Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

DI 16 05

Nu den Baard op weg is om eindelijk zijn allereerste prijs in zijn carrière als basketclubleider te pakken, is er natuurlijk weer Knack om roet in het feestmaal te strooien. Wij laten graag Rik Lamoral van Het Laatste Nieuws aan het woord, dé basketbalpaus van de Belgische pers, en bovendien de voorzitter van de Belgische Beroepsbond van Sportjournalisten. Dit laatste is niet bepaald een ambt om mee te lachen. Rik zit op het Te Deum vierdes. Na de koning, De Croo en de kardinaal. Als de voorzitter spreekt, zeker als hij tevens de paus is, doet men er goed aan te luisteren, want niets dan wijze woorden komen over zíjn lippen.

Rik nu, over het seizoen van Oostende: ‘Johan Vande Lanotte heeft, met minder koppigheid, meer luisterbereidheid, en zowaar zelfs al wat vertrouwen in zijn omgeving, blijkbaar bijgeleerd. Zo discutabel en tegenvallend zijn eigen transferbeleid de laatste jaren was, zo geslaagd is dat van zijn adviseurs dit seizoen geweest.’

Met andere woorden: het is omdat den Baard er zich niet meer mee bemoeit. En Rik Lamoral weet waarover hij spreekt. Rik heeft Jef Eygel, René Aerts, Willy Steveniers en Kamiel Dierckx nog weten debuteren. En Lucien Van Kersschaever, al was hij over diens talent minder lyrisch.

Aan de kritische zang van Rik, werd een nog veel kritischere noot toegevoegd door De Standaard. Het is maar omdat Oostende in extremis een akkoord met Rudolf Vanmoerkerke heeft bereikt, dat het überhaupt aan de play-offs is kunnen beginnen. Het scheelde precies één dag, of met de club was het afgelopen. En vermits De Standaard volgens haar eigen hoofdredacteur een kwaliteitskrant is, gaan wij ervan uit dat het bericht klopt. Wij vatten samen.

Toen Vanmoerkerke, de founding father van Oostende, vijf jaar geleden door den Baard werd buiten getreiterd, had hij nog een lening van meer dan dertig miljoen frank openstaan. Er werd een voor de club gunstig afbetalingsschema opgesteld, maar hoewel dat een cadeau was van Vanmoerkerke aan de man die hem eruit had gezwierd, bleek den Baard nóg niet bereid om zich aan de afspraken over de terugbetaling te houden. Een beetje zoals premier Verhofstadt met de twee miljoen frank die hij van eresenator Leo Govaerts had geleend. Intussen mogen we het woord ‘geleend’ rustig vervangen door ‘gestolen’.

Doordat de tegenpartij die nochtans gunstige regeling niet respecteerde, had Vanmoerkerke het recht om het hele voorgeschoten bedrag inclusief rente in één keer terug te eisen. Met als gevolg dat de sponsorgelden geblokkeerd zouden worden, er geen cash meer zou zijn om de spelers en de general coordinator te betalen, en Oostende in een financiële afgrond zou tuimelen.

Dat hij in december laatstleden niet eens werd uitgenodigd voor de laatste wedstrijd van Oostende in de door hem betaalde en naar hem genoemde Mister V Arena, was voor Vanmoerkerke de zoveelste belediging die hij van den Baard moest incasseren. Wat voor een primitief moet je zijn, om iemand die zoveel voor de club heeft gedaan op een zo symbolische en emotionele avond botweg te vergeten?

Voor de goedhartige Mister V, wij stellen hem hier graag wat beter voor dan hij is om het contrast met de harteloze Vande Lanotte extra in de verf te zetten, was de maat vol. Hij had zijn mensen de toestemming gegeven om zijn geld via juridische weg op te eisen, en kreeg van een geschokte rechter onmiddellijk gelijk. ‘Azunne lilijkaard’, sprak de rechter spontaan over de gedaagde. Toen den Baard het vonnis vernam, ontstak hij in woede en zette de hele socialistische machinerie en al zijn pionnen achter de schermen aan het werk.

BC Oostende ging in beroep. En toen moet iemand misbruik hebben gemaakt van het makkelijk beïnvloedbare gemoed van Rudolf Vanmoerkerke. Was dat de general coordinator Marijke Schaepelinck? In wier hart de fijnbesnaarde Vanmoerkerke altijd een veel prominentere plaats heeft ingenomen dan de manierenlozen Baard? Was het iemand anders? En zo ja, wie dan? Wij weten het niet. Feit is dat, net vóór de rechter in beroep het doodvonnis over de basketclub zou hebben uitgesproken, op het állerlaatste nippertje toch nog een akkoord werd gesloten over een dading buiten de rechtbank om. Waren wij van den Baard, quod gelukkig non, wij zouden die afspraak deze keer maar respecteren.

Deze twee noodzakelijke kanttekeningen dus bij de wenkende titel voor BC Oostende. Plus de waarschuwing dat men in basketbal het vel van de baard niet mag verkopen voor hij geschoren is. Maar wat een glorierijke maand moest worden voor Vande Lanotte, is door Knack al danig verpest. Het leefbaarheidsonderzoek van de Vlaamse gemeenten! Uitgevoerd door de Katholieke Universiteit van Louvain-la-Neuve. Twee weken geleden stond het op onze cover, en dagenlang werd erover gesproken in de andere media.

U herinnert zich: Tervuren is de beste gemeente van Vlaanderen. Hoe de universiteit bij haar studie te werk is gegaan, zijn wij vergeten. En het komt ons voor dat daar niet al te veel de nadruk op is gelegd in het artikel. Het aantal schoorstenen op de daken heeft zeker een rol gespeeld, alsmede het aantal cijnzen dat elke inwoner als erfpacht dient te betalen. Wellicht de grootte van de veestapel, en de oogst van graan en andere gewassen. Toch moet aan de juistheid van de resultaten niet getwijfeld worden.

Eén specifieke rangschikking om dat aan te tonen: die van de slechtste gemeenten in West-Vlaanderen. Op nummer één, onbedreigd: Oostende. Het is nu precies twaalf jaar geleden dat den Baard een hold-up heeft gepleegd op de altijd door christelijke mensen geleide koningin der badsteden. Dat werpt duidelijk zijn vruchten af.

WO 17 05

Wie hoopte op een vreedzame oplossing van het Amerikaans-Iraans conflict, mag die hoop opbergen: Rudi Vranckx! De enige journalist van wie de bijdragen in het nieuws met een eigen generiek beginnen, en dagen op voorhand met trailers worden aangekondigd. Tot woede van vele collega’s, groen van jaloezie. Peter Verlinden bijvoorbeeld, wiens werk in de Congo en op de tsunamikusten toch op zijn minst een eigen kenwijsje kan wettigen.

Maar ja, die brief ten gunste van prins Filip heeft hem geen goed gedaan op de redactie. Siegfried Bracke heeft al beslist dat Verlinden bij de volgende missie van de prins moet thuisblijven. Ivan De Vadder zal meegaan. ‘Het is bijzonder kwalijk voor onze reputatie van objectiviteit,’ aldus Bracke, ‘dat wij openlijk standpunten innemen ter verdediging van deze of gene, of dat wij lippen- of andere diensten verlenen aan politieke partijen of aanverwante vereni-gingen.’

Verlinden dus geen generiekjes en trailertjes meer, Vranckx wel. Opgezweept door zijn eigen sterke verhalen over de gevaren van oorlogsverslaggeving, gaat Rudi ook steeds grotere risico’s nemen. Dat loopt slecht af, maar met James Dean is het ook slecht afgelopen: wie goed wil liggen bij jonge vrouwen, moet bereid zijn nu en dan de voorzichtigheid te laten varen.

En zo zagen wij tot onze verbazing Vranckx met zijn cameraploeg opduiken in een overdekte hall in Teheran, waar naar schatting driehonderdduizend fanatieke sjiieten een meeting bijwoonden van ayatollah Ali Khamenei, de opperste geestelijke leider van Iran. Men kan zich bezwaarlijk inbeelden dat een reporter van een zo nietige omroep als de VRT, zeker indien gekortwiekt door het nieuwe decreet, indertijd op het podium in Nürnberg was geraakt, maar Vranckx lukte het in Teheran wél.

En Khamenei maar van katoen geven. Ze zouden de Amerikanen vermorzelen, Israël van de wereldkaart vegen, alle goddelozen onthoofden, en si en la. Vanuit de zaal klonk het telkens als een bomaanslag uit driehonderdduizend kelen: ‘Dood de USA!’ En toen ging Vranckx op vijf meter van de ayatollah zijn beroemde ‘stand-up’ doen. Daarvan worden op de redactie rangschikkingen bijgehouden, Rudi prijkt afgescheiden op één. Van op enige afstand gevolgd door Johan Depoortere, en van nog verder door Peter Verlinden, die dan weer op kop staat in enkele andere top tiens.

Vranckx had nooit gedacht dat hij zó dicht bij de ayatollah zou raken, en begreep dat dit zijn kans was op een plaats in de geschiedenis. Hij drong zijn cameraman in een positie waardoor hijzelf close in beeld zou zijn, en Khamenei duidelijk zichtbaar achter zijn rechtse schouder, en stak van wal.

‘We zijn in Teheran, en achter mij staat volksmenner nummer één, ayatollah Khamenei. Dat zweept de mensen maar op, dood aan Amerika en aan de Verenigde Naties en al die zattemanspraat, en geen enkele van die driehonderdduizend dommekloten daar die beseft dat één druk op een knopje in Washington voldoende is om heel Teheran in puin te leggen, en de groot-moefti hier te herleiden tot wat hij in werkelijkheid is: een wolkje asse en een hoop beentjes en botten voor de ratten.’

Vranckx vond dat dat niet slecht klonk, maar wat hij niet besefte was dat net buiten beeld, en vlak bij de microfoon van de ayatollah, zijn tolk gewoontegetrouw alles in het Iraans vertaalde. Zodat niet alleen Khamenei, maar ook de hele hall perfect kon volgen wat die dikke westerling op het podium allemaal stond uit te kramen. Vranckx, zich van geen gevaar bewust, besloot er nog een schepje bovenop te doen, om indruk te maken op Martine Tanghe en Sigrid Spruyt.

‘Ik ben zelf deze week binnengedrongen in de nucleaire centrales van Isfahan en Natanz, en ik kan u verzekeren dat ze daar wel degelijk aan het proberen zijn om nucleaire wapens te produceren. Gelukkig is het niveau van de Iraanse wetenschappers en technici zo bedroevend laag, dat ze niet eens een zevenklapper in elkaar kunnen draaien. Dat komt ervan als het land geleid wordt door geestelijken die in het stenen tijdperk zijn blijven steken.’

Achter Rudi Vranckx stond ayatollah Khamenei met de handen in de zij verbijsterd toe te kijken, en in de hall durfde geen van de driehonderdduizend nog adem te halen. Een blasfemie van dit niveau was in Iran nooit vertoond. Wat de bedoeling ervan was begreep niemand, en ook de veiligheidsmensen waren zodanig verrast dat ze aan de grond genageld stonden te wachten op bevelen die niet kwamen.

Rudi Vranckx nam zich voor te blijven praten, zolang de verbinding met Brussel openbleef. Een buitenkansje als dit deed zich niet elke dag voor. ‘Iran heeft een slechte zaak gedaan door het verdwijnen van de sjah’, plaatste hij een en ander in een bredere historische context. ‘Welvaart en welzijn werden opgeofferd aan een blind en dwaas religieus fanatisme, en aan de kleptocratie van de hogere geestelijkheid. En terwijl buurland Irak onder de open politiek van een bekwaam leider als Saddam Hoessein economische en culturele bloei kende, zakt Iran steeds verder weg in godsdienstige bekrompenheid en intellectuele en materiële armoede. Kunt ge geloven dat ze hier in de hotels geen pornokanaal op de televisie hebben? De vrouwen mogen niet eens naar het voetbal gaan kijken, laat staan dat ze tijdens de rust op het veld in hun ondergoed met de cornervlag tussen hun benen mogen staan wrijven, zoals Nancy van Cisko Kid op Racing Genk. Van moddercatch of kickboksen voor vrouwen hebben ze hier nog nooit gehoord.’

Vranckx sloeg steeds minder acht op de ijzingwekkende stilte achter hem, en zag daar slechts een aansporing in om de zaken eens te stellen zoals ze waren. ‘Wie door Perzië reist,’ schakelde hij nog een tandje bij, ‘waant zich in de pre-Babylonische periode. De internationale gemeenschap kan hierop niet langer passief toekijken. Het is de allerhoogste tijd om dit land eindelijk terug te geven aan wie het op historische gronden toekomt: de Israëli’s. Dan is het conflict in het Midden-Oosten meteen opgelost, en komt er een einde aan het internationale moslimterrorisme. Rudi Vranckx voor de VRT in Tehe…’

Op datzelfde moment werd hij langs achteren besprongen door ayatollah Khamenei, en klommen de eerste razende sjiieten op het podium.

DO 18 05

Op een mooie ochtend kwam aan het kantoor van onze chef-Wetstraat een holebi aankloppen, zette tot afgrijzen van Van Cauwelaert een paars handtasje op zijn bureau, en stak van wal met een lange jammerklacht tegen Gerard Bodifée. Die had in dit blad namelijk geschreven dat homo’s geen kinderen mogen adopteren, en dat ook kunst- of andersmatige inseminatie van lesbiennes moet worden verboden. Een kind heeft recht op een vader en een moeder, zo betoogde Gerard ook in tal van reflectie- en discussieprogramma’s, en vooral het wegvallen van de vaderfiguur is de bron van alle kwaad in de westerse maatschappijen. Gerard zelf lijkt steeds meer op God de Vader.

En die holebi maar jammeren en klagen. Enfin, het kwam hierop neer: waarom kreeg een reactionaire astrofysicus met tekenen van geestelijke verwardheid een vrije tribune in een voor de rest toch progressief blad als Knack?

Hoewel Van Cauwelaert zelf zich in zijn Van de redactie had uitgesproken vóór het adoptierecht voor homo’s, was dat van dat progressieve blad er te veel aan. Hij greep de holebi bij de kraag, en gooide hem het BMC uit.

Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content