De Peruviaanse president Alberto Fujimori is nog nooit zo onpopulair geweest als nu. En : màg hij in feite wel president van Peru zijn ?
Op 28 juli, de nationale feestdag in Peru, zette president Alberto Fujimori in een toespraak eens even de verwezenlijkingen van zijn beleid op een rijtje. Economische en politieke stabiliteit. Een inflatie binnen aanvaardbare grenzen. Niemand in Lima die nog hoeft te vrezen om het slachtoffer te worden van een bomaanslag.
Wat Fujimori wijselijk van zijn blad hield, was dat 42 procent van de Peruvianen straatarm is, en 18 procent zelfs nog armer dan dat. Zoiets kan niet dienen als reclame voor zijn regering. Wel kondigde de president sociale maatregelen af : een algemene loonsverhoging voor de staatsambtenaren, een programma ter bestrijding van de armoede en initiatieven die de bouw van zowat 50.000 woningen mogelijk zouden maken. Verder beloofde hij voor iedereen gratis onderwijs tot achttien jaar en subsidies voor de boeren.
Maar ondanks de voorbije en toekomstige weldaden van zijn beleid blijktFujimori bij de Peruvianen steeds minder geliefd. Volgens de meest recente opiniepeilingen staat nog slechts één op vijf Peruvianen achter hem : de laagste score sinds hij zeven jaar geleden aantrad. Verwonderlijk, want zelfs toen hij op 5 april 1992 het Peruaanse parlement naar huis stuurde (iets wat de hele internationale gemeenschap afkeurde), bleef het merendeel van de bevolking hem steunen. Het moet gezegd dat de mensen de traditionele politici toen hartsgrondig beu waren en de incompetentie van de regering van Fujimori’s voorganger Alan Garcia om de economische problemen en het terrorisme aan te pakken, nog vers in het geheugen lag.
Ook de laatste golf van populariteit die Fujimori te beurt viel, heeft te maken met de succesvolle bestrijding van het terrorisme. Zowat 67 procent van de bevolking juichte op 23 april van dit jaar de speciale stoottroepen van het leger toe, toen die 71 van 72 gijzelaars bevrijdden uit de Japanse ambassade, waar de terroristen van de trotskistische MRTA ( Movimiento Revolucionario Tupac Amaru) hen maandenlang gegijzeld hielden. Zelfs de kritische pers waagde het toen niet op te merken dat het toch eigenlijk niet kon dat de gijzelnemers allemaal ter plekke geëxecuteerd waren.
DE PERSVRIJHEID WERD GESCHONDEN
De duik van Fujimori’s populariteit heeft meerdere oorzaken. Eind mei begon zijn succes te tanen, toen parlementsleden van zijn partij de drie rechters van het Opperste Gerechtshof uit hun ambt zetten. De drie magistraten (bevoegd voor grondwettelijke aangelegenheden) hadden het gedurfd de grondwetswijziging te verwerpen waardoor de president voor een derde maal herkiesbaar zou gesteld worden.
Nog dieper zakte de president toen hij op 13 juli Baruch Ivcher, van Israëlische oorsprong en titularis van het populaire tv-station ?Frecuencia Latina?, de Peruaanse nationaliteit ontnam. Als gevolg hiervan werd, op 2 augustus, het bezit van zijn aandelen aan de minderheidsgroep van de gebroeders Winter overgedragen. Dit omdat volgens de wet alleen iemand van Peruaanse nationaliteit een persmedium mag beheren.
Figuren uit de media, zoals de populaire journalist Cesar Hildebrandt van het concurrerende tv-station Canal 15, reageerden hier fel op. Maar ook het volk morde : de mensen kwamen talrijk op tegen wat ze als een flagrante schending van de persvrijheid beschouwden. Ook de Inter-Amerikaanse Persvereniging ( SIP) en de Commissie voor de Mensenrechten van de Organisatie van Amerikaanse Staten ( OAS) legden verklaringen in dezelfde zin af. Politieke zwaargewichten namen afstand van dit beleid door ontslag te nemen. De minister van Landsverdediging Tomás Castillo, bijvoorbeeld, en ook de populaire minister van Buitenlandse Zaken Francisco Tudela, één van de belangrijkste gijzelaars die weliswaar met een schotwonde in het been het gijzelavontuur in de Japanse ambassade overleefde.
De journalisten en het personeel van Frecuencia Latina, die vreesden voor een bezetting door het leger, verschansten zich in hun station. Dat kostte niet al te veel moeite, omdat het station gepantserde deuren en ramen heeft en omringd is door een blinde muur van gewapend beton. Een gevolg van een aanslag waarmee de guerrillabeweging Lichtend Pad vijf jaar geleden vijf doden en veel gewonden maakte om Frecuencia Latina te wraken voor zijn Fujimori-gezinde houding. Een goed jaar geleden wijzigde het tv-station evenwel van koers. Het wekelijkse actualiteitenprogramma ?Contrapunto? van reporter Luis Iberico begon toen kritische thema’s aan te snijden. Zo bracht hij de folterpraktijken aan het licht waarvan een voormalige agente van de veiligheidsdiensten van het leger, Leonor La Rosa, het slachtoffer werd. Ook kaartte het programma de gruwelijke moord op Mariella Barreto, een collega van La Rosa, aan. Daarna werd een afluisterschandaal publiek gemaakt waartoe de Nationale Geheime Dienst ( SIN) opdracht zou gegeven hebben. Het bleek dat de telefoons van heel wat persmensen en politici van de kritische oppositie afgeluisterd werden, zelfs die van presidentskandidaat en voormalig secretaris-generaal van de Verenigde Naties Javier Perez de Cuéllar.
