Ambiorix liet zich niet zomaar kennen

Ambiorix, de koning van de Eburonen
Over de ongewone sokkel waarop Ambiorix staat op de markt van Tongeren zijn in het midden van de negentiende eeuw verhitte discussies gevoerd. (foto Getty)

Kun je een wetenschappelijk verantwoorde tentoonstelling maken over een mythische figuur die het product is van een nationalistische heldencultus? Met ‘Ambiorix, koning van de Eburonen’, de eerste expositie na de verbouwing, bewees het Gallo-Romeins Museum in Tongeren in 2009-2010 dat het kan. ‘Maar we willen ook niet alle mystiek rond de figuur wegnemen’, zei museumdirecteur Carmen Willems toen.

In Tongeren staat hij op de Grote Markt, boven op een dolmen en met een bizarre helm met vleugeltjes op zijn hoofd. Over de ongewone sokkel zijn in het midden van de negentiende eeuw tot op het kabinet van de minister van Binnenlandse Zaken Alphonse Vandenpeereboom verhitte discussies gevoerd. De Klasse der Letteren van de Koninklijke Academie voerde terecht aan dat dolmens thuishoren in een vroeger tijdperk. Uiteindelijk kreeg de Franse beeldhouwer Jules Bertin toch zijn zin en werd zijn Ambiorix op 5 september 1866 onthuld. Dat Leopold II daarbij aanwezig was, mag niet verwonderen. Ambiorix was immers onze oudste held die de historische wortels van de jonge natie moest legitimeren. De dappere Belg die het juk van de vreemde bezetter afwierp, sprak tot de verbeelding van de bevolking en een schoenenfabrikant brandde zijn naam meer dan honderd jaar geleden als merk.

Bertin zaaide wel enige verwarring toen hij jaren later voor zijn geboortestad Saint-Denis een tweelingbroer van Ambiorix modelleerde en hem liet doorgaan voor de Franse held Vercingetorix. Toch blijft onze voorstelling van Ambiorix ook vandaag bepaald door de fantasie van Bertin.

In het museum in Tongeren was men zich uiteraard bewust van de smalle historische basis waarop Ambiorix steunt. ‘Toch vonden we dat het tijd werd om een grote expositie rond de figuur Ambiorix te maken’, stelden museumdirecteur Carmen Willems en coördinator Bart Demarsin toen.

Is er behalve De bello Gallico van Julius Caesar nog een bron die melding maakt van het bestaan van Ambiorix?

Bart Demarsin: Het verslagboek van Caesar uit de jaren vijftig voor Christus is onze enige geschreven bron. We zullen dus nooit kunnen bewijzen dat Ambiorix heeft bestaan. Maar is er ook geen reden om aan te nemen dat Caesar Ambiorix zou hebben verzonnen. Te veel beschrijvingen in zijn verslagen blijken namelijk historisch accuraat te zijn. Wat hij bijvoorbeeld optekende over het verdedigingssysteem van de Galliërs, de murus Gallicus, komt overeen met archeologische opgravingen. Ook zijn weergave van de loop van rivieren, vooral in Frankrijk, blijkt te kloppen. Dat is nieuw, want de antieke auteurs die voor Caesar over Gallië hebben geschreven, blijven heel vaag. We mogen aannemen dat De bello Gallico een verslag is van iemand die hier zelf is geweest. Of hij hier was tijdens de grote veldslag is nog een andere vraag.

Caesar beschrijft onze held als iemand die woordbreuk pleegt en de Romeinen in een hinderlaag lokt?

Demarsin: Dat verhaal vertelden we ook in de tentoonstelling. Maar Caesar is geen objectieve bron als hij over Noord-Gallië schrijft, ook al tekent hij alles op in de derde persoon enkelvoud. Zo wilde hij verdoezelen dat hij met zijn verhaal politieke motieven had. Er was een machtsstrijd aan de gang en er waren veel politieke problemen in Rome. Tijdens deze crisis wilde Caesar de oorlogen in Gallië in zijn voordeel gebruiken en afrekenen met politieke tegenstanders. Daardoor kwam het hem ook goed uit om de nederlaag in Atuatuca toe te schrijven aan het verraad van Ambiorix.

We moeten heel veel uit De bello Gallico met een korrel zout nemen, maar aan de andere kant zijn er veel elementen waarvan achteraf is gebleken dat ze kloppen.

Is ‘koning van de Eburonen’ een goede term voor een stamhoofd?

Demarsin: Ja, maar koning is in dit geval geen erfelijke functie. De stammen hadden allemaal hun eigenheid. Sommige werden geleid door één koning, andere door twee. Bij nog andere heeft de stamoudste de leiding. De koningen traden meestal op de voorgrond in tijden van onrust en oorlog, als er problemen waren om de groep samen te houden. Caesar schrijft dat Ambiorix beweerde dat hij niet meer te zeggen had over de leden van zijn stam dan zij over hem te zeggen hadden. Koning van de Eburonen was dus een titel die je moest verdienen en die in vredige tijden aan belang inboette.

Caesar zou later wraak hebben genomen door de Eburonen tot de laatste man uit te moorden. Wat weten we daar precies over?

Demarsin: Het was in elk geval de grootste nederlaag die Caesar hier heeft opgelopen en zijn frustratie zal groot geweest zijn. We weten niet of het in de originele tekst stond of dat het er later is bijgeschreven, maar De bello Gallico zegt dat Caesar gezworen heeft zijn haar en baard te laten groeien zolang hij Ambiorix niet te pakken heeft gekregen. Ambiorix is volgens Caesar een van de weinigen die konden ontkomen. Hij verdween, zoals men dat zegt, in de nevelen van de geschiedenis. Voor de rest zou iedereen uitgemoord zijn en werden alle dorpen met de grond gelijkgemaakt. Maar volgens recent onderzoek is de kans klein dat alle Eburonen werden uitgemoord, waarschijnlijk zijn ze later ongemerkt opgegaan in de Tungri. Dat was wellicht een verbond van stammen van over de Rijn, die zich hier in het lege Eburonengebied hebben gevestigd, terwijl de Bataven in het noorden gingen wonen.

Ambiorix verdween in de nevelen van de geschiedenis, maar u toont wel zijn zwaard?

Demarsin: Het zwaard van Schulen is gedateerd rond 50 jaar voor Christus, dus in de periode van de beruchte veldslag van Atuatuca. Het is een lang Keltisch slagzwaard dat werd gevonden in het midden van het gebied van de Eburonen. Het werd gehanteerd door iemand die te paard zat, dus wellicht een aristocraat of een koning. Het is dus verleidelijk om te spreken van het zwaard van Ambiorix.

Zijn er vondsten die echt op het bestaan van Ambiorix wijzen?

Demarsin: Er zijn geen echte materiële bewijzen, maar er zijn wel tal van voorwerpen opgegraven die rechtstreeks uit de leefwereld van de Eburonen ten tijde van Caesar komen. Daar valt vaak veel informatie uit te putten. Zo tonen we uit onze eigen collectie de muntschat van Heers, waarvan de meeste stukken staters van de Eburonen zijn. De aanmunter was waarschijnlijk een Eburoonse aristocraat. Het is zelfs mogelijk dat Ambiorix zelf de staters liet aanmaken om er steun van andere stammen mee af te kopen.

De muntschat die werd aangetroffen in de Maastrichtse wijk Amby bestaat eveneens voor een groot deel uit Eburonenstaters, maar bevat ook munten van Germaanse stammen die zich aan de overkant van de Rijn bevonden. Dat is interessant. Caesar vertelt immers dat Ambiorix voor de hinderlaag een beroep zou hebben gedaan op Germaanse huurlingen die van over de Rijn kwamen en op twee marsdagen verwijderd waren van de plaats waar de troepen van Caesar hun winterkamp hadden.

Willems: Een andere goudschat werd op het verkavelde oude voetbalveld van Beringen gevonden. Een man was midden de jaren negentig zijn kelder aan het uitgraven toen hij op iets stootte dat hij eerst aanzag voor fragmenten van een luchter. Zijn partner heeft met de vondst maandenlang in haar handtas rondgelopen. Toen ze aan een juwelier in Beringen vroeg om de stukjes om te smelten, gaf hij de raad om eerst het museum te contacteren. Hier sprongen we een gat in de lucht: het bleken Keltische munten te zijn, een stuk van een armband en elementen van drie halsringen van aristocraten, zoals Ambiorix er ook wel een zal hebben gedragen. We hebben vier miljoen frank voor de goudschat betaald. De taxatie was gebaseerd op de grotere muntschat van Niederzier, nabij Aken, die er erg op lijkt. Het vermoeden bestaat dat de halsringen en armbanden in eenzelfde soort atelier zijn gemaakt, al is de goudschat van Beringen ouder (tweede helft tweede eeuw voor Christus, nvdr).

In het prille België was Boduognat, de leider van de Nerviërs, aanvankelijk de uitverkoren Oude Belg van schilders en schrijvers. Is er over hem meer bekend dan over Ambiorix?

Demarsin: Boduognat wordt door Caesar maar één keer vermeld en Ambiorix 32 keer. Voor Caesar was het alvast duidelijk wie de belangrijkste was. (lacht) In België heeft Boduognat in het midden van de negentiende eeuw inderdaad een aantal standbeelden gekregen als nationale held, maar zijn lot is triester dan dat van Am-biorix. Het hoofd van Boduognat ligt nu in de Antwerpse zoo, ergens in de buurt van de apenkooi. Hij stond in Antwerpen ergens op een pleintje maar is op een bepaald moment van zijn sokkel gehaald.

(Eric Bracke)

Lees meer over:
Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content