De herfst is begonnen. Is het einde van Verhofstadt II nabij?
De eerste serieuze test voor de politieke asymmetrie die na de verkiezingen van 13 juni werd opgelegd aan de federale staatsstructuur, is al minstens voor een deel uitgedraaid op een ramp voor de eerste minister van dit land. Premier Guy Verhofstadt (VLD) heeft daar zelf in niet geringe mate toe bijgedragen door slordig om te springen met enkele kapitale spelregels voor wie in de Wetstraat ingewikkelde vraagstukken wil oplossen.
Ten eerste is het belangrijk om op het juiste moment een doorbraak te realiseren. Het DHL-dossier bewijst ten overvloede dat een dergelijk moment er niet komt als men omwille van electorale en andere redenen denkt eindeloos lang en traag met de puzzelstukken te kunnen schuiven. De schijn dat economie en ecologie in deze verzoenbaar zijn – meer arbeidsplaatsen zonder meer nachtlawaai – wordt daarbij alleen maar groter, want de politiek onderhoudt niet eens gestroomlijnde contacten met het koerierbedrijf en heeft nog minder vat op de besluitvorming van de multinationale bazen van DHL.
Ten tweede heeft de Belgische methode om diverse zware dossiers te koppelen, in de hoop dat er genoeg ruilelementen voorhanden zijn om ‘een akkoord over alles’ te bereiken, zijn beste tijd gehad. Behalve het DHL-dossier, heeft de politieke chef van de Wetstraat 16 ook de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, de begroting van 2005 en een rist sociaal-economische thema’s (werkgelegenheid, sociale zekerheid, vergrijzing) in de paarse keukenrobot gedaan. Maar een deksel zit er niet op en de politieke prut vliegt dus naar alle kanten.
Dat in dat kluwen en in de asymmetrie aan Vlaamse kant VLD, SP.A en CD&V nog de tijd vinden voor een rondje zwartepieten, mag dan tot de bekende zeden en gebruiken behoren. Het zijn intussen wel de Franstalige socialisten die het tempo en de teneur bepalen. Het was vice-premier Laurette Onkelinx (PS) die als eerste een ongebreidelde DHL-expansie in vraag stelde. Het waren ook zij en haar voorzitter Elio Di Rupo die vorig weekend als eerste een boekje opendeden over een aanzienlijk begrotingstekort volgend jaar en meteen een streep trokken door de vervroegde beleidsverklaring van Verhofstadt. Van een blamage voor de zwoegende premier gesproken.
De crisissfeer van de laatste dagen doet onwillekeurig terugdenken aan Mark Eyskens (CD&V). Drieëntwintig jaar geleden kondigde hij het einde van zijn regering met de stakende PS-ministers aan met de historische woorden: ‘Dames en heren, het is vandaag 21 september, het begin van de herfst. De bladeren beginnen te vallen. Het is derhalve heel natuurlijk dat ook het kabinet is gevallen.’ Voor Verhofstadt II is het nog niet zover en hoeft het ook niet per se op deze seizoensgebonden manier af te lopen. Maar Paars-bis scheert wel bijzonder dicht langs de afgrond.
Patrick Martens
Intussen bepalen de Franstalige socialisten het tempo en de teneur.