Vrije Tribune
‘Vlaamse regering moet meer durven investeren in wetenschappelijk onderzoek’
Vlaamse professoren pleiten in een open brief voor meer onafhankelijk geld voor wetenschappelijk onderzoek. ‘Regio’s die durven investeren in fundamenteel wetenschappelijk onderzoek worden weerbaar om maatschappelijke problemen aan te pakken.’
In september 2016 trok de gezamenlijke Vlaamse onderzoeksgemeenschap aan de alarmbel om het structureel gebrek aan middelen bij het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) aan te kaarten. Aanleiding waren de bijzonder lage slaagkansen voor onderzoeksprojecten bij het FWO, die op dat moment waren geslonken tot een historisch dieptepunt van 15%. Het FWO fungeert als enige financieringsbron voor fundamenteel wetenschappelijk onderzoek in Vlaanderen waarbij tevens samenwerking tussen de universiteiten kan worden uitgebouwd.
Vlaamse regering moet meer durven investeren in wetenschappelijk onderzoek
Anno 2018, anderhalf jaar verder, vinden we het tijd om de balans op te maken. De bevoegde minister Philippe Muyters heeft onze noodkreet gehoord en tekende een groeitraject uit. In juni 2017 werd een structurele budgetverhoging van 30 miljoen euro per jaar voor het FWO goedgekeurd door de Vlaamse regering. Na vele bezuinigingsrondes, werd deze budgetinjectie als zeer positief ervaren. De neerwaartse trend in de slaagkansen werd omgebogen en succesratio’s stegen lichtjes tot ongeveer 20%. In het kielzog van de budgetverhoging werd het FWO onderworpen aan een grondige structurele hervorming met als doel hun missie, namelijk excellent fundamenteel wetenschappelijk onderzoek ondersteunen, nog beter te volbrengen. Of alle maatregelen zullen bijdragen tot dit doel is voer voor vele discussies, maar ’the proof of the pudding is in the eating’. Er zitten duidelijk positieve stimuli in vervat, en met de blik vooruit moeten we het nodige vertrouwen geven aan de beleidsmakers om eventuele aberraties tijdig bij te sturen.
De Vlaamse regering zou zich echter nog veel ambitieuzer mogen tonen. Idealiter liggen slaagcijfers op 33% om voldoende strenge selecties te garanderen zonder een ontmoedigingseffect te creëren bij de aanvragers : 20% ligt dus nog altijd flink onder de beoogde 33%.
De Vlaamse regering erkende het probleem in verschillende van haar beleidsnota’s en engageerde zich om het probleem te remediëren. Naast de gerealiseerde budgetopstap werd tevens beslist om vanaf 2018 een numerus clausus in te bouwen voor het aantal lopende projecten per aanvrager. Vanaf nu zal men slechts een project kunnen aanvragen als men nog geen titularis is van twee lopende projecten die in omvang (45 – 130 k€ per budgetjaar) niet groter zullen zijn dan in het verleden. Dit betekent een behoorlijke reductie van de aanvraagmassa waardoor volgens voorlopige prognoses de slaagkansen inderdaad zullen stijgen in de richting van 30%.
We hebben ons altijd zeer bezorgd getoond over deze drastische maatregel omdat de schijn wordt gewekt dat het probleem van de te lage slaagkansen wordt opgelost, terwijl in realiteit de aandacht wordt afgeleid van de essentie, namelijk de noodzaak van meer middelen voor fundamenteel wetenschappelijk onderzoek. Dergelijke acties staan haaks op de Europese logica waarbij via het Europees onderzoeksfonds, grootschalige beurzen worden toegekend aan excellente onderzoekers om risicovolle en grensverleggende onderzoeksprojecten uit te werken. Stimuleren van bottom-up grensverleggend onderzoek in alle vakgebieden is visionair en erkent niet-gericht wetenschappelijk onderzoek als een fundament voor maatschappelijke, economische en technologische vooruitgang. Excellente onderzoekers kunnen doorbraken realiseren en internationaal het verschil maken dankzij grote investeringen, verlost van de continue aanvraagdruk.
Meer onderzoekers in een breder gamma van onderzoeksdisciplines zullen de kans krijgen om een onderzoeksproject uit te bouwen
De hervorming van het FWO die nu wordt doorgevoerd met reductie van de aanvraagmassa kan echter omgebogen worden in een algemeen positief verhaal voor het Vlaams onderzoekslandschap, waarbij zowel redelijke kansen gegeven worden in de brede zin maar terzelfdertijd ook onze meest excellente onderzoekers niet uit het oog worden verloren. Een reductie van het aantal lopende projecten zorgt dat de negatieve spiraal van de continue aanvraagdruk wordt omgebogen. Meer onderzoekers in een breder gamma van onderzoeksdisciplines zullen de kans krijgen om een onderzoeksproject uit te bouwen. Echter, zonder extra financiële middelen riskeren we in te boeten aan interuniversitaire samenwerking en wordt weinig zuurstof gegeven om grootschalige grensverleggende onderzoeksprojecten uit te werken met een team van verschillende onderzoekers. Voor toponderzoeksgroepen die niet kunnen rekenen op grote structurele financiering, wordt dit problematisch.
We vragen aan de minister om het groeipad dat werd ingezet in de zomer van 2017 door te zetten in de toekomstige begrotingsopmaak. Het FWO heeft reeds een financieringsvoorstel uitgewerkt met ruimte voor grotere onderzoeksprojecten. Dit scenario is echter niet levensvatbaar zonder bijkomende financiële injecties, gezien de slaagkansen terug zouden dalen tot ongeveer 17%. Een budgetopstap van ongeveer 70 miljoen euro per jaar aan extra middelen zou nodig zijn om grotere projecten mogelijk te maken en tevens slaagkansen van 30% te garanderen.
Indien Vlaanderen echt een kenniseconomie ambieert te zijn, dan moet de lat minstens op deze internationale norm liggen. Het ingezette groeipad in de zomer van 2017 kan aangegrepen worden als uniek momentum om fundamenteel wetenschappelijk onderzoek in Vlaanderen te stimuleren. Een tweede budgetopstap samen met de reeds gerealiseerde financiële injectie, zal toelaten om onderzoek in de brede zin in alle vakgebieden te faciliteren maar ook samenwerking tussen instellingen aan te moedigen door realisatie van grotere onderzoeksprojecten met interuniversitaire hefbomen.
De impact van het fundamenteel wetenschappelijk onderzoek dat ontspruit uit nieuwsgierigheid laat zich typisch niet voelen na 1 of 2 jaar. Het voedt de kenniscreatie bij middel van vele jonge vorsers die zich ontwikkelen als kritische geesten en die in de toekomst ook buiten de academische wereld een belangrijke rol zullen vervullen. Regio’s die durven investeren in fundamenteel wetenschappelijk onderzoek worden weerbaar om maatschappelijke vraagstellingen aan te pakken.
Wij hopen dat de minister het ingezette financiële groeipad verder doorzet en de hervorming van het FWO aangrijpt als kantelmoment om het fundamenteel wetenschappelijk onderzoek naar een hoger niveau te tillen.
Onderzoekers voor een sterker FWO, vertegenwoordigd door:
Annemie Bogaerts – UAntwerpen
Ann Cuypers – UHasselt
Johan Hofkens – KULeuven
Alexander Sevrin – VUB
Veronique Van Speybroeck – UGent
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier