Ignace Demaerel
‘Pinksteren: het beste antigif tegen religieus fanatisme, bekrompenheid en ritualisme’
De eerste Pinksterdag was voor de Kerk als een geestelijke atoombom die ontploft is, en ontketende niets minder dan een revolutie in de wereld van religies.
Pinksteren is waarschijnlijk het meest onbekende en onderschatte van de vier grote christelijke feesten. Na Kerst, Pasen en Hemelvaart komt dit er een beetje achteraan gebengeld, en krijgt nauwelijks aandacht – op één vrije maandag na. Toch kan het belang ervan voor het geloof niet genoeg in de verf gezet worden: die eerste Pinksterdag was voor de Kerk als een geestelijke atoombom die ontploft is, en ontketende niets minder dan een revolutie in de wereld van religies. Voor een historische achtergrond van dit joods-christelijke feest vol rijke betekenissen verwijs ik graag naar mijn vorige column.
Pinksteren: het beste antigif tegen religieus fanatisme, bekrompenheid en ritualisme.
Met Pinksteren viert de christelijke Kerk in ieder geval de uitstorting van de Heilige Geest op de apostelen en daarmee ook de geboorte van de Kerk. Maar wat voor iets mysterieus is die ‘Geest van God’ eigenlijk? Dat mensen zich hierbij weinig concreets kunnen voorstellen zien we al bijv. wanneer Urbanus in zijn liedje ‘Jezeke is geboren in een bakske vol met stro’ de Heilige Geest beschrijft: ‘die hing daar te schijnen aan ’t plafond, in zijn blauwe training, met een purperen plastron’. Je kan er eens smakelijk om lachen, maar het illustreert de onbeholpenheid van ons menselijk voorstellingsvermogen. Als je de kracht van de Heilige Geest met íets zou willen vergelijken, moet je je al eerder proberen voor te stellen welke gigantische hoeveelheid energie in de Big Bang moet gezeten hebben (als je daarin gelooft, natuurlijk).
Laagje vernis
Waarom de Heilige Geest belangrijk is? We weten allemaal dat religie dood kan zijn en dood met zich mee kan brengen: de kerkgeschiedenis heeft dalen en dieptepunten gekend waar het geloof enkel een dun laagje vernis was aan de buitenkant, en waar godsdienstoorlogen en fanatisme meer dood dan leven brachten. Dit kan je trouwens in alle andere godsdiensten – en seculiere levensbeschouwingen! – evengoed vinden: alle menselijke fouten vind je ook terug bij religieuze mensen. De Franse filosoof Henri Bergson (1859-1941) maakte al onderscheid tussen open en gesloten moraal, en tussen dynamische en statische religie: de eerste brengt vernieuwing, leven, barmhartigheid, liefde, daden van bovenmenselijke inzet voor de minste…, de andere brengt hol ritualisme, uitsluiting, bekrompenheid, verstarring, sektarisme. Zelfs de apostelen van Jezus hadden op zeker ogenblik nog de ‘oude mindset’: toen ze door het gebied van de Samaritanen trokken en dezen niet wilden luisteren naar het evangelie, vroegen ze aan Jezus: ‘Zullen we vuur uit de hemel (als een straf) over hen afroepen?’ (Lukas 9:54); Jezus bestrafte hen streng voor dit soort zwart-wit-denken, dat compleet tegengesteld was aan het goede nieuws van het evangelie.
Hier komt de Heilige Geest om het hoekje kijken. De apostel Paulus, die waarschijnlijk het beste begrepen heeft wat de Geest kwam doen, schrijft o.a.: ‘De letter doodt, de Geest maakt levend’ (2 Korinthe 3:6). Hij besefte heel goed dat de letter van de wet, zelfs van Gods wet, uit zichzelf tot doodsheid kan leiden, tot veroordeling, tot schuld, tot fanatieke vervolging: hij ondervond het aan den lijve omdat hij jaren zelf als ‘afvallige jood en valse leraar’ vervolgd werd door de religieuze leiders. Hij besefte ten diepste dat het leven van binnenuit moet komen: als je de daden van God doet zonder de Geest van God, moét dat leiden tot fanatisme. Wie de wetten en normen van God verkondigt zonder de liefde van God, kan grote schade aanrichten. Wie voor de hemel ijvert op een aardse manier, wie voor God strijdt met menselijke wapens… we moeten niet ver kijken om voorbeelden hiervan te zien: het Joods museum in Brussel, Charlie Hebdo, Syrië…
Wijn wordt water
Jezus deed een wonder door van water wijn te maken, de moderne theologie deed een nieuw wonder, en maakte er weer water van!
Zonder Pinksteren is Pasen niet af. De boodschap van Pinksteren is niet minder dan dat elke mens een nieuwe geboorte nodig heeft, een nieuw hart en een nieuwe geest: minder dan dat volstaat niet. Het is niet de roestige carrosserie die een nieuw laagje verf nodig heeft: de motor moet vervangen, of: een nieuw soort brandstof is vereist. Wie de wereld wil veranderen, zal op een radicaal andere manier moeten denken en handelen dan die manier die de problemen veroorzaakt heeft. De Kerk heeft sinds de jaren ’60 vernieuwing willen brengen door een modernisering van de liturgie: dit is zeker niet onbelangrijk, maar blijft enkel buitenkant als het hart niet opnieuw geboren wordt. Echte verandering gaat nooit van buiten naar binnen, altijd van binnen naar buiten. Een christendom zonder de Geest is zoals een huwelijk zonder liefde, een kunstwerk zonder inspiratie, een bank zonder goudreserve, een spel zonder passie, wijn zonder alcohol. Om het met een boutade te zeggen: ‘Jezus deed een wonder door van water wijn te maken, de moderne theologie deed een nieuw wonder, en maakte er weer water van!’
Pootjebaden aan het strand van de onmetelijke oceaan
Eén van de beelden voor de Heilige Geest is vuur, en dat toont tegelijk twee kanten: vuur is verwarmend, enthousiasmerend, lévenbrengend, maar tegelijk vernietigend en reinigend: alles wat niet vuurvast is, wat de toets niet kan doorstaan, wordt weggebrand. Een christen die bidt ‘Ik wil meer van de Heilige Geest’, weze gewaarschuwd. Dit is geen goedkoop gebed, maar wel levensnoodzakelijk voor wie terug naar de kern wil.
De Geest van God ‘zal Gods wetten in het hart schrijven’, profeteerde Jeremia al zes eeuwen V.C. (Jeremia 31:33): dan zijn deze wetten niet langer een uiterlijk opgelegd gebod, maar een innerlijke stem, en worden ze tot een brandend vuur, een passie. ‘Dien de Heer met vreugde’ zong de psalmist al 1000 jaar vóór Jezus (Psalm 100:2): wie God dient met een lang gezicht, heeft het allerbelangrijkste nog niet begrepen. Wie deze passie nog niet gevonden heeft, is nog alleen maar aan de periferie van het geloof blijven tasten: hij is nog niet verder gegaan dan pootjebaden aan het strand van de onmetelijke oceaan.
Het veruiterlijken van religie is precies wat aan godsdienst haar slechte naam bezorgt: het (gedachteloos, mechanisch) aframmelen van religieuze formules, de kloof tussen geloof en leven, de hypocrisie, het irrelevant en wereldvreemd worden. Ook een religieus instituut kan – zoals elk instituut – een leven op zichzelf gaan leiden, kan een bepaalde hardheid over zich krijgen, en wanneer het aangevallen of in vraag gesteld wordt, zal het zichzelf verdedigen uit zelfbehoudsdrang: dan slaat het terug en brengt dood voort.
Routine en trucs zijn ‘dodelijk’
Rituelen hebben altijd de neiging om te verstarren: na een tijd blijkt de inhoud verdampt te zijn, en blijft alleen de vorm over. Vergelijk het met een man die zijn liefde wil uiten tegenover zijn vrouw en een subliem liefdesgedicht voor haar schrijft; zal hij dat dan later élke dag voor haar voordragen, 20 jaar lang? Niets mag een mechanisme worden; routine en trucs zijn ‘dodelijk’ voor de liefde.
de vurige lava koelt af, maar met een brok gestolde lava kan je iemand doodslaan.
‘Waar de Geest van de Heer is, is vrijheid!’ roept weeral Paulus enthousiast uit (2 Korinthe 3:17). Hoe kan het dan dat veel mensen christendom en Kerk associëren met onvrijheid, starheid, formalisme? ‘Heilige tradities’ kunnen zo gemakkelijk het leven verstikken. Blijkbaar hebben sommige christenen de kern van de boodschap zo onherkenbaar misvormd dat het helemaal niet meer als ‘goed nieuws’ overkomt. Zulke volgelingen, zónder de Geest, brachten de grootste reputatieschade aan zijn Kerk. Deze uitwassen krijgen natuurlijk veruit de meeste aandacht in de media en de geschiedenisboeken, en sommigen zullen dat voor eeuwig tegen de Kerk blijven houden. Maar dit is het gevolg van de menselijke conditie: er is een soort ‘wet van de geestelijke zwaartekracht’ die alles naar beneden trekt, naar het aardse doet afglijden. Er komt sleet op de beste dingen, op verliefdheid en liefde, op huwelijken en vriendschappen, op de beste goede voornemens: er is een vurige start vol goede moed en idyllische voornemens, het nieuwe initiatief wordt in mooie vormen gegoten om ze te versterken, maar blijkbaar ‘verdampt’ de vurige motivatie na zekere tijd. De mens is niet in staat de goddelijke norm lange tijd vol te houden. De nieuwe wijn wordt in nieuwe zakken gegoten, maar na x aantal jaren zijn ook deze zakken niet nieuw meer, hé? Na enkele decennia of generaties dreigt hetzelfde slijtageproces. Er zijn genoeg hervormingsbewegingen geweest, die na enkele decennia zelf versteenden: de vurige lava koelt af, maar met een brok gestolde lava kan je iemand doodslaan.
We hoeven naar niemand stenen te gooien, want het is een algemeen menselijk proces. Constante vernieuwing blijft de uitdaging, altijd opnieuw fris. We hebben geen container water nodig, maar een bron. Ach, het is toch weeral geen toeval zeker, dat de heilige Geest vergeleken wordt met ‘stromen van levend water die uit je binnenste vloeien’ (Johannes 7:38)? Een gezegend Pinksteren gewenst!
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier