Factcheck: nee, Mieke Vogels kreeg geen uittredingsvergoeding van 432.000 euro

Archieffoto Mieke Vogels. © Hatim Kaghat
Brecht Castel
Brecht Castel Journalist en factchecker

Op sociale en reguliere media circuleert het bericht dat ex-Vlaams Parlementslid Mieke Vogels (Groen) een uittredingsvergoeding van 432.000 euro kreeg. Dat klopt niet. Een fout van een journalist in 2014 ligt aan de basis van het hardnekkige gerucht. Het juiste bedrag zou 75.000 euro bedragen, maar we kregen voorlopig geen inzage in de exacte cijfers van het Vlaams Parlement.

Deze factcheck is uitgevoerd op basis van de beschikbare informatie op de datum van publicatie. Lees hier meer over hoe we werken.

Op 6 april plaatst een socialemediagebruiker een bericht op Facebook over ex-politica Mieke Vogels (Groen). We lezen: ‘Mieke Vogels, gaat met pensioen en krijgt bij haar vertrek zomaar eventjes een uitstappremie van 432.000 euro cadeau! […] Heeft zij enkele jaren geleden al niet eens een dergelijke uitstapregeling ontvangen? En dan krijgt ze elke maand ook nog eens 9.000 euro pensioen.’

Het bericht werd meer dan 4000 keer gedeeld en bereikte zo 683.000 Facebookgebruikers.

Klopt het dat Vogels een premie van 432.000 euro kreeg toen ze stopte als Vlaams Parlementslid?

Andere bronnen over een recente ‘uitstappremie’ van 432.000 euro voor Vogels vinden we niet terug. Wel lezen we in een artikel op VRT NWS van 6 maart 2023 (hier gearchiveerd) dat Mieke Vogels in 2014 ‘een uittredingsvergoeding van 432.000 euro bruto kreeg’. 

Het artikel gaat over de ex-parlementsvoorzitters Siegfried Bracke (N-VA) en Herman De Croo (Open VLD) die een extra vergoeding bovenop hun pensioen ontvingen. Auteur Ivan De Vadder bouwt verder op een uitspraak van Bart De Wever in De Zevende Dag die de ‘uittredingscultuur’ hekelde. Hier het bewuste fragment uit dit opiniestuk:

We contacteren Ivan De Vadder. Hij blijkt zijn info te halen uit een artikel van Het Nieuwsblad van 7 maart 2014 over de uittredingsvergoedingen van parlementsleden. Dat artikel staat niet meer online, maar werd destijds overgenomen door o.a. Het Laatste Nieuws (hier gearchiveerd), De Standaard, en De Morgen (laatste twee achter betaalmuur). Ook Knack nam destijds een Belga-bericht over.* Al die artikelen spreken over een vertrekpremie van 432.000 euro voor Vogels. 

De Vadder laat ons weten dat hij na publicatie werd gewezen op een fout in het bedrag van Jo Vandeurzen (CD&V). Die fout zette De Vadder recht. De woordvoerder van Groen, Veva Daniels, liet eveneens weten dat het cijfer van Vogels niet klopt, maar die mail (zie screenshot hieronder) bereikte De Vadder pas enkele dagen na publicatie. Omdat het artikel toen al was verdwenen van de homepagina van VRT NWS, werd hier geen rechtzetting meer geplaatst, aldus De Vadder.

Vogels reageerde zelf al op het cijfer dat Het Nieuwsblad naar buiten bracht in het voorjaar van 2014 met een interview bij Radio 1 op 6 oktober 2014 (hier gearchiveerd). Vogels zei toen: ‘Dat bedrag heb ik niet gekregen. […] Een parlementslid heeft geen sociaal statuut. Die kan niet gaan doppen als ie zijn werk verliest. Zeker in de politiek kan het nog al eens gebeuren dat de ene partij het heel goed doet en de volgende keer veel minder en dat je van de ene op de andere dag op straat staat. Daarom is het systeem van de uittredingsvergoeding ontwikkeld. Dat wil zeggen dat als je niet meer herkozen wordt en je zit plots zonder werk dan kan je – op basis van het aantal jaren dat je in de politiek gezeten hebt – een aantal maanden doorbetaald worden. In mijn geval zou dat theoretisch kunnen betekenen dat ik – vermits ik 30 jaar in de politiek heb gezeten –  48 maanden zou uitbetaald worden.’

In datzelfde interview uit 2014 stelt Vogels dat het bedrag van 432.000 euro foutief is door een berekening van een journalist van Het Nieuwsblad: ‘Die heeft die 48 maanden vermenigvuldigd met de brutoloonkost en kwam zo aan dat immense bedrag van 432.000 euro. Wat dan in de hoofden van de mensen nu op mijn bank staat. […] Ik word evenwel maar, – “maar”, dat is heel goed! – 24 maanden uitbetaald aan rato van 3.200 euro per maand. Ik ben daar onwaarschijnlijk gelukkig mee. Tel je dat op, dan betekent dat  gespreid over 24 maanden (vanaf juni 2014, want Vogels stopte als parlementslid op 24 mei 2014, nvdr.) in totaal 75.000 euro. Dat bedrag is niet cumuleerbaar met pensioen. Vanaf het moment dat ik pensioen krijg, valt dat weg.’

We contacteren Vogels of die info uit 2014 nog steeds klopt. Ze reageert per mail: ‘Ik heb nooit een vergoeding bovenop mijn pensioen ontvangen. Ik heb wel voor ik pensioen trok gedurende 24 maanden maandelijks een uittredingsvergoeding ontvangen.’ 

‘Hoeveel die uittredingsvergoeding in 2014 maandelijks (netto en bruto) precies bedroeg weet ik niet meer.  Mijn man die al de administratie bijhield is vorig jaar overleden en ik heb geen zin om in zijn administratie een zoekactie op te zetten naar die juiste bedragen. Ik stel voor dat u die, met mijn toestemming, opvraagt bij de diensten van het Vlaams Parlement. Op die manier zijn ze ook meteen verifieerbaar.’

We mailden het Vlaams Parlement met de vraag om die bedragen kenbaar te maken, maar kregen nog geen reactie.

Dat het bedrag lager ligt dan 432.000 euro staat echter vast. Het gaat namelijk om een foutief geïnterpreteerd theoretisch maximum, beaamt expert openbare financiën Herman Matthijs (VUB en UGent) telefonisch aan Knack: ‘Het zal inderdaad eerder een bedrag van 75.000 euro zijn dat Vogels gespreid over 24 maanden heeft ontvangen sinds 2014**. Dat bedrag is niet cumuleerbaar met haar pensioen. Het bedrag van 432.000 is gebaseerd op 48 maanden, maar van die regeling heeft haast niemand destijds gebruikt gemaakt, ook Vogels niet. Sinds 2014 is de vergoeding in alle parlementen beperkt tot maximaal twee jaar. Bovendien gaat het hier om een bruto-bedrag waar ook de parafiscaliteit van het Vlaams Parlement als werkgever (de bijdrage die de werkgever levert aan de sociale zekerheid, nvdr.) bij zit.’

Op de site van het Vlaams Parlement lezen we in het statuut van de Vlaamse Volksvertegenwoordiger onder titel 9 ‘uittredingsvergoeding’: ‘De maximumduur van de uittredingsvergoeding bedraagt 24 maanden.’

Zelfs al zou Vogels nu pas stoppen als parlementslid dan zou ze nooit aan 432.000 euro komen als uittredingsvergoeding. Die is, volgens artikel 42, namelijk gebaseerd op de som van de parlementaire vergoeding (53.511 euro op jaarbasis) en forfaitaire vergoeding van kosten (14.983,08 euro op jaarbasis). In 2014 waren die bedragen wellicht lager omwille van inflatie.

Conclusie

Volgens een vaak gedeelde Facebookpost zou Mieke Vogels ‘een uitstappremie van 432.000 euro cadeau’ hebben gekregen. Dat klopt niet. Dat bedrag is een fout geïnterpreteerd theoretisch maximum. De uittredingsvergoeding die Vogels daadwerkelijk kreeg ligt een pak lager. Zelf schat ze die op 75.000 euro gespreid over twee jaar. Expert Herman Matthijs bevestigt die grootorde, maar het exacte cijfer valt voorlopig niet na te gaan. Dat 432.000 euro niet klopt, valt af te leiden uit regelgeving van het Vlaams Parlement en bevestigen experts. We beoordelen de stelling dan ook als onwaar.

Bronnen

In het artikel vindt u links naar alle gebruikte bronnen. Bovendien werden voor deze factcheck de volgende mensen gecontacteerd:

Twitterconversatie en telefonisch interview met Ivan De Vadder
Mailconversatie met Mieke Vogels
Mailconversatie en telefonisch interview met Herman Matthijs 

Alle bronnen werden laatst geraadpleegd op 25 april 2023.

* Deze zin werd toegevoegd op 27 april 2023 nadat een Knack-lezer erop wees dat ook Knack het cijfer in 2014 publiceerde. Wij plaatsten een update met link naar deze factcheck in het stuk.

** Na publicatie liet Matthijs nog weten dat het niet zeker is dat Vogels voor 2014 niet eerder al een uittredingsvergoeding kreeg na een eerdere passage als parlementslid. “Sinds 2014” werd dan ook toegevoegd op 27 april 2023.

Partner Content