Op 6 april gaat ‘Kom op tegen Kanker’, de tweejaarlijkse fondsenwervingscampagne van de Vlaamse Liga tegen Kanker, weer van start. In deze tiende editie wordt gefocust op borstkanker, een ziekte waarvan vooral vrouwen tussen 50 en 69 jaar het slachtoffer zijn. Maar steeds vaker treft deze soms moeilijk op te sporen kanker ook jongere vrouwen. Een van hen is VRT-journaliste Phara de Aguirre. In onderstaand artikel beschrijft zij de stand van zaken in het borstkankeronderzoek in Vlaanderen en formuleert enkele kritische bedenkingen bij het preventiebeleid van de overheid.
Door Phara de Aguirre
‘U bent nog jong, mevrouw.’ Ik had net de dreun van m’n leven gekregen – ‘borstkanker mevrouw’ – maar nog eens jong genoemd worden, deed heel even deugd. Op een redactie met vooral twintigers en dertigers, behoor je als veertiger tot de oude garde. Met borstkanker op 45 mocht ik me weer jong wanen.
Voor de Vlaamse overheid ben je dan weer té jong. Om in aanmerking te komen voor het screeningprogramma en de gratis mammografie moet je de 50 voorbij zijn. Wie nog twijfelt aan het nut van die screening, wordt dit jaar over de streep gehaald door vijf heren die uit de kleren gaan. Maar wat met de vrouwen die liever zelf uit de kleren zouden willen gaan voor deze heren? Wat moeten vrouwen onder de 50 doen om op zeker te spelen?
Borstkanker is van 35 tot 69 jaar de voornaamste doodsoorzaak bij vrouwen. In 2003 stierven in Vlaanderen iedere dag gemiddeld drie tot vier vrouwen aan borstkanker. Ruim de helft van alle borstkankers wordt gediagnosticeerd in de leeftijdsgroep tussen 50 en 69, terwijl ongeveer een kwart voorkomt voor de leeftijd van 50 jaar.
Voor een goed begrip van zaken, screenen doe je met vrouwen die geen klachten hebben en willen weten of alles wel oké is. In Vlaanderen kun je dat vanaf 50 jaar gratis laten doen, via de systematische screening van de Vlaamse overheid. Als je dat liever niet doet, maar je laat je wel controleren op eigen initiatief en voor eigen rekening, dan heet dat ‘opportunistisch screenen’. Als een vrouw pijn of een knobbeltje voelt, als er vocht uit de tepel komt of de huid van de borst intrekt, dan krijgt ze een diagnostische mammografie, eventueel gevolgd door een echo, een punctie en alle andere onderzoek dat nodig is om het probleem uit te werken.
De systematische screening van vrouwen tussen 50 en 69 jaar is ingevoerd in 2001. Tot die doelgroep behoren 670.000 vrouwen, die uitgenodigd worden om tweejaarlijks gratis een mammografie te laten nemen, twee foto’s per borst, in een van de centra die daarvoor geaccrediteerd zijn. De eerste jaren ging zo’n 33 % van de doelgroep op die uitnodiging in, eind vorig jaar was dat al 40 %.
Als 75 % van de doelgroep bereikt wordt, krijg je 30 tot 35 % minder sterfte door borstkanker. Dat weet men uit studies in andere landen die al langer met screening bezig zijn.
Geert Villeirs: ‘Als je het effect van screening wilt meten, dan moet je eigenlijk minstens tien jaar wachten om te zien of de mortaliteit daalt. Dat is niet zoals de studie van een geneesmiddel waarbij je direct ziet of die bloeddruk nu daalt of niet. Het eindpunt hier is sterfte aan borstkanker en dat zie je op z’n vroegst tien, vijftien jaar later. Natuurlijk moet je sneller kunnen weten of je goed bezig bent. Een surrogaatparameter is het percentage kleine tumoren ten opzichte van het totale aantal tumoren. Als je begint te screenen, moet dat percentage kleine tumoren stijgen. Met kleine tumoren bedoel ik tumoren van maximaal anderhalf tot twee centimeter. En dat blijkt inderdaad zo. We vinden meer kleine tumoren. Bij kleine tumoren zijn de overlevingskansen meestal groter en is minder therapie nodig.’
