De gruweldaden van Ronald Janssen veroorzaakten een schok van verbijstering. In de marge daarvan leidde ook de berichtgeving over de zaak bij sommigen tot grote verontwaardiging. Volgens de parketwoordvoerder van Hasselt is de sensatiedrang van de media nooit groter geweest.

DOOR HANNES CATTEBEKE

Een 38-jarige leraar uit Loksbergen, een deelgemeente van het Limburgse Halen, heeft in de nacht van 1 op 2 januari zijn buurmeisje en haar vriend doodgeschoten, en daarna hun auto in brand gestoken waarin hij hun lijken had verborgen. Het parket van Hasselt was de verdachte al snel op het spoor, ook al leek het profiel van de man in de verste verte niet op het beeld van iemand die in ware maffiastijl een jong koppel van het leven had beroofd. De vader van twee kinderen stond bij zijn leerlingen bekend als een goede leraar. Het eerder brave profiel van Ronald Janssen was een van de redenen waarom hij begin mei 2007, ondanks een tip in zijn richting, niet geviseerd werd in het onderzoek naar de moord op Annick Van Uytsel, een daad die Janssen ondertussen net als de dubbelmoord heeft bekend.

Dat het collectieve ongeloof bij zoveel gruwel niet noodzakelijk gepaard hoeft te gaan met een enorme machtsontplooiing van kranten- en televisieredacties, bleek uit talrijke opiniebijdragen de afgelopen week. Oud-minister Bert Anciaux (SP.A) haalde op zijn blog het zwaarste geschut boven. Volgens hem gedragen de media zich ‘als hongerige en nietsontziende maden die zich voeden aan letterlijke en figuurlijke lijken’. Strafpleiter Walter Van Steenbrugge vindt het niet kunnen dat er van de verdachte foto’s worden gepubliceerd en dat hij in alle media met zijn voor- en familienaam wordt genoemd. Van Steenbrugge verwijst naar het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens dat stelt dat ook iemand die is overgegaan tot bekentenissen nog steeds moet kunnen genieten van het vermoeden van onschuld. ‘Zo niet’, vervolgt de advocaat op zijn VRT-blog ‘zou het wel eens kunnen dat een persoon als R.J. terecht vrijuit kan gaan.’

‘Ik zie niet goed in hoe dat dan wel zou kunnen mislopen’, zegt Jos Colpin, woordvoerder van het Brusselse parket. ‘Zeg nooit nooit, want België is al voor van alles op de vingers getikt door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Maar zolang de officiële instanties geen fouten maken, is er volgens mij geen probleem. De parketten van Hasselt en Leuven hebben zich aan de voorschriften gehouden. De media mogen van geluk spreken dat Ronald Janssen intussen bekend heeft, want het had ook anders kunnen uitdraaien. Maar dat wil nog niet zeggen dat daardoor de geldigheid van het onderzoek in het gedrang zou zijn gekomen. Anders zou het voor de advocaat van de verdachte nogal gemakkelijk zijn. Het enige wat hij zou moeten doen is tijdens het onderzoek een journalist bepaalde informatie toespelen, die daar natuurlijk dankbaar gebruik van maakt, waardoor de advocaat op zijn beurt kan stellen dat het vermoeden van onschuld geschonden is. Zo gaat dat natuurlijk niet.’

Colpin zegt wel dat hij de indruk heeft dat er veel sneller dan vroeger wordt overgegaan tot de publicatie van foto’s en volledige namen van verdachten. ‘Maar het uitgebreide buurtonderzoek van de journalisten dat nu zo wordt gehekeld, is geen nieuwigheid. Bij elke moord in Brussel zie ik dat bepaalde kranten enkelen van hun mensen naar de omwonenden sturen om te polsen naar mogelijke daders en motieven.’

Amerikaanse toestanden

In Hasselt ligt dat duidelijk anders. Parketwoordvoerder Erwin Steyls zat de afgelopen week in het oog van de storm en kan zich niet herinneren dat hij een dergelijke mediadrukte al eerder heeft meegemaakt. ‘Het mag dan al gaan over een bizarre dubbele moord, ik ben enorm verrast door de manier waarop de media op deze zaak zijn gesprongen. Ik hoop dat we dit in de toekomst niet nog eens moeten meemaken. Die helikopter en die gedetailleerde beelden van het huis en de tuin van de verdachte, dat zijn Amerikaanse toestanden. Sommige journalisten zijn vér over de schreef gegaan. Ik heb het tegen enkelen van hen ook gezegd: het zijn bloedhonden die telkens weer op zoek gaan naar nog sensationeler nieuws.’ Steyls gaat net niet zover om te zeggen dat bepaalde journalisten het onderzoek belemmerd hebben, ‘maar hun activiteiten waren wel storend en in bepaalde gevallen zelfs hinderlijk’.

De parketwoordvoerder vindt dat ‘het onderscheid tussen de zogenaamde populaire kranten en de kwaliteitskranten helemaal is vervaagd’. Volgens Steyls is een dergelijke berichtgeving ook niet zonder gevaar, al wordt het juridisch proces nog altijd in de rechtbank gevoerd en niet op de krantenpagina’s of in de journaals. ‘Nog voor het einde van de ondervragingen zijn er al talrijke artikels verschenen waarin buren, kennissen en collega’s van de verdachte hun waarheid hebben verkondigd. Is het voor de rechter dan nog mogelijk om een onafhankelijk oordeel te vellen?’ Die buurtbewoners doen dat overigens niet op eigen initiatief, vervolgt Steyls. ‘Er is niemand die zelf naar buiten zal komen om zijn mening over de verdachte uit te spreken. Het is enkel de aanwezigheid van de journalisten die daarvoor zorgt.’

De voorzichtigheid waarmee het parket moet omgaan met de informatie waarover het beschikt, staat in deze zaak haaks op de mediaoptredens van de advocaten van de betrokken partijen. Meester Jef Vermassen, de advocaat van de familie Van Uytsel, wist nog voor Janssen bekend had te vertellen dat de kans heel groot was dat hij ook Annick Van Uytsel had omgebracht. En terwijl het Hasseltse parket op zijn persconferentie weigerde te bevestigen dat Janssen de dubbelmoord had begaan, had diens advocaat een aantal uren voordien zelf al aan de media verteld dat Janssen zijn daden had bekend. ‘Wat de advocaat zegt, is zijn zaak’, zegt Steyls. ‘Wij zijn altijd uiterst karig met informatie omdat we procedurefouten moeten vermijden. Dat wij op onze persconferentie gewacht hebben om de bekentenissen te bevestigen, heeft maar één reden: de kans bestond dat we anders het verdere onderzoek zouden hebben verstoord.’

Parketwoordvoerder Erwin Steyls: ‘Het onderscheid tussen de zogenaamde populaire kranten en de kwaliteitskranten is helemaal vervaagd.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content