Het geld dat de federale overheid voorziet voor Brussel, gaat niet naar de juiste doeleinden. Dat stelt N-VA-Kamerlid Inez De Coninck. Haar partij dreigt ermee de volgende budgetronde te blokkeren.
Via het Beliris-fonds voorziet de federale regering extra centen voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het budget wordt aangewend om de internationale uitstraling te bevorderen en Brussel te ondersteunen in zijn rol als hoofdstad: de renovatie van cultuurgebouwen, het aanleggen van metrolijnen of de extra kosten voor veiligheid. Met 720 miljoen euro, te besteden tussen 2016 en 2018, gaat het over een aanzienlijke som geld.
Dit is een verdoken transfer van het federale niveau.
N-VA is er niet over te spreken dat het geld ook gaat naar sociale woningen en een opleidingscentrum (53 miljoen euro) voor technologische en exacte wetenschappen (8,3 miljoen), zo schrijft De Morgen. ‘Dat zijn domeinen waar de lokale overheid voor verantwoordelijk is’, zegt Kamerlid Inez De Coninck. ‘Dit is een verdoken transfer van het federale niveau om projecten te financieren waar het stadsbestuur tekortschiet. En onderwijs is toch geen federale bevoegdheid?’
Bevoegd minister Didier Reynders (MR) wijst naar afspraken uit het verleden, die stilaan aan het uitdoven zijn. Ook hij pleit ervoor om de middelen gerichter in te zetten.
De Coninck wil druk zetten via onderhandelingen over de nieuwe Beliris-overeenkomst voor de jaren 2019 en 2020, die binnenkort worden opgestart. ‘Als de Brusselse regering zo verder doet, draaien we de geldkraan dicht’, dreigt De Coninck. ‘Dan ondertekenen we de Beliris-overeenkomst niet. Ze zullen het snel voelen.’
(Belga/SK)
