Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865): de strijd tussen Noord en Zuid waarbij 620.000 mensen stierven
Toen op 12 april 1861 in de haven van Charleston de troepen van de Geconfedereerde Staten van Amerika het vuur openden op Fort Sumter, een onderbemand bastion van het leger van de Verenigde Staten van Amerika in het zich afscheidende Zuid-Carolina, sloeg een smeulend conflict om in bloedige burgeroorlog. De Secessieoorlog of de Amerikaanse Burgeroorlog zou uiteindelijk aan 620.000 mensen het leven kosten. En ook na afloop bleven Noord en Zuid in de VS nog decennialang verdeeld.
De Amerikaanse Burgeroorlog of Secessieoorlog was de eerste echte industriële oorlog, waarin gebruik werd gemaakt van voor die tijd technisch hoogstaande wapens. Zo beschikten beide partijen over een nieuw soort kogel, de Minié ball, waarmee ze hun musketten sneller konden laden en de tegenstander op een grotere afstand konden treffen. In combinatie met oude man-tegen-mangevechten leverde dat bij elke veldslag opnieuw massale slachtpartijen aan beide zijden op. Het is veelzeggend dat de overwinnaar, het Noorden of de Unie, bijna een derde meer soldaten in het strijdgewoel verloor dan de Geconfedereerde troepen van het Zuiden. Het was een bijzonder bloedige oorlog waarin een recordaantal amputaties werd uitgevoerd.
Tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog vatten voor het eerst in de oorlogs-geschiedenis fotografen post rond en op het slagveld. Daarom is deze 19e-eeuwse oorlog zo goed met beeldmateriaal gedocumenteerd. De spoorwegen, de telegraaf en de stoomschepen op de Mississipi speelden dan weer een beslissende rol in dit conflict. Het was in die zin al een voorafspiegeling van wat de Eerste en Tweede Wereldoorlog aan technisch-strategische ontwikkelingen en wreedheden zouden laten zien. Het interne conflict kon ook op veel internationale interesse rekenen. Frankrijk en Groot-Brittannië hadden allebei belang bij de uitkomst van de oorlog en waren aanvankelijk bereid de Geconfedereerde Staten van Amerika te erkennen. Een Noord-Amerikaans continent dat in kleinere staten was onderverdeeld, kon voor beide Europese grootmachten, die er hun invloed wilden behouden of uitbreiden, immers gunstig zijn.
Afschaffing van de slavernij
Verhinderen dat het tot zo’n schaalverkleining kwam, was net dé inzet voor Abraham Lincoln. Ook al werd hij in het Zuiden voor een radicale abolitionist versleten, zijn verkiezingsprogramma was een voorstel tot compromis. Niet de afschaffing van de slavernij was zijn voornaamste zorg, wel het behoud van de Unie, het voortbestaan van de Verenigde Staten van Amerika. Lincoln was geen pure idealist. ‘Hij zag het inperken van de slavernij als een strategische zet, een middel om de Unie en de grondwet te redden’, vertelt Hanneke Siebelink, auteur van Abraham Lincoln, Over Mezelf, een biografie van Abraham Lincoln.
Lincoln beklemtoonde dat het niet zijn bedoeling was de slavernij in de Zuidelijke slavenstaten te verbieden, maar wel om slavernij niet toe te staan in de pas verworven Territories, de nieuwe gebieden in het Westen, die wilden aansluiten bij de VS. Zijn compromis kon Zuid-Carolina niet bekoren en na Lincolns verkiezing tot president scheidde Zuid-Carolina zich als eerste af van de Unie. Begin februari 1861, een maand voor de inauguratie van Lincoln als 16e president, hadden ook Mississippi, Florida, Alabama, Georgia, Louisiana en Texas dat gedaan en kozen de piepjonge Geconfedereerde Staten van Amerika een eigen president, de Democraat Jefferson Davis.
Dat de onenigheid tussen Noord en Zuid zou ontaarden bij de verkiezing van Lincoln, was geen verrassing. De discussie over de uitbreiding van slavernij naar de Territories was al sinds de jaren vijftig van de 19e eeuw aan de gang. En er was ook de na-ijver tussen de groeiende industriële economie van het Noorden en de anachronistische, op slavenarbeid drijvende landbouweconomie van het Zuiden. Dat voelde zich door het Noorden economisch sterk bedreigd en moreel geminacht.
Dat die twee delen van de VS zo’n verschillende cultuur hadden, noemt de Britse oorlogshistoricus Brian Holden Reid in zijn klassieker The Origins of the Civil War het gevolg van het waanzinnige tempo waarin en de geografische schaal waarop de Verenigde Staten zich uitbreidden. Dat riep volgens Reid centrifugale krachten op die de verschillende staten uit elkaar dreven op cultureel en economisch vlak.
Twee grote partijen: Republikeinen en Democraten
Daarnaast was ook een grondwettelijke discussie oorzaak van de kloof tussen Noord en Zuid. Hoe verhouden de individuele staten zich tegenover het centrale gezag ( Congress, de president) in Washington D.C. en omgekeerd? Welke mate van zelfbeschikkingsrecht krijgen de staten? Kunnen ze bijvoorbeeld eenzijdig hun band met de Unie opzeggen? En hoe wordt individuele vrijheid gedefinieerd? Is iedereen gelijk? Is het recht op persoonlijk bezit van een Amerikaanse burger absoluut, ook als dat bezit een mens is? Het is rond die vragen – die ontkiemden kort na de onafhankelijkheid van de VS en hun wortels hebben in discussies tussen een aantal van de Founding Fathers, onder wie Thomas Jefferson – dat de breuklijn tussen de Noordelijke en Zuidelijke staten, maar ook tussen de twee grote traditionele partijen, de Republikeinen en de Democraten, vorm kreeg.
Beide partijen appelleerden aan dezelfde democratische principes, maar vanuit een ander perspectief. En de breuklijn was niet absoluut. Volgens Siebelink was de bekendste zuidelijke generaal Robert E. Lee, bevelhebber van de Geconfedereerde troepen, geen voorstander van de slavernij, maar wel trouw aan zijn thuisstaat Virginia. ‘En de Noordelijke bevelhebber en latere president Ulysses S. Grant had wel slaven, tot in 1865’, voegt ze eraan toe.
Het afscheidingsidee werd bovendien niet in het hele Zuiden gedragen. Sam Houston, de legendarische eerste gouverneur van Texas, bleef trouw aan de Unie en stapte uit de politiek toen ‘zijn’ Texas de band met Washington doorknipte. In het slavenvrije Noorden was het dan weer geen onverdeeld paradijs voor zwarten. Toen de Burgeroorlog er in 1863 sterk aan populariteit verloor, werden in New York zelfs zwarten gelyncht. Zij kregen de schuld voor de Burgeroorlog en werden door New Yorkse immigranten als concurrenten op de arbeidsmarkt gezien.
Vrijwilligers
Nochtans waren beide partijen bijzonder enthousiast aan de oorlog begonnen. In Noord en in Zuid waren de politieke leiders en de bevolking overtuigd van het eigen ideologische gelijk. Er dienden zich meer vrijwilligers aan bij de legers dan er bewapend konden worden. ‘In het Noorden heerste ook de overtuiging dat deze oorlog snel afgehandeld zou zijn. Aanvankelijk werd gedacht dat hij drie maanden zou duren, maar een oorlog, zodra die is begonnen, loopt altijd uit de hand’, aldus Siebelink. Beide partijen zouden elkaar op zee, in loopgraven, op het open veld en over een groot deel van het oosten van de huidige VS vier jaar aan een stuk bestoken, van 12 april 1861 tot 9 april 1865.
Ondanks de numerieke en technische overmacht van het Noorden, wilde het de eerste twee jaar van de Burgeroorlog voor de Unie maar niet vlotten. Tijdens de Eerste Slag bij Bull Run, een zijarm van de rivier Potomac in Virginia, werd het Unieleger vernederd. Toen vervolgens generaal Robert E. Lee opperbevelhebber van de Geconfedereerde troepen werd, leek het alsof de Unielegers verlamd waren. Lincoln, als burgerpresident zonder militaire ervaring de opperbevelhebber van het Unieleger, ergerde zich dood aan de besluiteloosheid van zijn generaals en verving de ene na de andere.
Na de vernedering bij de Bull Run koos Lincoln voor de Anacondastrategie van majoor-generaal Winfield Scott. Die had als doel om het Zuiden te omsingelen door de zuidelijke havens te blokkeren en het Zuiden in twee delen te splitsen door de rivieren Mississipi en Tennessee te controleren. Zo zou het Zuiden niet meer bevoorraad kunnen worden en kon het Noorden de Burgeroorlog door logistieke overmacht winnen. Lincoln had immers al snel ingezien dat de oorlog niet alleen op het slagveld zou worden beslecht. Het wijdvertakte spoornet in het Noorden, met drie keer zoveel kilometers aan spoorlijnen als in het Zuiden, kon worden gebruikt om materiaal en nieuwe troepen snel aan te voeren. En dankzij de telegraaf was de communicatie tussen het centrale bevel in Washington D.C. en de bevelhebbers op het strijdtoneel exponentieel efficiënter dan de communicatie tussen de Zuidelijke troepen.
Die strategische keuzes culmineerden in de overwinning van de Noordelijke troepen in Gettysburg, de inname door generaal Grant van Richmond, de hoofdstad van de Geconfedereerde Staten, en uiteindelijk in de overgave van generaal Lee in Appomattox en de eindoverwinning.
Blank en zwart
De Amerikaanse Burgeroorlog leeft vandaag nog sterk bij alle Amerikanen, maar in het bijzonder in de geesten van de Zuiderlingen, de historische verliezers. Volgens David Goldman, auteur van Still Fighting the Civil War: The American South and Southern History, zijn de erfgenamen van de Zuidelijke staten nog steeds aan het vechten, maar dan niet meer met echte wapens. Ze herbeleven de veldslagen van weleer door middel van re-enactments, en er wordt door zuiderlingen aan een vorm van parallelle geschiedschrijving gedaan die zich vooral uit in de andere naamgeving voor belangrijke veldslagen: de Slag bij Bull Run heet in het Zuiden bijvoorbeeld de Slag bij Manassas.
De Burgeroorlog had op het leven in het Zuiden dan ook een immense impact, die nog ruim honderd jaar zou doorwerken. Het Zuiden was gedemoraliseerd, zijn economie was vernietigd, en in het machtscentrum in Washington speelde het voor lange tijd niet meer mee. Bovendien werd de Reconstructie van de Unie na de moord op Lincoln geradicaliseerd, waardoor blanke zuiderlingen al helemaal van de federale overheid vervreemd raakten. Dat zwarten gelijke rechten kregen en ook mochten stemmen, was een logische uitkomst van een oorlog die rond de toekomst van slavernij en de zwarte Amerikaan draaide. Maar dat de blanke ex-slaveneigenaar (tijdelijk) zijn rechten verloor, was voor zuiderlingen een stap te ver.
Lincoln had nochtans andere reconstructieplannen, waarmee hij Noord en Zuid na een oorlog met zo veel verliezen in beide kampen, met elkaar wilde verzoenen. Maar hij werd vijf dagen na de overgave van Lee vermoord en de Reconstructie draaide dus anders uit. Het resultaat was dat nog voor de federale troepen het Zuiden in 1877 verlieten, de slavernij was omgezet in een uitgesproken discriminatie van de zwarte ex-slaaf en een strenge segregatie tussen blank en zwart. Die situatie zou duren tot de Burgerrechtenbeweging in de jaren 1960 gelijke rechten voor zwarten afdwong.
Spoorwegen zorgt voor economische groei
Terwijl het Zuiden zijn wonden likte, kregen het noorden en het westen van de Verenigde Staten vleugels. In 1862 had president Lincoln al groen licht gegeven voor de bouw van de eerste Transcontinental railroad, die over de Grote Vlakten van de Midwest het oosten van de VS met het westen moest verbinden. In 1869 was hij klaar en in het spoor van denderende treinen die nog op het ritme van de oorlogseconomie reden, begon de bevolking en de ontwikkeling van het Amerikaanse heartland. Het resultaat was een enorme economische en demografische boost. Tegen 1870 waren de VS meer dan voorheen één natie, met de grootste economie ter wereld en met een bevolkingsgroei van 22 procent.
Voor Hanneke Siebelink is de echte erfenis van de Amerikaanse Burgeroorlog de consolidatie van het belangrijkste principe uit de Onafhankelijkheidsverklaring en de Amerikaanse Grondwet. ‘Een gelijke kans voor iedereen, wat ook je achtergrond is. Meer nog dan het al dan niet laten bestaan van slavernij ging het in de Burgeroorlog over het behoud van dat principe. Barack Obama was een exponent van die idee: een zwarte man, van bescheiden afkomst, zonder ervaring, die het helemaal op eigen kracht heeft gedaan.’ Een beetje zoals zijn voorganger Abraham Lincoln?
Lincoln heeft het zelf het helderst verwoord tijdens een aanmoedigingsspeech voor een regiment soldaten in augustus 1864: ‘Ik ben het levende bewijs dat elk van jullie kinderen het vooruitzicht heeft om hier te staan zoals het kind van mijn vader. (…) Het is opdat elk van jullie gelijke privileges heeft in de race van het leven, met alle mogelijke menselijke ambities, dat de strijd moet worden voortgezet. Opdat we ons geboorterecht niet verliezen. Het is belangrijk voor de natie te vechten, om zo’n onschatbaar juweel veilig te stellen.’
DOOR JEROEN BERT