De Medici van Amerika

Meyer Guggenheim in 1895 met vijf van zijn acht zoons, onder wie museumstichter Solomon.; Murry Guggenheim; Isaac Guggenheim; Meyer Guggenheim; Daniel Guggenheim; Solomon R. Guggenheim; Simon Guggenheim II. © BEELDBRON: AKG/SCIENCE SOURCE, ISTOCKPHOTO.COM/ KATIV, WIKIMEDIA/JEAN-CHRISTOPHE BENOIST

Net als de Rockefellers, Astors en Vanderbilts brachten de Guggenheims een enorm familiekapitaal bijeen. Van het succes dat ze als ondernemers en beleggers hadden, lieten ze gaandeweg de wereld meeprofiteren: ze werden filantropen en mecenassen.

Geen Guggenheim zo extravagant als Peggy, die naast schilderijen en honden ook heel veel aimants verzamelt. Of toch haar vader Benjamin? Die was het beroemdste slachtoffer van de ramp met de Titanic: na de aanvaring met een ijsberg hulde deze getrouwde maar overspelige bon-vivant zich in alle rust in zijn beste pak om daarna zijn Franse geliefde in een reddingsboot te helpen. Zelf verdronk hij in het ijzige water. En wat te denken van Harry, Peggy’s neef en gepassioneerd amateurvlieger? Die bestond het zijn neus op te halen voor luchtvaartpionier Charles Lindbergh: ‘Die? Met hem wordt het nooit wat – een geboren mislukkeling!’

In Zwitserland konden zij ‘by malkander niet komen‘, in de VS wel

Peggy, Benjamin en Harry – drie karakters met stijl die nog altijd behoren tot de meest kleurrijke figuren die de wijdvertakte familie Guggenheim voortbracht en die de familienaam een mythische klank geven. Een familie die door een schrijver ooit werd betiteld als ‘de Medici van Amerika’, omdat de Guggenheims niet alleen een onmetelijke fortuin vergaarden, maar daar ook een flinke portie van afstonden voor liefdadigheid en cultuur.

Het begon allemaal in de Elzas van de 17de eeuw, in het plaatsje Gougenheim. Als het dorp zijn Joodse inwoners het verblijfsrecht ontneemt, strijkt de familie neer in het Zwitserse Lengnau. Daar duiken de Guggenheims voor het eerst in 1696 op de in oorkonden. Dat is opmerkelijk, want eigenlijk tolereert Lengnau alleen welgestelde Joden. Maar als Isaäc Guggenheim in 1807 sterft, is hij de rijkste Jood van Lengnau. Zijn nalatenschap bestaat uit 830 gouden en zilveren munten, porselein, pannen, een koffiekan, vier donzen dekbedden, negentien lakens, vijftien handdoeken en acht nachthemden.

Isaäcs kleinzoon Simon Guggenheim I wordt dan de stichter van de beroemdste tak van de familie. Hij verdient een zuinig belegde boterham als kleermaker, verkoopt knopen, veters, fournituren, maar ook potten en pannen. Na de dood van zijn vrouw in 1836 staat Simon er met vijf kinderen alleen voor. Hij wordt verliefd op de weduwe Rachel Meyer, maar de Zwitserse autoriteiten zijn de Joden niet welgezind en weigeren hun toestemming voor het huwelijk met het voorwendsel dat het beide kandidaten aan het nodige vermogen ontbreekt. Daarom besluiten Simon en Rachel in 1847 naar Amerika te emigreren. Met een sleep van twaalf kinderen en een aantal verwanten landen ze in Philadelphia. Het Amerikaanse succesverhaal kan beginnen.

Kunst van Kandinsky In het Guggenheim-museum in Manhattan hangen veel werken van deze Russische avant-gardeschilder.
Kunst van Kandinsky In het Guggenheim-museum in Manhattan hangen veel werken van deze Russische avant-gardeschilder. © BEELDBRON: AKG/ARCHIVIO CAMERAPHOTO EPOCHE, ISTOCKPHOTO.COM/APOMARES, WIKIMEDIA, WIKIMEDIA/PIRIE MACDONALD, WIKIMEDIA/SOLOMON R.

Voorlopig echter ontbreekt het geld om een nieuwe kleermakerij te openen. Simon gaat aan het werk als handelsreiziger. Zijn zoon Meyer (derde van links op de foto op de vorige blz.) komt als eerste Guggenheim in de industrie terecht. Hij heeft een neusje voor goede beleggingen en verdient een klein vermogen met spoorwegaandelen, doet daarmee grondaankopen en wordt niet teleurgesteld in zijn hoop daar koper, lood en zilver te kunnen delven. Biograaf John H. Davis merkt daarover op: ‘Wat de familie zeer rijk maakte, was het vermogen om ontwikkelingen te voorzien.’

Waarheen met al dat geld? Kopen, kopen, kopen – en liefdadigheid

Meyer en de andere Guggenheims investeren de vorstelijke rendementen in koper, steenkool, ijzer en bossen. Van Alaska tot Bolivia delven ze diamanten. Bij tijd en wijle raken de Guggenheims wegens uitbuiting van mijnwerkers in opspraak. Toch steekt zowel de eerste als de tweede generatie van de familie al geld in liefdadigheid. Ze betalen mee aan ziekenhuizen, doneren aan welzijnsorganisaties. De derde generatie, de kinderen van Meyers zeven zonen, voldoen intussen geheel en al aan het cliché van rijkeluiskinderen: het zijn overtuigde hedonisten en ze besteden meer tijd aan een opwindend society-leven dan aan zaken doen. Daniel Guggenheims zoon Robert, kleinzoon van Meyer, liet zich ooit ontvallen: ‘In elke rijke familie is er minstens één gentleman die zich uitsluitend aan zijn privé-leven wijdt. Ik heb besloten dat ik degene ben die deze functie gaat vervullen.’

