Minister van Financiën Koen Geens (CD&V) noemt N-VA-voorzitter Bart De Waver een groot intellectueel. Hij zou er zeker mee kunnen samenwerken. Al is Geens geen voorstander van onafhankelijkheid.
Koen Geens merkt op dat het Belgische niveau niet meer op de eerste plaats komt. “Vlaanderen is voor veel zaken het epicentrum geworden. Dat is een realiteit, aldus de minister van Financiën in een interview met De Morgen.
“Ik ben iemand die vindt dat je de zaken op het laagst mogelijke niveau moet brengen”, zegt Geens in De Morgen, gevraagd naar of hij een confederalist is. Al is dat niet op alle gebieden evident. “Kinderbijslag en volksgezondheid kan je nog vrij makkelijk splitsen, maar bij alles wat met arbeidsrecht te maken heeft, zoals de werkloosheid, is dat veel moeilijker omdat het recht op uitkering ontstaat in de plaats waar men gewerkt heeft.”
Hoe kunnen we in Brussel met twee systemen werken? Geens: “Dat is een probleem. Brussel is een geweldige stad die enorm belangrijk is voor ons land en voor Vlaanderen. We moeten opletten dat Brussel niet één van de kanten van het land vervreemdt. De toegevoegde waarde van onafhankelijkheid zie ik dus niet.”
Wat vindt hij dan van het confederalisme dat de N-VA voorstelt als tussenmodel? “Ik moet het nog eens gedetailleerd bestuderen, maar ik denk dat ’tussenmodel’ hier een eufemisme is voor iets anders”, aldus Koen Geens.
Toch is hij geen tegenstander van N-VA-voorzitter Bart De Wever. “Hij is een groot intellectueel en voor zover ik hem ken een aangename man. Ik zou zeker met hem kunnen samenwerken. Dat heb ik tussen 2007 en 2009 als kabinetschef van Kris Peeters al regelmatig gedaan. Hij is een man van dialoog, zo blijkt in de Vlaamse regering. Hij is zeker bereid tot compromissen.”
