Zowel premier Jean-Luc Dehaene als oppositieleider Marc Verwilghen gooiden olie op de golven. De politieke slag om de hervorming van de politiediensten bleef uit.
D e politionele hervorming die in de steigers wordt gezet, kan ik echter met de beste wil van de wereld niet het antwoord noemen op de ernstige functiestoornissen en tekortkomingen die de Commissie-Dutroux het voorbije jaar heeft vastgesteld. Van de ene, geïntegreerde politiestructuur die in het rapport van de commissie werd bepleit en door het parlement éénparig werd aanvaard, komt niets terecht. Het plan dat de eerste-minister deze namiddag ontvouwde, blijft steken in een naamsverandering.?
Deze passage komt uit de toespraak die VLD-voorzitter Guy Verhofstadt vorige week dinsdag hield voor de Kortrijkse Kamer van Koophandel en die een antwoord moest zijn op de State of the Union, waarmee premier Jean-Luc Dehaene (CVP) enkele uren eerder voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers het politieke jaar inluidde.
Opvallend genoeg stond deze passage ook al in de eerste versie van Verhofstadts toespraak een tekst die enkele weken vooraf aan bevriende journalisten was uitgedeeld. Wat meteen aantoont dat Verhofstadt als geen ander ?de kunst van het vooruitzien? verstaat.
Hoewel. Intussen circuleren al een drietal, soms zeer verschillende versies van het Kortrijkse exposé. Daaruit valt duidelijk af te lezen dat de VLD-voorzitter, telkens als hij door bereidwillige journalisten werd gebrieft over kritiek van de meerderheid op zijn plannen voor loonlastenverlaging en privatiseringen, meteen met de delete– of insert-toets van zijn tekstverwerker ging goochelen.
Heel anders verliep het met de passus over de politiehervormingen van de regering. Nog geen 48 uur na de uitspraak in Kortrijk werd deze compleet irrelevant gemaakt door niemand minder dan Verhofstadts partijgenoot en voorzitter van de Dutroux-commissie, Marc Verwilghen. Die verklaarde immers donderdagochtend tijdens het kamerdebat dat het plan van de regering-Dehaene in verband met de politionele hervormingen ?voor een groot deel,? ?voor het grootste deel zelfs,? benadrukte hij , tegemoet komt aan de bevindingen van de Commissie-Dutroux en -Huybrechts.? Als ommezwaai in de houding van Verwilghen, die de dagen voordien zijn kritiek aan het adres van de regering niet had gespaard, kon dat tellen.
Daags voordien nog had een van de meest gerespecteerde leden van de onderzoekscommissie, de West-Vlaamse VU’er Geert Bourgeois, ontslag genomen als commissaris omdat de politiehervorming die de regering voorstelde, van geen kanten rijmde met de aanbevelingen van de Dutroux-commissie. En Verwilghen bracht begrip op voor de beslissing van Bourgeois.
HET OPTREDEN VAN VERWILGHEN
Uitgerekend Geert Bourgeois lanceerde in de kamer, daags na zijn ontslag, de suggestie om de hervorming van de lokale politiediensten uit de vertrouwensstemming te lichten en aan een bijkomende bespreking te onderwerpen. Een suggestie die premier Dehaene niet ongenegen was, want ze kon prima dienen als kalmeermiddel voor de eigen CVP-fractie, waar de Oost-Vlamingen Pieter De Crem en Tony Van Parys publiekelijk lucht gaven aan hun ontevredenheid over het hervormingsplan. Zelfs CVP-fractieleider Paul Tant, die terloops de Dutroux-commissie een verbale veeg meegaf, vroeg een bijstelling, zoniet aanvulling van het plan. Want ook de CVP’ers ervoeren het uitblijven van de integratie van de lokale politie en rijkswacht als een ernstig manco.
Wat zich die donderdag in de kamer afspeelde, was het gevolg van een intense palaver tussen leden van de meerderheid en de minderheid. Premier Dehaene werd in de wandelgangen opgemerkt, nu eens overleggend met Bourgeois, daarna met de voorzitters van de Franstalige meerderheidsfracties Claude Eerdekens (PS) en Jacques Lefèvre (PSC), dan weer met de eigen CVP’ers Van Parys en De Crem. Sommigen zweren met de hand op het hart dat ze de premier, tot twee keer toe op een tête-à-tête met Verwilghen betrapten. Kortom : de wandelgangen van de kamer deden opnieuw dienst als de corridors of power.
Het optreden van Verwilghen werd naderhand in de media als een groot parlementair moment geprezen. Of het echt zo groots was al sommigen willen laten geloven, zal de toekomst uitwijzen. Maar dat hier een bijzonder subtiel spel werd opgevoerd tussen een eerste-minister en een oppositieleider, daarover bestaat geen twijfel.
