Philippe De Backer (Open VLD)
‘De Europese hypocrisie en schizofrenie over ggo’s moet stoppen’
Ggo’s blijven een no go in de Europese Unie. De Europese instellingen creëerden de afgelopen dertig jaar een schizofrene situatie waar niemand baat bij heeft. Tijd voor duidelijkheid, vraagt het Europees Parlement. Tijd voor een rechtlijnige aanpak gebaseerd op wetenschappelijke argumenten en niet op losse flodders, zegt Europarlementslid en doctor in de biotechnologie Philippe De Backer (Open Vld).
De Europese instellingen blijven warm en koud blazen rond genetisch gewijzigde organismen (ggo’s), ondanks duidelijke afgelijnde Europese procedures met een prominente rol voor het Europese Voedselveiligheidsagentschap EFSA. Zo mogen landen sinds kort zelf beslissen of ze ggo’s willen telen op hun grondgebied, zonder dat ze zich daarvoor hoeven te baseren op wetenschappelijk onderzoek. Maar de Europese Commissie gaat verder en stelde deze week voor dat ook lidstaten de import van ggo’s over dierenvoeding mogen beperken, wat de facto neerkomt op een importverbod.
‘De Europese hypocrisie en schizofrenie over ggo’s moet stoppen’
Deze absurde maatregel zorgt voor een totale afbraak van de Europese interne markt, inkomstenverlies voor onze landbouw en zorgt er bovendien ook voor dat nieuwe landbouwtechnologieën niet terechtkomen bij de Europese consument. Ondanks de unaniem positieve adviezen van EFSA en het wereldwijd gebruik van deze technologie blijft Europa een woestijn voor ggo’s.
Gent 1983. Tijdens onderzoek naar het ontstaan van kanker ontdekken twee Belgische wetenschappers van de Ugent, Marc Van Montagu en zijn collega Jeff Schell, een manier om genen van de ene plant naar de andere over te brengen. De ggo-technologie was geboren. De Universiteit Gent en Vlaanderen waren de pioniers in de jaren 80 in deze technologie en staan vandaag nog steeds aan de biotechtop in de wereld dankzij onderzoek van oa het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB). Onze economie vaart er wel bij: via spin-offs en allerlei bedrijven bouwt de biotech mee aan de welvaart in onze nieuwe kennisregio. Ook in de rest van de wereld maken ze gretig gebruik van deze nieuwe techniek. Dankzij de technologie moeten boeren minder pesticiden gebruiken, zijn hun planten en gewassen beter immuun tegen allerlei ziektes. Gevolg? Hogere opbrengsten in de landbouw.
Maar onder druk van ngo’s neemt Europa begin jaren ’90 een wending. Strenge regels en testen worden ingevoerd en er wordt zelfs een moratorium op GGOs afgekondigd. Onderzoek valt stil, bedrijven trekken weg en de landbouw krijgt de kans niet de nieuwe technologie te gebruiken. Een ganse sector valt ineens weg uit Europa. Waarom zou men ook tijd en geld steken in jaren onderzoek als je weet dat het uiteindelijke resultaat toch verboden zal worden om politieke redenen?
Het afgelopen jaar zoekt de Europese Commissie naar een oplossing. Landen kunnen nu zelf beslissen of ze ggo’s willen telen of niet. Intussen hebben al 15 van de 28 Europese lidstaten dat gedaan. In ons land heeft Wallonië een uitzondering gevraagd. Dit is een waanzinnige evolutie in een eengemaakte markt.
‘Je zou denken dat de landen duidelijke en logische argumenten hebben om de teelt van deze gewassen te verbieden. Niets is minder waar.’
Deze hypocrisie en schizofrenie moet stoppen. Je zou denken dat de landen duidelijke en logische argumenten hebben om de teelt van deze gewassen te verbieden. Niets is minder waar. Toen Schotland als één van de eerste besloot om ggo-teelten te verbieden zei de woordvoerder van regeringspartij Scottish National Party doodleuk dat deze beslissing niet gestoeld was op wetenschappelijk advies. Het was een politieke beslissing “om het groene imago van Schotland te beschermen”.
Gemarginaliseerde wetenschappers
En iedereen doet rustig mee. We mogen ggo’s invoeren als dierenvoer (ongeveer 30 miljoen ton per jaar), maar we mogen het hier niet telen. Dat is de – op zijn zachtst gezegd – onlogische stand van zaken na de stemming in het Europees Parlement vanochtend. Het wordt tijd dat Europa luistert naar de wetenschappelijke adviezen van EFSA en niet naar ngo’s en politici die hun ganse ideologie, van anti-globalisering tot anti-kapitalisme, projecteren op de problematiek van de ggo’s. Je zou het kunnen vergelijken met de klimaatonderhandelingen in Parijs. Daar laat Europa toch ook zijn agenda niet bepalen door ontkenners van de klimaatopwarming en een stelletje gemarginaliseerde wetenschappers? Waarom doet ze dat dan wel in het GGO-debat? Want de wetenschappelijke consensus rond GGO is minstens even groot als deze rond klimaatopwarming.
‘Sinds wanneer wordt beleid immers gevormd door diegene die het luidst praat of door een buikgevoel en niet door wetenschappelijke argumenten op basis van objectieve data en heldere procedures?’
Daarom moeten Europese leiders de komende maanden op tafel kloppen. Het Europees parlement heeft een nieuw voorstel rond GGO’s gevraagd aan de Europese commissie. Dat voorstel moet zich baseren op de wetenschappelijke consensus. Sinds wanneer wordt beleid immers gevormd door diegene die het luidst praat of door een buikgevoel en niet door wetenschappelijke argumenten op basis van objectieve data en heldere procedures ? Laat de landbouwers nadien maar zelf kiezen. Want achter 50 miljard euro landbouwsubsidies kunnen Europese landbouwers zich wel wat competitiviteitsverlies veroorloven.
Opgestoken vingertje
Maar de sector loopt wel bijna een miljard aan jaarlijkse inkomsten mis, omdat ze geen ggo’s mogen telen. Erger nog. Veel Afrikaanse landen kijken naar Europa voor leiderschap en technologietransfer. Droogte-resistente maïs of ziekte-resistente cassava zou het leven van veel Afrikaanse boeren en mensen snel kunnen verbeteren. Maar de goed doorvoede Europeaan verkiest het opgestoken vingertje tegen diegenen die in voedselonzekerheid moeten leven. Ggo’s zijn geen mirakeloplossing, maar zijn zeker wel een deel van de oplossing.
Na een veilig parcours van bijna 20 jaar, geen enkel voedselschandaal en een nieuwe generatie ggo’s met sterkere positieve effecten op milieu en maatschappij is het tijd om de realiteit onder ogen te zien. We kunnen het voorzorgsprincipe loslaten en het innovatieprincipe toepassen. Door het huidige Europese kader verliest Europa juist innovatie en competitiviteit. En daar betalen we misschien niet vandaag, maar zeker morgen, allemaal de prijs voor.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier