De Wever eist oplossing als para’s weg moeten: ‘We aanvaarden geen neen van regering’
Als de politie de taken van de militairen opnieuw moet overnemen, dan kan die niet meer voldoen aan de basispolitiezorg, zegt Antwerps burgemeester Bart De Wever (N-VA). Minister Jan Jambon ontkent ‘in alle toonaarden’ dat bij de politie wordt ingeboet op criminaliteitsbestrijding.
Antwerps burgemeester Bart De Wever (N-VA) eist een oplossing van de regering, als die zou beslissen om de para’s in zijn stad weg te halen wanneer het dreigingsniveau voor ons land daalt. ‘Door de inzet van lokale politie voor bewakingsopdrachten, moet die de bestrijding van criminaliteit terugschroeven. Daardoor ging begin januari de criminaliteit door het dak,’ zegt hij. Zijn partijgenoot en minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon bevestigt dat niet-essentiële politietaken worden uitgesteld, maar ontkent met klem dat criminelen op dit moment vrij spel krijgen omdat zou worden ingeboet op criminaliteitsbestrijding.
De nieuwe Nationale Veiligheidsraad, die maandag voor het eerst samenkomt, bekijkt of het dreigingsniveau voor België op niveau drie moet blijven. Als het zakt naar niveau twee, dan moeten de militairen in onder andere Antwerpen en Brussel weer verdwijnen.
N-VA-voorzitter en Antwerps burgemeester Bart De Wever ziet dat niet zitten en eist een snelle oplossing, zei hij in De Ochtend op Radio 1.
‘In dat geval ga ik daar met de regering over spreken. Als de militairen weg moeten, dan heb ik daar niets op tegen, ik ben geen grote fan van militairen in de straat. Maar ik heb wel een oplossing nodig voor die doelwitten die onder verhoogde terreurdreiging zullen blijven staan. Ook al zakt het algemeen dreigingsniveau, het niveau voor bepaalde doelwitten in Antwerpen zal niet zakken.’ Hij doelt daarmee onder andere op Joodse scholen.
Of de militairen ook bij een daling naar dreigingsniveau twee moeten worden ingezet, wil De Wever niet gezegd hebben. Maar hij verwacht ‘alleszins de inzet van beveiligingspersoneel’. En dat moet snel gaan. ‘Als de militairen morgen weg moeten, dan wil ik overmorgen weten hoe ik dat moet oplossen. Dat gaat echt over de inzet van honderden mensen’.
De Wever: ‘Criminaliteitscijfers gingen door dak toen agenten gebouwen moesten bewaken’
Agenten voor statische bewakingsopdrachten inzetten, vindt De Wever geen goede oplossing. ‘Als we naar terreurniveau 4 gaan – en laat ons eerlijk zijn: dat zal de komende jaren wel een paar keer gebeuren in Europa – dan gaat het over 200 mensen per dag. Dat is boven de capaciteit van een lokaal politiekorps. Ik moet nog mijn basispolitiezorg nog kunnen waarmaken. Ik kan moeilijk aan de bevolking uitleggen dat ik die criminaliteitsbestrijding niet meer kan doen, omdat alle agenten statisch gebouwen moeten bewaken. We hebben dat gehad in de eerste week van januari en de criminaliteitscijfers gingen door het dak. Dat is geen optie.’
Oplossing
Gevraagd naar een reactie door Knack.be wilde het kabinet van burgemeester De Wever een en ander nuanceren. ‘Vooral in de eindejaarsperiode en net na Nieuwjaar zagen we een sterke toename van onder andere woninginbraken,’ zegt zijn woordvoerder Philippe Beinaerts. ‘De afgelopen weken zijn die criminaliteitscijfers echter sterk gedaald.’
Er wordt volgens hem bij de politie dus (nog) niet ‘bespaard’ op de aanpak van criminaliteit. ‘Maar als we honderden mensen zouden moeten inzetten, dan komt dat wel in gedrang, vrezen we.’
Het kabinet onderstreept wel de vraag van De Wever voor een oplossing in het geval dat de militairen uit de straat moeten. Beinaerts: ‘We zullen dat met de regering bespreken, maar een “neen” zullen we niet aanvaarden.’