Bijzondere architectuur Al 25 jaar het visitekaartje van het Noord-Spaanse Bilbao: het Guggenheim-museum aldaar.
Bijzondere architectuur Al 25 jaar het visitekaartje van het Noord-Spaanse Bilbao: het Guggenheim-museum aldaar. © BEELDBRON: AKG/ARCHIVIO CAMERAPHOTO EPOCHE, ISTOCKPHOTO.COM/APOMARES, WIKIMEDIA, WIKIMEDIA/PIRIE MACDONALD, WIKIMEDIA/SOLOMON R.

Harry Frank Guggenheim, een andere kleinzoon van Meyer, is diplomaat van beroep en dient van 1929 tot 1933 als Amerikaans ambassadeur in Cuba. Hij spendeert flink aan zijn passies – paardenfokkerij, luchtvaart en het uitgeven van dagbladen, maar begint ook na te denken over wat de familie later aanmoet met haar intussen astronomische rijkdom. Harry Frank is de eerste in de clan die de Guggenheims op een filantropische toekomst voorbereidt. Hij richt een aantal stichtingen op, waaronder een voor luchtvaartprojecten.

Zijn nicht Peggy, dochter van Titanicslachtoffer Benjamin, is dan degene die de naam Guggenheim tot een begrip onder kunstverzamelaars maakt. De New Yorkse, vanaf 1941 korte tijd getrouwd met de schilder Max Ernst, weet als autodidact een fijne neus voor belangrijke kunstwerken te ontwikkelen – wat de smalende kunstcritici ook over haar als onnozel feestbeest mogen zeggen. Ze bouwt een indrukwekkende kunstcollectie op en haar Picasso’s, Calders en Mondriaans zijn nog altijd te bewonderen in haar Venetiaanse stadspaleis.

Het Joodse geloof speelt voor de huidige generatie geen rol meer

Aan haar oom Solomon R. Guggenheim is te danken dat er een wereldomspannende keten van Guggenheim-musea is ontstaan. Deze miljonair begint in de jaren dertig moderne Europese kunst van mensen als Wassily Kandinsky te verzamelen. In 1943 verleent hij de gerenommeerde architect Frank Lloyd Wright opdracht voor de bouw van het museum in Manhattan. Solomon overlijdt echter in november 1949, nog voor de bouw begonnen is. Uiteindelijk wordt het naar hem vernoemde museum in 1959 geopend en het is nog altijd een van ’s werelds meest vermaarde kunsttempels. Er komen nog dependances in Bilbao, Las Vegas en Berlijn (2012). Peggy’s collectie in Venetië maakt eveneens deel uit van de Guggenheim Foundation, maar zal in 2017 onderwerp van een verbitterde rechtsstrijd worden: Peggy’s kinderen en kleinkinderen voelen zich tekort gedaan door haar testament. De kleinkinderen delven echter voor de rechter het onderspit in hun miljoenenstrijd tegen de Foundation.

Het Guggenheim-museum aan de Fifth Avenue in Manhattan, in 1959 geopend.
Het Guggenheim-museum aan de Fifth Avenue in Manhattan, in 1959 geopend. © BEELDBRON: AKG/SCIENCE SOURCE, ISTOCKPHOTO.COM/ KATIV, WIKIMEDIA/JEAN-CHRISTOPHE BENOIST

Er zijn ook Guggenheims die in het krachtenveld van duitenpletterij en mecenaat liever hun eigen weg zoeken. Een van hen is de in 2020 overleden New Yorkse Iris Love, een achterachternicht van museumoprichter Solomon. Zij verwerft faam als een gepassioneerd archeologe en houdt daaraan de bijnaam ‘Indiana Jones in minirok’ over.

In november 1984 komen een paar honderd nazaten van Meyer Guggenheim bijeen voor een feest in het Solomon Guggenheim Museum aan de New Yorkse Fifth Avenue. Het is de laatst bekende grote familiebijeenkomst. Tegenwoordig leven de erfgenamen verspreid over Amerika en Europa en nog slechts weinigen van hen dragen de naam Guggenheim. Het geld verdienen hebben de ondernemers van weleer allang aan de managers overgelaten.

Ook van het Joodse karakter van de familie is niet veel meer over. Meyer geeft zijn zoons al geen echt religieuze opvoeding meer en de kinderen in de latere generaties groeien op in een christelijke milieu. Wat van de Guggenheims nog zichtbaar is, zijn vooral de adembenemende musea.

MEER WETEN

Een virtueel bezoek aan het New Yorkse Guggenheimmuseum en zijn meer dan 1.700 kunstwerken: www.guggenheim.org/collection-online

Kunst, luxe & lef

Benjamin Guggenheim – Als de Titanic in april 1912 zinkt, vindt de grootindustrieel waardig de dood.

Solomon R. Guggenheim – Met het eerste museum van de familie vestigt Solomon de naam ‘Guggenheim’ in de kunstwereld.

Peggy Guggenheim

Met hond en foute bril: de extravagante galeriehoudster temidden van haar moderne kunst in het Venetiaanse Palazzo Venier dei Leoni.

Partner Content