Factcheck: statistische link tussen kaas en slaapapneu strookt niet met de praktijk

© Sarah Yu Zeebroek

Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier meer over hoe we werken.

Op de Amerikaanse website HuffPost lazen we onlangs dat ‘meer kaas eten gelinkt kan zijn aan een verkleinde kans op het ontwikkelen van slaapapneu’. Er wordt verwezen naar een Chinese studie die onlangs verscheen in het wetenschappelijke tijdschrift Sleep Medicine. De onderzoekers analyseerden gezondheidsdata van 400.000 deelnemers uit een Britse en Finse databank en vonden een significant verband tussen verhoogde kaasconsumptie en een verminderde kans om slaapapneu te ontwikkelen, al konden ze geen oorzakelijk verband aantonen.

Professor Johan Verbraecken, medisch coördinator van het slaapcentrum in het UZA, staat bijzonder sceptisch tegenover het onderzoek. ‘Mijn eerste idee was dat dit wel totale nonsens moest zijn: geen idee hoe dit in zo’n toonaangevend tijdschrift is kunnen belanden. Er worden inderdaad enkele significante correlaties gevonden, maar in de paper wordt ook benadrukt dat er geen oorzakelijk verband aangetoond werd. Als je met zulke grote datasets werkt, bestaat er altijd een kans dat je puur toevallig statistisch significante correlaties vindt.

‘Ik mis ook belangrijke informatie: om welke soorten en hoeveelheden kaas gaat het bijvoorbeeld? Er zal wel een verschil zijn tussen iemand die geregeld een beetje light-mozzarella eet en verder gezond leeft, of iemand die dagelijks een dikke plak brie naar binnen werkt. Dit lijkt me dan ook vooral spielerei van statistici, die totaal geen rekening houdt met de klinische praktijk. We weten dat het risico op slaapapneu in de eerste plaats wordt bepaald door lichaamsgewicht en vetmassa: een verhoogde BMI doet de kans op slaapapneu gigantisch toenemen. En kaas is per definitie een vet en calorierijk voedingsmiddel, dus ik zou mensen zeker niet aanraden om er méér van te eten om slaapapneu te voorkomen, wel integendeel.’

Ook professor Alexandros Kalkanis, pneumoloog en somnoloog in het UZ Leuven, nam de studie grondig door. ‘De onderzoekers gebruikten genetische en klinische gegevens van twee grote biobanken en probeerden via een complexe wiskundige analyse manieren te vinden om van punt A naar punt B te gaan. Omdat alles in de menselijke fysiologie met elkaar samenhangt, onderzochten ze een aantal zogenaamde “biomarkers”, zoals testosteron, diastolische bloeddruk en ureum, die allemaal fysiologische veranderingen weerspiegelen die door kaasconsumptie worden beïnvloed en die gelinkt kunnen worden aan slaapapneu.

‘Er wordt inderdaad een verband gevonden tussen kaasconsumptie en een lager risico op slaapapneu, maar zeker geen bewijs dat het ene het andere veroorzaakt. Bovendien vind ik geen informatie over de hoeveelheden kaas of het vetpercentage van de kaas. Dit is geen experimentele studie, met een controlegroep die een placebo krijgt, maar simpelweg een wiskundige verbinding van datapunten. Op basis van deze bevindingen kan ik mijn patiënten dus niet adviseren om wel of geen kaas te eten. Een gebalanceerd dieet met een juiste timing is cruciaal voor een betere slaapkwaliteit.’

Is het waar?
Volgens experts werd een statistische correlatie gevonden tussen kaasconsumptie en minder kans op slaapapneu, maar strookt dat totaal niet met de klinische praktijk. We oordelen dat er geen bewijs is voor de stelling.

Bronnen

In het artikel vindt u links naar alle gebruikte bronnen.

Bovendien werden voor deze factcheck de volgende mensen gecontacteerd:

– Telefoongesprek en mailverkeer met Johan Verbraecken (UZA), 6-14 januari 2025.

– Mailverkeer met Alexandros Kalkanis (UZ Leuven), 13-14 januari 2025.

Alle bronnen werden laatst geraadpleegd op 14 januari 2025.

Partner Content