Ignace Demaerel
Spotten met Jezus: moet kunnen?
Bij de vele aanvallen op het christendom lijken mensen te vergeten dat het nog altijd bij verre de grootste godsdienst van de wereld is.
In Focus Knack van 10 oktober 2012 verscheen een artikel in de reeks “Het laatste woord” met de bedoeling om de beroemde laatste woorden van grote figuren aan te halen. De schrijver heeft zich ditmaal gewaagd aan een beroemdheid “buiten categorie”, namelijk Jezus. De reeks is lichtelijk (?) ludiek bedoeld, m.a.w. neem het niet te ernstig. Maar toch, er zit een wrange ondertoon in de tekst, een cynisme en sarcasme. Het artikel schreeuwde om een reactie! Voilà, hier komt er eentje…
Behalve verschillende historisch te betwisten stellingen in het artikel (zoals de bewering dat de evangelieschrijvers Jezus nooit ontmoet zouden hebben, wat menig historicus de wenkrauwen zal doen fronsen) wordt Jezus bijvoorbeeld een “bastaardzoon” genoemd, en de evangelies “halfbakken biografieën”. Jezus’ laatste woorden (“het is volbracht”) worden in verband gebracht met alle bloedvergieten dat zijn volgelingen – helaas en absoluut tegen de geest van Jezus in – hebben veroorzaakt. De ware betekenis van deze woorden wordt duidelijk niet begrepen ofwel bewust verkeerd uitgelegd. Kortom, de spot druipt ervan af. Moet kunnen? Ook bij een icoon zoals Jezus?
Als je ergens mee wil spotten moet je best enige kennis van zaken hebben. Als de evangelies “halfbakken biografieën” zijn, hoe is het dan te verklaren dat de Bijbel sinds mensenheugenis de absolute wereldrecordhouder is op gebied van verkoop en vertalen? Om een vergelijking te maken: de boeken van Harry Potter waren een ongezien wereldsucces: 450 miljoen exemplaren (van de 7 boeken samen) werden verkocht en ze werden in 69 talen vertaald; de schrijfster is miljardair geworden. Van de Bijbel werden 2,5 miljard exemplaren verkocht en delen ervan zijn in 2426 talen vertaald (de volledige Bijbel in 429 talen, het Nieuwe Testament in 1145 talen). Zullen we de dingen een klein beetje in proportie brengen, a.u.b.? Zou minderwaardige literatuur 2000 jaar lang verkocht en gelezen worden? Men kan veel opmerkingen over de Bijbel maken, maar dat ze een absoluut monument is in de wereldliteratuur kan niemand ontkennen. Elke Vlaamse schrijver zou een gat in de lucht springen als zijn romans 1/1000ste van de verkoopcijfers van de Bijbel zouden halen en als zijn boeken binnen 2000 jaar überhaupt nog gelezen worden… “Halfbakken” dus?
Bij de vele aanvallen op het christendom lijken mensen te vergeten dat het nog altijd bij verre de grootste godsdienst van de wereld is: zelfs in het erg geseculariseerde België noemt 65% zich nog steeds christelijk (ook al “doen” ze er nooit meer iets aan). Welk voordeel hebben sommigen erbij 2 miljard mensen te schofferen? Staat dat “stoer” en cool tegenwoordig? Sinds wanneer is elementair respect voor (anders)gelovigen afgeschaft?
En: is het niet normaal dat, als je een artikel schrijft over een groot personage, je je eerst in hem moet verdiepen? Als iemand in een artikel Einstein zou willen afkraken, moet hij hem eerst begrépen hebben, of niet? In de bibliotheek van theologie in Leuven staan momenteel 1.300.000 boeken, allemaal direct of indirect geschreven n.a.v. die timmerman uit Nazareth: de mensheid is nog altijd bezig hem te proberen te doorgronden. Voor elke nieuwe generatie blijft hij een inspiratiebron, en méér dan dat.
Jezus is een grote naam die met respect uitgesproken wordt tot vér buiten zijn eigen kerk: ook moslims, hindoes en (bijna alle) humanisten hebben hoge waardering voor hem. Als ooit de titel “morele wereld-autoriteit nummer één” zou uitgereikt worden, wie zou beter geplaatst zijn? En tegelijk lijkt het alsof zijn naam doodgezwegen wordt: er hangt, nog het meest in de post-christelijke wereld, een soort taboe rond zijn naam. Zijn mensen heimelijk bang voor hem? Is hij te radicaal voor vandaag? Zijn we bang dat we, in het licht van zijn hoge normen, allemaal schuldig zouden bevonden worden? Is het daarom wat we hem tegenwoordig uit de publieke sfeer weren, terugdringen naar het privé-leven en de kerk? Als we hem onder een religieuze stolp plaatsen, is hij tenminste ongevaarlijk voor de maatschappij, of niet?
Er is een wezenlijk verschil tussen kritiek op de kerk en kritiek op Jezus: de kerk bestaat uit mensen, die allemaal feilbaar zijn, en kritiek hierop moet mogelijk zijn, pardon, is soms absoluut nodig om een of andere religieuze stal uit te kuisen. Maar kritiek op Jezus zelf: niet velen hebben hun vingers daaraan durven branden – Nietzsche bijv. wel, maar hij is dan ook als een gek gestorven (of was hij al gek toen hij eraan begon?).