Jambon: ‘Politie boet absoluut niet in op criminaliteitsbestrijding’
Partijgenoot van De Wever en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken Jan Jambon ontkent ‘in alle toonaarden’ dat de lokale politie inboet op criminaliteitsbestrijding. In De Ochtend vandaag zei hij: ‘Dat is absoluut, absoluut, niet het geval. De politie heeft heel wat taken en het zal wel kloppen dat een aantal taken niet gebeuren. Maar die zijn niet essentieel voor criminaliteitsbestrijding. Criminelen krijgen geen vrij spel.’
Daarover geïnterpelleerd door Filip Dewinter van het Vlaams Belang klonk het in de Kamer gisteren ook al dat ‘er geen vermindering is van inzet van lokale politie’. ‘Ze steken allemaal stuk voor stukje een tandje bij: ze presteren overuren en verloven worden ingetrokken. Ze werken harder om in deze bijzonder penibele periode van terreurdreiging onze veiligheid te verzekeren.’
Het is volgens Jambon de verantwoordelijkheid van de regering om het engagement aan te gaan dat de politiediensten voldoende middelen hebben om hun taken – die ze opgelegd krijgen door de regering – naar behoren uit te voeren.
De Wever ‘geen fan van militairen’, maar wil ze wel
Hoewel De Wever in De Ochtend zei ‘geen grote fan van militairen in de straat’ te zijn, zei hij ook niet te begrijpen ‘waarom mensen die perfect opgeleid zijn, die zeer professioneel zijn en die in kazernes zitten, geen diensten kunnen bewijzen aan de bevolking. Ik zie het probleem niet’.
Ere-vrederechter Jan Nolf stipte eerder deze week in een opiniebijdrage op Knack.be (‘De Wever, Steven Vandeput en Jambon verwarren een regeerprogramma met een wet’) een mogelijk – juridisch – probleem aan: ‘Voor de inzet van het leger volstaat volgens het regeerakkoord (p. 138) een dreigingsniveau 3. Het regeerakkoord is op dat punt echter nergens wettelijk verankerd’, zegt hij.
Volgens huidige definities van de dreigingsniveaus (vastgelegd bij KB van 28 11 2006) betreft dreigingsniveau 3 een situatie waarin ‘de dreiging tegen de persoon, de groepering of de gebeurtenis die het voorwerp uitmaakt van de analyse mogelijk en waarschijnlijk is’.
Dreigingsniveau 4 vereist daarentegen ‘dat de dreiging tegen de persoon, de groepering of de gebeurtenis die het voorwerp uitmaakt van de analyse ernstig en zeer nabij is’ (in de Franse tekst: ‘imminent’).
Enkel dat laatste stemt overeen met de wettelijke voorwaarde van art 43 WGP omtrent “een ernstige of nakende bedreiging van de openbare orde” die het mogelijk maakt het leger in te zetten (enkel voor zover de politie de taak niet aankan).’
Protocolakkoord
Het protocolakkoord van 17 januari, overeengekomen door minister Jambon en zijn partijgenoot op Defensie Steven Vandeput en goedgekeurd werd door de ministerraad, schetst ‘het algemeen kader waarbinnen Defensie steun kan verlenen aan de Geïntegreerde Politie voor bewakingsopdrachten’. Het akkoord is afgesloten ‘voor onbepaalde duur’.
Nolf benadrukt dat de tekst uitdrukkelijk verwijst naar dat artikel 43 WGP, dat nochtans door het protocol zelf geschonden wordt. ‘Die onwettelijkheid is bijzonder verontrustend omdat het protocol “voor onbepaalde duur” is afgesloten, met jaarlijkse evaluatie. Op die manier leidt een soort contract tussen twee N-VA-ministers tot pseudowetgeving.’
In een rechtstaat is dit volgens Nolf ‘onaanvaardbaar, des te meer het om een belangrijke ideologische en maatschappelijke keuze gaat. Als Antwerpen overigens inderdaad zo onveilig zou zijn, is het onbegrijpelijk dat de regering haar eigen akkoord nog niet vroeger in formele wetgeving gegoten heeft.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier