Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

Het Forum: plein in Rome, tussen Capitool en Palatijn, waar burgers samenkwamen om publieke zaken te bespreken en recht te doen.

Mijnheer Coolsaet, na twee maanden vakantie is het Belgische voorzitterschap van de Europese Unie in een stroomversnelling gekomen. Zal premier Verhofstadt zijn zestien prioriteiten kunnen realiseren?

Rik Coolsaet: De kritiek luidde dat zestien prioriteiten of geen prioriteiten op hetzelfde neerkomt. Maar die zestien punten kwamen in feite overeen met de lopende agenda, die vooral wordt beheerd door de Europese Commissie. Die continuïteit begeleiden, is een van de taken van elke EU-voorzitter, die daarnaast ook gepast moet kunnen inspelen op de actualiteit. Vooral op dat laatste wordt hij beoordeeld. Bij het vorige Belgische voorzitterschap in 1993 heeft de tandem Dehaene-Claes dat uitstekend gedaan.

Twee grote opdrachten staan al lange tijd vast: de uitbreiding van de Unie en de concrete invoering van de euro. Beide zijn cruciaal. De euro omdat hij drastisch ingrijpt in het dagelijkse leven van alle EU-burgers. De uitbreiding omdat het gaat om een echte mutatie van de EU, en omdat op dit moment in de onderhandelingen met de nieuwe lidstaten een paar moeilijke politieke knopen moeten worden doorgehakt. Zoals bijvoorbeeld over de migratie. Het savoir faire van de Belgische diplomatie en regering zal in deze materies op de proef worden gesteld.

Een ander speerpunt wordt de met veel bombarie aangekondigde Verklaring van Laken. Worden de hoge verwachtingen niet stilzwijgend getemperd?

Coolsaet: In vergelijking met de eerste uitspraken van premier Guy Verhofstadt (VLD) zie je een lichte aanpassing. De oorspronkelijke bedoeling was de politieke toekomst van de EU uit te tekenen, maar vrij snel heeft men beseft dat het formuleren van de juiste vragen al moeilijk genoeg zal zijn. Antwoorden zullen in Laken niet gegeven worden. Ik ben benieuwd of de Belgische regering erin zal slagen om over Europa een ruim politiek debat aan te zwengelen. In het kleine clubje dat tot nu toe de besluitvorming van de EU bepaalde, is men tot het besef gekomen dat die manier van politiek voeren tot mislukken gedoemd is. Als de EU voor de burger een ver-van-mijn-bed-show blijft, heb je nooit de zekerheid dat het Europese project voldoende onderbouwd is. Dat inzicht is pas de voorbije twee jaren gegroeid. De ambitie van Verhofstadt is om via Laken met politici van alle niveaus en ook met niet-politici een breed forum over de Europese grondrechten te organiseren. Waarschijnlijk onder leiding van de huidige Nederlandse premier Wim Kok. Als dat lukt, is het een trendbreuk in de Europese besluitvorming die Verhofstadt een plaats in de geschiedenis van de EU kan opleveren. De juiste vragen stellen en een publiek debat erover voeren, dat is de inzet van Laken. De Europese politiek mag niet langer het privilege zijn van een klein groepje ambassadeurs.

Elders in dit blad schrijft u een column over de anti-globalisten. Hebben zij de Europese leiders wakker geschud?

Coolsaet: Dat is al vroeger gebeurd, een jaar of twee drie geleden, toen men aanvoelde hoe moeilijk het was om verdragen als Maastricht en Amsterdam door het grote publiek te doen aanvaarden. De moeizame top van Nice heeft dat besef vergroot, en het is herbevestigd door de protesten van de anti-globalisten. Die vormen een belangrijke beweging van jonge en ook minder-jonge mensen die een politiek engagement opnemen, wat op zich al een bemoedigend gegeven is. Er ontstaat, net als in de jaren zeventig, een debat over ‘de wereld’ en hoe die moet worden georganiseerd, over internationale relaties en buitenlandse politiek. In schril contrast met de verwaarlozing daarvan in de media. De aandacht voor het buitenland is in onze pers steeds meer ingekrompen ten voordele van berichtgeving uit eigen streek, die vaak het fait divers niet overstijgt.

Vijftig kleutertjes hebben moeten overgeven in Kortrijk. Tien minuten opening van het TV1-Journaal.

Coolsaet: Ik ben een VRT-sympathisant, maar mijn hart bloedt als ik in hun berichtgeving de internationale dimensie steeds meer in de verdrukking zie komen. Aangezien ze bij de openbare omroep niet vies zijn van bezinning over de plaats van de nieuwsdienst in de politieke context, zouden ze ook dringend moeten nadenken over de accenten in hun Journaals. De mensen vragen misschien plaatselijk nieuws, maar die vraag wordt in grote mate mee bepaald door het aanbod. Stuur de ‘reporters ter plaatse’ maar buiten de grenzen om verslag uit te brengen van wat daar gebeurt. Dat is de beste bijdrage die de VRT kan leveren aan de democratisering van het internationaal beleid en aan de toekomst van de politiek, waarvan de essentiële betekenis luidt: het beheren van de res publica in de wereld. Wat dat betreft, is er werk aan de winkel, na de mondialisering van de jongste twintig jaar die vrij regelloos en ongecontroleerd is verlopen. Uit mijn contacten met de studenten maak ik op dat dit de topic van de komende jaren wordt.

De trend om het buitenland weg te schuiven, komt vanuit de Verenigde Staten. Voor een gemiddelde Amerikaan bestaat er buiten de States niets wat de moeite van het vermelden waard is. De anti-globalisten, en jonge mensen in het algemeen, vragen wél opnieuw aandacht voor de internationale verbanden. De verantwoordelijken van onze pers zouden er goed aan doen dat signaal te onderkennen. Misschien is het een betere manier om hun afkalvende verkoopcijfers weer op te krikken dan het achternahollen van media die alleen het nieuws uit eigen dorp belangrijk vinden. Voor wie een beetje oog heeft voor de verhoudingen, zijn kranten als de Volkskrant of NRC Handelsblad een verademing.

De top van Laken komt er een jaar nadat in Nice geen akkoord werd bereikt over de aanpassing van instellingen en besluitvorming aan de uitbreiding van de Unie. Is er op dat punt al vooruitgang geboekt?

Coolsaet: Het lijkt van niet, maar ik vermoed dat het institutionele aspect weer op de voorgrond zal belanden als de discussie over de toekomst en de inhoud van de Unie eenmaal op gang komt. De vraag blijft al jaren dezelfde: moeten we evolueren naar de Verenigde Staten van Europa zoals de grondleggers wensten, of naar de Verenigde Naties van Europa zoals sommige lidstaten wensen? Het antwoord daarop bepaalt hoe de instellingen en de besluitvorming moeten worden opgevat en uitgebouwd. Maar dat antwoord zal dus ook in Laken niet worden gegeven. We mogen al blij zijn als er opnieuw over de gronden van de Unie wordt nagedacht. Want dat is sinds 1950 nauwelijks gebeurd, omdat men het te destructief voor de cohesie in de Europese Gemeenschap vond.

Maar als de instellingen niet klaar zijn is de uitbreiding toch onverantwoord?

Coolsaet: Ik heb er vroeger anders over gedacht, maar in de omstandigheden van vandaag ben ik voorstander van een kern-Europa dat zich oriënteert naar een vorm van Verenigde Staten van Europa. Als je greep wil hebben op de mondialisering, kan je niets beginnen met twintig verschillende regeringen die allemaal hun eigen bevoegdheden behouden. Enkele lidstaten, bijvoorbeeld de oorspronkelijke zes en een paar andere, kunnen in de eenmaking een stap verder gaan dan degene die er later zijn bijgekomen. Je kan van de nieuwe leden uit Oost-Europa, die na vijftig jaar Koude Oorlog net hun soevereiniteit hebben herwonnen, niet verlangen dat ze die onmiddellijk weer afstaan. Toch moet worden aangetoond dat er voor de Europese constructie een toekomstproject bestaat dat niet mag verkommeren omdat niet iedereen mee wil of mee kan. Als dat kern-Europa succesvol is, zullen de andere landen wel aansluiten. De invoering van de euro kan daarbij een trekker zijn.

Tenzij de omschakeling naar de euro in de praktijk op een ramp uitdraait.

Coolsaet: Daar ziet het niet naar uit, maar zoals gezegd, is dat een van de twee meest cruciale opdrachten voor het Belgische voorzitterschap.

Voor het buitenlands beleid van de EU, vroeger onbestaande, doet Louis Michel (PRL) zijn best.

Coolsaet: Niet alleen Michel probeert van de EU een speler in de internationale politiek te maken. Javier Solana doet dat nu al enkele jaren, en je ziet ook hoe mensen als Joschka Fischer en Hubert Védrine zich namens de Unie engageren. Het reisschema van Michel is in de afgelopen twee maanden onmenselijk geweest, maar hij vult het vacuüm in dat gecreëerd wordt door de nieuwe Amerikaanse regering. Zoals al bleek op het einde van de regering-Clinton en zoals met het aantreden van George Bush kon worden verwacht, is Amerika afwezig op de internationale scène. We zijn zeer snel geëvolueerd naar een multipolaire wereld, en de EU moet daarin een vooraanstaande positie innemen. Dat heeft ze geprobeerd in Durban, en vroeger in Kyoto en op de opvolgingsconferenties ervan. Ook door nauwere samenwerking met de Russen en door het uitnodigen van de Chinese premier Zhu Rongji speelt de EU op het internationale toneel eindelijk de rol die overeenstemt met haar economisch gewicht. In tegenstelling tot vijf jaar geleden is de EU nu wel degelijk in staat om in bepaalde domeinen tussenbeide te komen, en om actief op te treden in conflictdossiers als bijvoorbeeld Joegoslavië. Een hemelsbreed verschil met de hopeloze verdeeldheid waarmee de EU zich tien jaar geleden, bij het uiteenvallen van ex-Joegoslavië, gedroeg.

De Amerikaanse machtspositie lijkt onder George Bush te verzwakken.

Coolsaet: Bij het aantreden van Bush werden enkele trends in het vooruitzicht gesteld: unilateralisme op internationaal gebied, conservatief sociaal beleid, conservatief politiek beleid, en grote onenigheid door het verdeeld karakter van de Republikeinse partij. Die trends zijn allemaal uitgekomen, al zijn er in de internationale betrekkingen ook positieve punten. Ik had vermoed dat we snel zouden belanden in een Koude Oorlog tussen de VS en China, maar mede door de houding van de Chinezen is dat niet gebeurd. Het unilateralisme van de VS manifesteert zich alom: de houding over Kyoto, het zich terugtrekken uit de OESO-campagne tegen belastingparadijzen, het weglopen uit Durban, het afwijzen van het verificatiemechanisme voor biologische wapens en zo meer. Merkwaardig genoeg blijft de Amerikaanse burger, hoewel het buitenland hem niet interesseert, er wel van overtuigd dat de Amerikaanse hegemonie in de wereld intact is gebleven. Mensen die het beter inschatten, hebben het over: America, the absent. De botsing tussen hoe de Amerikanen hun positie in de wereld zien en hoe die in werkelijkheid is, is frappant.

De VN-conferentie tegen racisme in Durban is ondanks het ultieme compromis niet echt geslaagd te noemen.

Coolsaet: Voor de derde keer, want ook in ’78 en ’83 liep het spaak. Als je ziet hoe diep de kloof is tussen Noord en Zuid, tussen Arabische en Afrikaanse landen, en onder de Afrikaanse landen zelf, is er van de mooie dromen over een harmonieuze wereldorde na de Koude Oorlog niet veel terechtgekomen. Als we deze verdeelde wereld niet beter beheren, zal de Global Divide, de grote kloof tussen superrijk en superarm, nog groter worden dan ze al is. Dat is geïllustreerd in Durban. Niet zozeer wegens de geschilpunten over Israël en over het kolonialisme, maar precies door de diepgang van de wrevel die op deze conferentie tot uiting is gekomen.

Was de wereld er beter aan toe tijdens de Koude Oorlog?

Coolsaet: De dreiging van de allesvernietigende atoomoorlog tussen de twee grootmachten is weg, maar in de plaats zijn er meer lokale conflicten en oorlogen gekomen, en is er een dagelijkse onvoorspelbaarheid met migratiestromen, een breder wordende Noord-Zuidkloof, en als de recessie zich doorzet een toename van de rassenspanningen in Amerika. De bedreigende ideologische tegenstelling van vroeger is vervangen door een minstens even bedreigende tegenstelling tussen de have’s en de have-not’s.

Rik Coolsaet is hoofddocent internationale politiek en Belgisch buitenlands beleid aan de Universiteit Gent.

RIK COOLSAET

Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content