MA/19/01

Groot nieuws: Phara is wakker geworden. Of toch het programma dat haar naam draagt. Sinds de laatste aflevering vóór de winterstop, op donderdag 18 december 2008, is de regering gevallen, er is een nieuwe regering ineengeknutseld, Wilfried Martens is uit zijn home ontsnapt, de instellingen van dit land hebben op hun grondvesten gedaverd, er zijn weer enkele vooraanstaande banken bijna over de kop gegaan, in de CD&V zijn diepe wonden geslagen, de socialistische partij is in stukken uiteengevallen, het quasi volledige justitieapparaat is in elkaar gestuikt, zware criminelen zijn fluitend de gevangenis buitengestapt of schietend het Brusselse Justitiepaleis, onze assisenrechtspraak is door Europa ongeldig verklaard, onze grootste bedrijven zijn het land uitgevlucht, om niet te spreken van de oorlog in Gaza en de bijna-oorlog in Oekraïne, wij vergeten nog van alles… maar de aan de actualiteit gewijde talkshow van de openbare omroep was al die tijd met vakantie. Toen alle commotie geluwd was, was hij er weer.

En er is meer: de homepage van Phara’s website is aangepast! Een volle maand, 31 lange dagen lang, heeft daar de volgende tekst op geprijkt: ‘Do 18/12/08 18: 07 (UPDATE) – Phara blikt met drie ministers van staat terug op het afgelopen jaar: burggraaf Etienne Davignon, geen voorzitter van de Fortisholding, wel nog altijd een van de machtigste zakenmannen van ons land, Europarlementslid en gewezen premier Jean-Luc Dehaene, en Eurocommissaris Louis Michel.’ Noteer dat geen enkele van die drie ministers van staat effectief in de bewuste uitzending te gast is geweest. Allemaal hadden ze afgebeld. Van een update gesproken.

Wie denkt het bovenstaande al eens gelezen te hebben, een déjà lu-gevoel, denkt juist. Na twee van de vier vakantieweken voor Phara is het op deze zelfde bladzijde in het lang en het breed aangekaart. Men zou nu kunnen denken dat er minstens één verantwoordelijke in die hele VRT het idee heeft gehad om die homepage aan te passen. Om daar bijvoorbeeld op te zetten: ‘Eerstvolgende uitzending op maandag 19 januari, tenminste als we er zin in hebben.’ Zoiets kan hooguit twee minuten werk vergen.

Nee dus. Niet één enkele piot van het immense leger op de VRT-websites heeft dat initiatief genomen. Niet één van de redacteurs, eindredacteurs, regisseurs of producers. Niet Phara of Lieven Van Gils zelf – je zou nu toch zeggen: het is hun programma. Nee hoor. Niet één idioot van wee wee wee punt de vijf punt bee ee heeft de moeite gedaan zijn telefoon te nemen.

Sterker: die tekst heeft erop gestaan tot drie uur in de namiddag van maandag 19 januari, enkele uren voor ze eindelijk weer een uitzending zouden verzorgen. Tot drie uur in de namiddag, wij herhalen het omdat niemand het van de eerste keer zal geloven.

Sommigen zullen opwerpen: ‘Is dat nu erg? Waarover maakt die kerel zich druk?’ Ja, dat is erg. En ja, over zoiets maken wij ons inderdaad druk. Moeten we voor zo’n nieuwsdienst geld afdragen? Eenendertig dagen na elkaar hetzelfde en dan nog volledig foute bericht op een openingspagina laten staan, eerst mogelijk per vergissing maar nadien uit pure kwade wil, is dat niet erg? Met de dood van koningin Fabiola waren ze rapper. Er is maar één conclusie: het college van hoofdredacteurs moet in zijn geheel worden ontslagen, weg ermee. Misschien kan Dirk Wauters het land deze ene dienst nog bewijzen, vooraleer hij later dit jaar zelf de laan wordt uitgestuurd.

DI/20/01

Het vak geschiedenis staat weer wat dichter bij zijn definitieve afschaffing. Dit ten gevolge van een schrijnend experiment in Herent, buurgemeente van Leuven. Wij lezen in de krant: ‘Naar aanleiding van hun project De Europese Unie nodigden de leerlingen van basisschool De Bijenkorf gisteren burgemeester Willy Kuijpers uit in hun klas. Met veel plezier kwam hij de kinderen vertellen over het ontstaan, de functie en het bestuur van de Europese Unie.’

Dit zou verboden moeten worden. Hier had een hogere instantie moeten ingrijpen: de kinderrechtencommissaris, de gouverneur, de minister van Onderwijs, de burgemeester van Leuven, íémand. Het begon al met de aankomst van de spreker. Die dag vroor het de stenen uit de grond: min achttien graden. Willy Kuijpers kwam de speelplaats opgemarcheerd in zijn eeuwige witte trui van de Wibra, een witte zomerbroek, en op sandalen. Met witte kousen. Zonder meer schokkend, en toen moest de les nog beginnen.

Kuijpers stelde zich breed op voor een grote kaart van Europa, en deed eerst een kleine rondvraag: ‘Jongens en meisjes, wie van u denkt dat de Europese Unie een verbond van staten moet zijn?’

Dat was er meteen op: veertien van de twintig. Zij vlogen onmiddellijk buiten. ‘Naar zuster directrice’, brulde de burgemeester boos. ‘Allemaal. En tegen morgen honderd keer schrijven: de Europese Unie is een verbond van volkeren.’

Hierna keek Kuijpers de overgeblevenen een na een dreigend aan, en stelde een nieuwe vraag: ‘Wie weet wat Euskadi Ta Askatasuna betekent?’ Geen van de zes durfde nog maar te bewegen. Kuijpers blikte ongelovig naar de juffrouw, die zich achteraan in een hoek onzichtbaar probeerde te maken: dat ze dát niet wisten! Waar moet het heen met ons onderwijs? ‘Ik zal het anders formuleren’, toonde de burgemeester zijn geduld. ‘Wat is de ETA?’

Eén dappere waagde het erop, en stak de vinger in de lucht. ‘Gij daar,’ knikte Kuijpers, ‘zeg het maar. Ik zie dat ge het weet.’ Dat gaf de roekeloze een weinig moed, maar het bekwam hem slecht: ‘De ETA is een bende Spaanse terroristen, mijnheer de burgemeester. Moordenaars.’

Willy Kuijpers meende even dat hij zijn veertiende hartaanval kreeg. In twee stappen was hij tussen de banken door, en gaf de brutale vlegel een paar ferme petsen om de oren: ‘De ETA is géén bende terroristen, en nog minder moordenaars, hoe durft ge? Ooit gehoord van Guernica? Gij zijt misschien voor generaal Franco, gij? De ETA is een groep vrijheidsstrijders. En dat zijn natuurlijk geen Spanjaarden, kluppel, dat zijn Basken.’

Scholieren van vandaag zijn mondiger dan die van tachtig jaar geleden toen hij zelf nog schoolplichtig was, zo moest de burgemeester tot zijn ongenoegen vaststellen. Want ondanks de regen van slagen hield de belhamel koppig vol: ‘En mijne papa zegt dat dat moordenaars zijn.’

Willy Kuijpers stond perplex. ‘Oh ja? Zegt uwe papa dat? Woont gij hier in de gemeente zelf?’ Nog niet, zo bleek, maar papa had wel een bouwaanvraag ingediend.

‘Wel, die zal uwe papa dan niet krijgen!’ blafte Kuijpers woedend. ‘En wat u betreft, naar zuster directrice. Wie weet hoeveel Baskische provincies er zijn?’ Dat leidde meteen tot een nieuwe controverse over Navarra. Na een korte maar hevige woordenwisseling bleef Kuijpers over met nog twee leerlingen. Ook de juffrouw had hij naar zuster directrice gestuurd. Zij had haar laatste twee discipelen nog snel ingefluisterd dat de premier van Baskenland Jordi Pujol heette. ‘Pujol, mijn hol’, tierde Kuijpers, die overging op vulgaire taal – een oude gewoonte van bij de Volksunie. ‘Kent gij niet eens het verschil tussen Baskenland en Catalonië? Wat voor een school is dat hier? Ik spreek hiervan met de schepen van Onderwijs.’

Daarna moest een van de twee overgeblevenen van schrik naar het toilet, de andere kreeg een overzicht van de Duitse minderheden in Polen.

DO/22/01

Bloed, zweet en tranen heeft het gekost, maar wij hebben hem: de link tussen Herman Van Rompuy, gewezen Kamervoorzitter en huidig premier, en Ghislain Londers, eerste voorzitter van het Hof van Cassatie.

Eerst de context. De heer Ghislain Londers schreef een brief aan de heer Herman Van Rompuy over ‘aanwijzingen’ van een schending van de scheiding der machten door premier Yves Leterme en minister van Justitie Jo Vandeurzen. Zo’n brief was bijzonder ongebruikelijk, op het randje af van ongepast, betoogden deskundige professoren. Al even ongebruikelijk was dat Kamervoorzitter Van Rompuy hem prompt doorspeelde naar zijn voorganger Herman De Croo, zodat die hem live op de televisie kon gaan voorlezen naast een gepommadeerde freule.

Het gevolg was dat de hele regering ontslag moest nemen en het hele ACW van de ministersstoelen werd geborsteld. De heer Van Rompuy werd de nieuwe premier. Zeer tegen zijn zin, bazuinde hij overal rond, maar dat is in deze kolommen ontmaskerd als een handige tactische zet om gezichtsverlies te vermijden indien men weer iemand anders zou kiezen, en om de balorige coalitiepartners in het gareel te dwingen.

Indien men de verkeerde premisse dat de heer Van Rompuy niet graag premier is, vervangt door de juiste premisse dat hij wel graag premier is, ziet men plotseling heel wat klaarder in het politieke kluwen van de voorbije maanden. Het volstaat dan de moeder aller juridische vragen te stellen: cui bono? Wie profiteert ervan? Dat is nogal duidelijk: de heer Herman Van Rompuy.

En dus lag het voor de hand dat de ongebruikelijke demarche van de heer Londers en de al even ongebruikelijke demarche van de heer Van Rompuy niet minder waren dan een duivels complot tegen Yves Leterme en het ACW. Het enige wat nog moest worden aangetoond, was de relatie tussen de beide heren. Wij hebben u opgeroepen dat voor ons uit te zoeken, en u hebt waarlijk uw best gedaan, beste lezer. Maar uiteindelijk, men zal het altijd zien, bleek het bewijs zich op twee meter van ons eigen bureau te bevinden: Piet Piryns!

Toen onze chef-Wetstraat vorige week op luide en enigszins verwijtende toon vroeg of wij nu al de schakel hadden gevonden tussen Londers en Van Rompuy, schrok Piet verbaasd op uit het traktaat van een of andere Franse filosoof waarin hij verdiept was: ‘Zoekt ge een band tussen de Ghislain en den Herman? Dat is niet moeilijk, die hebben toch samen gestudeerd. Die zaten in mijn jaar.’

Uw dienaar staarde Piryns wezenloos aan: ‘Piet, wat zegt gij?’

‘Ge bedoelt toch Ghislain Londers van het Hof van Cassatie, en Herman Van Rompuy van de CD&V? Die hebben in mijn jaar gezeten in Leuven. Twee varkens, als ik het mag zeggen. Gingen nooit naar de les. Terwijl wij over de revolutie leerden en aan fabrieks-poorten pamfletten gingen uitdelen, goten zij zich van ’s morgens tot ’s avonds vol bier. We hebben ze dikwijls naar hun kot moeten dragen. Het enige waar ze mee begaan waren, was met pokeren en pietjesbak. En geen studentin of ze hebben er alle twee op gezeten. Als de vader van Herman geen prof was geweest, waren ze van de unief getrapt.’

Wij meenden te dromen: ‘Piet, alstublieft, denk na, is dat echt?’

‘Natuurlijk is dat echt. De Gille en den Herman? Die waren onafscheidelijk.’

‘Maar gij se godverdomden uil! Waarom zegt ge dat niet vroeger? Ik zoek al vier weken naar een verband tussen die twee.’

‘Dat kan ik toch niet weten?’

‘Maar ik heb het in Bladspiegel geschreven!’

‘Die zever lees ik niet. Nooit begrepen waarom de Rik dat er niet uit zwiert.’

Fijne werksfeer, op Knack. Enfin, quod erat demonstrandum demonstratum est: het complot tussen Ghislain Londers en Herman Van Rompuy is hiermee zwart op wit bewezen. Wie nu nóg niet ziet wat zich de vorige maanden in de Wetstraat heeft afgespeeld, is stekeblind.

ZA/24/01

Ook de grootste kluns ter wereld heeft wel iets, hoe onbetekenend ook, dat hij wél kan. Niet zo den Baard. Alles, maar werkelijk álles waar deze gladjanus zijn fikken aan steekt, draait uit op een fiasco. We zijn verplicht het opnieuw te belichten.

De SP.A had dankzij zijn kundige leiding en zijn vernuftige samenstelling van de lijsten al 30 procent van haar kiezers verloren. Door de manier waarop hij nadien zijn opvolgster opdrong, verloor die meteen 30 procent van de eigen partijleden. En door zijn gestook om de geliefde Bert Anciaux binnen te halen en Mia De Vits van de Europese lijst te gooien, daalt de SP.A nu in sneltreinvaart af naar de kiesdrempel.

Zijn vismijn spartelt op de rand van het faillissement, al zijn huwelijken en affaires lopen op de klippen, zijn stad staat alleen bovenaan in de rangschikking van de ‘minst aantrekkelijke steden van het land’, en zijn basketclub heeft nu al tien van de vijftien competitiewedstrijden verloren. Ga niet zoeken in de archieven: nooit gebeurd! Den Baard heeft na een rampzalige start van het seizoen nochtans een volledige nieuwe ploeg gekocht, is aan zijn derde coach in een paar maanden toe, en heeft in de duik het al aanzienlijke salaris van general co-ordinator Marijke Schaepelinck nog wat opgetrokken, zodat hij zijn eigen huis weer binnen mag. Resultaat: nul.

En dan mag hij van geluk spreken dat dit land geen rechtsstaat is, of hij zat achter de tralies na het door eigengereide domheid verkwisten van 54 miljard frank belastinggeld in het hotelakkoord over Sabena. Aan de hoge noten op zijn zang te horen is er toch nog één man die niet lijkt door te hebben met wat voor een sukkel we hier te maken hebben: den Baard.

door Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content