De Islamitische Staat (IS) financiert zichzelf deels door de verkoop van antiquiteiten. Wat de jihadisten niet kunnen verkopen op de zwarte markt, vernietigen ze.
Behalve een religieus-etnische zuivering (van onder anderen sjiieten) beogen de IS-militanten ook een ‘culturele zuiveringen’, zo hebben deskundigen en diplomaten gewaarschuwd tijdens een colloquium van de Unesco in Parijs. Dat meldt het Franse persagentschap AFP.
Hoewel in Irak weer duizenden doden vallen, vinden de deskundigen ook de barbaarsheid jegens het cultuurerfgoed reden tot grote zorgen.
Heiligdommen
Voor IS zijn standbeelden vormen van afgoderij, die daarom vernietigd moeten worden. Volgens de Unesco heeft IS reeds verscheidene graven, kerken en andere heiligdommen van christenen, joden en moslims vernietigd, waaronder de tombe van de profeet Jona(s), standbeelden in de Iraakse stad Mosul en (resten van) Assyrische paleizen in door de IS veroverde gebieden.
Maffia
Volgens deelnemers aan het colloquium hebben de terroristen (net als voor hun olie) geen problemen om gegadigden te vinden voor hun antieke voorwerpen. Voor die handel is er een heuse ‘internationale maffia’.
Voor Irak gaat het om de tweede ‘culturele voorwerpenmoord’ in een ruim decennium. Ook bij de Anglo-Amerikaanse invasie van 2003 werden musea leeggeroofd en ‘verdwenen’ veel artefacten uit het historische Mesopotamië. (Belga/KVDA)
