Kijken in de wereld van Bruegel

Pieter II Brueghel, De bruidsstoet (1627). Olieverf op paneel. (De Jonckheere, Genève)

Dit jaar is het 450 jaar geleden dat Pieter Bruegel de Oude (±1525/1530-1569) in Brussel overleed. Zijn nalatenschap is groots: als geen ander wist hij het aardse leven in verstilde taferelen en miniaturen vast te leggen. Bruegels toon is lieflijk, humoristisch, realistisch en gruwelijk en getuigt van een groot inlevingsvermogen. Bruegel werd beïnvloed door het humanisme, dat in zijn tijd opgang maakte in de Vlaamse steden. De geest van de meester wordt opgeroepen met tal van grote en kleine tentoonstellingen, kunstmanifestaties en wandelingen in België – en ook een beetje in Frankrijk.

Wat Frankrijk betreft: een bezoek aan tentoonstelling Feesten en Kermissen ten tijde van de Bruegels in het Musee de Flandre te Cassel, nabij Poperinge, is een verrassende ervaring. Aan de hand van schilderijen van zonen Pieter en Jan en vele tijdgenoten maakt de bezoeker een rondgang langs uitgelaten dorpspleinen en dampende herbergen. Het verrassende is vooral dat de moderne kijker een blik op het dorpsleven in de Zuidelijke Nederlanden van de 16de en 17de eeuw krijgt voorgeschoteld. Geen bisschop of hertog aan de muur te bekennen, wat een verademing is. Welkom dus in de alledaagse wereld, die af en toe ook eens op zijn kop moest staan als er weer eens een heilige jarig was of er getrouwd werd. Het huwelijk was in de 16de eeuw vooral een zakelijke overeenkomst, waarbij specifieke wetten en mores golden. Op De Bruiloftsstoet van Pieter de Jonge – waarschijnlijk een compositie van zijn vader die diverse malen werd gekopieerd – lopen mannen en vrouwen gescheiden naast elkaar, waarmee diverse allianties (mannen, vrouwen, families) werden gedemonstreerd. Ook schrijdt de bruid in plechtig zwart, een teken van welstand. Het werk contrasteert enigszins met veel andere schilderijen en gravures, die bol staan van muziek, dans, drank en erotische toespelingen. Vaak humoristisch en grof, soms moraliserend.

Frans Pourbus, De Verloren zoon, zijn geld verbrassend. Olieverf op doek. (Museum Mayer van den Bergh Antwerpen/Bart Huysmans)
Frans Pourbus, De Verloren zoon, zijn geld verbrassend. Olieverf op doek. (Museum Mayer van den Bergh Antwerpen/Bart Huysmans)

De lijst met bruiklenen uit andere musea is imposant, maar de thematisch ingerichte zalen zijn niettemin bescheiden ingericht. Dit vergroot het kijkplezier enorm. Wie een feest observeert, kan niet genoeg krijgen van de talrijke situaties en voorvallen die zich voor het oog ontvouwen.

Pajottenland

Om zijn liefde voor volkse scènes werd Pieter de Oude de ‘Boerenbreugel’ genoemd, hoewel hij altijd in de bloeiende Vlaamse steden woonde. In 1563 vestigde hij zich in Brussel, van waaruit hij geregeld naar het westelijk gelegen Pajottenland trok. Rond Dilbeek schilderde hij De terugkeer van de kudde (1565) en De ekster op de galg (1568), werken waarop de watermolen van Sint-Gertrudis-Pede is te zien. Hier schilderde hij ook de De parabel van de blinden (1568), met op de achtergrond de kapel van Sint-Anna-Pede. Tussen deze twee nog altijd bestaande ijkpunten is de wandeling ‘De Blik van Bruegel’ uitgezet, waarin het historische landschap geïnterpreteerd wordt door diverse kunstenaars.

David Vinckeboons, Voor de herberg van het dorp (ca. 1603-1608). Tekening, (Rijksmuseum Amsterdam)
David Vinckeboons, Voor de herberg van het dorp (ca. 1603-1608). Tekening, (Rijksmuseum Amsterdam)

Biedt het zogeheten vogelperspectief van de meester ons een panoramische blik op zijn tijd, nu stap je als het ware het schilderij binnen. Zo plaatst landschapsarchitect Bas Smets in ‘Des craeyen ende raeven aes’ de verticaal gerichte folterwielen uit De Triomf van de Dood terug op het Kapelleveld. Het is een strenge compositie, die ons anders laat kijken naar elementen uit Bruegels werk. Losgemaakt uit de context van het schilderij, zijn het dragers van allerlei associaties.

Overigens is kunst een breed begrip: geografisch middelpunt van de wandeling is het spoorviaduct over de Pedevallei, die 25 treinen per uur draagt. Destijds (1932) een enorme ingreep in het land, nu daarin geïntegreerd. Zoals Bruegels schilderijen composities zijn van diverse landschappen, zo vertelt deze expositie dat landschap voortdurend in beweging is, voortdurend een afspiegeling is van onze gedeelde normen en waarden.

Na 450 jaar doet Pieter de Oude nog altijd een beroep op ons inlevingsvermogen. Deze exposities bieden de kans rond te lopen in zijn tijd (in Cassel) en zijn land (in Dilbeek). Wie hem echt wil leren kennen, moet dus snel afreizen.

MEER WETEN?

www.bruegel2019.be

www.flemishmasters.com

Cassel (F)

Musée de Flandre

26 Grand’ Place

0033-35 97 34 559

www.museedeflandre.fr

Feesten en Kermissen ten tijde van de Bruegels

Tot en met 14 juli, ma-zo 10-18

Bas Smets, Des craeyen ende raeven aes. (Michiel De Cleene)
Bas Smets, Des craeyen ende raeven aes. (Michiel De Cleene)

Partner Content