Rik Van Cauwelaert
Rik Van Cauwelaert Rik Van Cauwelaert is directeur van Knack.

Agalev-fractieleider Jef Tavernier heeft zo zijn bedenkingen bij de manier waarop de traditionele partijen zich plots wagen aan de Nieuwe Politieke Cultuur. Een gesprek.

Terwijl parlementsleden van de ene onderzoekscommissie naar de andere rennen en tussendoor nog eens het hoofd binnensteken bij de werkgroep Nieuwe Politieke Cultuur (NPC), blijft de roomsrode regering van premier Jean-Luc Dehaene (CVP) tegen fors tempo uitvoeringsbesluiten afscheiden volgens de jongste berekeningen ligt hun aantal al ruim boven de zestig. Geen hond echter die belangstelling vertoont voor de soms botte manier waarop de regering zich een weg baant naar de Europese Monetaire Unie (EMU). Neen, want de volle aandacht gaat intussen naar de vraag of de politicus nog langer mag tussenkomen om een of ander probleem van een kiezer te regelen. Of de vraag of de burgemeester van Heultje-Noorderwijk tegelijk parlementslid kan zijn. (In beide gevallen luidt het correcte antwoord neen.)

Alleen de liberalen verheffen in sociale en financiële kwestie af en toe de stem, zij het niet altijd in eenklank. Zelfs bij Agalev lijkt het weerwerk tegen de regering te zijn stilgevallen. Een bemerking die Kamerlid en fractielid Jef Tavernier niet over zijn kant kan laten gaan.

U kan toch niet ontkennen dat premier Dehaene, op de schandalen bij de PS na, weinig hinder ondervindt van het parlement, laat staan van de parlementairen die plots met van alles bezig zijn behalve met het controleren van zijn regering.

JEF TAVERNIER : Dat klopt maar gedeeltelijk. Dehaene wil vooral de indruk wekken dat hij druk bezig is. Als ik al die uitvoeringsbesluiten bekijk, bijvoorbeeld het fiscale luik, dan vraag ik me af : wat staat daar nu eigenlijk in ? Om die maatregelen te nemen, heb je geen volmachten nodig. Blijkbaar hadden de volmachten een veeleer psychologische invloed. Ze creëerden de indruk dat de regering aan een fantastisch opzet begon. Maar een grondige hervorming heb ik nog niet gezien. Ik zie geen enkele tendens die serieus wordt omgebogen. Integendeel. Een aantal ongelijkheden wordt bevestigd.

Is de vaststelling dat de regering een aantal ongelijkheden bevestigt, niet dringender aan discussie toe dan de vraag of de parlementair al dan niet een aanbevelingsbriefje mag schrijven ?

TAVERNIER : Dehaene zet zich daar op de regeringsbank. Ik zeg hem : u bent de emanatie van die oude politieke cultuur. Hij is de man die vanuit de vakbonden is gekomen, naar de kabinetten gesluisd, minister geworden zonder aan verkiezingen deel te nemen. Bovendien zit hij in de partij die het hele spel al jaren beheerst. Als je hem dat zegt, dan lacht hij eens en het debat is afgelopen. En de meerderheid die trapt daar in. Zolang de bevolking bij verkiezingen geen ander, steviger signaal geeft, zal die toestand niet veranderen. Want intussen boeren politici als Dehaene gewoon voort.

Het meest frustrerend aan een debat is een tegenstander die het gesprek plompweg weigert. Dat doet de regering. Ze laten alle buien gewoon overwaaien. Pas als ze beginnen te voelen dat een aantal mensen buiten de politiek dit niet langer nemen, worden ze angstig. Daarom is zo’n witte beweging belangrijk, omdat ze de regering tot een gesprek kan dwingen.

De hele vernieuwingsbeweging die voor 1995 op gang was gekomen, zat in een sukkelstraatje. De kiezer had, bijvoorbeeld de SP, niet afgestraft omwille van Agusta. Tot de gebeurtenissen in augustus ’96 en de Witte Mars. De ommekeer die de Witte Mars heeft veroorzaakt, valt niet te onderschatten. Nu willen ze plotseling allemaal over decumul praten. Tot voor een paar jaar vonden we daarvoor gewoon geen gesprekspartner. Dat was niet belangrijk. Nu wel.

Is dat zo ? Of is dat gewoon een indruk ?

TAVERNIER : Het is een vaststelling. Neem de werkgroep rond vermogensaangifte en aangifte van mandaten. Tot 25 oktober werden voortdurend allerlei pietluttigheden als heuse problemen opgeworpen. Op 6 december, na de Mars, was de situatie compleet veranderd. Toen moest er ineens van alles gebeuren. En het kon niet snel genoeg gaan.

