De personenweegschaal

Toenmalig koningin Juliana op de weegschaal, 1963. Juliana vertrok dat jaar met gevolg vanaf vliegbasis Soesterberg voor een staatsbezoek aan Perzië (Iran). Voor vertrek met een Fokker Friendship werd het gewicht van de passagiers gecontroleerd. (Fotocollectie Anefo/NA)

Tijd voor een pijnlijke vraag. Maar nu we alweer een poosje op weg zijn in het nieuwe jaar moet hij gesteld worden: wat is er terechtgekomen van onze goede voornemens? Zoals ein-de-lijk eens serieus werk maken van afslanken. Met als onverbiddelijke arbiter de weegschaal

Want de kans dat goede voornemens zijn gemaakt is groot. Jaarlijks geeft driekwart van de mensen aan vanaf 1 januari het leven te willen beteren. Daarbij staat de wens af te vallen al jaren in de top drie. We vinden ons gewicht belangrijk. De weegschaal is voor veel mensen letterlijk een ijkpunt van welbevinden geworden. Hoe is dat zo gekomen en was dat altijd al zo? Wat bezielde de mens zichzelf te gaan wegen?

Om te kunnen wegen zijn weegtoestellen nodig en die zijn er al heel lang. Ze waren onmisbaar voor de handel en de inning van belastingen, lange tijd vooral in natura. De behoefte om mensen te wegen, laat staan jezelf, is pas veel later ontstaan. In het oude Egypte dacht men dat het hart van een overledene werd gewogen. Was het hart licht genoeg dan kreeg de dode toegang tot de hemel. Was het door zonden te zwaar, dan werden hart en lichaam verslonden door het monster Ammut en moest de ziel voor eeuwig ronddolen.

Waarom zou je?

De interesse in het lichaamsgewicht was eeuwenlang klein. Pas wanneer iemand buitensporig zwaar was werd dat als een curiosum opgemerkt. Het verband tussen gewicht en gezondheid moest nog ontdekt worden. De eerste afbeeldingen van het wegen van een mens draaien dan ook niet om wetenschappelijke nieuwsgierigheid, maar om het tonen van status en rijkdom. Ze zijn te zien op prenten uit het Indiase Mogolrijk uit de 16de eeuw. Daar werd het gewicht van de keizer jaarlijks gewogen met goud en zilver als contrabalans waarna de kostbare metalen onder de armen werden verdeeld.

Beroemd is de heksenwaag van Oudewater. Deze uit 1482 daterende goederenweegschaal kreeg in 1545 als enige in Europa van keizer Karel V het privilege vermeende heksen te mogen wegen. Wie verdacht werd van hekserij kon er zijn gewicht laten bepalen en zo het Certificaet van Weginghe krijgen dat de verdachte vrijpleitte.

Het wegen van mensen uit puur wetenschappelijke interesse begint bij de Italiaanse arts Santorio Santorio (1561- 1626). Santorio was nieuwsgierig naar de stofwisseling van de mens. Voor zijn onderzoek maakte hij een speciale weegstoel waarmee hij bijhield wat gedurende de dag het gewichtsverloop was, met weging van voedsel, ontlasting en transpiratie.

Rolschaatsend vioolspelen

De meest kleurrijke figuur uit de geschiedenis van de personenweegschaal is wel Jean Joseph Merlin (1735-1803), een Belgische uitvinder, instrumenten- en klokkenmaker afkomstig uit het stadje Hoei, gelegen aan de Maas, net onder Luik. In 1760 vestigde hij zich in Londen en werd daar met zijn mechanische werken als snel de lieveling van de Britse elite. Hij bouwde omstreeks 1772 de eerste weegschaal voor persoonlijk gebruik. Merlin geldt trouwens ook als de vader van de rollerskate. Het verhaal gaat dat hij zijn rolschaatsen met graagte op soirees demonstreerde, daarbij ook nog eens viool spelend. Die combinatie was blijkbaar nog niet zo eenvoudig, want op een keer kwam het tot een frontale botsing met een kapitale spiegel (waarde 500 pond) die in aan stukken ging en de uitvinder deerlijk gewond achterliet.

Deze advertentie uit de jaren twintig uit de vorige eeuw laat zien dat het gebruik van de weegschaal in die tijd gemeengoed wordt.
Deze advertentie uit de jaren twintig uit de vorige eeuw laat zien dat het gebruik van de weegschaal in die tijd gemeengoed wordt.

De personenweegschaal bleef nog tot ver in de 19de eeuw vooral toch een technisch eigenaardigheidje voor de rijken. De gewone man maakte kennis met de personenweegschaal in het laatste kwart van de 19de eeuw. Er kwamen weegautomaten die na inworp van een muntje het gewicht toonden. Die eerste toestellen waren enorm in omvang en werden geplaatst bij bijvoorbeeld drogisterijen, apotheken, treinstations maar ook op kermissen. Deze weegschalen namen een hoge vlucht en waren in de jaren dertig, zeker in de VS, overal te vinden. Door de vorm staan ze bekend als ‘lolly weegschalen’.

Slankheid komt in de mode

Producenten bedachten steeds nieuwe trucjes om de mensen op de weegplaat te lokken. Zo waren er waarbij je van tevoren je gewicht kon schatten. Had je het goed, dan kreeg je je geld weer terug. Bijzonder was ook de pratende weegschaal uit 1903, die door een ingenieus systeem via een ingebouwde grammofoonplaat het gewicht liet horen. Razend populair werden de weegschalen die het gewicht afdrukten op fotoplaatjes van filmsterren. Zo kon een hele verzameling worden aangelegd. Was de weegschaal in de begintijd vooral nog een vorm van entertainment, in de medische wereld werd hij, naarmate de kennis over de samenhang tussen gewicht en gezondheid groeide, steeds meer gemeengoed.

De Health-o-Meter, geproduceerd omstreeks 1925, gebruikte het verband tussen gezondheid en gewicht als belangrijk verkoopargument.
De Health-o-Meter, geproduceerd omstreeks 1925, gebruikte het verband tussen gezondheid en gewicht als belangrijk verkoopargument.

Omstreeks 1913 verschijnt vanuit Duitsland een nieuw soort weegschaal op de markt. Het zijn handzame plateauweegschalen die, in tegenstelling tot de muntautomaten, uitdrukkelijk bedoeld waren voor gebruik in huis. In Amerika maakte een variant onder de naam Health-o-Meter furore, daarmee al duidelijk inspelend op het ontluikende gezondheidsaspect. Voeg daarbij het slankheidsideaal dat na de Eerste Wereldoorlog mode werd en de sterk stijgende vraag naar dit soort thuisweegschalen is verklaard.

Weegschaal als huistiran

In 1936 ontstaat de platte weegplaat. Een eenvoudige metalen weegschaal met daarin verborgen een veer die via een draaischijf door een kijkvenster het gewicht aangeeft. Sindsdien is er eigenlijk niet heel erg veel veranderd. Goed, ze zijn elektronisch geworden. Sommige meten nu ook het vetpercentage en ja, natuurlijk kunnen ze tegenwoordig gekoppeld worden aan de smartphone en je berichtjes sturen. Obesitas is een groot probleem geworden en daarmee is de rol van de weegschaal alleen maar toegenomen. Soms lijkt het wel of alles om gewicht draait. Er wordt zelfs beweerd dat de ziel 21 gram weegt. De weegschaal is een huistiran geworden. De ongemakkelijke getuige van het heen en weer tussen afvallen en aankomen. In 1967 was er een publieksweegschaal die gratis het gewicht gaf. Daarvoor moest je wel eerst snoep kopen uit de automaat waarvan de weegschaal een onderdeel was. Toegegeven, zo vals is de personenweegschaal niet.

Op weegschalen van de Nederlandse firma Van Berkel was met een stalen pijl duidelijk de inworpgleuf aangegeven (ca. 1950). Ze stonden in de openbare ruimte, of in winkels, zoals drogisterijen.
Op weegschalen van de Nederlandse firma Van Berkel was met een stalen pijl duidelijk de inworpgleuf aangegeven (ca. 1950). Ze stonden in de openbare ruimte, of in winkels, zoals drogisterijen.

MEER WETEN?

Kijk op https://www.webimed. net/geschiedenis.html en klik op weegschaal en obesitas voor een uitgebreide tijdlijn.

Wie er oog voor heeft kan her en der nog verweesde oude publieke weegschalen vinden. Hier een exemplaar afkomstig van de Nederlandse firma Van Berkel, ergens in de straten van Wenen.
Wie er oog voor heeft kan her en der nog verweesde oude publieke weegschalen vinden. Hier een exemplaar afkomstig van de Nederlandse firma Van Berkel, ergens in de straten van Wenen.
Het regelmatig wegen van baby's is een vast ritueel om hun ontwikkeling te volgen. Foto uit 1936. (Fotocoll. Van de Poll)
Het regelmatig wegen van baby’s is een vast ritueel om hun ontwikkeling te volgen. Foto uit 1936. (Fotocoll. Van de Poll)

Partner Content