‘De ochtend na de brexit heb ik gehuild’
De Europese Unie maakt een existentiële crisis door: elke nationale verkiezing kan haar einde betekenen. Europarlementsleden Helga Stevens en Kathleen Van Brempt vinden dat Europa veel kordatere verdedigers verdient. ‘Merkel laat Orban het vuile werk doen.’
Op 25 maart 1957 ondertekenden zes landen – Frankrijk, West-Duitsland, Italië, Nederland, België en Luxemburg – het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, ook wel het Verdrag van Rome genoemd. Dat was de eerste aanzet tot de Europese Unie, waarbij ook het Europees Parlement, de Europese Commissie en het Europees Hof van Justitie het licht zagen.
Zestig jaar later staat dat Europese project fel ter discussie. De omslag kwam er snel: in 2012 kreeg de Europese Unie nog de Nobelprijs voor de Vrede, vier jaar later stemden de Britten voor de brexit. Sindsdien gaat de Europese Unie gebukt onder de kritiek en lopen de Europese leiders voor spot.
Intussen werken de Europarlementsleden ijverig voort – wat moeten ze anders? Omdat het een zogenaamde ‘Straatsburgweek’ is – vier dagen per maand verhuist het Europees Parlement van Brussel naar Straatsburg – ontmoeten we Helga Stevens (N-VA) en Kathleen Van Brempt (SP.A) in een zithoek met uitzicht op de Rijn. Beide vrouwen hebben in dit parlement hun plaats. In 2016 nam de Europese nieuwssite Politico Van Brempt op als nummer 23 in haar lijst van ’40 Europarlementsleden die ertoe doen’, dit jaar staat Helga Stevens op plaats 22. Stevens, zo schrijft Politico, is ‘ontwapenend eerlijk’. En vooral: ‘In een parlement dat bezet wordt door boze nationalisten biedt Stevens een ander model om gehoord te worden.’ Dat compliment kun je zowel figuurlijk als letterlijk opvatten: Helga Stevens is doof en spreekt via haar tolk. Ook toen ze haar kandidatuur voor het voorzitterschap van het Europees Parlement verdedigde, vond Politico haar ‘quicker and wittier’ dan de rest.
Kathleen Van Brempt: ‘Eigenlijk had ik graag voor Helga gestemd: ze weet dat ik haar waardeer. Maar uiteindelijk kon ik het niet over mijn hart krijgen om iemand van een eurosceptische fractie te kiezen.’
Helga Stevens: ‘Wij zijn niet eurosceptisch, maar eurorealistisch. Waarom zit de Europese Unie in een diepe crisis, zestig jaar na het Verdrag van Rome? Misschien omdat ze te hoge verwachtingen heeft gecreëerd, die ze niet kan waarmaken. Het oorspronkelijke Europese project was duidelijk afgebakend. Het sleutelwoord was economische samenwerking. Dat heeft geleid tot werk en welvaart. Naar die basis moeten we terug.’
Kathleen Van Brempt: ‘Europa was niet alleen een economisch project. De echte doelstelling was politiek: een duurzame vrede tot stand brengen tussen Duitsland en Frankrijk. De Europese Unie draait om vrede en verbondenheid. Maar wij vertellen dat te weinig, zeker jongeren kennen dat inhoudelijke verhaal niet meer. Toch ben ik niet pessimistisch. De recente, pro-Europese betogingen in Duitsland hebben mij ontzettend getroffen. Dat hebben we de laatste twintig jaar niet meer zien gebeuren: duizenden mensen die op straat komen vóór Europa. Om tegen de Nederlanders te zeggen: ‘Stem wat jullie willen, maar blijf vooral bij ons. Geef Europa niet op.’ We richten onze aandacht zo gemakkelijk op eurosceptische partijen als Alternative für Deutschland (AfD), maar er is ook veel euro-optimisme. Wie weet heeft Duitsland straks Martin Schulz als kanselier en Frankrijk Emmanuel Macron als nieuwe president. Zij kunnen de Europese Unie een nieuw elan geven. Al steek ik mijn kop niet in het zand: voor de Europese gedachte is de brexit een ramp.’
In het Europees Parlement behoort de N-VA tot dezelfde groep als de Britse Conservatieven en de SP.A tot dezelfde groep als Labour: de brexit heeft jullie Europese fracties midscheeps getroffen.
KATHLEEN VAN BREMPT: Ik ben nog altijd een emotionele politica. De ochtend na de brexit heb ik gehuild.
U huilde van woede?
VAN BREMPT: Nee, van verdriet. Ik werd ’s ochtends in de VTM-studio verwacht voor een reactie op de brexit. In de auto belde ik met collega Neena Gill, een Labourpolitica van Brits-Indiase afkomst en intussen een goede vriendin. Toen zijn de tranen beginnen te rollen. Terwijl ik met haar praatte, drong het tot me door: dit is niet zomaar een politieke stemming. Dit gaat écht over afscheid nemen, over verdelen van wat samen was. Gisteren was Guy Verhofstadt nog de gast van onze sociaaldemocratische fractie: hij kwam als EU-hoofdonderhandelaar voor de brexit uitleg geven over de stand van zaken. Nog altijd vragen onze Britse collega’s dan het woord, en ondanks alle technische argumenten hebben ze altijd dezelfde boodschap: ‘Laat ons niet alleen.’ Ze krijgen nog altijd veel applaus.
HELGA STEVENS: Bij ons zijn er ook een paar Britse collega’s in tranen uitgebarsten. De verdeeldheid bij de bevolking weerspiegelt zich in onze fractie: sommige Britten hadden voor de brexit gestemd, andere waren ertegen. Intussen moeten we wel nadenken over de reden waarom zo veel mensen voorstander waren van die brexit. Er zullen wel tientallen redenen zijn, maar volgens mij hebben veel Britten zich ook willen verzetten tegen een Europese superstaat. Daarvoor bestaat ook bij ons geen draagvlak. Waarom mag de Europese Commissie zo veel bepalen? Is wat de Commissie beslist ook wat de meerderheid van de Europese burgers wil? Gelukkig heeft Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker in zijn witboek eindelijk ook de optie opgenomen van ‘een kleiner maar beter Europa’. Vroeger moest het altijd ‘meer Europa’ zijn, nu behoort een inkrimping voor het eerst tot de mogelijkheden.
VAN BREMPT: Na het verdriet kwam de woede. Ik weet nu dat populisten referenda en verkiezingen kunnen winnen, en daarna geen enkele oplossing hebben. Bij de Conservatieven en bij de club van Farage wisten ze niet waar ze mee bezig waren. Dus is het nu één grote chaos. Zeker, de Britten zullen wel allerlei redenen hebben gehad om tegen Europa te stemmen. Ik weet er alvast één: de meeste Britse politici hebben de Europese Unie bij hun kiezers nooit aangeprezen als een project om landen en mensen te verenigen. David Cameron noemde Europa altijd ‘the internal market’. Dat is volgens mij hét probleem, Helga: die overdreven focus op de interne markt. We hebben er te weinig op gewezen dat de Europese Unie sociale zekerheid biedt, het klimaat vooruithelpt en de opwarming van de aarde tegengaat. Natuurlijk raken de burgers dan vervreemd van Europa.
STEVENS: Zonder geld en economie heb je niets. De sociale zekerheid is gebouwd op een sterke economie. Europa moet niet links of rechts zijn, het moet er zijn voor de bevolking en veiligheid, stabiliteit en welvaart bieden. Moet dat beleid uitgetekend worden door een Europese autoriteit die intervenieert op alle vlakken? Of moet Europa een kader bieden waarbinnen de lidstaten kunnen functioneren? Moet Europa zich bemoeien met onze sociale zekerheid? Binnen het kleine België is het al zo moeilijk om één sociaal beleid te voeren voor Vlamingen en Franstaligen. Hoe kun je dat dan in godsnaam doen voor alle 28 lidstaten?
Uw partijgenoot Wouter Raskin trok in de Kamer onlangs aan de alarmbel en noemde een Europese aanpak van de sociale dumping ‘broodnodig’.
STEVENS: We moeten inderdaad zorgen voor duidelijke Europese regels. Die voor detachering zijn te soepel. Veel afspraken dateren van de tijd dat de Oostbloklanden nog geen deel uitmaakten van de Europese Unie. Na hun toetreding dachten we dat het wel zou meevallen. Dat was een foute inschatting. De regels hadden al lang aangepast moeten worden, en er moet ook meer controle komen.
VAN BREMPT: Ik blijf geloven in het vrije verkeer van personen, maar alleen als ook het principe van gelijk loon voor gelijk werk wordt erkend. Het een kan niet zonder het ander. Poolse arbeiders zijn hier welkom, maar niet als zij hier komen werken tegen tarieven die onze Antwerpse bouwvakkers uit de markt prijzen. Daarom moeten we dringend naar een nieuw Europees sociaal pact. Mijn Oost-Europese collega’s aarzelen. Zij vermoeden dat achter het verzet tegen de sociale dumping een ander gevaar schuilt: dat wij gewoon onze grenzen willen sluiten voor Oost-Europese arbeid. Zij vrezen sociaal protectionisme. Dat is inderdaad het foute antwoord van populisten als Marine Le Pen en het Vlaams Belang op de sociale dumping.
Het sociaal beleid is deels de bevoegdheid van eurocommissaris Marianne Thyssen (CD&V). Hoe doet zij het?
STEVENS: Marianne Thyssen is een vrouw, wat op zich al positief is, want er zitten weinig vrouwen in de Europese Commissie. Gelukkig zijn ze allemaal sterke persoonlijkheden. Ik hoop dat Marianne Thyssen even sterk wordt als haar Deense collega Margrethe Vestager. Als ze dat niveau haalt, zal ik bijzonder tevreden zijn. Op dit moment is er al veel beloofd, maar ik wacht op concrete verwezenlijkingen.
VAN BREMPT: Ik heb veel respect voor haar opvattingen en haar harde werk, maar haar resultaten zijn inderdaad pover. Dat is niet zozeer haar schuld, als wel die van Commissievoorzitter Juncker. Betere sociale richtlijnen zijn wel de laatste van zijn prioriteiten.
Hoe machtig of machteloos is de Europese Commissie? Onder de Hongaarse premier Viktor Orban, schrijft Der Spiegel, is het asielrecht afgeschaft en de omgang met migranten brutaler geworden: ‘In Hongarije vindt een gevaarlijke erosie plaats van de Europese waarden.’ Toch treedt de Europese Commissie niet tegen hem op.
STEVENS: Ik keur niet goed wat Orban allemaal doet, maar hij heeft zich nooit tegen Europa uitgesproken. Hij respecteert de afspraken over de bescherming van onze buitengrenzen. Hongarije is na Merkels ‘Wir schaffen das’ overspoeld door vluchtelingen. Eigenlijk knapt Orban háár vuile werk op en klaart hij ook de klus voor de Grieken. Dat is een ondankbare taak, en toch viseert iedereen hem.
VAN BREMPT: Wij hadden de Slowaakse premier Robert Fico al lang uit onze Europese partij moeten zetten. Hij is hetzelfde type als Orban. Ik steun Europees Commissaris Frans Timmermans als hij een lijn trekt tegenover Hongarije, en de laatste tijd ook tegenover Polen. De Poolse regering beknot de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en perkt de vrijheid van meningsuiting in.
In zeker opzicht is Viktor Orban een regeringsleider zoals Donald Trump. Vanuit Washington bespeelt die ook het Europese publiek met een boodschap en een stijl die bijzonder on-Europees aandoen. Kan Trump geen aanleiding zijn voor ons om opnieuw te bevestigen waar Europa voor staat?
STEVENS: Een Europese identiteit, bestaat die wel? Ik heb lang in de VS gewoond. Ik heb zelf ervaren dat er zoiets bestaat als the American feeling, van de Oost- tot de Westkust. Dat vind ik niet terug in Europa. Kun je een Pool wel vergelijken met een Fransman? Vullen wij onze vrijheden niet anders in? Ik hou niet van grote woorden, ik verkies concrete stappen. Ik zou bijvoorbeeld veel meer investeren in Erasmus, het Europese uitwisselingsprogramma voor het hoger onderwijs. Erasmus mag ook niet beperkt blijven tot de studerende jeugd van de middenklasse. Waarom zou Erasmus ook niet kunnen openstaan voor scholieren uit het technisch onderwijs?
Dat is opnieuw méér Europa. Zijn er ook domeinen waarop de Europese Unie zich bescheidener kan opstellen?
VAN BREMPT: De Nederlandse overheid heeft ooit een studie laten maken over die vraag: welke bevoegdheden zou de Europese Unie beter weer afstaan aan de lidstaten? Het antwoord was heel grappig. Europa was te ver gegaan in de bepalingen over de verstrekking van fruit en melk op school, en in het opleggen van normen ter bestrijding van de overstroming van rivieren – toch voor zover die niet grensoverschrijdend zijn. (tot Stevens:) Uw collega Sander Loones heeft vorig jaar aangekondigd dat hij een lijst zou opstellen met Europese bevoegdheden die meteen afgeschaft moeten worden. Ik wacht er nog altijd op.
Eurocritici als Nigel Farage krijgen de lachers altijd op hun hand met de Europese bepalingen over hoeveel water een wc-pot hoort te bevatten.
VAN BREMPT: Inderdaad, dat is een dijenkletser, net als de Europese normen voor stofzuigers. In feite gaat het om twee ‘energie-efficiëntierichtlijnen’, waardoor alle producenten zich aan dezelfde normen moeten houden en de consumenten besparen op water en elektriciteit. Zo helpt de Europese Unie de lidstaten hun interne markt op orde te brengen.
STEVENS: De kritiek zal pas verminderen als er meer transparantie in de Europese regelgeving komt. Belangrijke beslissingen worden nog te vaak uitbesteed aan technische commissies vol experten. Je kunt je afvragen of die echt onafhankelijk zijn, of worden beïnvloed door lobbyisten.
VAN BREMPT: Het werk van die lobbyisten rendeert, dat zie je aan sommige wereldvreemde beslissingen van de Europese Commissie. Onlangs was ze weer opvallend mild voor het gebruik van pesticiden, tegen alle wetenschappelijke rapporten en dus ook tegen het belang van de Europese burgers in.
Dan verwondert het natuurlijk ook niet dat het Europese gezag is aangetast.
VAN BREMPT: Dat is niet de schuld van de Europese Commissie of het Europees Parlement. Europa is in de problemen geraakt door een manifest gebrek aan leiderschap in de Europese Raad. Manfred Weber, de Duitse fractievoorzitter van de Europese Volkspartij, betreurde het onlangs nog dat haast geen enkele Duitse minister de beslissingen die in de Europese Raad worden genomen verdedigt tegenover de publieke opinie. Dat is het fundamentele probleem: Europa durft niet uit te leggen wat er wordt beslist. De Europese regeringsleiders vinden dat ze geen verantwoording hoeven af te leggen. Ze beslissen, punt uit. Vandaar misschien ook dat de media de Europese politici te weinig ter verantwoording roepen. Over negentig procent van de dossiers waar ik mee bezig ben, wordt nooit bericht. Het klinkt cynisch, maar het is nog een geluk dat de Europese Unie voorwerp van hevig politiek debat is geworden. Nu is er al wat meer aandacht voor het Europees Parlement.
STEVENS: Op dit moment debatteert het Europees Parlement over een betere monitoring van de Europese buitengrenzen en een betere controle van wie de Europese Unie binnenkomt of verlaat. Niemand lijkt daar wakker van te liggen, maar in tijden van vluchtelingenstromen blijft de organisatie van de grensbewaking natuurlijk superbelangrijk.
Terwijl de kwestie van de vluchtelingen toch hét debat van deze tijd is?
STEVENS: De mensen zijn echt bang voor een massale toestroom van vluchtelingen. De N-VA wil dat Europa inspanningen levert, maar tegelijk pleiten wij voor realisme: hier is geen plaats – en geen draagvlak – voor de komst van miljoenen nieuwkomers. De integratie van 160.000 vluchtelingen in heel Europa is wel een realistisch project. Laten we ons dan daartoe beperken. Pas als we de mensen duidelijk maken dat de instroom begrensd is, kunnen we zorgen voor een klimaat van solidariteit met die nieuwkomers. Als het van ons afhangt, mag er ook meer druk komen op de steenrijke Golfstaten die bitter weinig doen. Opvang in de eigen regio is de beste oplossing voor iedereen. Vluchtelingen worden dan in hun taal geholpen en blijven in hun eigen culturele omgeving, in een islamitische context. Natuurlijk moet de Europese Unie daarbij financieel bijspringen, en dat doen we ook.
