Dimitri Verhulst blikt terug op Boekenweek: ‘Wat moet het toch heerlijk zijn om uw minnares te wezen’
Afgepeigerd na de Boekenweek? Geschenkauteur Dimitri Verhulst niet in het minst. Maar in Vlaanderen leeft de Nederlandse traditie nog niet, is hem gebleken.
Verhulsts voorgangers als auteur van het Boekenweekgeschenk zijn slappelingen. Ze hadden hem allemaal gewaarschuwd. Ga in training. Zorg dat je fit en uitgerust aan het moordende schema begint – een eindeloze stroom interviews en optredens, minstens vier per dag kriskras verspreid over het hele taalgebied. Maar wat bleek? ‘Mijn voorgangers hebben mij angst aangepraat. Loodzwaar programma! Nu weet ik wat voor watjes het eigenlijk zijn. Ik moest ’s avonds nog even de kroeg in om al mijn energie kwijt te raken.’
Afwasbak
Op zaterdag 14 maart, laatste dag van de Boekenweek, kon Verhulst in de Haagse boekhandel Paagman tijdens een openbaar interview met ondergetekende al terugblikken. Hij vond het in één woord: geweldig. ‘Als ik al cultuurpessimist was, ben ik dat deze week kwijtgeraakt. Ik merkte niets dan enthousiasme voor het boek. Daarom was het juist allesbehalve een uitputtingsslag. Ik heb heel veel vreugde en energie getankt. Dus wat zou ik nu klagen? Ik mocht de hele week liefde ontvangen. Volgende week sta ik weer gewoon achter mijn afwasbak.’
Een van de hoogtepunten voor de auteur van De zomer hou je ook niet tegen was een optreden voor scholieren. ‘Zij beseffen dat nu nog niet, maar ik weet: de auteurs die ik als zestien-, zeventienjarige las, zijn de auteurs die nog altijd heel hoog in mijn aanzien staan en die ik nog altijd lees. Dus als ik toegang kan krijgen tot de liefde voor boeken van jongeren, dan is dat fantastisch. Daar was ook een lerares Nederlands die zei: wat moet het toch heerlijk zijn om uw minnares te wezen. Ja, ik heb de organisatie gevraagd om er een Boekenmaand van te maken.’
Vieze titels
Een enkele dissonant in het koor van lof was er ook. ‘Af en toe kwam iemand me de huid volschelden omdat ik altijd van die vieze titels heb’, zei Verhulst. ‘Het was wel grappig: toen Kaddisj voor een kut uitkwam, kwamen op de uitgeverij allerlei kwade telefoontjes binnen. “Is het weer zo ver? Hoe komen jullie erop om steeds van die vieze vuile titels op de markt te gooien.” Enkele uren later werd bekend dat ik de Boekenweekauteur was. Meteen belden diezelfde boekhandelaren naar de organisatie: “Mogen wij hem ontvangen tijdens de week?” Niet dus.’
Geen succes in Vlaanderen
Het is inmiddels de vierde keer dat Vlaanderen de Boekenweek samen met Nederland organiseert. Een groot succes is het nog niet, merkte Verhulst. Hij trad slechts één dag op in Vlaanderen. Eerst was drie uur te gast bij Radio 1 voor het speciale radioprogramma ‘Viva Verhulst’. ‘Dat vond ik een beetje buiten proportie qua eer. Nobelprijswinnaars moeten het met minder doen. Later die namiddag zat ik in DeSingel in Antwerpen. In de Grote zaal. Daar kan zeshonderd man binnen, ze was gevuld met twintig mensen.’ Daarbij moet gezegd: de zeer dominante Standaard Boekhandel gaf het geschenk tot Verhulsts spijt niet weg.
Staaltje in de parfumerie
In de loop van de week ontmoette de schrijver steeds meer mensen die het geschenk al gelezen hebben. ‘Dan merk je dat het Boekenweekgeschenk inderdaad als een staaltje in de parfumerie kan zijn. Zo’n klein flesje waar je aan kan snuffelen en wat er soms toe leidt dat mensen een grote fles kopen.’ Prompt stond er in Den Haag iemand op voor wie dat geldt: zelfs de naam Verhulst zei hem niets, maar wilde nu alles van hem lezen. ‘Dat is het mooie van de Boekenweek’, relativeerde Verhulst de lof met een grap, ‘dan is er budget om iemand in te huren die dat bij al mijn optredens een keer zegt’.
Maarten Dessing
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier