Drie Afrikaanse antropologen over Sémira Adamu en het beleid ter zake.
Terwijl het stoffelijk overschot van Sémira Adamu vorige week donderdag naar Nigeria werd overgevlogen, maakte Binnenlandse Zaken werk van de voorstellen die de ministerraad aankondigde, tien dagen na de dood van de Nigeriaanse. De nieuwe minister van Binnenlandse Zaken Luc Van den Bossche (SP) en zijn medewerkers lieten zich grotendeels inspireren door de aanbevelingen van de senaatscommissie. Zij hebben ook enkele nieuwe accenten gelegd. Zo zullen er in de rechtstreeks betrokken diensten voor het eerst sociaal-antropologen worden aangeworven, die vertrouwd zijn met de achtergrond van de asielzoekers zelf. Zij kunnen een tegengewicht vormen voor het onvermijdelijke Europa-centrisme van de traditionele psychologen en sociaal-assistenten.
In het Centrum voor Afrika Onderzoek van het departement Sociale en Culturele Antropologie aan de KU Leuven gaven drie Afrikaanse antropologen voor het eerst hun mening over wat Sémira Adamu overkwam en over het Belgisch beleid ter zake. De drie doctoreren bij professor René Devisch, die samen met professor Filip De Boeck, het internationaal vermaarde Africa Research Centre leidt (zie kader).
De Keniaanse Stella Nyanchama-Okemwa doet onderzoek naar geweld bij de AbaGusii in Zuidwest-Kenia. De Nigeriaan Patrick Iroegbu bestudeert de rol van genezers in Igboland, in Zuid-Nigeria. De Ghanees Alexis Tengan onderzoekt de landbouwgemeenschap van de Dagara in Noordwest-Ghana en het zuiden van Burkina Faso.
Stella Nyanchama-Okemwa: De dood van Sémira is uiteraard tragisch. Temeer omdat zij op verschillende fronten tegelijk streed. Zij was Afrikaanse, en anderzijds een vrouw op zoek naar emancipatie, zoals dat in Europa begrepen wordt. Haar lot was des te tragischer, omdat zij haar innerlijke conflicten op het verkeerde forum aanbracht. Mocht zij het gepaste gehoor gevonden hebben, dan was haar probleem misschien opgelost.
Patrick Iroegbu: Sémira is een geval dat grondig moet worden geanalyseerd. Niet enkel om herhaling te vermijden, maar omdat zij ons herinnert aan de bestaande migratiegolven en de politieke reacties daarop. Allereerst moeten wij ons afvragen welke lokale krachten iemand ertoe aanzetten zijn land te ontvluchten. En of er daar wel voldoende aandacht bestaat voor soms zeer individuele verzuchtingen.
Ik vrees dat Sémira, gezien de toestand in Nigeria, moeilijk het gepaste forum kon vinden. Het blijft voor velen zeer moeilijk hun zaak in eigen land te bepleiten. Sémira kan best een van die mensen zijn geweest voor wie landvlucht de enige oplossing was. Zeker als zij zich op de koop toe illusies maakte over de Europese cultuur.
Wat denkt u van het gedwongen Nigeriaans huwelijk dat zij inriep om haar asielaanvraag in België kracht bij te zetten?
Iroegbu: De polygamie, die zij ten overstaan van de Belgische autoriteiten als een culturele contrainte inriep, is in Afrika wettelijk toegestaan. Daar is het zelfs een van de pijlers van de samenleving. Het is begrijpelijk dat zij een gedwongen polygaam huwelijk als argument inriep. Maar anderzijds is dit ook paradoxaal, omdat meestal niet de mannen, maar wél de vrouwen de grote voorstanders zijn van polygamie. In de Afrikaanse cultuur krijgt een vrouw slechts haar ware identiteit als zij getrouwd is, zelfs als zij trouwt met een man die al verscheidene vrouwen heeft. Een ongetrouwde vrouw wordt immers ervaren – en beschouwt ook zichzelf – als een verstotene die geen zin aan haar leven kan geven. Daarbij komt nog dat Sémira, naar verluidt, uit Kaduna (Noord-Nigeria) kwam. Daar is de samenleving overwegend moslim, en heeft een man het recht om met vier vrouwen te trouwen. Dat zij dit niet aanvaardde, duidt op het probleem van meisjes die met hun thuiscultuur breken.
Dringt Europa zijn eigen criteria op aan het Zuiden?
Iroegbu: Vrouwen hebben doorgaans geen bezwaar tegen een polygaam huwelijk, zolang de man voldoende bemiddeld is. Bovendien worden de meeste vrouwen niet tot polygame huwelijken verplicht.
Nyanchama-Okemwa: Als u over gedwongen huwelijken spreekt, dan criminaliseert u de polygamie. Ten onrechte. Het is een geconsacreerd huwelijk, zoals elk ander. Elke polygame samenleving heeft bovendien procedures, die een meisje dat niet wil trouwen, effectief toestaan dat niét te doen. Sémira beriep zich trouwens op zo’n gegronde reden: zij vertelde dat haar leven in gevaar was, omdat haar toekomstige echtgenoot een van zijn vrouwen vermoord zou hebben. De vraag blijft waarom zij met dit argument in haar eigen land geen gehoor vond. Ik ben het overigens eens met Patrick, als hij erop wijst dat een polygaam huwelijk de vrouw vaak meer zekerheid biedt, ook bij nalatenschappen. In Kenia opteren zelfs hooggeschoolde vrouwen steeds vaker voor een polygaam huwelijk en de legalisering ervan. Anders blijven zij zonder meer concubines, zonder rechten. Ogenschijnlijk knopen zij opnieuw aan bij een eeuwenoude traditie, maar in werkelijkheid proberen zij hun huidige situatie te legaliseren. Wat ook voor de kinderen veel voordelen biedt.
Alexis Tengan: De dood van Sémira stemde mij des te wanhopiger, omdat het de zesde keer was dat de Belgische autoriteiten probeerden haar terug te drijven. Dan verwacht je toch dat betrokkenen twee keer nadenken, in plaats van zomaar het boekje te volgen. Zeker ten overstaan van iemand van wie het heftig verzet wellicht ingegeven was door een idée fixe, dat misschien zelfs niet te verwoorden was. In dergelijke gevallen moet je de tijd een kans gunnen. Indien de staat zich, vanuit zijn logica, geen ander objectief wil toemeten, moet de wet zeker met meer bedachtzaamheid toegepast worden. Of de wet goed of slecht is, doet in eerste instantie niet ter zake. De vraag is of het gezond verstand een kans krijgt of niet. Wie van Afrika naar hier komt, denkt immers algauw dat Europa een grote filantropische en humanitaire organisatie is. Maar de overheid kan niet tegelijk wetten toepassen én zich humanitair opstellen. Migranten kunnen dit moeilijk begrijpen omdat zij honderd en één reden hebben om asiel te vragen. Elk van hen moet echter voor zichzelf uitmaken waarmee hij of zij leven kan. En dit is soms moeilijk te omschrijven. Het gastland daarentegen moet wel duidelijke grenzen trekken.
Welk beeld hebben Afrikaanse migranten van een land als België, en wat verwachten zij ervan?
Tengan: Zij verwarren de houding van de ontwikkelingshelpers met de houding van de Belgische staat in het algemeen. Als je almaar gezanten over de vloer krijgt, die de hemel op aarde beloven, denken de mensen dat zij in Europa op steun zullen kunnen rekenen. Ook omdat veel Europese politici met gespleten tong spreken. Het zich afsluitend Europa benadert migratie hoe langer hoe meer als een aangelegenheid van staat tot staat. En als Europese landen de migratieproblemen willen aanpakken door zich te omwallen, moeten ze niet beweren menselijker te zijn dan landen die mensen als Sémira ontvluchten. Ik beweer niet dat er geen landen zijn waar burgers vervolgd worden. Dat is overigens even snel bekend als de namen van de personen of de etnieën die vervolgd worden. In Europa zijn er trouwens genoeg organisaties die die materie van nabij volgen, en die geschikte gesprekspartners kunnen leveren voor asielzoekers. Al was het maar om hen rustig uit te leggen dat zij het hier niet opnemen tegen hun vader in de persoon van een paternalistische overheid, maar dat zij in hun dooie eentje vechten tegen een rechtsstaat, die vaak geen andere mogelijkheid ziet dan hen terug te sturen naar hun land van herkomst.
Denkt u dan dat de Europese gesprekken over mensenrechten te Europees en liberaal zijn voor de meeste andere culturen?
Tengan: Sinds ik heen en weer pendel tussen België en Ghana, stel ik vast dat het niet zozeer van belang is te weten wat Ghanezen en Belgen willen. Jonge mensen willen toch allemaal graag een BMW of de nieuwste computer. Maar als die voorwerpen niet binnen handbereik zijn, dan is het belangrijk ter plekke een houvast te hebben. En dit geldt evenzeer voor de Ghanees als voor de Vlaming.
Iroegbu: Sémira en haar lotgenoten herinneren er vooral aan hoe België in Afrika wordt afgeschilderd. België: het hart van Europa, waar organisaties voor mensen- en dierenrechten klaarstaan om aan ieders vragen en verlangens tegemoet te komen. Dat is niet zo. Daarom moet een aantal problemen dringend vanuit een reëel perspectief aangepakt worden.
Sémira kwam uit Noord-Nigeria, dat overwegend moslim is. Zij was een Hausa, en die meisjes staan niet bekend voor dit soort landvlucht, temeer omdat de Hausa het momenteel in Nigeria voor het zeggen hebben. Door contacten met vreemde culturen raakte zij blijkbaar zo ontheemd dat zij zich niet langer verbonden voelde met haar thuiscultuur.
Daarom moet de culturele clash, toen Sémira in het transitcentrum op Zaventem belandde, des te brutaler zijn geweest. Vandaar de onopgeloste vraag of Sémira wel een Hausa was, en wat haar in werkelijkheid overkomen is. Hoe dan ook: beide zijden waren veel te radicaal.
Nyanchama-Okemwa: Zowel Sémira als zij die haar terugdreven, stonden met hun waanvoorstellingen tegenover elkaar. Voor haar was het punt: België en dus Europa binnengeraken, niets anders. Voor een aantal betrokken ambtenaren was zij de wilde, sensuele Afrikaanse, met alle stereotypen van dien. Zulke ideeën blijven doorgaans onuitgesproken, maar zijn aanwezig als het erop aankomt zo’n vrouw onder handen te nemen, haar aan handen en voeten te boeien en haar uiteindelijk lachend bij de hals te grijpen om haar kreten te smoren. Het was een dramatische confrontatie tussen het bewustzijn dat hier bij sommigen leeft, en dat van een vrouw die met haar eigen roots worstelde. Vrouwen die op deze wijze emancipatie nastreven, zijn al ontworteld.
Hoe moeten wij de vrouwenemancipatie in Afrika en elders dan een kans bieden zonder hun cultuurpatroon overhoop te gooien?
Nyanchama-Okemwa: Alles hangt af van wat u onder emancipatie verstaat. Vrouwen die willen emanciperen, proberen dat in eigen land, waar het zin heeft. Wie het eigen land ontvlucht, wordt voor een lafaard gehouden.
Tengan: Misschien is het te makkelijk gezegd dat een Hausa-meisje zoiets niet doet. Het feit dat Sémira het wél deed, verontrust mij: zeer waarschijnlijk zullen nog andere meisjes uit even traditiegerichte kringen het ook proberen.
Iroegbu: Betekent emancipatie dat iemand zijn cultuur ontvlucht? Ik denk het niet. Emancipatie betekent dat iemand zich te midden van zijn eigen volk verheft, en ervoor zorgt dat dat volk er beter van wordt. Ook wie niet de kans krijgt om degelijk geschoold te worden, kan geholpen worden bij de individuele ontplooiing en die van zijn samenleving. Precies hier zou de globalisering, een internationaal streven, de lokale culturen moeten helpen zich te ontplooien, in plaats van ze te vernietigen. Dàt is emancipatie.
Hoe kan een immigratiepolitiek hiermee rekening houden?
Iroegbu: Het dossier van Sémira werd dermate gedramatiseerd, dat er blijkbaar geen tijd was om na te gaan of haar versie van de feiten juist was. Laat staan dat er gezocht werd naar iemand uit de Nigeriaanse gemeenschap of elders die haar, met het nodige gezag, het uitzichtloze van haar situatie in België kon uitleggen. Er is geen dialoog tot stand gebracht tussen staat en lokale gemeenschappen, mensenrechtenorganisaties of vrouwenbewegingen, hier of in het buitenland. Ik heb al meegemaakt dat asielzoekers vrijwillig terugkeren, nadat zij ervan overtuigd werden dat zij zich illusies maakten over hun toekomst in België.
Tengan: De wetgeving is nu eenmaal wat zij is. Volgens mij is dit trouwens niet het probleem. Het loopt fout bij de uitvoering en de interpretatie van de wet. Er is onvoldoende ruimte om de asielzoekers binnen hun eigen cultureel referentiekader bij te staan. De Belgische wetgeving moet geëerbiedigd worden, want er zullen altijd migranten proberen om illegaal binnen te glippen. Vergeet niet dat zij in Afrika meestal handlangers hebben, die hen om het even wat vertellen. Het is simpel om een sukkelaar wijs te maken dat hij rechten heeft, en in België zal mogen blijven. En dan? Wie gaat hem aan werk of aan geld helpen? Hoe zal hij zich integreren? De signalen die sommigen geven, zijn gewoon misleidend. Ik ken mensen die uiteindelijk smeekten om naar hun land terug te keren.
Nyanchama-Okemwa: Het volstaat niet om een visum te weigeren als immigranten clandestien of met valse visa reizen. In de landen van herkomst moeten voorlichtingscampagnes worden opgezet. En als mensen zoals Sémira toch ergens stranden, moeten zij zeker op een andere manier benaderd worden. In haar geval leek het alsof zij zich niet minder verzette tegen de weigering van haar asielaanvraag dan tegen de manier waarop zij teruggedreven werd.
Waarom heeft u zich tijdens de voorbije weken, als Afrikaanse antropologen, niet in het debat gemengd?
Iroegbu: Van wetenschappers wordt niet verondersteld dat ze met spandoeken rondlopen, maar dat ze feiten analyseren. Het is overigens zeer de vraag of alles precies zo verlopen zou zijn, als Sémira een jongen was geweest. Of zelfs een minder zwarte vrouw uit Noord-Afrika of Azië.
Tengan: Het is gemakkelijk om in emotionele omstandigheden verklaringen af te leggen en de aandacht te trekken. Als antropoloog wil ik op een meer gestructureerde wijze aan de weg timmeren.
Nyanchama-Okemwa: Dat ik niet vroeger reageerde, confronteert mij met mijn positie als wetenschapper en als vrouw. Naar Afrikaanse normen heb ik als wetenschapper veel gezag, maar er wordt ook op mij neergekeken, omdat ik tot een elite behoor en zelfs de mannenwereld ben binnengedrongen. Sémira richtte zich duidelijk tot die mannenwereld, zowel in Nigeria als hier. Een Afrikaanse vrouw zou wel de laatste persoon zijn op wie zij een beroep zou hebben gedaan. Volgens het blanke collectieve bewustzijn moet een Afrikaanse vrouw nog steeds getemd en gebreideld worden. Een jongeman zou ongetwijfeld meer gehoor vinden, als hij hier kwam vertellen dat hij in Nigeria moet trouwen met een veel oudere vrouw, die al een echtgenoot vermoord heeft.
Frank De Moor