Wat bezielt iemand om zich tot de islam te bekeren in een tijd dat velen moslims als potentiële terroristen beschouwen? ‘Een bekering is een vorm van kritiek op de seculiere samenleving en op de opvoeding die je hebt gekregen’, klinkt het. Knack sprak met vier Vlaamse bekeerlingen.
‘Vertel het aan niemand en draag alsjeblief geen hoofddoek.’ Dat zei Victoria’s moeder toen ze hoorde dat haar dochter zich tot de islam had bekeerd. ‘Ze was allesbehalve blij dat ik moslim werd’, blikt Victoria Vandersteen (40) terug. ‘Al schrok ze er niet echt van, want ik verdiepte me al jaren in de islam en had ook al met de ramadan meegedaan.’ Victoria was 23 jaar toen ze de sjahada uitsprak. Meer hoef je niet te doen om moslim te worden. Het volstaat om één Arabische zin op te zeggen: ‘Ik getuig dat er geen god is behalve God en ik getuig dat Mohammed Zijn boodschapper is.’ Dat kan in aanwezigheid van getuigen gebeuren, maar ook gewoon in je eentje in je slaapkamer.
Volgens moslimverenigingen bekeren zich jaarlijks 400 tot 500 Vlamingen tot de islam, en dat aantal neemt toe. Niemand houdt bij hoeveel moslimbekeerlingen er precies in ons land rondlopen. Schattingen gaan van 6000 tot 30.000. De meerderheid van de bekeerlingen zijn vrouwen. Niet alleen jonge meisjes, maar ook rijpere, hoogopgeleide vrouwen. Meestal wordt hun interesse gewekt als ze met moslims in contact komen. Dat kan een liefje zijn, maar veel vaker zijn het buren, collega’s of schoolvrienden. Zo ging het ook bij Victoria. ‘Tijdens mijn tienerjaren leerde ik veel moslims van vooral Marokkaanse afkomst kennen’, zegt ze. ‘Ik voelde me met hen verwant omdat we allebei tot een minderheid behoorden en gediscrimineerd werden: zij als Marokkanen in België, ik als Vlaamse in Brussel. Dat ik net als zij heel gelovig was, schiep ook een band – al geloofde ik dan in een andere God. Hoewel mijn moslimvrienden in die tijd nog echte pubers waren, probeerden ze hun geloof tot op de letter te volgen. Dat sprak me aan.’
Zo gaat het bij de meeste bekeerlingen: ze worden nieuwsgierig als ze zien hoeveel de islam voor vrienden betekent. ‘Veel bekeerlingen voelen zich aangesproken door waarden als solidariteit en vrijgevigheid, die ze bij seculiere Belgen minder terugvinden’, zegt antropologe Iman Lechkar, die voor haar doctoraatsonderzoek drie jaar lang tientallen Belgische bekeerlingen volgde. ‘Een bekering kun je zien als kritiek op de seculiere samenleving. Vooral op het individualisme en de competitiviteit.’ Veel bekeerlingen geven aan dat de islam, en dan vooral het gebed, hen rust brengt, een houvast biedt en antwoorden geeft op alle mogelijke levensvragen.
In hun zoektocht naar informatie over de islam kunnen bekeerlingen in spe niet altijd bij hun vrienden terecht omdat veel moslims de theorie achter de gebruiken zelf niet kennen. Bovendien wordt de islam afhankelijk van de etnische afkomst van de moslims in kwestie op heel uiteenlopende manieren geïnterpreteerd en gepraktiseerd. ‘Daarom wilde ik boeken over de islam lezen. Alleen waren die niet zo makkelijk te vinden, zeker niet in het Nederlands’, vertelt Victoria. ‘Vooral over de praktische kant van de godsdienst vond ik weinig informatie. Waar gaat het gebed over? Hoe ga je in familiekring met je geloof om? Niemand kon me zeggen hoe je als Vlaming moslim kunt zijn in België.’
Nog voor ze bekeerd zijn, proeven de meesten al eens van de islamitische rites en gebruiken. Zo begon Victoria op haar zeventiende mee te doen met de ramadan. Aanvankelijk uit solidariteit met haar moslimvrienden. ‘Dat jaar viel de ramadan toevallig samen met de katholieke vastenperiode, maar die vond ik te soft’, legt ze uit. ‘Toen ik op Aswoensdag een kruisje ging halen in de kerk, vroeg ik de pastoor of ik als katholiek met de ramadan mee mocht doen. Hij vond dat geen probleem. Maar halverwege de ramadan werd ik heel zwak en begon ik er lijkbleek uit te zien. Niemand had me verteld dat je tijdens je maandstonden niet mag vasten. Door de praktijk leerde ik dus almaar bij.’
