Factchecker: ’75 procent van alle adolescenten verlaat de schoolbanken met ernstige pestervaringen’
Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier meer over hoe we werken.
Dat zei jeugdpsychiater Marc Van Bellinghen onlangs in een interview in De Morgen. Maar klopt het wel?
’75 procent van alle adolescenten verlaat de schoolbanken met ernstige pestervaringen’, lazen we onlangs in De Morgen. ‘En dan heb ik het dus niet over wat plagerij’, zei in een interview jeugdpsychiater Marc Van Bellinghen, diensthoofd in het Onze-Lieve-Vrouwziekenhuis in Aalst. ‘Wij horen daar verschrikkelijke verhalen over – 75 procent, jawel! Zowel in het echte leven als online. Zo’n 10 procent houdt daar een posttraumatische stressstoornis aan over. Nu, we hebben dat onder controle. Daar zijn trajecten voor, onder meer met psychotherapie. We kunnen daar als psychiatrie wel weg mee.’
Drie op de vier jongeren: is pesten echt zo wijdverspreid?
Wetenschappelijke cijfers lopen uiteen omdat ook de definities van pesten verschillen. Maar alleen als je daders, slachtoffers en omstanders samentelt, is 75 procent misschien realistisch, stelt professor communicatiewetenschappen Heidi Vandebosch (UAntwerpen), die onderzoek doet naar cyberpesten. ‘Maar zo las ik het interview niet. Voor de doorsneekrantenlezer lijkt het alsof drie op de vier jongeren het slachtoffer zijn geweest van pesten. Dat klopt niet. Wereldwijd wordt naar schatting een op de drie jongeren gepest tijdens de kindertijd of adolescentie. Op school, in de sportclub, of elders.’
Wereldwijd wordt naar schatting een op de drie jongeren gepest tijdens de kindertijd of adolescentie
Vandebosch verwijst naar een metastudie in het vakblad World Journal of Psychiatry (WJP) uit maart 2017. De meeste onderzoeken definiëren een slachtoffer van pestgedrag (bullying victimization) als iemand die ‘wordt lastiggevallen door een of meer mensen, herhaaldelijk en gedurende een bepaalde tijd’, lezen we daar. Ze veronderstellen ook ‘een machtsonevenwicht tussen de dader(s) en het slachtoffer’. Volgens WJP beantwoordt 10 à 35 procent van de adolescenten aan die omschrijving.
Het meest recente HBSC-onderzoek (Health Behavior in School-Aged Children) uit 2016, een internationale bevraging bij jongeren in opdracht van de Wereldgezondheidsorganisatie, ligt in dezelfde lijn. Gemiddeld een op de drie jongeren zijn ’tijdens de laatste maanden, één of twee keer per maand’ gepest, zegt HBSC.
Vlaanderen doet het iets beter, met twintig procent jongeren die worden gepest. Reken je alleen wie wekelijks terugkerend wordt gepest, dan gaat het om vijf procent.
Naast duur en frequentie is natuurlijk ook de ernst van het pestgedrag van belang. Online en publiek vernederd worden is erger dan een beledigend of bedreigend sms’je krijgen waarvan de rest niets weet. Filmpjes en foto’s vinden jongeren ook ondraaglijker dan verbaal geweld, geven ze zelf aan.
‘Maar het ene slachtoffer is het andere niet’, beklemtoont Gie Deboutte, voorzitter van het Vlaams Netwerk Kies Kleur tegen Pesten. ‘Hetzelfde objectieve feit – een pak rammel, uitsluiting, noem maar op – heeft op pakweg Bart meer impact dan op Iris, die misschien meer veerkracht heeft en meer steun van vrienden.’
Zodra slachtoffers zich te bang voelen om terug te gaan naar de plaats delict, noemt Deboutte pestgedrag ‘echt ernstig’. ‘Dat is een subjectief, maar cruciaal kantelpunt. Nieuw met cyberpesten is dat slachtoffers die daarnaast ook traditioneel worden gepest nooit en nergens meer stressvrij zijn. Die mate van stress bepaalt hun kans op een trauma, en later de mogelijke neiging tot depressie en zelfs suïcide.’
Conclusie
Alleen als je alle omstanders meerekent, kan de stelling misschien kloppen. Praat je alleen over slachtoffers, zoals Van Bellinghen laat uitschijnen, dan wordt in Vlaanderen ongeveer een op de vijf jongeren gepest. Knack beoordeelt de stelling dus als grotendeels onwaar.
Krasse uitspraak, straf cijfer of dito feit in de actualiteit gezien? Stuur uw vraag met exacte bronvermelding van het citaat naar factchecker@knack.be
Meer informatie over de factchecks vindt u op de website van Knack.
U vindt onze factchecks ook terug bij deCheckers, samen met betrouwbare factchecks van andere Vlaamse redacties.
Knack is erkend lid van het International Fact-Checking Network (IFCN) en European Fact-Checking Standards Network (EFCSN).
Krasse uitspraak, straf cijfer of dito feit in de actualiteit gezien?
Vul uw vraag in op de website van deCheckers met exacte bronvermelding van het citaat of stuur het naar factcheck@knack.be.
Knack maakt onderdeel uit van Roularta Media Group.