SCREENEN: OUD EN JONG?
Op uitnodiging van de VRT lieten enkele collega’s, ouder dan 40 maar jonger dan 50, zich screenen in een medisch centrum. De preventiearts bij wie ze een afspraak kregen, besteedde het grootste deel van zijn tijd aan een tirade over de onzin van preventief borstkankeronderzoek bij vrouwen onder de 50. Je spoorde maar een heel klein aantal tumoren op en bovendien veroorzaakte je er ook een paar. Toen een collega zei dat ze verschillende vrouwen kende bij wie het op die manier ontdekt was, zei hij dat dat toeval was. ‘Ik had zoiets van: wat zit ik hier eigenlijk te doen bij een dokter die zit te zeggen dat zijn job niet veel zin heeft.’ Gelukkig was die preventiearts niet de persoon die de mammografie moest doen.
Veel studies zijn er nog niet, maar radiologen verwachten dat ook in de groep tussen 40 en 49 jaar screenen tot een daling van de sterftecijfers zou leiden, niet met 30 tot 35 % maar wel met 15 tot 20 %. Maar borstonderzoek onder de 50 ligt niet voor de hand. Bij vrouwen onder de 50 zit er nog veel klierweefsel in de borsten, op oudere leeftijd is er minder klierweefsel en meer vetweefsel, wat het zoeken naar tumoren makkelijker maakt.
Geert Villeirs: ‘Het klierweefsel op een mammografie is wit, vetweefsel is donker. Een tumor is ook wit. Dus als je in dense borsten, borsten met veel klierweefsel, een tumor wilt vinden, dan is dat eigenlijk wit op wit. Je kunt hem wel zien maar ’t is moeilijk. In borsten met veel vetweefsel is de achtergrond zwart en de tumor wit, dan zie je hem gemakkelijker. Hoe meer klierweefsel, hoe meer je een waas legt over de mammografie, waardoor je een tumor gaat maskeren. Je kunt het vergelijken met een vogelnest in een boom. In de winter, als er geen blaadjes aan de boom hangen, dan zie je dat vogelnest. In de zomer hangt die boom vol blaadjes en die maskeren dat vogelnest. Dense borsten zijn bomen in de zomer.’
Omdat de mammografie minder efficiënt is, krijg je in de leeftijdsgroep van 40 tot 50 meer kans op vals-positieve of vals-negatieve resultaten.
Geert Villeirs: ‘We hebben meer vals-positieven naarmate het klierweefsel denser is, dus naarmate de populatie jonger wordt. Er zou iets aan de hand kunnen zijn, we moeten verder onderzoek doen, het zal waarschijnlijk niets zijn, maar we moeten het toch verder onderzoeken met een echo, een bijkomende mammo, een scanner of in sommige gevallen een punctie. Dat noemen we de recall. Een aantal daarvan zullen echte tumoren zijn, maar de grote meerderheid zal niets blijken te zijn. Toch moeten die vrouwen terugkeren, een nieuwe afspraak maken, dat duurt een paar dagen en die slapen niet meer, hè. Dat is verschrikkelijk. Dat moeten we dan ook zoveel mogelijk vermijden.’
Vals-positief betekent dus loos alarm. Vals-negatief betekent dat de vrouw na een mammografie naar huis wordt gestuurd met de boodschap ‘alles oké’ en dat die vrouw enkele maanden of een jaar later toch iets voelt, opnieuw onderzocht wordt en dat er een tumor gevonden wordt. Vals-negatief geeft een vals gevoel van veiligheid, ‘ik ben net onderzocht, het zal wel niets zijn’.