Zo worden bekeerlingen gaandeweg meer moslim. ‘Bekering tot de islam is geen jas die je aantrekt en klaar is Kees’, schrijft de Nederlandse antropologe Vanessa Vroon-Najem in haar boek Bekeerd. ‘Het blijkt een langzaam proces dat meestal begint met experimenteren: vasten in de maand ramadan, het leren van het gebed, halal gaan eten, de eerste hoofddoek kopen. Ergens op die weg wordt de sjahada uitgesproken, maar daarna gaat het proces gewoon door. Moslim word je door moslim te zijn.’
Poetsvrouwen met een hoofddoek
‘Toen ik achttien werd, was ik een overtuigd moslim’, zegt Victoria. ‘Toch bekeerde ik me nog niet omdat ik dacht dat ik daarmee mijn moeders hart zou breken. Pas vijf jaar later heb ik de stap gezet.’ Victoria is bijlange niet de enige die bang was om uit de kast te komen. De meeste bekeerlingen krijgen dan ook negatieve reacties uit hun directe omgeving. Zeker in het begin. ‘Het is niet uitzonderlijk dat een meisje door haar ouders op straat wordt gezet omdat ze zich heeft bekeerd. Dan wordt er in de moslimgemeenschap iemand gezocht die haar kan opvangen’, aldus Victoria.
Geen enkele Vlaamse ouder houdt er rekening mee dat zijn zoon of dochter op een dag moslim wordt. Dat past totaal niet in hun toekomstbeeld. ‘Door je te bekeren, geef je kritiek op de manier waarop je bent opgevoed’, zegt Iman Lechkar. ‘Vandaar dat veel families het er heel moeilijk mee hebben.’ Nogal wat ouders zijn ook bang dat hun bekeerde zoon of dochter veel tegenkanting zal krijgen. ‘Er wordt vaak beweerd dat moslims het in het Westen een pak moeilijker hebben sinds 9/11’, zegt Victoria. ‘Maar ik heb het nooit anders geweten. Als tiener viel het me al op dat mijn vrienden liever niet lieten zien dat ze moslim waren. Dat was de periode van de fatwa tegen Salman Rushdie en de film Not without my Daughter, over een Amerikaanse vrouw die samen met haar dochter aan haar Iraanse man probeert te ontkomen.’ Belgen die het al moeilijk hadden met moslims, bekijken hen sinds de recente aanslagen in Parijs nog veel vijandiger. ‘Ik was totaal van de kaart door die aanslagen’, zucht Victoria. ‘De dag erna heb ik getwijfeld of ik zou gaan shoppen zoals ik van plan was. Uiteindelijk heb ik het gewoon gedaan. Ik deed mijn best om naar iedereen te glimlachen, en veel mensen lachten terug.’
Tussen Victoria en haar moeder kwam het uiteindelijk goed. Ze liet haar moeder zelfs haar Arabische naam kiezen. ‘Ze koos voor Amina’, zegt Victoria. ‘Dat betekent vertrouwenswaardig en is de naam van de moeder van de profeet – vrede zij met hem. Een tijdlang heb ik die naam veel gebruikt. Maar omdat Amina veel voorkomt, begonnen moslims me op den duur Amina Victoria te noemen en soms ook gewoon Victoria.’
Bekeerlingen zijn niet verplicht om hun naam te veranderen als die niet tegen de islam indruist, maar velen doen het toch om te onderstrepen dat ze aan een nieuw leven beginnen. Meestal blijven de familie en oude vrienden hen wel met hun geboortenaam aanspreken. Als er tenminste nog veel niet-moslimvrienden overblijven, want die haken vaak af. Lechkar: ‘Omdat een bekeerling stopt met alcohol drinken en niet meer uitgaat, voelen zijn vrienden zich vaak in de steek gelaten. De bekeerling van zijn kant heeft het gevoel dat zijn vrienden zijn nieuwe leven niet willen aanvaarden. Daardoor komt het vaak tot een breuk.’
Het grootste struikelblok is meestal niet de bekering op zich, maar wel de uiterlijke veranderingen, en dan vooral de hoofddoek. ‘Na mijn bekering heb ik nog een hele tijd gewacht om een hoofddoek te dragen’, vertelt Victoria. ‘Nooit vergeet ik de eerste keer dat ik met een hoofddoek over straat liep. In een winkel in Sint-Jans-Molenbeek paste ik een hoofddoek die ik mooi vond en toen ik hem weer wilde afdoen, hield de verkoopster me tegen. “Hou hem maar aan”, zei ze. “Hij staat je goed.” Toen ik buitenkwam, voelde ik me heel speciaal. Ik vond het zelfs een beetje vreemd dat niemand me scheen op te merken. Op de metro van Molenbeek naar Woluwe zaten nog vrouwen met een hoofddoek, maar dat veranderde eens we station Merode voorbij waren. Toen begonnen mensen me wel vreemd aan te kijken. Het was zes uur ’s avonds en op dat uur vertrekken vrouwen met een hoofddoek net uit Woluwe. Dan zijn ze klaar met poetsen.’
Bij de Europese Commissie, waar Victoria toen werkte, was het dragen van een hoofddoek toegestaan. ‘Toen ik tegen mijn baas zei dat ik een hoofddoek zou beginnen te dragen, reageerde hij heel positief. Wel vroeg hij me om de collega’s vooraf in te lichten. Sommigen begonnen meteen vragen te stellen. Zouden ze mijn gezicht nog zien? Was ik van plan om ook kleurige hoofddoeken te dragen? Een van de enige collega’s die er moeite mee had, was een Belgische vrouw die de hoofddoek als een vorm van onderwerping zag. Een tijdlang sprak ze bijna niet meer tegen me.’
Andere bekeerlingen krijgen meer tegenkanting als ze een hoofddoek beginnen te dragen. Sommigen worden zelfs ontslagen. ‘Dan moeten ze op zoek naar een job waarbij ze wel een hoofddoek kunnen dragen’, zegt Iman Lechkar. ‘Het is geen toeval dat veel islamleerkrachten bekeerde vrouwen zijn. Vaak gaat het om hoogopgeleide vrouwen die voor ze een hoofddoek droegen belangrijke functies uitoefenden.’ Bij mannen heeft een bekering meestal geen invloed op hun werk. Omdat het niet zichtbaar is, weet vaak niemand dat ze moslim zijn geworden.
Recept van Jeroen Meus
De grootste uitdaging waar bekeerlingen voor staan, is dat ze tegelijkertijd Belg én moslim willen zijn. ‘Het is natuurlijk niet omdat iemand zich tot de islam bekeert dat hij Marokkaans of Turks wordt’, zegt Iman Lechkar. ‘Bekeerlingen zijn echte Belgen die van de Belgische cultuur doordrongen zijn.’ Toch verdwijnt die Belgische identiteit meteen na de bekering wat naar de achtergrond. ‘In het begin willen ze vooral hun nieuwe, islamitische identiteit ontwikkelen’, legt Lechkar uit. ‘Dus zijn ze heel gedisciplineerd en investeren ze daar veel in.’
Het is ook in die beginfase dat een kleine minderheid heel radicaal wordt. ‘Bij de aanvang ben je tot over je oren verliefd op de religie en wie verliefd wordt, is een beetje blind’, weet Victoria. ‘Als je dan contact hebt met mensen die je in de verkeerde richting proberen te sturen, ben je daar heel vatbaar voor. Zeker jongeren lopen daar gemakkelijk in en vertrekken dan op puberavontuur.’
Bij de meeste bekeerlingen ontstaat er op den duur een evenwicht tussen hun Belgische en islamitische identiteit. Vanaf dat moment proberen ze het beste van twee werelden in hun leven te integreren. ‘Sommigen weigeren pertinent om samen met hun familie Kerstmis te vieren. Anderen doen dat wel, maar beschouwen het als een samenzijn en niet als een christelijke feestdag’, zegt antropologe Carmen Dhondt, die voor haar masterproef onderzocht hoe bekeerlingen hun geloof een plaats geven in hun gezin. ‘Ook met verjaardagen, die de meeste moslims niet vieren, gaan bekeerlingen soms heel creatief om. Voor mijn onderzoek sprak ik bijvoorbeeld met een vrouw die haar kinderen toestaat om elk jaar op een andere dag dan hun verjaardag een feestje te geven.’ Dat zoeken naar leefbare compromissen levert een smeltkroes van Belgische en islamitische gebruiken op, zoals een typisch Vlaamse barbecue om het breken van de vasten te vieren of een gerecht volgens een recept van Jeroen Meus dat door het hele gezin uit één bord wordt gegeten.
Vrouwvriendelijk op papier
De meeste bekeerlingen vinden het vanzelfsprekend om met een islamitische partner te trouwen. Victoria wou dat zelfs al voor ze moslim werd. ‘Ik wou een gelovige man en die vond ik niet gemakkelijk binnen de katholieke geloofsgemeenschap’, legt ze uit. ‘Bovendien zag ik hoe gemotiveerd veel moslims waren om volgens de islam te leven en dat geloof schrijft voor dat ze hun vrouw moeten respecteren. Net omdat de islam op papier zo vrouwvriendelijk is, zijn het vooral vrouwen die zich bekeren. Al is er in de praktijk nog werk aan de winkel. De meeste moslims willen het liefst een huisvrouw, en dat zien veel meisjes vandaag niet meer zitten. Ik ook niet: ik wou studeren en werken. Al wil ik ook niet alle moslimmannen over dezelfde kam scheren: velen onder hen zijn heel goede echtgenoten.’
Maar het is niet altijd evident om een geschikte partner te vinden. Victoria wilde aanvankelijk geen gearrangeerd huwelijk, maar vroeg uiteindelijk toch aan haar vriendinnen om een man voor haar te zoeken. ‘Via hen heb ik de vader van mijn kinderen ontmoet: een Marokkaanse moslim die in België was geboren, goed ingeburgerd was en een job had’, vertelt ze. ‘Drie keer hebben we elkaar in aanwezigheid van een chaperonne ontmoet en tussendoor chatten we met elkaar. Daarna heeft hij me in het park bij de moskee ten huwelijk gevraagd. Een maand later waren we getrouwd. Samen hebben we twee kinderen gekregen, die we islamitisch hebben opgevoed.’
Bekeerlingen die met een moslim trouwen, krijgen er meteen een grote pakweg Marokkaanse, Turkse of Tunesische familie bij. Over het algemeen worden ze snel door de moslimgemeenschap aanvaard. Soms worden ze zelfs op een voetstuk gezet. ‘Vooral oudere moslima’s vinden bekeerlingen fantastisch: weer iemand die het begrepen heeft’, zegt Victoria. ‘Ik voel me altijd wat onwennig bij die bewondering, maar ik begrijp het wel. Zelf kan ik er ook blij van worden als ik zie dat jonge Vlamingen van zestien, veertien of zelfs twaalf jaar zich bekeren.’
Toch zijn bekeerlingen geen gewone moslims: ze vormen een minderheid binnen de minderheid. ‘Turkse en Marokkaanse moslims begrijpen de specifieke problemen van bekeerlingen niet echt’, legt Victoria uit. ‘Soms proberen ze je hun cultuur mee te geven, maar wij zijn Vlamingen en willen dat ook na onze bekering blijven.’
Bekeerlingen zijn ook wel eens teleurgesteld als ze in de moslimgemeenschap worden opgenomen. ‘Dan merken ze dat moslims niet altijd even gemotiveerd zijn om de islamitische waarden in de praktijk te brengen’, zegt Lechkar. ‘Sommige moslims zijn even competitief en met hun sociale status begaan als niet-moslims. Voor hen is het heel confronterend om te zien dat bekeerlingen er wel alles aan doen om vrijgevig en solidair te zijn.’ Dat de meeste bekeerlingen zich strikter aan de geloofsvoorschriften houden dan veel moslims van geboorte komt vooral doordat zij heel bewust voor de islam hebben gekozen. ‘Door je te bekeren, kun je je werk, je ouders en je vrienden verliezen’, zegt Victoria. ‘Als je zo veel offers brengt voor je geloof, is het logisch dat je het ook echt goed wilt doen. Je krijgt er ook heel veel voor terug. Van God.’
DOOR ANN PEUTEMAN EN EWALD PIRONET, FOTO’S SASKIA VANDERSTICHELE
‘Niemand had me verteld dat je tijdens je maandstonden niet mocht vasten. Door de praktijk leerde ik bij.’