Hoe verklaart u dan die weigering van de groenen om in het federaal parlement, in de zogenaamde Commissie-Langendries, deel te nemen aan de gesprekken over nieuw politiek fatsoen ? Terwijl Agalev in het Vlaams parlement wel mee aan tafel zit, samen met het Vlaams Blok.

TAVERNIER : Omdat het initiatief in het Vlaams parlement is ontstaan in het bureau. Dat is een echt parlementair initiatief, waarbij intern nieuwe regels worden uitgedokterd. Het Vlaams parlement is een nieuwe instelling en is bovendien toch wat dynamischer dan oude tantes als Kamer en Senaat.

Wat gebeurt op het federaal niveau ? Er worden daar zaken aangekaart waarvoor er al werkgroepen en/of commissies bestaan. Er is daar een werkgroep die zich moet buigen over de vermogensaangifte en aangifte van mandaten. Er is een Commissie-Reglementen, een gemengde commissie die zich inlaat met de problemen op het vlak van de financiering van politieke partijen en van verkiezingscampagnes en de controle op de boekhouding van de partijen. Dat bestaat allemaal, zowel in de Kamer als in de Senaat. Alleen, er wordt daar niet voort gewerkt. Sinds oktober al vraag ik de samenroeping van de commissie voor de controle op de verkiezingsuitgaven. De commissie voor de financiering van de politieke partijen is sinds juni niet meer bijeen geweest. Nu zeggen ze plotseling : ja, maar we gaan dat nu algemeen bespreken in de commissie van voorzitter Raymond Langendries (PSC), samen met de partijvoorzitters van wie sommigen niet eens tot het federaal parlement behoren.

Het is duidelijk : de krokodillen willen het onder elkaar bedisselen. Als er één manier bestaat om de geloofwaardigheid van die initiatieven af te takelen, dan is het wel deze. Soms geloof je je oren niet. Zo kondigde voorzitter Langendries aan dat minister van Financiën Philippe Maystadt (PSC) zou worden gevraagd een einde te maken aan het systeem waarbij giften van de partijen aan de studiediensten fiscaal aftrekbaar zijn. Wat belet de partijen daar zelf een einde aan te maken ? Intussen zwijgen ze over de talloze, mistige VZW’tjes die ze overeind houden. Ik heb onlangs nog de lijst van die verenigingen aan minister Maystadt voorgelegd en om uitleg gevraagd. Wat staat daar bovenaan ? Unitas en Act, van de CVP.

Vandaar ons wetsvoorstel waardoor die VZW’s verplicht worden hun boekhouding open te gooien. Als ze het allemaal zo goed menen, dan kan dat toch geen bezwaar zijn.

Waarover moeten wij, groenen, eigenlijk onderhandelen ? Onderhandelen is een kwestie van geven en nemen. Agalev en Ecolo hebben niks te geven of te nemen. Ze zeggen : we gaan de uitgaven voor de verkiezingen afbouwen. We vragen niks liever. Bovendien passen we dit al toe. Decumul ? Alsjeblieft, meteen ! Bij ons heeft dat nooit bestaan. Tot voor enkele jaren konden ze ons daarop antwoorden : Agalev heeft makkelijk praten, het heeft geen burgemeesters of schepenen. Intussen wel. En geen van hen is parlementslid. Niet langer giften van bedrijven. Voor ons geen punt. Vermogensaangifte ? Bestaat bij ons. We moeten dus niet onderhandelen. Dat ze beslissing nemen en die dan ook uitvoeren. Al die theatrale bijeenkomsten zijn nergens voor nodig.

Begin dit jaar nog, nadat Jong-Agalev zichzelf opdoekte, zei Wilfried Bervoets, politiek secretaris van Agalev : ?Veel mensen zien in dat Agalev het niet meer alleen kan redden.? Wat moeten we uit deze vreemde verklaring besluiten ?

TAVERNIER : Uiteraard blijft de boodschap belangrijk dat is het bindmiddel van een partij. Anderzijds moeten we gesprekken met anderen voeren. Want de absolute meerderheid halen we toch niet ; zoveel is duidelijk. Daarom moeten we bekijken wie we voor bepaalde thema’s als bondgenoten kunnen aanspreken. Zodat je voor heel concrete punten een, zeg maar, tijdelijke coalitie kan aangaan. Wat betekent dat je voor sociaal-economische kwesties andere partners aanspreekt dan voor, bijvoorbeeld, problemen rond de zogenaamde Nieuwe Politieke Cultuur…

Hebben jullie ook al met Guy Verhofstadt aan tafel gezeten ?

TAVERNIER : Met een Verhofstadt kunnen we een eind weegs gaan, vooral in de manier waarop we aan politiek willen doen : ongebonden, los van de zuilen voor zover de VLD ongebonden is. Maar voor andere dossiers zal die samenwerking allicht uitgesloten zijn.

Rik Van Cauwelaert

Jef Tavernier : Hoe oprecht zijn de grote partijen ?

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content