Dat onze chef-wetenschappen chef is van de rubriek Wetenschappen, en bijvoorbeeld niet van Economie, zoals onze chef-economie, blijkt uit zijn wetenschappelijke manier van denken. Die heeft het hem ooit zelfs mogelijk gemaakt om een dispuut over voetbal te beslechten. Het ging om wie de belangrijkste speler van Juventus Turijn is. Volgens onze chef-cultuur was dat Zinedine Zidane. Onze chef-sport, in zijn naïviteit, hield het op Alessandro Del Piero. Omdat die in zijn eentje een match kan beslissen.
Waarna onze chef-wetenschappen de onzin van deze argumentering pijnlijk blootlegde, door uit te roepen: “Weet ge wie vaak in zijn eentje een match beslist? De keeper van Dessel Sport.” Het klaterende gelach dat hierop volgde, maakte een einde aan het debat. En geloof het of niet: wij hebben Dessel Sport dit seizoen één keer zien spelen, op KV Mechelen, en de match was nauwelijks begonnen of de Desselse keeper Kris Defré liet een totaal ongevaarlijk balletje door zijn handen glippen, waardoor zijn ploeg van bij de aftrap 1-0 achterstond.
Onze chef-wetenschappen wist waarover hij het had, want hij is zelf van Dessel, net als Patrick Goots. Ook bondscoach Georges Leekens heeft er vroeger gevoetbald. En, merkwaardig, die heeft ook een wetenschappelijke manier van denken. Wat pijnlijk bleek op de voorbije wereldbeker. Die van Dessel nu, hebben weinig op met die van Mol. Hiermee bedoelen we uiteraard niet: Birgit Van Mol. Voor haar lopen ze in Dessel roodgloeiend. En niet alleen in Dessel: in de hele Kempen. Wat zeggen wij? In de hele “Verenigde Provincies”. Plus op de redactie van Knack, al luwde het enthousiasme van onze chef-boeken enigszins, toen la Mol een Hollandse betweter op sandalen boven hem verkoos.
Sinds Reynebeau door de redactrices van Weekend Knack is uitgeroepen tot meest sexy man van Vlaanderen, heeft hij Van Mol trouwens niet meer van doen. De vrouwtjes staan voor hem in de rij, beneden in onze hall. Ze moeten een nummertje trekken, zoals bij de bakker. Daarna mogen ze er een maken. Om pijnlijke afwijzingen te vermijden, heeft onze chef-boeken naast de deur een bord opgehangen met daarop de maten die de kandidates op zijn minst moeten benaderen. En ze zijn redelijk scherp, die maten. Wat pas echt duidelijk werd, toen we voor de lol die van onze chef-economie eens lieten opmeten.
Het zijn die van de gemeente Mol, van wie ze in Dessel niet moeten weten. En dat brengt ons bij het centrale thema van deze week: is de amoebe Naegleria fowleri, die zo welig tiert in Mol, een bedreiging voor onze volksgezondheid? Nee, zegt Marcel Colla. Ja, zegt onze chef-wetenschappen. Waarmee de discussie meteen gesloten is: ja, de amoebe Naegleria fowleri is een bedreiging voor onze volksgezondheid.
Dirk Draulans maakt er een erezaak van de bevolking één keer per trimester de schrik op het lijf te jagen met de nakende ondergang van de wereld. Nu eens bedreigt de droogte ons voortbestaan, dan weer de regen. Het gat in de ozonlaag, het smeltende poolijs, de uitstoot van dioxine, de kap van het regenwoud, sprinkhanen, giftige kevers op soeptomaten… vier keer per jaar eist hij de cover op voor een ultieme waarschuwing. En niet zonder effect, want de voltrekking van al dat onheil wordt telkens weer voorkomen. Eind november was het weer raak: “Crisis: de amoebe van Mol bedreigt België.” Haha, dat stond echt op onze voorpagina: de amoebe van Mol bedreigt België.
Het was dan ook schrikken, toen wij op een dag een paar van deze amoebes zagen rondwandelen op onze vijfde verdieping, ooit een oase van vrede en rust. Nu is steller dezes een dierenvriend die geen vlieg kwaad zou doen. Zet ons op een onbewoond eiland waar geen ander voedsel te vinden is dan één levende kip, en op het einde van het verhaal eet de kip uw dienaar op.
Maar een amoebe, dat is een ander kaliber. Dat laat overal zijn vuil achter, en maakt lawaai voor tien. Op een dag stapten twee van hen naar beneden, om zich bij onze hoofdredacteurs te gaan bemoeien met de inhoud van Knack. Dat waren er binnen de minuut twee minder, maar de populatie boven was talrijk genoeg.
Draulans, wiens angstaanjagende laboratorium zich bevindt naast het hok waarin ondergetekende voor de buitenwereld wordt verborgen gehouden, heeft zich namelijk voorgenomen de dodelijke dreiging van de Naegleria fowleri te bewijzen. En dit bij middel van een proefondervindelijk onderzoek op de cheffen van Knack, zelf niet op de hoogte van hun rol in dit experiment.
Als kan worden aangetoond dat de amoebe hersenvliesontsteking veroorzaakt in zulke stevige en resistente hersenen als die van de Knack-rubriekleiders, wat moet het dan niet zijn bij de gewone Belg? Want weet dat deze amoebe vrij rondzwemt in het koelwater van de kerncentrales, dat in ons land – wat had u anders gedacht – recht in de waterleiding wordt geloosd.
Niets aan de hand, beweert Colla! Volgens Marcel behoort een amoebe, die dus het hele Belgische volk van de aardbodem dreigt te vegen, tot de bevoegdheid van gewesten en gemeenschappen. Dat verbiedt flippo’s, pistachenoten, fopspenen en dieetpillen, maar de Naegleria fowleri mag haar gang gaan. Net als Tragex-Gel. En zo iemand is minister van Volksgezondheid. Met hem aan het bewind, zijn de apothekers nog jaren verzekerd van een dik belegde boterham.
Volgens de Artsenkrant heeft Colla het comité voor bio-ethiek gevraagd of hij medische experimenten mag uitvoeren op wilsonbekwame bejaarden. Zoals dokter Mengele vroeger. En zoals onze chef-wetenschappen met zijn amoebes. Met dit verschil: onze chef-wetenschappen heeft daarvoor gestudeerd, Colla duidelijk niet.
Om kort te gaan:“De amoebe bereikte inmiddels het Kempisch Kanaal”, liet Draulans onheilspellend boven zijn artikel zetten. Als u dit leest moet ze al zijn doorgestoten naar de Turnhoutse Vaart, en zwemt ze wellicht met krachtige slag stroomafwaarts richting Deurne, waar Colla woont. Als hij niet wordt aangetast, is het ultieme bewijs geleverd.
Koen Meulenaere