ZIJN OUDERS KWAMEN UIT JAPAN
De maat was vol toen de inkomsten van de bijzondere raadgever en gevreesde leider van de Peruviaanse Geheime Dienst, Vladimiro Montesinos, bekend raakten. Over Montesinos, een advocaat die in het verleden de zaken van enkele grote drugsdealers voor het gerecht bepleitte, wordt gefluisterd dat hij de sterke man is van het huidige regime en de verbindingsman tussen de president en het oppermachtige leger. Fujimori verklaarde weliswaar dat hij garant staat voor het overwicht van de civiele maatschappij over de militaire macht, maar zijn daden, zoals de oprichting van bepaalde politieke organen, loochenen dit. Zo is er het Comité van Herstructurering van het Gerechtelijke Apparaat. Het wordt geleid door een door Montesinos benoemde marineofficier en beslist over de nieuwe benoemingen in de juridische sector. En het is ook vanuit het leger dat de titularis van Frecuencia Latina werd aangevallen. Het besluit om hem de Peruaanse nationaliteit te ontnemen, werd getekend door een kolonel. Een officieel communiqué verweet zijn tv-station het prestige van het leger te ondermijnen. Legerkringen verspreidden ook het gerucht dat Ivcher wapens zou verkocht hebben aan buurlandEcuador, waarmee Peru al jaren een grensconflict heeft.
De tegenaanval liet niet op zich wachten. Het oppositietijdschrift ?Caretas? publiceerde een geboorteakte, een bewijs van doopsel en een passagierslijst, waarop de Japanse migrantenfamilie Fujimori werd vermeld bij hun aankomst in Lima. Doorhalingen en herschrijvingen op deze documenten deden ernstige twijfels rijzen over de Peruaanse nationaliteit van de huidige president. De redenering die hier achter stak, was duidelijk. Als Ivcher al geen tv-station mag runnen omdat hij de Peruaanse nationaliteit niet meer bezit, dan is het grondwettelijk totaal onmogelijk voor iemand die niet in Peru werd geboren, om president te zijn.
Officieel luidt het verhaal als volgt. De ouders van Fujimori, afkomstig uit het Japanse dorpje Kawashi, verlieten in augustus 1934 de haven van Yokohama voor de grote overtocht naar Peru, dat zij nooit meer zouden verlaten. Hun tweede zoon Alberto werd officieel geboren in het Limase district Miraflores op 28 juli 1938 (de nationale feestdag). Op het eerste gezicht leken de verdachtmakingen van Caretas van twijfelachtig allooi. Maar toen de plaatselijke autoriteiten van Kawashi weigerden om de ?koseki? vrij te geven het familiaal register van de Fujimoris, waarin alle geboorten, huwelijken en overlijdens van de familie in Japan geboekstaafd werden , begon de twijfel te groeien. De weigering gebeurde officieel om de privacy van de in het register vermelde personen te beschermen. Vorige week kwam Kawashi toch over de brug met de documenten, en bevestigden zowel zijn moeder als zijn ex-echtgenote (en dat is wel de laatste die hem in bescherming wil nemen) dat Alberto Fujimori in Peru geboren werd. Tenslotte gaf ook ?Caretas? toe dat het zich vergist had.
HET TERRORISME LEEFT NOG
De zaak lijkt dus te koelen zonder blazen. Fujumori zit weer wat breder in de adem. Want naast de vermelde media zijn er ook heel wat persorganen en tv-stations die het regime wél aanhangen. En eens de gemoederen bedaard, kan de bevolking wellicht opnieuw leven met een leugen om bestwil, zelfs als het gaat over de geboorteplaats van hun president. Vooral gezien de terroristen van het Lichtend Pad weer springlevend zijn. Bij een treffen tussen het leger en deze guerrillero’s vielen onlangs zeven doden in de buurt van Ayacuchomensen. En in het noorden van het land werd een gemeentehuis en een dispensarium bestormd, waarna de plaatselijke bevolking in de goede oude traditie van de maoïstische volksvergaderingen een ?politieke les? mocht aanhoren over de ?volksoorlog?.
Het lijkt erop dat het burgerlijke establishment, dat precies omwille van de bestrijding van het terrorisme Fujimori gevolgd was in de uitbouw van de macht van het leger en de geheime diensten, zich van deze militaire macht heeft willen ontdoen omdat het dat terrorisme aan banden waande. Als het terrorisme niet écht uitgeroeid blijkt, zal de protestbeweging wellicht opnieuw inbinden.
Tenzij ze in Peru eindelijk inzien dat het enige juiste antwoord op de terroristen niet de militaire contraterreur is, maar een rechtsstaat in een reële democratie. De manifestaties in Lima voor de persvrijheid wijzen erop dat een deel van de bevolking er rijp voor is. De verantwoordelijkheid van de media om, zonder manipulaties, de weg te bereiden voor een dergelijk democratiseringsproces, is bijzonder groot. Ook het occulte establishment achter Fujimori, dat de kritische stem van Frecuencia Latina wil smoren, beseft dat heel goed.
De strijd die op dit ogenblik in Peru wordt gestreden, is niet onbelangrijk. Internationale organisaties die de mensenrechten en de persvrijheid verdedigen, moeten het land nauwlettend in het oog houden.
Francis Cromphout
Alberto Fujimori op 28 juli ter gelegenheid van de nationale feestdag van Peru : werd de president geboren in Japan ?