Verwilghen stak als eerste van wal door voor te houden dat hij niet als oppositielid maar als voorzitter van de Dutroux-commissie sprak. En om dat aan te tonen, schoof hij prompt het VLD-plan voor een politiehervorming opzij een voorstel dat hij destijds zelf had goedgekeurd. Zo te zien, verkoos hij de aanbevelingen van de commissie boven de voorstellen van de eigen partij. Dat het hier ging om een plan dat zijn fractieleider Patrick Dewael en de politie-expert van de VLD senator Hugo Coveliers hadden uitgetekend, illustreert het gewicht van Verwilghens gebaar.
EEN VALSTRIK VOOR DE COMMISSIE
Voor premier Dehaene was het zaak het ongenoegen bij de CVP-achterban snel te bedaren. Daarom beloofde hij in de nacht van donderdag op vrijdag, voor de stemming over de regeringsverklaring, dat zijn hervormingsplan nog kon/mocht worden bijgevijld, uiteraard niet door de Dutroux-commissie, wel door de bevoegde kamercommissies van Justitie en van Binnenlandse Zaken. Als bijkomende voorwaarde stelde Dehaene dat alleen het regeringsplan ter bespreking voorligt en dat hij, de premier, te allen tijde een werkbare meerderheid wil behouden. Met andere woorden : als één van de meerderheidspartijen voet bij stuk houdt, blijven de hervormingsplannen bij het oude.
En die van PS en PSC lieten zich niet pramen. Vrijwel onmiddellijk lieten ze verstaan dat voor hen de integratie van de lokale politiediensten in geen geval op een fusie mag neerkomen. Ook SP-voorzitter Louis Tobback, zij het minder kruimig dan gewoonlijk, liet tijdens het afgelopen partijcongres in Lier horen dat elke poging van een van de meerderheidspartijen zeg maar : de CVP om aan het bereikte regeringscompromis te tornen, ?een politiek probleem? doet rijzen. Tobback heeft ook weinig fiducie in het optreden van Verwilghen. Hij verdenkt de VLD’er ervan allerlei spelletjes op te voeren.
Met zijn ontmijningsoperatie heeft Verwilghen alvast één doel bereikt : het overeind houden van zijn onderzoekscommissie die momenteel een heel delicaat onderzoek voert naar allerlei protectiepistes. Die commissie heeft een woelige week achter de rug en haar voortbestaan wordt, volgens waarnemers, ernstig bedreigd. Het ontslag van Bourgeois was slechts een van de tegenvallers.
Om te beginnen, was er de niet mis te verstane aanval van de doorgaans erg cryptische CVP-fractieleider Paul Tant. Wat later ging PS’er Claude Eerdekens over tot opvallende bekentenissen. Hij gaf toe dat de Dutroux-commissaris zwaar had geblunderd bij de afhandeling van het dossier over commissaris-generaal Christian De Vroom van de GP. Die affaire had, volgens hem, nooit naar buiten mogen komen.
Hoewel hij het niet met zoveel woorden toegaf, liet Eerdekens verstaan dat de commissie met dit dossier in een valstrik was getuimeld. En hij is lang niet de enige die met dit gevoelen worstelt.
POGING TOT DESTABILISERING
Manipulaties en intriges kwamen vorige week dinsdag ook aan bod in een opmerkelijk artikel in de Waalse krant La Meuse. Daarin werd de onafhankelijke expert bij de commissie, professor Brice De Ruyver, met de vinger gewezen. Die zou de voorbije maanden als een onderzeeër van minister Johan Vande Lanotte van Binnenlandse Zaken hebben geopereerd. De krant had het over ?een Gents complot?, gesmeed door Vande Lanotte, De Ruyver en commissielid Renaat Landuyt ; een SP-complot met de bescherming van de rijkswacht als inzet.
Het artikel werd door de Franstalige commissaris Jacqueline Herzet (PRL) aan de bureauvergadering van de Dutroux-commissie voorgelegd, maar werd er pronto afgedaan als een poging vanuit een bepaalde (Franstalige) groep van politici, magistraten en leden van de gerechtelijke politie om de commissie te destabiliseren.
Dat die aanval was gericht tegenBrice De Ruyver zal weinigen verbazen. De Gentse criminoloog geniet, ondanks zijn SP-affiliatie, niet alleen het volste vertrouwen van Verwilghen ; hij was zelfs een van de weinige, zoniet de enige die de tekst van diens toespraak in de kamer vooraf ter keuring doorgefaxt kreeg. Zelfs bij de VLD-fractie wisten weinigen welke richting Verwilghen met zijn parlementaire interventie zou inslaan. Wat dan weer voor grote wrevel zorgde bij een aantal vooraanstaande VLD’ers. Die wensen nu dat de populaire Verwilghen, eens de Dutroux-commissie opgedoekt, het plan laat varen om de senaatslijst aan te voeren en werk maakt van zijn oude ambitie om in 1999 partijgenoot Louis De Greve bij het Arbitragehof op te volgen.
Rik Van Cauwelaert
Premier Dehaene : de opwinding in de eigen CVP-rangen kalmeren.