Moet er met alles en iedereen kunnen gespot worden? Was dit artikel geïnspireerd door de (al even misplaatste en wansmakelijke) Mohammed-movie op Youtube? Was de volgende profeet, Jezus, nu aan de beurt? Of is de verborgen strategie hierachter: “álle heilige huisjes moeten omver”? Dit wordt soms door mensen als een slogan gescandeerd, maar méént iemand dit wérkelijk? Geloof me vrij: niemand wil in een maatschappij leven waar níets meer heilig is! Waar het leven niet meer heilig is, kinderen, seksualiteit, schoonheid, vrijheid, de rechten van de mens… Dan zijn Marc Dutroux en Ronald Janssen eerzame burgers zoals u en ik! Waar niets meer heilig is, is niemand meer veilig!
Deze discussie is natuurlijk niet nieuw. In zulke context wordt meestal een beroep gedaan op de vrije meningsuiting. Maar kan iemand mij uitleggen of het hier gaat om een recht op vrije meningsuiting, of een recht op het uiten van beledigingen? Dat laatste staat bij mijn weten niet in het verdrag van de rechten van de mens. Als sommige schrijvers menen dat alle heilige huisjes afgebroken moeten worden, wat zouden ze ervan denken als anderen de heilige huisjes van vrije meningsuiting en persvrijheid zouden slopen?
Met profeten spotten, het heeft een reeks doden opgeleverd de laatste maanden. Maar laten we ze zeker niet allemaal over één kam scheren: er zijn op dit gebied grote verschillen tussen Jezus en Mohammed. Wat denk je: zou Jezus tegen een stootje (spot) kunnen? Tijdens zijn leven op aarde heeft hij ruim zijn portie daarvan gehad: zijn eigen familie zei bijv. dat hij niet bij zijn zinnen was (Markus 3:21), de schriftgeleerden zeiden dat hij bezeten was (Markus 3:22), zijn dorpsgenoten namen aanstoot aan hem (Markus 6:3), de schriftgeleerden zeiden dat hij God lasterde (Matt. 9:3), ze lachten Hem uit (Matt. 9:24), ze noemden hem “een vraatzuchtig mens en een wijndrinker, een vriend van tollenaars en zondaars” (Matt. 11:19)… Jezus bleef merkwaardig kalm onder deze aantijgingen: niet één keer heeft hij teruggescholden of zich verdedigd. Hij had zeker een brede rug en sterke schouders, en kon zich hier gemakkelijk boven stellen. Hij leerde zelf dat we de rechterwang ook moeten toekeren. Maar of dat een vrijbrief is om onophoudelijk op zijn rechterwang te blijven slaan, erg nobel en eervol is het niet, of wel?
Laat me tot slot een ander beeld van Jezus schetsen en een ander stel van zijn “laatste woorden” citeren. Hij was inderdaad van bescheiden afkomst: hij werd geboren in een onbelangrijk dorp in een klein land op de wereldbol. Hij was een timmermanszoon en daarna werd hij rondreizend prediker zonder salaris. Hij bezat geen diploma’s of aanbevelingsbrieven. Hij heeft nooit een boek geschreven of enig ambt bekleed. Hij bezat geen huis. Hij heeft nooit een gezin gehad. Hij ging nooit studeren op een universiteit. Hij heeft geen uitvindingen gedaan. Hij zette nooit een voet in een wereldstad. Hij reisde nauwelijks buiten het kleine Israël. Toen hij amper 30 jaar was, heeft reeds de heersende klasse zich tegen hem gekeerd. Slechts een drietal jaren heeft hij kunnen rondtrekken. Zijn vrienden hebben hem in de steek gelaten. Eén van hen heeft hem verraden, en zijn beste vriend heeft gezworen dat hij hem niet kende. Hij werd aan zijn vijanden overgeleverd. Hij werd aan een klucht van een “verhoor” onderworpen. Minder dan een halve dag na zijn arrestatie hing hij reeds aan een kruis: de langdurigste, pijnlijkste en schandelijkste vorm van doodstraf in die tijd. Tussen twee moordenaars. Soldaten dobbelden om zijn kleed, het enige stuk dat hij op aarde zijn “eigendom” kon noemen, en dit terwijl hij door een hel ging. Nadat hij gestorven was, werd hij door een vriend in een geleend graf gelegd.
Twintig eeuwen zijn gekomen en voorbijgegaan en vandaag de dag staat hij nog als een rots in de branding. Zonder overdrijving kan men zeggen dat alle koningen of keizers die ooit regeerden, alle parlementen die ooit zitting hadden, alle grondwetten die ooit bedacht zijn, alle verdragen die ooit getekend zijn, alle veldslagen die ooit geleverd werden, alle uitvindingen die ooit gedaan zijn,
samen nooit het leven van de mensen op aarde zó diep geraakt hebben als deze ene man!
Jezus blijft in alle opzichten een man buiten categorie, een man die in geen hokje past (soms tot onze frustratie!). Hij blijft intrigeren en (sommigen) irriteren. Ondanks gruwelijke vervolgingen (miljoenen christenen hebben hun leven gegeven) gaan zijn volgelingen door. Met kop en schouders steekt hij boven ons allemaal uit – juister gezegd: we komen niet eens tot aan zijn enkels.
En, tot slot, een ander interessant stel van “zijn laatste woorden”: terwijl ze hem aan het kruis in zijn doodsstrijd bespotten, zei hij: “Vader, vergeef hen want ze weten niet wat ze doen”. Ik zie het niet velen hem nadoen. En ik geloof echt dat hij dat méénde.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier