Vlinks
‘De Vlaamse beweging moet zich van vele krampen verlossen om een waarachtig toekomstverhaal te schrijven’
‘De barricaden van de Vlaamse beweging dienen opnieuw in de dorpsstraten en kansarme buurten te liggen’, schrijft Johan Velghe van Vlinks, die vindt dat de beweging moet stoppen ‘met in de lichtbak van de politieke stratego te staren’.
De stratego die Bart De Wever in L’Echo ontvouwde, resulteerde niet enkel in de uitstap van Kamerleden Hendrik Vuye en Veerle Wouters maar tevens in een hutsekluts van verklaringen, van begripsverwarringen tot onthullingen toe over hoe het er aan toe ging bij het lezen van de levieten. Samen goed voor een mediastroom die ons de kennis bijbracht van het fenomeen van de – al dan niet zelf verklaarde – ‘prominente Vlamingen’ en van de ‘Vlaamsgezinde vleugel van de N-VA’, dit ter verduidelijking voor zij die meenden dat de N-VA een Vlaams-nationalistische partij was.
‘De Vlaamse beweging moet zich van vele krampen verlossen om een waarachtig toekomstverhaal te schrijven’
In één en dezelfde ruk werden dé Vlaamse beweging en de op onafhankelijkheid gefocuste Vlaamse Volksbeweging (VVB) op één en dezelfde hoop gegooid: ‘een masturberend clubje’, als we Het Nieuwsblad mogen geloven. Wellicht beschikte Bart De Wever over die voorkennis toen hij enkele jaren geleden de Vlaamse bewegers euthanasie als beste toekomstscenario toewenste. Net diezelfde Bart De Wever, die in de kering weer dure eden van trouw zweerde aan de Vlaamse zelfstandigheid, bezorgde de Vlaamse Volksbeweging haar Lazarusmoment. Met de komst van Vuye en Wouters krijgt het al zo vaak aangekondigde ‘witboek voor onafhankelijkheid’ van de VVB een nieuwe baxter aangelegd.
De volle krantenpagina’s en de uren zendtijd op Radio 1 en de televisiezenders hebben mij – van in de wieg gevoed en gelaafd door de Vlaamse beweging – niet echt geboeid wegens een te veel aan déjà vu. De soevereiniteitsgedachte, die in een democratisch proces een samenleving zelf haar toekomst laat invullen, ben ik zeer genegen. Wat Vlinks in haar Handvest vooropstelt is daar onverbreekbaar mee verbonden: prioriteit geven aan het belang van de gemeenschap. Dat belang is synoniem van voelbare invulling, niet van een zoektocht naar zondebokken en de smalle focus op het incontournable.
‘Op geen enkel moment, nooit dus, leverde het langgerekte dispuut over de uitsluiting van de Objectief V-ers inzicht over de toekomst na de onafhankelijkheidsverklaring van Vlaanderen of zelfs de confederalisering van België.’
Op geen enkel moment, nooit dus, leverde het langgerekte dispuut over de uitsluiting van de Objectief V-ers inzicht over de toekomst na de onafhankelijkheidsverklaring van Vlaanderen of zelfs de confederalisering van België. ‘Vlaanderen moet een centrumrechts beleid hebben’, poneerde de partijvoorzitter als heilsboodschap? Er volgde geen opstand, geen protest, zelfs geen gemor. Het zwijgen van antagonisten en protagonisten, van partijleden en Vlaamse bewegers is veelbetekenend en allerminst hoopvol.
Bijna honderd jaar geleden, op 22 december 1917, riep de activistische Raad van Vlaanderen de politieke zelfstandigheid van Vlaanderen uit. Al was er van NAVO en EU, TTIP- noch CETA-verdragen sprake, toch diende er toen al een ‘Geert Bourgeois-uitleg’ toegevoegd te worden. Zelfstandig Vlaanderen was immers Duits bezet gebied. We zijn honderd jaar later, met één en dezelfde constante: het gaat nog altijd over strategie (cfr. de N-VA over het uitroken van de PS en het irriteren van de Walen, dixit Ben Weyts) in plaats van het te hebben over samenlevingsopbouw waar het streven naar maximale autonomie niet het eindpunt vormt. Het gaat om een nooit eindigende werktaak: het in de praktijk brengen van solidariteit, rechtvaardigheid, gelijkwaardigheid en maximale democratie. Geen soevereiniteit zonder deze sokkel.
Onafhankelijkheid of confederalisme als einddoel
Kiezers dienen niet gewonnen te worden voor onafhankelijkheid of confederalisme als terminus, om daarna over te gaan tot de volgende stap in de afbouw van de sociale zekerheid, de volgende toename van het aantal leefloners, de volgende aanzwelling van wachtlijsten voor sociale woningen. Mensen van vlees en bloed, met hun dagelijkse zorgen en twijfels, hebben een hoopvolle toekomst nodig. Wachten op de Godot van confederale of onafhankelijksheidskreten, zonder sociale invulling, zet de initieel emancipatorische Vlaamse beweging blijvend in achteruit.
De Vlaamse beweging moet zich van vele krampen verlossen om een waarachtig, appellerend en enthousiasmerend toekomstverhaal te schrijven. Dat kan een witboek zijn naar Schots en Catalaans model waar het zelfstandigheidsstreven een verweven lijn is met een sociaal verhaal dat leidt naar door de overheden mee gestimuleerde samenlevingscohesie en -creativiteit.
‘Keer op keer worden dezelfde fouten begaan: het etaleren van particratie, het koesteren van vijandbeelden (wij/zij), keuzes maken die geldplukkers uit de wind zetten, de verloochening van de diep in onze inborst gekerfde boodschap ‘nooit meer oorlog’.’
Het foute debat is het eenzijdig roepen om onafhankelijkheid en stellen dat de invulling later volgt. Tot op heden is ‘wat we zelf doen, doen we beter’ niet bewaarheid geworden, zo niet zou de structurele armoede in Vlaanderen al tot het verleden behoren.
Keer op keer worden dezelfde fouten begaan: het etaleren van particratie, het koesteren van vijandbeelden (wij/zij), keuzes maken die geldplukkers uit de wind zetten, de verloochening van de diep in onze inborst gekerfde boodschap ‘nooit meer oorlog’.
Waarom nemen de ‘prominente’ woordvoerders van de Vlaamse beweging het niet op voor milieu, duurzame mobiliteit, sociale economie, betaalbare energie, fatsoenlijke verloning, ouderenzorg (in plaats van ‘overleven’) in de laatste levensfase? De barricaden van de Vlaamse beweging dienen opnieuw in de dorpsstraten en kansarme buurten te liggen in plaats van enkel in de lichtbak van stratego te staren.
Twintig jaar geleden diende er zich een potentieel kantelmoment aan toen wijlen Maurits Coppieters (VU) en Norbert De Batselier (SP) hun Sienjaal presenteerden. Om velerlei redenen ging het momentum verloren, niet in het minst door de pleinvrees van voornoemde partijen en van het ACW (vandaag Beweging.net).
Progressieve frontvorming?
Twintig jaar na datum werd vorige zaterdagavond in Dendermonde gepeild naar de actuele goestinggraad voor progressieve frontvorming. Met de freedom of speech die Norbert De Batselier verwierf, stelde hij als meest boude uitspraak van de debatavond dat progressief Vlaanderen er baat zou bij hebben te handelen met Vlaamse vakbonden. Er volgden pleidooien voor het rechten van de rug van links-Vlaanderen met het verkondigen van een enthousiast verhaal, maar de debaters Rudy De Leeuw (ABVV), Tom De Meester (PVDA), Bart Van Malderen (SP.A) en Björn Rzoska (Groen) bleven op de vlakte en kittelden zelfs niet eens Tom Garcia (Vlinks). De linkse particratie heeft de Vlaamse beweging vertikaal geklasseerd, ook al pleitte Norbert De Batselier dat links in Vlaanderen ,,de deur moet openzetten, want wij hebben niet alle wijsheid in pacht.” Er aan toevoegend: ,,Links speelt te weinig de Vlaamse kaart en socialisme betekent het beslissingniveau zo laag mogelijk houden.”
Twintig jaar geleden ging Sienjaal over het invullen van de Vlaamse samenleving. Zo hield Nelly Maes voor in een pleidooi tegen de huidige invulling van progressieve frontvorming – ‘een paringsdans van egeltjes, en het ondergeschikt maken van het algemeen belang aan het partijbelang’, aldus Maes – en een pleidooi voor dadendrang en het behoud van het geloof in de sociale invulling van de maatschappij.
Er vielen grote woorden: ‘Links belang moet het belang van de gewone mens zijn’ (Jos Geysels in het inleidend gesprek met Nelly Maes en Norbert De Batselier). Alle oproepen tot het brengen van een enthousiast verhaal ten spijt, was het debat zelf niet enthousiasmerend en werd het niet over de barricade van het onmiddellijk haalbare getrokken. De vuurtoren van samenlevingscohesie die boven de mainstream van angst en wij/zij moet uittorenen, zit nog diep in de fundamenten.
‘Het besnuffelen van SP.A en Groen heeft meer met stratego dan met het wervend verhaal te maken.’
Het debat wees (pijnlijk) aan dat zelfs grote thema’s en uitdagingen bij traditioneel links in Vlaanderen nog altijd niet de aandrang doen opwellen tot progressieve frontvorming en het enthousiast uitdragen van het eigen verhaal. Het besnuffelen van SP.A en Groen heeft meer met stratego dan met het wervend verhaal te maken. Zo is de cirkel rond en blijft niet alleen de democratie die leeft van debat en tegenspraak op haar honger zitten, maar blijft vooralsnog alle hoop gericht op de aanwassende onderstroom van vele samenlevingsopbouwinitiatieven.
Het in partij- en vakbondsstructuren glad (en plat) gestreken links-Vlaanderen, zowel als het door neoliberalisme klem gezette conservatief-Vlaanderen hebben hun obsessief schaakspelen gemeen. Het grote toekomstverhaal zal niet als mana uit hun hemels vallen. Het nieuwe Sienjaal moet kiemen in de vruchtbare bodem waar velen samenwerken in buurtcomités, mobiliteitsactiegroepen, repaircafés, kortbije voedselvoorziening, sociale economie,… dat is en wordt het verhaal van Vlaamse samenleving.
Johan Velghe is woordvoerder van Vlinks
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier