De donkere kant van amandelmelk
De verkoop van amandelmelk zit sinds een paar jaar in de lift en geldt als ethisch en gezonder alternatief voor koemelk. Nu blijkt dat deze noten duizenden liters water nodig hebben om te groeien.
Steeds meer consumenten zijn bewust bezig met wat ze dagelijks op hun bord krijgen. Dat heeft tot enkele drastische gevolgen in de voedingsmiddelenindustrie geleid. Producenten van de zogenaamde ‘superfoods’ zoals zeewier, avocado, gojibessen en chiazaad zien hun omzet stijgen en er doen jaarlijks steeds meer mensen mee aan de actie ‘Dagen zonder vlees’. Net zoals veel andere etenswaren, werd ook het drinken van koemelk grondig onder de loep genomen. Nu zoeken niet enkel consumenten met lactose-intolerantie een alternatief, maar ook diegenen die koemelk niet ethisch verantwoord vinden. Er boden zich al snel enkele ‘gezondere’ alternatieven aan: rijstmelk, sojamelk, kokosmelk en vooral het populaire amandelmelk.
Maar nu blijkt dat amandelmelk helemaal niet zo ethisch verantwoord is als eerst gedacht. Hoewel ze boordenvol vitaminen, mineralen en proteïnen zitten, reizen ze vaak eerst de hele aardbol af om bij ons in de koelkast terecht te komen. Terwijl een brik koemelk – bij wijze van spreken – van de boer achter de hoek komt, worden amandelen in de meeste gevallen eerst overgevlogen vanuit Californië, waar meer dan 80 procent van de noten groeit. Het grootste probleem is vooral dat door de groeiende populariteit van het drankje steeds meer boomgaarden worden geplant. Maar momenteel kampt de staat met een van de grootste droogtes sinds het begin van de metingen, waardoor het steeds moeilijker wordt om het dorstige gewas te telen. Om één amandelnoot te groeien is er immers vijf liter water nodig, zo’n 13.000 liter in totaal voor een kilo. En hoewel de overheid waterbesparende maatregelen verlangt van haar inwoners, blijft deze miljoenenindustrie verder gewassen aanplanten – en zonder enige gevolgen water verbruiken. Om aan voldoende water te geraken, boren verschillende boeren volgens The Guardian ettelijke meters onder de grond, wat zorgt voor bodemdalingen van zo’n 28 centimeter per jaar. Onderzoekers waarschuwen zelfs voor aardverschuivingen op lange termijn.
Zo lokaal mogelijk
De Europese marktleider Alpro erkent dat er veel water nodig is om amandelmelk te produceren en haalt de noten daarom uit Zuid-Europa. “We kiezen er bewust voor om onze amandelen zo lokaal mogelijk af te nemen”, zegt Ann De Jaeger, Head of Corporate Communication bij Alpro. “In de mediterrane gebieden heerst er minder droogte dan in Amerika waardoor het merendeel van de gewassen wordt gevoed door regenwater. Daarnaast gebruiken de traditionele bedrijven daar enkel de duurzame techniek van druppelirrigatie, en dat slechts enkele weken per jaar.” In totaal vertegenwoordigen bij Alpro alle niet-sojadranken zo’n 35 procent van de markt en 30 procent van de omzet. Amandelmelk en yoghurt hebben daarin het grootste aandeel.
Eerder kwam ook quinoa in opspraak door de negatieve impact van het product op het milieu. De zaden worden nu eenmaal niet geteeld op akkers in België, maar in Zuid-Amerika. Daarnaast betaalt de plaatselijke bevolking nu het dubbele voor eenzelfde portie quinoa, als gevolg van de populariteit en de stijgende export naar westerse landen. (MVM)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier