‘Aan de top is er niet veel plaats’

SONIA SOTOMAYOR (MET BARACK EN MICHELLE OBAMA) 'Soms moet je dingen doen die niemand van je verwacht.' © Belga Image

Ze kreeg te horen dat ze voorbestemd was om een moeder aan de haard te worden, maar ze werd rechter bij het Federaal Hooggerechtshof in Washington. Sonia Sotomayor over haar kinderjaren in de New Yorkse Bronx, vrouwenquota, en haar geldingsdrang in mannenwerelden.

Haar ‘buitengewone levensweg’ had indruk op hem gemaakt, zei president Barack Obama toen hij in 2009 rechter Sonia Sotomayor nomineerde voor het Amerikaanse Federaal Hoog- gerechtshof. De keuze was bijna zo historisch als zijn eigen verkiezing: Sotomayor, dochter van Puerto Ricaanse immigranten, opgegroeid in een arme buurt van New York, is de eerste vertegenwoordigster van de Latijns-Amerikaanse bevolking in de 225-jarige geschiedenis van het Supreme Court – en pas de derde vrouw die er benoemd werd. Haar weg daarnaartoe beschrijft Sotomayor (59) in haar memoires My Beloved World. Ontroerend openhartig vertelt ze over haar alcoholistische vader, over haar afstandelijke moeder die dag en nacht in een ziekenhuis werkte, en over de strenge nonnen in haar school, die meisjes zoals zij een leven als huisvrouw en moeder aanpraatten. En ze beschrijft hoe ze ondanks alles het ene mannenbastion na het andere veroverde, eerst aan de elite-universiteiten Princeton en Yale, later als advocate en rechter in New York.

SONIASOTOMAYOR: Zo zou u het kunnen zeggen – (snel) maar ik hou me ook sterk aan de wet. Een paar uitzonderingen niet te na gesproken. Ik rij graag snel. Ik ben een New Yorkse, dus ik steek te voet over als het rood is. Niemand is perfect. Soms moet je dingen doen die niemand van je verwacht.

U hebt in uw leven veel dingen gedaan die niemand van u had verwacht: het meisje van wie de ouders amper Engels spraken, heeft nu in alle juridische kwesties van het land het laatste woord. Wat dreef u?

SOTOMAYOR: Ongunstige omstandigheden. Mijn vastbeslotenheid om hard te werken ontstond uit noodzaak. Ik raakte niet van mijn diabetes af, en ik kon niets doen aan de drankzucht van mijn vader. Hij dronk zich dood toen ik negen was. Maar ik ontdekte hoe ik de situatie draaglijker kon maken: door te lezen. Boeken waren niet alleen een middel om even te ontsnappen aan de ellende thuis, maar ook een springplank voor mijn carrière. Dankzij mijn boeken kon ik me een grotere wereld voorstellen.

Uw verhaal klinkt als het cliché van de Amerikaanse droom: als je maar hard werkt en niet opgeeft, kun je alle tegenslagen overwinnen en de top bereiken. Gelooft u dat echt?

SOTOMAYOR: (lacht) Ik ben toch het levende bewijs. Nee, in alle ernst, niet iedereen bereikt de top, want helemaal bovenaan is er niet veel plaats. Weinig mensen hebben zo veel geluk als ik en bereiken meer dan ze gedroomd hebben. Wie denkt dat hij door hard te zwoegen al zijn dromen kan verwezenlijken, zou weleens van een kale reis terug kunnen komen. Maar wie droomt en hard werkt, zal iets leren en zich verder ontwikkelen.

U had voorbeelden: de vrouwen in uw familie. Uw moeder werkte dag en nacht als verpleegster, u noemde uw grootmoeder de ‘matriarch van de clan’. Hoe hebben die vrouwen u beïnvloed?

SOTOMAYOR: Anders dan veel van mijn vriendinnen twijfelde ik er niet aan dat ik een beroep moest leren. Mijn moeder maakte zich meer zorgen over mijn opleiding dan over die van mijn broer. Ze ging ervanuit dat hij naar de universiteit zou gaan, omdat jongens nu eenmaal naar de universiteit gingen en veel meisjes niet. Mijn moeder wilde dat ik ooit in staat zou zijn om voor mezelf in te staan. Kijken naar hoe zij leefde, gaf me een gevoel van vrijheid. Het heeft me geholpen om tevreden te zijn, of ik nu getrouwd of verloofd was, of geen partner had, zoals nu. Het was altijd een troost voor me dat ik me goed voel in mijn eigen wereld.

In uw boek beschrijft u ook het einde van uw huwelijk. Toen u na zeven jaar scheidde, zei uw man dat hij trots was geweest op uw professionele successen, maar er ook onder geleden had dat hij geen gelijke tred kon houden. Hij had het gevoel dat u hem niet nodig had.

SOTOMAYOR: Toen hij dat tegen me zei, dacht ik: het stoort hem dat ik financieel niet afhankelijk van hem ben. Als hij het zo bedoelde, had hij gelijk. Maar nu ik ouder ben, begrijp ik dat het tot een relatie behoort: je partner het gevoel geven dat hij belangrijk is. Hij moet voelen dat hij cruciaal is voor mijn identiteit.

Is het mogelijk dat veel mannen nog niet klaar zijn voor vrouwen als u?

SOTOMAYOR: Daar komt stilaan verandering in, denk ik. Er zijn tegenwoordig meer mannen die voor zichzelf een weg gevonden hebben om hun vrouw te laten schitteren. Ik ken veel koppels bij wie de vrouw haar carrière voortzet en de man zich bezighoudt met de opvoeding van de kinderen.

Als studente bracht u uw familie bij dat genderrollen slechts een culturele constructie zijn. Denkt u dat nog altijd?

SOTOMAYOR: O, dat is een filosofische vraag waar geen antwoord op bestaat. Mijn collega aan het Hooggerechtshof Stephen Breyer maakte ons onlangs attent op een theorie waarover hij gelezen had: dat de discriminatie op grond van geslacht langer zou duren dan de rassendiscriminatie omdat er tussen mannen en vrouwen niet te ontkennen fysieke verschillen bestaan die voor ongelijkheid zorgen. Ik kan niet beweren dat alles slechts cultureel bepaald is. Het is complexer dan ik toen dacht.

Vrouwen waren pas sinds drie jaar toegelaten in Princeton toen u daar begon, en er waren weinig latino’s. Princeton gold als een bastion van blanke mannen. Hoe was het om daar te studeren?

SOTOMAYOR: Ik was de enige vrouw in een cursus Romeins recht. De professor, een oudere heer, doceerde met de hulp van notities die hij duidelijk al jaren gebruikte. Tijdens een college stopte hij plots midden in een zin, keek me aan en sloeg op het nippertje de seksistische grap over die hij waarschijnlijk net wilde vertellen. Dat zal ik nooit vergeten. Er waren ook exclusieve mannenclubs in Princeton, en er waren mannen die liever onder elkaar bleven. Maar zoals bij elk sociaal experiment waren er ook veel mensen die zich inzetten voor de goede zaak, die me een duwtje in de rug gaven.

U werd toen ook geholpen door de ‘affirmative action’, de positieve discriminatie van minderheden. Vrouwenquota zijn ook in Europa omstreden. Hoe kijkt u daartegenaan?

SOTOMAYOR: Ook in de VS is er een tijdlang over gediscussieerd. Maar de meerderheid van de bevolking wees quota af, en ten slotte besliste het Federaal Hooggerechtshof dat ze niet verenigbaar zijn met onze grondwet. Ik denk dat de afwijzing te maken heeft met het Amerikaanse concept dat succes altijd moet berusten op je prestaties. Het probleem is alleen dat prestaties niet altijd tot succes leiden.

Ook in de griffies en gerechtshoven waar u werkte, was u als latina een uitzondering. Daar had u de reputatie dat u argumenteerde als een man. Hebt u bewust geprobeerd om mannelijk gedrag te imiteren?

SOTOMAYOR: Nee, ik ben gewoon zo. Ik ben gedecideerder dan veel vrouwen en sommige mannen. En dat gaat me meestal goed af. Het is ook oké om rustiger of bedeesder te zijn dan ik, maar als je de hele tijd stil blijft, zul je geen succes hebben. Tegelijk moet je ook voorzichtig zijn, anders kom je er evenmin.

Beïnvloedt uw levensverhaal uw rechtspraak bij het Hooggerechtshof?

SOTOMAYOR: Levenservaringen beïnvloeden elke rechter, we zijn allemaal het product van onze ervaringen. Probeert u maar eens ras, geslacht en armoede weg te denken, en alléén aan de juridische expertise te denken. Procureurs hebben hun eigen visie op het rechtssysteem, verdedigers hebben een andere.

U bent nu voor het leven rechter bij het Federaal Hooggerechtshof. Is dat de baan waarvan u altijd heeft gedroomd?

SOTOMAYOR: Ik beleef plezier aan mijn werk, maar ik was er niet op voorbereid dat het zo moeilijk zou zijn. Wanneer een zaak voor het Federaal Hooggerechtshof komt, betekent dit dat de lagere rechtbanken het niet eens konden worden. De rechtspositie is onduidelijk. Het gaat om grote, maatschappelijke kwesties zoals de hervorming van de sociale zekerheid of het homohuwelijk, en élke beslissing die wij als laatste instantie nemen is definitief. Elke keer, ook als ik aan de kant van de meerderheid sta en denk dat we gelijk hebben, weet ik dat er verliezers zullen zijn. Dat maakt deze job zo hard. Als wij beslist hebben, bestaat er geen hoop meer.

DOOR SAMIHA SHAFY – © Der Spiegel

‘Ik ontdekte hoe ik mijn leven draaglijker kon maken: door te lezen. Dankzij mijn boeken kon ik me een grotere wereld voorstellen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content