. De prioriteiten van de Olijfboom liggen beduidend anders dan bij de tegenstanders. Het stokpaardje van de Professor is de hervorming van het onderwijs, waar al jaren ongenoegen heerst bij alle betrokkenen. Dan volgt de werkgelegenheidspolitiek. De tweede man van de Olijfboom, de PDS’er Walter Veltroni, benadrukt dat hierbij rekening moet worden gehouden met arbeids- en werktijdherverdeling maar evengoed met het milieu. De coalitie pint zich vooralsnog niet vast op een model voor staatshervorming wat een deur openlaat om na de verkiezingen eventuele onderhandelingen aan te knopen met de Lega Nord over federalisme. Op het vlak van justitie moet er op basis van een maatschappelijk debat, een rechtvaardige oplossing worden gevonden voor Tangentopoli. Voor het gerechtelijk apparaat anders niets dan waardering, inbegrepen voor Antonio di Pietro, die vooralsnog heeft afgezien van een politieke carrière zolang hij nog verwikkeld zit in gerechtelijke zaken tegen hem.
Met die gegevens moeten de 49 miljoen kiesgerechtigden het ongeveer stellen. Maar veel interesse of passie valt bij hen tot hier toe niet te rapen. Dat was even anders in 1994. Maar toen ging het om het startschot voor de zogenaamde Tweede Republiek. Veel Italianen werden daarna echter ontgoocheld in hun verwachtingen. Zo heeft de Federatie van Huisvrouwen, die toen onvoorwaardelijk in de Cavaliere geloofde, hem de rug toegekeerd en tipt nu op de Olijfboom. Zelfs een aantal volksvertegenwoordigers uit verschillende partijen vonden hun voorbije, eerste parlementaire ervaring teleurstellend en komen niet meer op. Ook de cijfers van de opiniepeilingen weerspiegelen deze gelatenheid : van bij de ontbinding van het parlement tot op heden blijven zij beide blokken evenveel kansen geven op de overwinning. Er resten de kandidaten nog slechts drie weken om daarin verandering te brengen.
Marcel Meeus
Lamberto Dini : de ambities van de technicus.
De Vrijheidsalliantie met (van links naar rechts) Fini, Berlusconi en Buttiglioni : verrechtsing.