VAN BREMPT: Je kunt het Europese ‘draagvlak’ niet van te voren vastleggen en het aantal vluchtelingen beperken tot een precies getal. In Afrika worden de problemen er niet kleiner op, wel integendeel. De verwoestijning zet zich gestaag door. De hongersnood in Oost-Afrika is het gevolg van de (burger)oorlogen daar, maar ook de watersnood en het gebrek aan landbouwgrond eisen hun tol.
STEVENS: Luister toch eens naar de mensen. Zij zijn echt bang van een massale toestroom van vluchtelingen. De Europese Unie kan de halve wereldbevolking niet opvangen. Merkel had mooi praten met haar ‘Wir schaffen das’, maar toen er ineens miljoenen vluchtelingen de weg vonden naar Duitsland was het ook haar snel te veel, sloot ze de Duitse grenzen en liet ze andere landen met de problemen zitten. Zo doen wij dat toch niet in Europa?
VAN BREMPT: Het project van de Europese Unie vertrekt van de notie ‘verantwoordelijkheid’, en die stopt niet bij de eigen grenzen. Volgens mij kun je mensen daarvan wel overtuigen, mevrouw Stevens. Je moet het hen alleen durven uit te leggen.
Het Europese vluchtelingenbeleid staat of valt met de houding van Turkije. Er leven 200.000 Turken in België, bijna een half miljoen in Nederland, meer dan twee miljoen in Duitsland.
STEVENS: Waar ligt hun loyauteit? Het land waar ze leven, of het land van herkomst? Kiezen ze voor hun toekomst, of voor hun verleden? Als ik naar de VS zou immigreren, zou ik natuurlijk een band met Vlaanderen behouden. Maar ik weet niet of ik na twintig, dertig jaar nog zou willen stemmen. Als de Turken zo’n intense band met hun herkomstland blijven behouden, willen ze hier dan eigenlijk wel wonen?
De brexit was al een schok, straks komt het Catalaanse referendum eraan. Wat moet de Unie doen als een lidstaat uiteenvalt?
STEVENS: Hoe kan Catalonië een bedreiging zijn voor de Europese Unie? Ik denk dat Spanje een veel grotere bedreiging is voor de EU, gezien zijn halsstarrige houding tegenover de Catalanen. Hoe kan een referendum, dat gesteund werd door een grote meerderheid in het Catalaanse parlement, ondemocratisch zijn? Ik kan daar met mijn verstand niet bij.
VAN BREMPT: Anders dan veel van mijn partijgenoten vind ik dat de Catalanen en de Schotten zelf over hun toekomst moeten kunnen beschikken. Ook de Schotse kwestie had David Cameron niet juist ingeschat. De toekomst van het Verenigd Koninkrijk ziet er dus niet zo goed uit. Als de Schotten straks beslissen dat ze bij de Europese Unie willen, zijn ze meer dan welkom. We moeten wel consequent zijn: dat geldt dan ook voor de Catalanen. Natuurlijk komt er ooit een nieuwe Europese Unie, omdat er ooit een einde komt aan de huidige natiestaten. Op dit moment is Spanje toch een failed state? Hoeveel dagen hadden ze in Madrid niet nodig om een regering op de been te brengen?
Is de hele Europese Unie geen failed state?
VAN BREMPT: De brexit kwam er niet door het falen van Juncker of van de Europese Commissie, maar door dat van David Cameron en de Britse politieke klasse. De publieke opinie is per definitie milder voor het beleid van de eigen nationale regering dan voor de Europese besluitvorming. Europa wordt veel te hard aangepakt. Voor Europa ligt de lat onwezenlijk hoog: men is pas tevreden met de Europese Unie als ze een perfect state is. Loopt het in België dan soms allemaal uitstekend? Of in Vlaanderen? Laat me niet lachen. (lacht)
Door WALTER PAULI, foto’s DIETER TELEMANS
‘Ik heb veel respect voor het harde werk van Marianne Thyssen, maar haar resultaten zijn pover.’
Kathleen Van Brempt
‘Als de Turken zo’n intense band met hun herkomstland blijven behouden, willen ze hier dan eigenlijk wel wonen?’ Helga Stevens
‘Anders dan veel van mijn partijgenoten vind ik dat de Catalanen en de Schotten zelf over hun toekomst moeten kunnen beschikken.’ Kathleen Van Brempt