Tumoren die gevonden worden tussen twee screeningmomenten in, noemt men intervalkankers. In de meeste gevallen is dat geen kwestie van onzorgvuldigheid, maar van de ontoereikendheid van de mammografie.
Geert Villeirs: ‘Het overgrote deel van die intervalkankers zijn tumoren die je met de beste wil van de wereld niet kon vinden. De helft daarvan omdat ze niet zichtbaar waren, de andere helft omdat je ze pas achteraf ziet. Als je weet waar je moet kijken, dan zie je ze zitten en dan nog zeggen we soms ‘jongens, je mocht er zelfs je vinger op gehouden hebben, dan nog zou ik het niet gemerkt hebben’. Soms was er wel een afwijking te zien, maar was die zo subtiel of had die zodanig goedaardige kenmerken dat een radioloog zegt: ‘Nee, dat kan geen tumor zijn, we laten dat passeren.’ Als je screent, moet je een zekere drempel hanteren. Je kunt niet alles tegenhouden, anders ga je veel te vaak vals alarm veroorzaken.’
Slechts 10 % van die intervalkankers zijn echte missers, tumoren die een alert radioloog had moeten zien maar niet gezien heeft.
In de groep tussen 50 en 70 vinden radiologen met screeningmammografieën 80 % van de tumoren, 20 % vinden ze niet, om de hierboven genoemde reden. In de groep tussen 40 en 50 jaar vindt men met screening maar ongeveer 70 % van de tumoren.
Geert Villeirs: ‘Tussen 50 en 70 zijn de voordelen van screening groter dan de nadelen. Tussen 40 en 49 hebben we een potentieel voordeel, dat nog altijd niet statistisch bewezen is, 15 tot 20 % mortaliteitsreductie, maar de nadelen zijn even groot. Als overheid wordt het dan moeilijk om te zeggen ‘we gaan iedereen tussen 40 en 50 screenen’. Het enige wat zinvol is, is dat je de situatie bespreekt met de vrouwen. “Mevrouw, u bent 42 of 46 jaar, u kunt baat hebben bij mammoscreening. Als er een tumor is, bestaat er een reële kans dat die vroegtijdig gevonden wordt en dat u kunt genezen. Da’s het voordeel. Daartegenover staat het nadeel dat u weleens tegen een vals-positieve kunt aanlopen of dat er misschien een tumor gemist wordt, dus dat u ten onrechte gerustgesteld wordt.” Dat moet besproken worden, vrouwen die goed geïnformeerd zijn, kunnen dan zelf de keuze maken. Er zullen vrouwen zijn die zeggen: “Ik zal dan weleens een vals-positieve hebben en misschien een punctie nodig hebben, maar ik zal dan toch gerustgesteld zijn en áls er iets is, zal het vroegtijdig gevonden worden.” Screen die vrouwen. Andere vrouwen zullen zeggen: “De kans op borstkanker op mijn leeftijd is laag. Een mammografie is op mijn leeftijd minder efficiënt dan op oudere leeftijd. Bovendien kan ik oplopen tegen een vals alarm en een punctie en ik weet niet wat allemaal, ik wil dat niet weten. Screen die vrouwen dan niet. Dat is het enige advies dat eerlijk is ten opzichte van die vrouwen.’
Maar als je als vrouw tussen 40 en 50 beslist om de nadelen erbij te nemen en je te laten screenen, dan moet je ’t wel vaker doen dan de vrouwen tussen 50 en 69.
Geert Villeirs: ‘Tussen 50 en 70 is het om de twee jaar, tussen 40 en 50 moet je het jaarlijks doen of om het anderhalf jaar. Daar zijn goede redenen voor. Eén, het klierweefsel is denser, de kans dat we iets missen is groter en dus willen we na een jaar al opnieuw kijken. Twee, die vrouwen zijn meestal pre-menopauzaal. Er circuleren hormonen in het bloed en die werken als water op een plantje. Die tumor groeit dus sneller en dan moet je de interval tussen twee screenings verkleinen.’
KOSTPRIJS
Je voelt het in je omgeving, je ziet het in de cijfers. In 2001 waren er in Vlaanderen 381 vrouwen tussen 40 en 45 met borstkanker, 557 tussen 45 en 50 en 662 tussen 50 en 55. Een opmerkelijke stijging dus vanaf 45.
De screeningleeftijd verlagen naar 45 zal de overheid geld kosten. Het screeningprogramma voor de groep tussen 50 en 69 jaar kostte de Vlaamse overheid in 2003 en 2004 zo’n 3 miljoen euro per jaar of 26 euro per gescreende vrouw. Een deel daarvan zijn vaste kosten, die niet zullen toenemen naarmate het aantal deelnemers stijgt. Bovenop de 26 Vlaamse euro’s betaalt het Riziv nog eens 60 euro per gescreende vrouw.
Even terzijde: centra die screenen in het kader van het bevolkingsonderzoek verdienen aan die mammografieën minder dan aan een gewone mammografie. Die screeningmammo’s zijn lager getarifeerd, wat voor sommige centra ook een reden was om niet mee te doen met het bevolkingsonderzoek. Opvallend is ook dat in Wallonië praktisch geen screeningmammografieën worden uitgevoerd. Daar doet men vooral diagnostisch onderzoek (mammo en echo), wat duurder is voor het Riziv en dus voor de federale overheid. Ook in de kosten van borsten zijn er dus communautaire verschillen.
Vrouwen tussen 40 en 50 screenen kost ook meer dan een even grote groep vrouwen tussen 50 en 60 screenen. Twee tot drie keer meer, schat een dokter. Bij die jongere groep volstaat een mammo meestal niet, maar is er ook een echo of zelfs een punctie nodig om zeker te zijn. Bovendien zijn vrouwen in die leeftijdsgroep vaak nog beroepsactief. Als er ingrepen nodig zijn, zal dat leiden tot werkonbekwaamheid. Het zal dus niet alleen de Vlaamse overheid maar ook de federale overheid meer geld kosten.
De Vlaamse overheid vindt dat een verlaging van de screeningleeftijd naar 40 of 45 jaar (nog) niet te verdedigen is. Vrouwen tussen 40 en 50 die zich willen laten screenen, zullen het dus zelf moeten organiseren, op eigen initiatief en op eigen kosten. Sommige bedrijven nemen die zorg en kosten voor hun rekening. Bij de VRT krijgen alle vrouwelijke personeelsleden vanaf 40 jaar de kans om tweejaarlijks preventief een klinisch onderzoek, een mammografie en een baarmoederonderzoek te laten doen. Vorig jaar hebben 165 vrouwelijke personeelsleden dat gedaan. Het heeft de VRT zo’n 85 euro per gescreende vrouw gekost.
Als uw bedrijf de rekening niet betaalt, dan zult u dat zelf moeten doen. Het officiële tarief voor een mammo en een echo is 105,59 euro. Van dat bedrag betaalt het ziekenfonds 90,95 euro. Artsen die niet geconventioneerd zijn, hoeven zich niet aan die officiële tarieven te houden en mogen meer vragen.
WAAR MOETEN WE ZIJN?
Volgende vraag: als vrouwen tussen 40 en 50 zich willen laten screenen, waar doen ze dat dan het best? Onze oudere soortgenoten die gratis gescreend willen worden, mogen dat niet om het even waar laten doen. Centra of radiologen die in Vlaanderen willen meedoen aan de screening in het kader van het bevolkingsonderzoek, moeten strenge kwaliteitsnormen respecteren, die ook terug te vinden zijn in een resolutie van het Europees Parlement (2002/2279): ‘De screeningapparatuur wordt regelmatig gecontroleerd op beeldkwaliteit en stralenbelasting, het ontwikkelproces dient mede te worden gecontroleerd. Artsen en medisch personeel nemen regelmatig deel aan bijscholingsmaatregelen.’
Geert Villeirs: ‘Ik zou gaan naar een centrum waarvan ik weet dat de apparatuur geaccrediteerd is voor het bevolkingsonderzoek, wat niet wil zeggen dat diegenen die niet meedoen aan de screening slecht werken. Ik ken centra die niet meedoen aan de screening omdat ze niet akkoord gaan met de organisatie, maar die wel goed werken. Maar er zijn er ook andere. Ik krijg soms screeningmammo’s van centra waarvan de kwaliteit niet is wat ze zou moeten zijn. Dan wordt dat doorgegeven aan het centrum voor kankerpreventie. Als je dan verder wilt screenen, moet je een kwaliteitsnorm halen. Als die niet gehaald wordt, wordt de Vlaamse overheid daarvan op de hoogte gebracht en wordt er ingegrepen.’
TWEEDE LEZING
In de lijst van centra op de website van de Vlaamse gemeenschap waar je terechtkunt voor de screening (www.borstkankeropsporing.be) vind ik ook het centrum terug waar ik in 2005 een vals-negatieve diagnose kreeg. ‘Het is een cyste, mevrouw, ongevaarlijk en beweeglijk.’ Helaas was ik toen (en ben ik nog steeds) jonger dan 50. Want vrouwen boven de 50 krijgen niet alleen een gratis mammografie, maar ook een tweede lezing. Alle foto’s worden doorgestuurd naar een van de vijf screeningreferentiecentra in Vlaanderen. Die tweede lezing gebeurt blind, men weet niet of er al dan niet een tumor op de foto staat, én door radiologen die minstens 5000 screenings per jaar doen. De borstenexperts onder de radiologen dus.
Geert Villeirs: ‘De kans dat twee onafhankelijk van elkaar werkende radiologen eenzelfde letsel missen is klein. En als de ene zegt dat het niets is en de andere zegt dat het wel iets is, dan komt er een derde lezing. Radiologen maken fouten, zoals iedereen fouten maakt. Alleen zijn de gevolgen van onze fouten groter dan de gevolgen van een loodgieter die een buis verkeerd plaatst. Wij hebben ook al tumoren gemist. Wat doe je dan? Je ongelooflijk slecht voelen en je gelukkig prijzen dat er een tweede lezing geweest is.’
Dankzij die tweede lezing worden 15 % meer tumoren ontdekt in de mammo’s die in het kader van de systematische screening overal in Vlaanderen gedaan worden. Helaas hebben vrouwen onder de 50 geen recht op zo’n tweede lezing, terwijl die moeilijk te onderzoeken borsten van ons zo’n tweede lezing wel zouden kunnen verdragen. Het lijkt contradictoir, het onderzoek van jonge borsten is moeilijker, maar het wordt minder streng gecontroleerd.
Die tweede lezing in het kader van het bevolkingsonderzoek kost de Vlaamse overheid 5,31 euro per mammografie. Als de systematische screening voor 40-49 jaar te veel geld kost, kan de overheid dan niet enkel die tweede lezing organiseren voor vrouwen onder de 50?
Nog een voordeel dat vrouwen boven de 50 hebben, is dat de foto’s van de mammo gearchiveerd moeten worden in het centrum waar ze de eerste lezing doen. Bij screening is het belangrijk om verschillende momenten te vergelijken. Onder de 50 moet je als vrouw hopen dat de dokter je foto’s bijhoudt of er zelf voor zorgen.
Geert Villeirs: ‘Wat ongelooflijk belangrijk is, is dat de vorige foto’s beschikbaar zijn voor vergelijking. Als we iets zien wat op de oude foto’s niet te zien was, dan is dat een slecht teken. Is het vergelijkbaar, dan is dat een goed teken. Vroeger gebeurde het zo vaak dat wij de foto’s meegaven met de vrouwen en altijd bleven die bij de volgende screening op de keukentafel liggen. Van de screening moeten de radiologen de foto’s in een archief bewaren.’
En wat met vrouwen die jonger zijn dan 40, want ook in die groepen komt borstkanker voor? Een internationale regel zegt dat men niet screent beneden de 35 jaar.
Geert Villeirs: ‘Beneden de 35 jaar doen wij in principe geen mammografieën, omdat het borstklierweefsel op dat moment het meest vatbaar is voor röntgenstralen. Screenen, dat wil zeggen, niet één keer maar herhaaldelijk, jaarlijks of tweejaarlijks een foto nemen, twee foto’s per borst, dus die stralingsdosis loopt op. Er is recent nog een studie geweest in een Brits vakblad waarin aangetoond werd dat herhaaldelijke mammografieën op jonge leeftijd tumoren kunnen uitlokken. ’t Is niet zo dat je van één mammo een tumor krijgt. Maar je zult dus een klein aantal tumoren uitlokken en anderzijds zul je ook maar een klein aantal tumoren vinden op die jonge leeftijd, omdat er minder voorkomen. Op den duur ga je er evenveel uitlokken als dat je er kunt vinden.’
Screenen met mammografieën is dus niet aangewezen op die leeftijd. Als er zich een probleem voordoet, pijn in de borst, vocht uit de tepel, intrekking van de huid of een knobbeltje, dan wordt er een echografie gedaan, meestal aangevuld met een diagnostische mammografie en eventueel een punctie. Een punctie of biopsie is het met een naald verwijderen van een stukje weefsel uit het lichaam voor microscopisch onderzoek.
Vrouwen jonger dan 35 die een verhoogd risico hebben op borstkanker omdat ze drager zijn van een van de twee bekende borstkankergenen of borstkanker in de eerste lijn van de familie hebben, een moeder, zus of vader met borstkanker, die kan men opvolgen met een jaarlijkse MR-scan, maar ook dat zal men nooit onder de 25 jaar doen. Borstkanker komt uiterst zelden voor onder de 25 jaar, zodat screening onder die leeftijd absoluut geen zin heeft.
En mijn dochters dan? Ook zij hebben nu een verhoogd familiaal risico. In die gevallen neemt men de leeftijd waarop de borstkanker gediagnosticeerd is bij het familielid en trekt daar tien jaar af. Ik was 45, mijn dochters zullen zich dus vanaf 35 jaar jaarlijks moeten laten screenen.
FRAAIE PRAKTIJKEN
Vrouwen met borstkanker praten wat af en bij al dat praten hoort een mens ook weleens verhalen over wat er allemaal mis kan lopen.
S., familiaal risico op borstkanker, laat als ze 41 is een eerste mammografie doen en krijgt de raad om dat voortaan om het anderhalf jaar te laten doen. Gaat een jaar later bij de gynaecoloog op controle. Die dokter beweert dat een mammografie niet nodig is, veel te vaak gebeurt en dat het aangewezen is om zelf naar je borsten te kijken. S. zegt haar afspraak voor een mammo af.
Geert Villeirs: ‘Dat is onzin. Er zijn nu voldoende grote studies waaruit blijkt dat je bij zelfonderzoek wel tumoren vindt, maar dat ze groter zijn of oppervlakkiger zitten. Maar als je dens weefsel hebt of grote borsten, begin dan maar te zoeken. Met zelfonderzoek vind je ze later en je vindt maximaal de helft van de tumoren, volgens sommige studies zelfs maar 25 à 30 %. Een ander punt is dat je ongelooflijk veel afwijkingen voelt die niets zijn. Vraag aan een vrouw of ze knobbeltjes voelt: natuurlijk voelt ze dan knobbeltjes.’
S. voelt een jaar later een knobbeltje, laat een mammo en een echo doen, de radioloog ziet niets verdachts. S. vertelt haar familiaal kankerverhaal, de radioloog twijfelt en laat S. de keuze: ofwel een biopsie laten doen ‘om 500 procent zeker te zijn’, ofwel over vier maanden terugkeren. S. zegt dat ze over vier maanden zal terugkeren. De huisarts krijgt het verslag en wil meteen een biopsie. Bij die biopsie worden twee tumoren gevonden. Na de operatie blijkt dat een van de twee tumoren 10 cm groot was.
Geert Villeirs: ‘In veel gevallen stoort mij dat extreem, om 500 procent zeker te zijn een biopsie laten doen. Heel veel afwijkingen kunnen perfect uitgewerkt worden met bijvoorbeeld een echografie en de kous is af. Maar er is meer en meer medico-legale druk, overwaaiend vanuit de Verenigde Staten. Men mag geen fouten maken of men heeft een proces aan zijn been. En dus gaat men voor alles wat men ziet zeggen: “Het is waarschijnlijk niets, maar voor alle zekerheid gaan we een biopsie doen.” Straks loopt er geen enkele vrouw meer in Vlaanderen rond die geen biopsie heeft gehad voor ze 70 is. Daar heb ik problemen mee. Ik zie dat te vaak. Ik krijg vrouwen doorgestuurd voor een punctie en zie met een echo dat het een cyste is. Daar ga je dan toch niet in prikken.’
M.J., 39 jaar, voelt iets vreemd in de oksel, gaat naar de gynaecoloog, die onderzoekt haar borsten en stelt haar gerust. Dat in de oksel zal een kwetsuurtje zijn, de borsten zijn normaal. Vijf maanden later zit dat vreemd ding nog in haar oksel. Een maand later is haar borst geamputeerd.
E., 36 jaar, voelt een gezwel in de borst zo groot als een knikker, gaat naar de gynaecoloog, die onderzoekt haar borsten met zijn handen, zegt dat het een cyste is, een mammo vindt hij niet nodig. Vier maanden later is het gezwel bij E. nog groter, E. krijgt nu wel een mammo, een dag later een biopsie, een week later chemotherapie. ‘Ik heb mijn gynaecoloog sinds de dag van de vaststelling niet meer gehoord of gezien.’
Geert Villeirs: ‘Op mammo weet je niet wat een cyste is en wat niet. Waar diagnosticeer je een cyste? Op echo, daar ziet een cyste zwart en heb je zekerheidsdiagnose.’
M., 31 jaar, voelt een knobbeltje, laat zich controleren in een klein centrum, de radioloog zegt dat het een verkalkte melkklier is. M. laat een jaar later een punctie doen in een groter centrum. De tumor is 5 centimeter groot. Als de dokter van het grote centrum naar die van het kleine centrum belt, blijken de foto’s ‘verdwenen’ te zijn. ‘Ik controleerde mezelf, ik had iets gevoeld, maar de mensen die roepen dat we ons moeten laten onderzoeken zijn hier niet verder op ingegaan… Omdat ik nog zo jong was? Het zijn natuurlijk ook maar mensen, die dokters. Ik zou alles kunnen vergeven als hij me gewoon even zei dat hij zich vergist had. Ik heb echter niets meer van hem gehoord.’
Zou het kunnen dat ook sommige dokters aan zelfonderzoek toe zijn? De knepen van het vak kennen ze meestal wel, maar verstaan ze ook de kunst om een vogelnestje te vinden in een boom in de zomer?
Alert zijn is de boodschap, voor dokters én voor vrouwen. Als je wilt gescreend worden tussen 40 en 50, ga dan jaarlijks of om het anderhalf jaar. Kijk uit waar je gaat. Weet dat er ook centra zijn die geïnvesteerd hebben in nieuwe digitale mammografietoestellen, die van het pletfestijn nog geen echt festijn maken, maar de pijn wel behoorlijk verlichten. Laat de foto’s niet op de keukentafel liggen als je de volgende keer gaat en organiseer bij twijfel zelf een tweede lezing. Het zal geld kosten, maar anders kost het je misschien je leven.