De Watergeuzen

Anne Doedens en Jan Houter

Een vergeten geschiedenis, 1568-1575

Walburg Pers, Zutphen 2018

192 blz., ? 19,95 ISBN 978 94 624 9286 8

Aan de vooravond van de herdenking van de Opstand komt dit boek over de rol van de geuzen niks te vroeg. Ons beeld van de watergeuzen plaatst hun acties in de mondingen van Maas en Schelde. ‘Den Briel’, hoor je dan al snel. Maar Vlie en Marsdiep waren veel belangrijker: hierlangs kwamen de rijkbeladen schepen vanuit het Balticum naar Amsterdam, naar de Zuiderzeesteden, prooien voor de geuzen. De watergeuzen zijn een wonderlijk verschijnsel in de geschiedenis: enkele jaren nadrukkelijk aanwezig om tamelijk plotseling in het niets te verdwijnen. De geuzenbendes bestonden uit gevluchte Waalse edelen, vissers, avonturiers, dieven, oproerlingen, Fransen, Duitsers, Schotten, Friezen, Hollanders. Vast staat dat het uitermate bedreven zeelieden waren, lastige desperado’s die tot een geduchte militaire tegenstander uitgroeiden, mobiel en onvoorspelbaar. De Spanjaarden (Caspar de Robles, Alva) kregen er moeilijk vat op.

De geuzennesten bevonden zich vooral net buiten de grenzen, in het graafschap Oost-Friesland, Emden en Norden met name. Hier tolereerde graaf Edzard II dat ze geroofde goederen in geld omzetten. Ze enterden koopvaarders, stalen de lading, gijzelden de bemanningen en eisten succesvol smakken losgeld. Maar ze pleegden ook terreur op de Waddeneilanden, staken kerken in brand, vermoordden overheidsdienaren. Hoewel het Taliban-achtige terrorisme van de geuzen de Opstand wel degelijk vooruit hielp, dachten ze vooral aan zichzelf. Puttend uit de literatuur, maar ook veel nieuw archiefonderzoek in Den Haag en Brussel, sommen de auteurs een lange reeks geuzenacties op, waar de lezer alras de draad wat kwijt raakt, of zijn concentratie verliest. Dat overkwam Alva en Oranje niet: opvallend hoe alert, gedetailleerd en snel zij op de hoogte werden gehouden van alle acties, en reageerden.

Partner Content